EEN BIJZONDERE KERST - INTERMEZZO 2 - hoofdstuk 3 en 4

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Lucky Eye
Berichten: 689
Lid geworden op: za 03 jan 2009, 19:35

EEN BIJZONDERE KERST - INTERMEZZO 2 - hoofdstuk 3 en 4

Bericht door Lucky Eye » do 25 dec 2025, 08:15

Een verhaal van Lucky Eye

Disclaimer:
Dit verhaal is niet gebaseerd op feiten. Elke overeenkomst met gebeurtenissen, personen, plaatsen en tijden berust dan ook op toeval.



EEN BIJZONDERE KERST – INTERMEZZO 2


Hoofdstuk 3

Toen Jem weer in het donker op de veranda verscheen, wist Henri dat hij boos was. De geluiden die hij had gehoord waren al te duidelijk. Hij meende dat het beter was om het gesprek meteen maar te openen. 'Heb je de kaarsen?'

'Nee. Ik heb iets meegekregen dat geen gevaar kan voor een sukkel zoals ik.'

'Huh?'

'Laat maar.' Hij ging op het trapje zitten en maakte de doos die zijn moeder hem had gegeven open. Hij tastte erin, en haalde er iets uit. Bovenaan voelde hij iets dat de vorm van een vlammetje had. Het ding omgedraaid in zijn handen vond hij een schakelaar. En ja, er was licht!

'Wauw! Handig, man!'

'Vind je?'

'Jij niet dan?'

'Nee! Nep!'

'Tja, wellicht. Sorry.'

'Huh?'

'Onbewust maakte ik een woordgrapje. Laat maar.'

'Nee, leg het uit, alsjeblieft.'

'Straks. Heb je er nog meer?'

'Zat.' Jem gaf er twee aan Henri. Die knipte ze aan.

'Ga jij maar voor,' gaf Henri aan, en vervolgens liep hij achter Jem aan verder de tuin in.

'Hier oppassen,' gaf Jem advies, 'er ligt de nodige rotzooi die we nog niet opgeruimd hebben.'

De jongen zag het en laveerde tussen iets wat hij niet goed kon herkennen door. De tuin was veel groter dan hij gisteravond had gezien, zo bleek. Eindelijk stopte Jem en ging hij zitten. Henri nam de stoel naast hem. Hij zette de bak op de tafel en deed ook de andere lampjes aan.

'Er zit ook nog een afstandsbediening in. Waar zou die voor zijn?'

'Laat eens kijken?' Nadat Jem hem het apparaatje had gegeven zorgde hij ervoor dat het licht van een van zijn lampjes erop scheen. 'Ah! Ik denk het te herkennen.'

'En waar is het dan voor?'

'Je kunt het licht er mee aan en uit doen.' Hij richtte het op het lichtje van Jem en drukte op een van de knopjes.

'Hmmm.'

Snel drukte hij op het andere knopje, zodat het licht bij Jem weer aan ging. 'Niet onder de indruk?'

Jem reageerde niet.

'De andere knoppen lijken voor een tijdschakelaar voor verschillende tijden.'

'Stom.'

'En je kunt het minder fel laten branden.' Dit keer geen reactie. Er was iets mis. En het leek erop dat Jem eraan bleef hangen. 'Zullen we de andere ook aan doen?' Nog steeds geen antwoord. Zelf keek hij in de doos en zag er nog negen liggen. Hij deed ze aan. Vond het niet nodig om het licht te dempen. Zag ook nog iets anders liggen. Hij pakte het op, keek er even naar en begreep al snel wat te bedoeling was. Hij liet een lichtje in het houdertje zakken. Het zorgde ervoor dat het licht wat diffuus werd. Hij vond het mooi. 'Zullen we de andere ook zo doen?' Hij drong aan. 'Jem?'

'Maakt me niet uit. Je doet maar.'

Snel was hij klaar met het karwei. Het stond mooi, zo was zijn mening. 'En weet je, als het regent kun je ze ook gewoon gebruiken. Hij liet een lampje uit het kokertje zakken, zette het lampje op tafel en deed het kokertje er op de kop overheen. 'Kijk! Zo blijft het mooi droog als het regent.'

Jem voelde zich enorm rot. Hij hoorde amper wat Henri zei. De tranen brandden achter zijn ogen.

Henri was het zat. Het was hem duidelijk dat er iets mis was. Het liefst wilde hij dat Jem erover zou praten, maar … hij zelf was eerder ook weggelopen. Toen had hij ook moeten praten, maar had hij het niet gedaan. 'Jem! Ik wil dat je naar me luistert. Je bent niet voor niets naar de tuin gekomen. Je wilde met me praten. Dat vind ik prima, maar ik heb het idee dat ik nu eerst naar jou moet luisteren. Er is iets dat jou dwars zit. We kunnen straks praten over mij. Maar nu wil ik graag dat jij eerst gaat praten.'

'Hmmm.'

'Goed begin, maar niet veelzeggend.'

Jem wist dat hij moest praten. Alleen op die manier zou hij het rottige gevoel kwijt kunnen raken. Toch besloot hij het nog iets uit te stellen. 'Wat was nou dat taalgrapje van jou?'

'Ahum. Wil je dat echt weten?'

'Ja.'

'Oké. Jij noemde deze lichtjes nep, en ik reageerde met: "Tja, wellicht." Wellicht is een … ' snel slikte hij het woord dat hij had willen zeggen in, en verving dat door: 'Wellicht betekent misschien. Maar als je er twee woorden van maakt krijgt je: 'Wel licht' Onbewust gaf ik aan dat het nep is, maar dat het toch licht geeft.'

Jem gniffelde. 'Leuk, man!' Hij zuchtte nog maar eens. Niet dat het zou helpen. 'Oké, daar gaat ie dan.'

Aandachtig luisterde Henri naar dat wat Jem hem vertelde. Hij wilde geen woord missen, en ondertussen ook zoeken naar dat wat er achter de woorden schuilging, want dat was vaak het geval. Woorden hadden een lading. Toen Jem stopte, wist hij dat het zijn beurt was om iets te zeggen, maar was hij daar niet meteen klaar voor. 'Geef me nog even wat tijd,' vroeg hij toen het Jem te lang duurde en hij hem om een reactie vroeg. 'Lastig, Jem,' begon hij dan toch, 'ik begrijp heel goed hoe jij je moet voelen.'

'Hoe dan?'

'Waarschijnlijk voel jij het zo dat je moeder je behandelt als iemand die niet verantwoordelijk is.' Het bleef stil. 'Ik kan het helemaal fout hebben. Als dat zo is, dan mag je dat gerust zeggen.'

'Nee, je zit goed. Ik … natuurlijk heb ik iets stoms gedaan. Niet één keer, maar vaker zelfs. Ook wel een keer dat zij het niet door heeft gehad, maar dat ik het liggend in bed zelf ontdekte en snel naar beneden ging om alsnog die kaarsen uit te blazen.'

'Maar een paar keer ben je het echt vergeten.'

'Ja! En nu heb ik het gevoel dat ze me niet meer vertrouwt. Is dat stom?'

'Nee. Ik denk dat je gevoel juist is.'

'Maar waarom doet ze dan zoiets! Dat ken ik niet van mijn moeder. Oh … wacht … achter jouw antwoord komt nog een stukje dat begint met "maar" nietwaar?'

Henri knikte. Ze zaten dicht bij elkaar en de kleine lichtjes zorgden voor voldoende licht. 'Vooraf zeg ik je, zodat het duidelijk is, dat ik niet beter ben dan wie ook.'

'Dat ben je wel.'

'Als je in die korte tijd dat wij elkaar nu kennen dat gevoel van mij hebt gekregen, dan vind ik dat jammer.'

'Jij bent gewoon hartstikke slim. Dat is duidelijk te merken.'

'Ik ben niet beter dan wie ook. Ik kan soms verrekte stom uit de hoek komen, en … nog kwalijker is dat ik het soms met opzet doe.'

'Moet je me uitleggen.'

'Je weet iets van hoe het er bij mij thuis aan toe gaat. Je hebt onze woonkamer gezien met die twee kerstbomen.'

'Beide spuuglelijk!'

'Helemaal met je eens. Ik heb jou en de anderen het een en ander verteld. Als er iets niet goed gaat, dan probeer ik me vaak voor te stellen hoe het voor mijn ouders is.' Een van de lampjes ging uit.

Jem begon te grinniken. 'Heb jij lucifers bij je?'

'Malloot!' Hij keek in de doos en zag de oplader liggen waarop je meerdere kaarsjes tegelijkertijd kon opladen. 'Je moet ze weer opladen. Kijk!'

'Handig hier in de tuin.'

'Dat niet.' Hij legde de oplader op tafel neer. 'Dat bekijken vanuit mijn ouders geeft me … soms … een ruimere blik.'

'En dat kan ik ook met mijn moeder doen.' Het was niet echt een vraag, maar uit het antwoord van Henri bleek dat hij dat wel zo had opgevat.

'Ja. Je zou je kunnen proberen in te leven in haar. Je de vraag stellen waarom ze jou zo-even deze bak met die nepkaarsjes heeft gegeven.'

Het antwoord van Jem schoot er meteen uit: 'Omdat ze mij een stomko… '

'STOP! Ik heb het niet helemaal goed uitgelegd. Het spijt me. Ik had je erbij moeten zeggen dat je dat inleven in die ander moet doen, zonder meteen met oordelen te komen. Je hoeft die ander niet te beoordelen, maar jezelf ook niet. Probeer het neutraal te houden. Kijk of je kunt zien wat er achter zit.'

Omslachtig vond Jem. En hij bracht dat onder woorden met: 'Maar waarom vertelt ze mij dat niet gewoon!'

'Misschien was ze dat van plan. Misschien kwam er iets tussen. Komt je dat bekend voor?'

'Ja! Zo gaat het vaak bij ons. Kun je ook zien aan de invulling van deze Kerst. Dat liep allemaal ook heel anders dan gepland.'

'Zoiets kan het zijn. Ik heb het idee dat jouw moeder en Jacob heel zorgvuldig met jou omgaan.'

'Wat bedoel je daar nou weer mee!'

'Ik zal proberen het duidelijk te maken.' Even overwoog hij welke woorden hij zou gebruiken. Uiteindelijk koos hij voor: 'Ze proberen zo goed mogelijk voor jou te zorgen.'

'En daar horen die stomme nepkaarsjes ook bij?' Dit keer wel een duidelijke vraag.

'Ja! Vergeet niet dat jij nog steeds niet hebt gekeken vanuit het gezichtspunt van je moeder.'

Jem bromde wat. Dat was hij vergeten. Maar … was er niet iets tussengekomen, had Henri niet gezegd …

'Ook mijn schuld. Ik kwam met iets anders op de proppen. Vannacht heb ik lang met je moeder gepraat. We hebben het voornamelijk over mij gehad, maar ook een beetje over jou. Ze vertelde onder andere dat jij hier in het dorp naar school bent gegaan, omdat de klas in Maastricht veel te groot voor jou was.'

'Ja. Daar werd ik echt gek van!'

'Ja, dat was voor haar duidelijk, en daarom gingen jullie hier bij je oma en opa wonen. Zo kon jij naar de school in het dorp, in een klas die veel kleiner was. Eén van de vele dingen die de mensen die van jou houden voor jou gedaan hebben. Er zijn vast veel meer dingen geweest in de afgelopen jaren.'

'Stop maar. Ik denk dat ik het al een beetje begin te vatten. Mijn moeder zei net ook zoiets. Ze had er met mij over willen praten, toen ik haar zojuist vroeg naar kaarsen. Hmmm.'

'Probeer het eens, Jem!'

Jem liet zich achterover zakken tegen de rugleuning. Hij sloot zijn ogen. Deed ze ook meteen weer open. Met de ogen dicht kwamen er allerlei beelden op hem af, die hij liever niet wilde zien. 'Kan ik mijn ogen openhouden bij dat wat jij wil?' Hij zag Henri knikken. 'Oké, probeer ik het opnieuw. Het duurde even, maar toen kwam er iets in hem op. Meteen bracht hij het onder woorden. 'Ze is gewoon bezorgd. Ze … is niet alleen verantwoordelijk voor mij, maar ook voor Jacob, voor het huis. En … als ik dat … hoe onbedoeld ook … in brand steek … dan … dan hebben we alle drie geen thuis meer.' Maar hij was niet zeker of het dit was wat Henri bedoelde, en daarom vroeg hij aan.

'Ja. Ik denk dat dat het is, Jem. Ik hoef er helemaal niets aan toe te voegen.'

'Mag gerust, hoor!'

'Niet nodig. Als je het zo bekijkt, is de manier van doen van je moeder dan wel te accepteren voor jou?'

'Ja. Stom dat ik daar niet meteen aan gedacht heb.'

'Hou daar eens mee op, man! Steeds opnieuw gebruik je dat woord!'

'Niet op reageren. Gewoon een woord dat hier vaak over tafel gaat. Het woord "gek" gebruiken we ook veel.'

'Oké. Ik moet daar aan wennen.' En aan meer dingen, zo wist hij.


Hoofdstuk 4

Henri was blij. De methode die hijzelf vaak gebruikte, had ook bij Jem gewerkt. Dingen van verschillende kanten bekijken, hoeveel dat er ook waren, gaf inzicht.

Jem keek naar Henri. Hij zag dat er een glimlach rond diens lippen was. 'Ben je tevreden?'

'Het is belangrijker dat jij tevreden bent. Jij was boos, nietwaar?'

'Is dat een gewoonte van jou om altijd en eeuwig met een tegenvraag te komen?'

'Niet echt. Gebeurt ook niet "altijd en eeuwig", zoals jij zo heel duidelijk overdrijft.'

'Ik deed het expres.'

'Dat voelde ik heus wel, hoor! En ik weet ook waarom je het doet.'

Jem keek op zijn neus. Hoe kon Henri dat weten? 'Nou, laat dan maar eens horen!'

'Wat!'

'Waarom doe ik dat wat ik deed.' Meteen schoot Jem in de lach. Het was een wel heel vreemde zin. 'Laat maar, want … ik geloof dat het er niet duidelijker op wordt. Ik heb nog wel een andere vraag voor je. Mag ik?'

Henri knikte. Hij wist dat het in het weinige licht van die lampjes te zien moest zijn. De vraag die Jem stelde was of woorden voor hem belangrijk waren. Een antwoord daarop was niet zo snel te geven. Hij nam dan ook de tijd, voordat hij met een antwoord – een formulering in wording kon je het beter noemen – kwam. 'Ik heb geleerd dat woorden belangrijk zijn.'

'Dat is niet mijn vraag, broeder.'

'Ik weet het. Maar als je op een kort antwoord zit te wachten, dan moet ik je teleurstellen.'

'Ben je altijd zo … euh … uitgebreid in je antwoorden dan?'

'Nee. Je overdrijft opnieuw. Maar het is iets wat ik aangeleerd heb gekregen. Dus? Wil je mijn antwoord?'

'Ach ja, we hebben toch niets beters te doen, volgens mij. Gelukkig is het niet koud.''

'Zal ik dan maar verder gaan?' Even wachtte hij, maar niet te lang. 'Ik heb geleerd dat woorden belangrijk zijn. Mijn ouders hebben me volgens mij bewust al heel snel leren praten. Ik heb het idee dat zij baby- en kindergeluidjes helemaal niets vinden.'

'Euhhh … even voor mijn duidelijkheid. Is dit iets wat je zeker weet, of iets wat jij denkt?''

'Dat laatste. Zeker weten doe ik het niet. Ik had het anders moeten formuleren.'

'Doe maar niet.'

Henri bedankte Jem, en kreeg vervolgens een flinke stoot tegen zijn schouder. Hoewel het flink aankwam, liet hij er niets van merken. 'Mijn ouders vonden een klein kind helemaal niets. Vonden het meer een verplichting dan iets dat leuk was. Ze moesten, nu gebruik ik wel woorden die ik uit hun mond heb opgetekend, een erfgenaam voortbrengen. En toen ze die eenmaal hadden, hebben ze er alles aangedaan om te zorgen dat mijn moeder niet opnieuw zwanger zou worden. Bewust geen broertje of zusje voor mij. Ik vind dat een gemis. Ik ga niet zeggen dat alleen opgroeien niet goed is. Maar ik … ik had het nodig. Ik groeide op in een wereld van volwassenen. Mijn ouders op afstand, en de kinderjuffrouwen en gouvernantes dichtbij.' Even stopte hij.

'Zal ik mijn moeder halen?' vroeg Jem, terwijl hij een hand op de arm van Henri legde.

'Nee. Doe maar niet. Ik moet dit eerst kwijt. Dit voor het eerst onder woorden brengen. En natuurlijk had ik vannacht de kans om het bij jouw moeder kwijt te kunnen, maar ... toen heb ik me stom genoeg groot gehouden.'

Even kwam het in Jem op om Henri op zijn eigen woorden terug te pakken. Als hij het woord "stom" niet mocht gebruiken, dan telde die regel ook voor hem. Maar hij deed het niet. Voelde aan – hoe bijzonder – dat hij Henri moest laten praten.

'Nu kan ik dat niet meer.' Hij voelde hoe de tranen over zijn wangen begonnen te lopen. 'Het spijt me dat … '

'Niet doen! Zeg dat wat je kwijt wil aan mij, Henri! Ik blijf hier zitten. Net zolang tot jij je hart … Tja … nou weet ik het even niet meer.'

'Ik begrijp je, Jem. Weet wat je wilde zeggen. Mijn ouders …. dat is een verhaal apart. Heb jullie er iets van verteld. Heel graag wilde ik vroeger met hen op vakantie. Gewoon op vakantie. Het hoefde niet zo nodig voor mij naar een land ver weg in het buitenland. Mocht gerust gewoon in Nederland zijn, of dagjes uit. Ook goed. Nooit zijn ze met mij echt op vakantie geweest. We gingen altijd en eeuwig … heb je die opmerking weer, maar nu is het absoluut niet overdreven. Altijd, eeuwig naar een resort. Daar werd ik overgedragen aan anderen. 's Nachts sliep ik in hun appartement, maar er was altijd zorg voor de nacht voor mij geregeld toen ik klein was. Twee weken in de zomer en een aantal dagen in de kerstvakantie. Echt een dagje weg met mijn ouders, zoals andere kinderen dat gewend waren, dat deden die van mij niet. Nooit. Niet met hen in elk geval. Een kinderjuffrouw of gouvernante deed dat. Ik ben in Scheveningen geweest aan het strand met zo iemand. Heb in Amsterdam het Rijksmuseum gezien met zo iemand. De Domtoren beklommen met een gids, omdat mijn gouvernante van toen hoogtevrees had.' Even brak er een glimlach op zijn gezicht door. 'En nu … nu weet ik het even niet.'

'Wat bedoel je precies?' vroeg Jem, omdat hij niet wist wat er bedoeld werd.

'Vannacht praatte ik met je moeder. Ik legde haar uit wat ik na dit jaar zou gaan doen. Niet mijn idee, maar dat wat mijn vader graag wil. Een studie in Engeland. Inwonen bij een kennis van mijn ouders. Weg van huis. Stemde daar niet van harte mee in. Hij wil dat ik een economische studie ga doen, terwijl ik veel meer wil doen met muziek. Daarvoor hoef ik niet naar het buitenland. Het conservatorium in Maastricht staat goed aangeschreven. Bovendien wil ik zelf muziek leren schrijven.'

'Wil je beroemd daarmee worden?'

'Nee! Echt niet! Daar … dat zou ik niet kunnen. Ik wil niet in de spotlights. Ik wil iets maken dat anderen, die dat wel willen, kunnen uitvoeren. En ja … misschien wil ik het zelf wel spelen. Maar nooit helemaal alleen. Misschien met een koor, misschien met iemand anders die piano speelt. Dat lijkt me leuk.'

'Maar … daar komt het niet van dus.'

'Nee. Het is stom van mij … '

Nu onderbrak Jem Henri wel. 'Zeg, maat! Als ik dat woord van vier letters dat begint met een S en eindigt op een M niet mag gebruiken, dan mag jij dat ook niet, want anders is het niet eerlijk.'

Henri schoot in de lach. Zo erg dat hij er pijn in zijn buik van kreeg. Met de mouwen van zijn trui veegde hij zijn gezicht droog. 'Ik beloof je, Jem, dat ik mijn best zal doen om dat woord met op de tweede plaats een T, en gevolgd door een O niet meer zal gebruiken.'

'Meer kan ik niet van je vragen, maat!'

'Waar komt dat woord vandaan?'

'Maat?' Jem zag Henri knikken. 'Weet ik veel. Matthieu en ik gebruiken dat vaak.'

Dat vond Henri mooi om te horen. Het voelde voor hem alsof hij dezelfde status als de beste vriend van Jem had bereikt.

'Maar wat is er nou precies puntje, puntje, puntje, puntje aan?'

'Dat ik niet doe wat ik zelf wil! Ik heb dat zowat mijn hele leven gedaan! En nu … juist nu … zou ik dat niet moeten doen! Een opleiding na het voorgezet onderwijs is belangrijk. Het bepaald vaak je toekomst. Natuurlijk kun je als zo'n opleiding niet bevalt altijd kiezen voor iets anders, maar … het is wel bepalend. En dan … dan probeer ik mijn vader te pleasen.'

'Ja. Waarom heb je dat gedaan?'

'Goede vraag, Jem. Ik weet het niet.'

'Kom! Dat kan ik me niet voorstellen. Er moet iets zijn waarom je daarvoor gekozen hebt. Je gaat naar het buitenland, man! Je gaat inwonen bij vreemden! Dat zijn dingen die … nou ja … ik zou er niet aan moeten denken! Maar … ik ben natuurlijk niet jij … euh … zeg ik dat goed?'

'Ik begrijp het, Jem, en dat is het meest belangrijke.'

'Je bent veel te jong voor zoiets, Henri! Maar nog een keer, dat is mijn mening. En misschien had ik dit helemaal niet moeten zeggen.'

'Juist wel! Zo voelt het ook voor mij, Jem.'

'Maar?'

En daarna legde Henri uit waarom hij toch daarvoor had gekozen. Iets dat hij in de nachtelijke uren ook met Tinie had gedeeld. Maar aan het eind bracht hij ook onder woorden waarom hij daar nu aan twijfelde.

Wordt vervolgd …



Reacties zijn van harte welkom op de site waar dit verhaal legaal geplaatst is, maar ook via mijn e-mailadres: lucky_eye2@yahoo.co.uk



©Lucky Eye, december 2025
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de houder van het auteursrecht.

Gesloten