Witte Merels Deel 31 W

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Wimmie
Berichten: 241
Lid geworden op: wo 01 jan 2020, 23:09
Vul het getal in: 123

Witte Merels Deel 31 W

Bericht door Wimmie » zo 12 jan 2025, 06:20

Witte Merels Deel 31 W

Na een vrijpartij wil ik altijd even onder de douche. Sperma verdraag ik zonder er een liefhebber van te zijn. Ik ben gesteld op hygiëne en daar is niets mis mee. Met Corneel en alle andere keren gebruikte ik condooms. Dat was maar best ook. Met Thomas is dat niet nodig. We hadden ruim de tijd om na te praten in de woonruimte. Thomas wilde evalueren. Met 'Je weet perfect dat het meer dan goed was. Dat heb je kunnen aanvoelen.' kwam ik er niet vanaf. Thomas wilde duidelijk weten of hij het goed gedaan had.
“Op deze manier wil ik nog vaak met je vrijen. Het hangt altijd af van omstandigheden en de gemoedstoestand waarin we ons bevinden. Vandaag vond ik van heel bijzonder niveau. Het zal altijd een beetje anders zijn. Ik hoop dat je vandaag lang kan herinneren als iets moois.” Thomas kijkt naar me op, dat is duidelijk. Misschien heeft dat iets met leeftijdsverschil en ervaring te maken. Voor mij hoeft dit niet want ik draag gelijkheid tussen ons hoog in het vaandel. We knuffelden nog lang. Mocht hij niet naar huis zijn moeten gaan, had ik hem gevraagd te blijven slapen.

Corneel, lang geleden, was anders. Met een leesbril kan je niet ver kijken... De vergelijking met Thomas gaat niet op. Met hem heb ik een toekomst voor ogen. Nadat hij bevestigd heeft, dat hij die avond vrij zal hebben, koop ik tickets voor de musical “Evita”. Het zal een verrassing worden voor hem. Voor mezelf alleen zou ik nooit een ticket gekocht hebben. We spreken gemiddeld tweemaal per week af. Meestal komt hij vrijdag. Dan probeer ik vroeger te stoppen met werken. Soms wordt het zaterdag, afhankelijk van zijn werkplanning. Intussen ben ik beginnen lopen. Bijna had Thomas zich ingeschreven bij een atletiekclub.

Zijn werk collega Tim, die aan competitie deelneemt, heeft Thomas gevraagd lid te worden. Omdat samen lopen voor ons een kans is om elkaar een keer meer te zien, beslisten we om een avond in de week een uurtje samen te lopen. Het zit in mijn genen om te lopen. Ik bedoel: voor mij is het niet voortsjokken, ik loop van nature gemakkelijk. Omdat mijn vetpercentage miniem is, heb ik geen overtollig gewicht mee te slepen. Al is mijn conditie in orde, het trainingseffect voelde ik snel. Waarschijnlijk is Thomas op zijn leeftijd nog niet op zijn fysieke hoogtepunt, in ieder geval overtreffen zijn capaciteiten toch de mijne. Hij loopt opvallend soepel. Ik observeer telkens hoe zijn hielen, hoogst elegant, zijn achterwerk raken.

Enkele keren gingen we naar de Witte Merel op vrijdag, goeiedag zeggen aan mijn vrienden. Ze gedragen zich lief tegen Thomas en ik merk dat zijn weerstand tegen ’die oudere mannen’ verminderd is. “Spijtig dat ik jouw vrienden nooit kan ontmoeten. Het is geen probleem en ik begrijp het volkomen.” zei ik een keer.
“Het spijt me ook. Ooit wordt alles normaal.” zuchtte hij toen.

Je vriend aan je ouders voorstellen is een ietwat plechtige aangelegenheid. Het maakt de relatie officieel. Je doet dat niet onmiddellijk na enkele ontmoetingen. Omdat het voor Thomas moeilijker ligt een hele dag vrij te maken, heb ik mijn ouders bij me thuis gevraagd. Bijna altijd maak ik de verplaatsing naar hen. Het verheugt me dat ze weer eens bij mij op bezoek komen, het meest nog om Thomas aan hen voor te stellen. We hebben ons best gedaan. Thomas heeft enkele kleine bloemstukjes gemaakt voor op tafel. Uiteraard heb ik gekookt. Zo hypernerveus heb ik hem nog nooit gezien voor ze arriveren.

“Ho Wim, wat een knapperd heb jij uitgekozen.” is één van de eerste dingen die mijn vader zegt. “Normaal gezien zou ik hem ergens uit een etalage gehaald hebben.” antwoord ik. “Dit exemplaar zat iets te drinken in mijn stamcafé. Ik vond het nodig om hem aan te spreken.” Ik geef een bevroren Thomas een stevige zoen en duw hem van me weg met de boodschap: “Dit zijn mijn ouders maar.”

“Juist.” beantwoordt papa mijn statement. “Wij zijn maar zijn ouders. Bij ons moet je niet stijf zijn.” Papa verdenk ik niet van een bewuste dubbelzinnigheid. In ieder geval kijkt Thomas verschrikt en hij wordt rood. Ik kan een glimlach niet onderdrukken. Het gezicht van mijn ouders blijft neutraal. Het zou een ijsbreker geweest zijn, maar Thomas brengt het in verlegenheid. Onmogelijk om niet los te komen in gezelschap van mijn ouders dus komt Thomas snel op kamertemperatuur. Ik schep genoegen in mijn rol als gastheer. Mijn ouders vuren hun vragen op mijn vriend af. Ik luister geïnteresseerd naar wetenswaardigheden die hij me nog nooit verteld heeft.

“Ik wenste me ook zo’n ouders als de jouwe.” vertelt Thomas wanneer ze naar huis zijn.
“Jij hebt gelijkaardige ouders, alleen een klein beetje anders. Je vader ken ik helaas niet maar ik kan me hem niet als een boeman voorstellen.”

Ik zie Thomas op vrijdagavond voor de musical van zaterdag.
Dan pas verklap ik hem dat ik tickets voor een musical kocht.
“Welke?”
“Vertel ik je morgen.”
“Flauw.” Thomas heeft het zo opgezocht.
“Judy Covington.” zegt hij verrukt en hij zingt: “Don”t cry for me...” Hij zong zelfs toonvast. Het is leuk dat hij geen complexen voor me heeft en uit volle borst zingt.
Ik applaudisseer. “Ik ben verwonderd dat je het kent.”
“Mama zingt het soms en mijn vader is fan.”

Het wordt een topavond. “Ik heb papa belogen en gezegd dat ik een vrijkaart heb gekregen via een vriend. Hij werd zelf enthousiast.”
“Het is geen leugen. Het is een soort van vrijkaart.”
“Ik betaal je het ticket. Hoeveel moet ik je?
“Niets.”
“Je raakt aan mijn trots.”
“Jij nu aan de mijne.”
“Bedankt.” Ik krijg zomaar een zoen van Thomas in het openbaar. Sinds zijn moeder van ons afweet, is hij minder voorzichtig. De knoop blijft zijn vader, de school misschien ook maar in de eerste plaats toch zijn vader.

Hoe gaat hij nog meer dan een half jaar onze relatie voor zijn vader kunnen verstoppen? We gaan waarschijnlijk niet betrapt worden, maar Thomas’ afwezigheid thuis gaat opvallen. Ooit zal hij door de mand vallen. Zijn angst voor de ontmaskering deel ik niet. Voor mezelf schat ik het als een opluchting in als het zal gebeuren.

We komen allebei onder de indruk uit het operagebouw. Een musical is in het begin wennen. Als het een goede productie is, ben je snel 'in' en dat gebeurt bij ons. De choreografie is prachtig. De hoofdzangeres is een Covington waardig. We praten buiten na en nemen afscheid.

Het is compleet normaal. Mannen, jonge mannen zoals wij hebben meer dan genoeg mannelijke hormonen. We kunnen elkaar niet gerust laten. Dat we elkaar niet onbeperkt kunnen ontmoeten, houdt de frequentie om met elkaar naar bed te gaan ‘onder controle'. Het lijkt dat ik verklaringen zoek om me te verantwoorden. Er valt niets goed te praten. We zijn jong, op verkenning naar elkaar en er bestaat geen reden om onszelf af te remmen.

Mijn kookcursus is op dreef gekomen. Dat Thomas een goede eter is, stimuleert om te experimenteren met nieuwe recepten. Tegelijk probeer ik andere 'recepten' uit. Ideaal vind ik het om hem op vrijdagmiddag onmiddellijk na school te vragen. Gedurende de rest van de week presteer ik met plezier enkele meeruren. Wanneer ik op vrijdagmiddag haastig mijn werk probeer af te maken, weten mijn collega’s hoe laat het is. “Laat de rest maar aan mij over. Je vriend wacht op je.” zegt Rob, mijn naaste collega dan of iets gelijkaardigs.

Deze keer is het weer gelukt. Thomas komt onmiddellijk na school naar me toe. Ik heb stevig gefietst. Als je elektrisch sneller wil fietsen dan je ondersteuning, moet je extra inspanning leveren. Vandaag ben ik vergeten met mijn koersfiets naar het werk te vertrekken. Wat maakt het uit, die paar minuten dat ik sneller ben met de koersfiets maar toch zit het in mijn hoofd.
Thomas houdt zich de laatste tijd niet meer in. We zullen eerst eten. Bij zo’n gelegenheid heb ik altijd mijn voorbereidingen getroffen. Onderweg naar huis is zelfs mijn fietszadel al op de hoogte van mijn plan; Thomas slechts half denk ik.

Het enige wat Thomas zelf doet, is zijn boekentas rugzak afwerpen.
Tot zijn verrassing heb ik hem al ontkleed voor me staan terwijl hij nog maar net binnen is. Ik begin bij zijn winterjas. Het is koud voor begin december. Bij mij binnen krijgt hij zelfs geheel in adamskostuum geen kippenvel.
“Eerst de slaapkamer?” vraagt hij.
“Eerst eten.”
Ik blijf van de aanblik van zijn naakte lichaam genieten. Bij mezelf herken ik slechts vaag de sporen van de zomer op armen en benen. Thomas schijnt de zomer nooit te verliezen. We zijn het bloot in huis rondlopen gewend geraakt. Het is de eerste keer dat we zonder kleren eten.

Hij houdt van dit soort kleine spelletjes. Dat merk ik aan zijn mimiek. Zijn wenkbrauwen en mondhoeken gaan zich dan anders gedragen. “Ik heb vandaag geen zin.” zegt hij met volle mond.
“Ik kan gezichten lezen en moet zelfs niet onder tafel gluren om te weten dat je liegt.” Ik steek mijn hoofd plagend onder tafel. “Zie je wel. Je bent net Pinokkio.” Zijn grijns is breed.
Thomas weet dat ik vooraf onder de douche wil en staat me toe dat ik me opnieuw scheer. In bed doe ik deze keer weinig moeite om de zaak te vertragen en maak gebruik van een gastendoekje bij mezelf. Thomas verras ik kort daarna op een manier dat hij het onmogelijk kan uitstellen en hij reageert ietwat teleurgesteld. “Dat was snel.”
“Heb je het ooit twee keer na elkaar geprobeerd?”
“Bij mezelf?”
“Niet bij iemand anders veronderstel ik.”
“Ja, bij mezelf en dat lukte.”
“We hebben minder sperma nu, maar nog veel tijd over. Zullen we in de woonkamer nog wat drinken?” Thomas is net als ik terug slap. Ik schenk een pot thee. Hij gaat ermee akkoord dat ik er iets sterkers in doe.
“Ik ben geen liefhebber van sterke drank. Het is trouwens niet goed voor ons libido.”
“Waarom doe je het dan in de thee?”
“Omdat ik voldoende zelfvertrouwen heb in mijn libido.”
Thomas gaat even plassen en ik volg zijn voorbeeld. Ik doe het altijd na een orgasme.
“Lekker?” vraag ik.
“Te sterk eigenlijk.”
Ik doe er honing bij. Met honing vindt hij het genietbaar. Ik voel het spul snel naar mijn hoofd stijgen. Een mok is voldoende vind ik.
“Je maakt me dronken.”
“Er is niet veel meer over.” Ik verdeel wat er in de theepot rest over onze mokken.
“Gelukkig is het op. Ik krijg hier vleugels van.”
“Mag ik eens voelen?”
Natuurlijk voel ik niet enkel aan zijn schouderbladen waar zijn vleugels zouden moeten ontkiemen maar overal. Ik draag Thomas naar de slaapkamer.
“Waar draag je me naar toe?”
“Niet naar buiten; naar waar je piemel wijst.”
“Dan is het goed.”
Thomas ligt op zijn rug en ik plaats mijn handen over hem met mijn hoofd aan zijn voeten. Hij kronkelt wanneer ik zijn voetzolen lik. Hij kietelt mijn voetzolen. Dat heeft minder resultaat dan mijn tong op hem.
Ik lik me een weg omhoog. Waar ik naartoe ga, heeft hij ongetwijfeld lang door. Zijn vingers kriebelen mijn ballen die ergens boven zijn gezicht bungelen.

“Oh Wim.” kreunt hij wanneer ik zijn voorhuid naar achter trek en mijn lippen gebruik. Daarna spreken we niet meer want praten is ook voor Thomas moeilijk geworden.
Om een nakend orgasme hoeven we ons een hele tijd geen zorgen te maken. Ik eindig op mijn buik liggend met Thomas languit op mij. Ik moedig hem aan.
Zijn piemel drukt tussen mijn bilspleet en hij gaat los. Het is de eerste keer dat hij luid kreunt in kadans met mijn anders geluidloze lattoflex. Hij stoot voluit tot ik warme vloeistof op mijn rug voel. Ontspannen legt hij zich op me neer. “Oh Wim.” zegt hij een tweede maal. Ik voel me helemaal gelukkig over het verloop van de avond.

Wanneer we in de week samen gaan joggen, kan ik het niet laten om hem te vragen hoe hij het beleefd heeft.
“Geweldig.” zegt Thomas.
“Dat maakt me blij.” antwoord ik.
“Je moet niet te blij zijn. Dit doe je nooit meer.” zegt hij. Ik kan zijn gezicht niet zien in het donker, toch voel ik zijn strenge blik. Zijn levendige wenkbrauwen zullen omhoog krullen, kan ik raden.
“Je hebt me bewust alcohol gegeven. Ik kan zelf losgaan zonder dat ik iets nodig heb. Je had me bijvoorbeeld ook wiet kunnen geven voor ik weet niet welk effect.”
“Ik wilde je niet dronken maken. Dat zou ik nooit doen. Het was enkel bedoeld om helemaal in de stemming te komen.”
“Op die manier wil ik niet in de stemming komen. Je hebt me begrepen. Nooit meer.”
“Sorry. Je hebt volkomen gelijk.” is het enige wat me nog uitwisselen.
We lopen samen in stilte in het licht van de straatverlichting waarbij het tempo fiks de hoogte in gaat.
Zijn afscheidskus is desondanks teder.

Na de douche thuis, zit ik nog wat ontredderd voor me uit te kijken in mijn fauteuil voor ik ga slapen.
Dit moet ik niet meer doen. Het zou ons uit elkaar kunnen drijven. Toch heeft het akkefietje van deze avond op mij een averechts effect. Dit trekt me nog meer naar Thomas toe.
Ik wil een sterke Thomas; niet één die ik naar mijn hand kan zetten.

Gesloten