BLAUW BLOED/OVAA Hfdst.19

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Hans Bernard
Berichten: 378
Lid geworden op: zo 07 dec 2008, 01:13
Vul het getal in: 0
Locatie: Heemskerk

BLAUW BLOED/OVAA Hfdst.19

Bericht door Hans Bernard » vr 16 mei 2014, 06:29

BLAUW BLOED/OVAA


HOOFDSTUK 19


De envelop bevatte slechts een kort briefje:

Hoi Sven,

Hoewel ik eigenlijk vind dat jij een brief had moeten schrijven aan mij, maar dit niet gebeurde, heb ik de pen ter hand genomen. We weten allebei dat het niet goed zit tussen ons. We groeien uit elkaar in plaats van naar elkaar toe. Volgens mij zijn we daar beiden schuldig aan.
Ik zal je niet langer in het ongewisse laten en je meteen vertellen dat ik je niet meer aan onze verplichting houd om nog langer onze afspraken na te komen. Er is teveel gebeurd in de afgelopen tijd, waar ik niet zomaar over heen kan stappen. Ook in mijn privéleven zijn er veranderingen. Daarom ben ik tot dit besluit gekomen en scheiden hier onze wegen. Ik wil dit alles graag, in een gesprek met jou, nader toelichten, want ontegenzeglijk heb ik veel aan je te danken. Ik mag aannemen dat deze brief niet als een volslagen verrassing binnen komt. Als je op mijn verzoek wilt ingaan, hoor ik wel wanneer je weer op Dennehaghe bent. Het ga je goed.
Van oom Harald ga ik persoonlijk afscheid nemen.

Thom


Roerloos staarde Sven naar buiten. Zijn handen trilden. Hij wist dat deze brief hem duidelijk moest maken dat het voor Thom onomstotelijk vast stond dat het voorbij was. Er geen weg meer terug bestond. Het kwam harder aan dan hij verwacht had. Het was echter zijn verdiende loon. Met zijn jaloersheid had hij Thom van zich vervreemd, misschien wel regelrecht in de armen van een ander gedreven. Dat was min of meer op te maken uit de woorden: 'Ook in mijn privéleven zijn er veranderingen. Sven begreep nu, dat hij het waarschijnlijk bij het rechte eind had gehad toen hij tegen zijn oom had gezegd dat hij verwachtte dat Thom en JP. samen waren geweest op de eerste zondag dat hij thuis was. Het was dus over. Hij haalde diep adem, dit deed zeer. Tranen prikten achter zijn ogen. Hij vroeg zich af of hij zelf nu al definitief vond dat Thom niet voor hem bestemd was. Was hij zelf al zover om hun relatie te beëindigen. Of was hij op het punt gekomen dat hij nog een keuze moest maken. Daar had hij nog tijd voor nodig om de wereld om hem heen te verkennen. Hij wilde proeven van het leven waarin hij nu verkeerde, alle facetten van het 'homo zijn' beleven om geen verkeerde beslissing te nemen. Weloverwogen wilde hij tegen Thom kunnen zeggen of hij samen met hem een toekomst wilde opbouwen of dat zij ieder hun eigen weg moesten gaan. Hij voelde zich strijdbaar worden. Zo gemakkelijk zou hij zich niet aan de kant laten zetten. Hij zou vechten voor een juiste evenwichtige keuze. Hij zou bewijzen dat hij geleerd had van zijn fouten. Het was voor hem nog niet voorbij.

Sven kleedde zich voor het diner, trok een van de nieuwe pakken aan dat hij nog niet gedragen had en stapte, neus in de wind de deur uit, zag niet het dunne touwtje dat tien centimeter boven de vloer gespannen was, bleef erachter haken en viel languit voorover. Het gelach dat door de gang klonk was de druppel die de emmer deed overlopen. Tranen sprongen in zijn ogen. Hij wist dat hij zo niet gezien mocht worden, dat hij moest mee lachen alsof hij het ook een beste grap vond. Dat kon hij echter niet meer opbrengen, hij stond op, draaide zich om en liep zo rustig als hij kon weer naar binnen. Toen de deur achter hem in het slot viel, brak hij en huilend viel hij voorover op zijn bed.

Daar vond Armand hem.
Sven voelde een hand op zijn schouder: ”Voel je je niet lekker, ben je ziek?”
“Laat me met rust, ga weg,” klonk het gesmoord door het kussen.
“Niet voor jij me hebt verteld wat er loos is?”
“Neeehee,” riep Sven nu enkele decibels harder. “ga nu weheg”.
“Ik blijf hier net zo lang tot jij mij vertelt wat er gebeurd is.”
Zuchtend kwam Sven overeind en keek door zijn tranen heen naar Armand.
Het gezicht van zijn kamergenoot was wazig. Zo te horen leek hij zich echt zorgen te maken over hem.
Toen Sven rechtop op de rand van zijn bed zat, zag hij pas goed, dat Armand echt ongerust keek.
“Kom op, kerel, Wat is er aan de hand?”
Sven , die begreep dat hij toch niet zou ophouden met zeuren voor hij uitleg had gegeven, stak van wal en deed zijn verhaal. Bij het struikelen over de gespannen draad, zag hij dat Armand moeite had niet te gaan lachen.
Dapper ging hij door:
“Op dat moment, leek het of er iets knapte en kreeg ik een onbedaarlijke huilbui. Zo, nu weet jij het en kun je iedereen vertellen wat ik voor kerel ben. Een kinderachtige vent, die niet eens tegen een geintje kan.”
“Nu moet je ophouden met mij van alles in mijn schoenen te schuiven”, zei Armand, duidelijk geïrriteerd.
Je kent de afspraak: wat hier gebeurt, gezegd of gezien wordt, blijft tussen deze vier muren. Dus ook dit. Vervolgens zou jij intussen zo wijs moeten zijn dat je op je hoede bent voor streken die men met jou uithaalt. Ik heb het al eens meer gezegd, doe alsof je het niet erg vindt, er ook lol van hebt, des te eerder houden de plagerijen op.”
Armand liep op Sven af, gaf een stevige knuffel en zei: “Ik kan wel zorgen dat het allemaal ophoudt, maar dan ben je nog verder van huis en word je voorgoed gezien als een figuur die zijn eigen boontjes niet kan doppen.”
Sven keek Armand dankbaar aan voor diens hartelijke en opbeurende woorden en zag in dat hij, zoals hij vaker deed, te vlug over hem een oordeel had geveld.
“Zullen we voor het diner nog een borrel gaan pakken?”
“Goed idee, geef me dan tien minuten om me even om te douchen en me om te kleden.”
Armand voegde daad bij het woord en begon zich uit te kleden. Sven zat nog steeds op de rand van zijn bed maar zijn kamergenoot trok zich daar niets van aan. Hij babbelde aan een stuk door en voor Sven er erg in had stond hij naakt voor hem.
“Ik duik snel even onder de douche en ben zo terug.”
Sven was maar wat blij dat hij de badkamer in ging want de snelle striptease van Armand had hem niet onberoerd gelaten. Hij ging staan om alles op zijn plaats te duwen. Hij overwoog niet langer op zijn bed te blijven zitten maar bedacht, dat hij zo gauw Armand klaar was, hij zijn gezicht wilde wassen om sporen van het huilen uit te wissen. Hij ging weer zitten. Toen Armand bloot uit de badkamer kwam, wilde Sven meteen naar binnen om zich op te frissen.
“Was dan maar met me meegaan onder de douche, hadden we nog wat lol kunnen beleven.”
Sven trok de stoute schoenen aan want nu wilde hij het ook weten: “Val jij op jongens?”
“Nee, ik ben bi en ik vind het gewoon lekker om een potje te stoeien met een ander, man of vrouw blijft me om het even.”
Sven merkte dat Armands piemel intussen behoorlijk stijf was geworden. Het was maar beter dat hij nu de badkamer in ging. Hij moest echter langs Armand die, erg uitdagend, voor de deur stond.
“Eerst een kus voor je erin mag.”
Sven liep naar hem toe maar voor zijn lippen de zijne raakte had Armand hem al naar zich toegetrokken en voelde Sven diens stijve geslacht tussen zijn benen verdwijnen. Hij gaf een kus waarna Armand hem weer even plotseling losliet als hij hem vastgepakt had en hem de badkamer in duwde. Voor hij de deur dicht deed vroeg hij nog snel: “En jij? Ben jij homo?” Sven kreeg een kleur maar begreep dat hij nu niet meer terug kon en antwoordde volmondig: “Ja.”
“Dacht ik al.”
De deur sloeg dicht en Sven zag in de spiegel zijn vuurrode hoofd en zijn ogen, die nog rood waren van het huilen. Hij gooide goed koud water in zijn gezicht en merkte dat hij nog wat beverig op zijn benen stond door wat er net gebeurd was. Hij droogde zich af, kamde zijn haren, wierp nog een laatste blik in de spiegel, keek of zijn kleren goed zaten en stapte de kamer weer in.
Armand stond, eveneens keurig in het pak bij de deur, op hem te wachten.
“ Ik voel me weer helemaal opgeknapt,” zei Sven in het voorbijgaan toen ze hun kamer uit gingen op weg naar de bar.


Op Dennehaghe werd die avond de tafel voor het diner ingedekt voor drie personen. Niet JP maar Eloise was daar mee bezig. Ze had die morgen van de jonkheer persoonlijk de opdracht gehad het diner uit te serveren. Hij vertelde haar in vertrouwen dat zijn gasten Thom en JP waren en had er nadrukkelijk bij gezegd er niet met anderen over te praten. Toen ze in de keuken kwam, had Eleonoor haar gevraagd of ze al bij de jonkheer was geweest. Daarna had de huishoudster laten horen dat zij ook op de hoogte was en dat ze samen voor het diner en de bediening zouden zorgen. Eloise kon niet nalaten te informeren wat er aan de hand was. Maar Eleonoor had haar terecht gewezen en haar herinnerd aan het feit dat de jonkheer niet wilde dat er over gesproken werd.
Er werd op de keukendeur geklopt en meteen stapte Thom binnen. Het viel de beide vrouwen weer op wat een knappe verschijning hij was. Keurig in het pak liep hij naar ze toe en gaf een hand.
“Wat fijn dat u weer eens op Dennehaghe komt dineren,” zei Eleonoor hartelijk.
Opnieuw ging de keukendeur open en stapte JP binnen, ook voor deze gelegenheid keurig in het pak. Hij knikte naar zijn twee collega's en liep naar Thom om hem een hand te geven.
“Zullen we meteen maar naar de eetkamer lopen? Er is vanavond geen gong.”
Met gemengde gevoelens liep Thom door de gangen van Dennehaghe op weg naar het diner. Eigenlijk had hij niet willen ingaan op de uitnodiging van oom Harald. Hij begreep echter dat hij dat niet kon maken. Het avontuur was ten einde, zijn breuk met Sven definitief en dat alles moest op een goede manier afgerond worden. Dat JP ook aanwezig was, stemde hem gerust. Oom Harald nam hen dus niets kwalijk, zo leek het tenminste.
De jonkheer stond hen in de deuropening op te wachten om ze persoonlijk te verwelkomen. Als aperitief werd een glas champagne geserveerd, waarna de jonkheer een toost uit bracht op de toekomst. Hij legde uit waarom hij de beide knapen had uitgenodigd. Voornaamste reden was een openhartig gesprek over wat er zich in de afgelopen weken had afgespeeld. Hij hoopte dat daardoor de verhoudingen weer normaal zouden worden en de geruchten over vermeende relaties zouden verdwijnen. Thom en JP knikten instemmend. En zo ontstond er een openhartig gesprek waarin ze alle drie de gelegenheid kregen hun verhaal te vertellen. Thom vertelde over zijn brief, de strijd die hij gevoerd had, zijn vriendschap met Sven maar ook de problemen met diens jaloersheid en de vriendschap die was ontstaan met JeanPaul. Ook het standsverschil was een moeilijk te nemen horde geweest.
JP biechtte zijn eenmalig contact met Carl op en oom Harald wilde weten wat de bedoeling was geweest van dat gesprek. JP legde de situatie uit en bezwoer zijn baas de oplossing van dit probleem aan hem en Thom over te laten. De jonkheer ging akkoord maar eiste wel dat ze uitgebreid verslag zouden doen van de afwikkeling. Nu ze het toch hadden over hun samen vroeg oom Harald of Thom en JP speciale gevoelens voor elkaar hadden. Hierop antwoordde Thom dat zij louter vrienden waren en of de toekomst daar veranderingen in bracht zou de tijd leren. De jonkheer verzocht hierop beiden open te zijn naar het andere personeel om zo geruchten over een relatie de kop in te drukken. Zij mochten zich vrij op Dennehaghe vertonen. Hij sprak de hoop uit dat Thom ook bij hem, zo nu en dan eens aankwam.
Het was een vruchtbare bijeenkomst waarbij alle wrijvingen, misverstanden en andere nare zaken aan het einde van het diner, verdwenen waren. Oom Harald beloofde dat hij Sven uitgebreid verslag zou doen van dit gesprek. Daarmee kwam er een einde aan hun samenzijn. De jonkheer nam afscheid en vertrok naar de bibliotheek. Hij betrapte zich erop teleurgesteld te zijn dat er geen toekomst leek te zijn weggelegd voor Sven en Thom. Zo zag het er althans nu uit. Hij was er ondanks alles nog niet zo zeker van.



Mei 2014 © Hans Bernard

Gesloten