Pagina 1 van 1

Witte Merels Deel 7 W

Geplaatst: zo 17 nov 2024, 06:40
door Wimmie
Witte Merels Deel 7 W

We hebben onze start bijna gemist. Thomas heeft veel lef. Hij had de leiding genomen in het gesprek. Ik kan het bijna niet vatten hoe vanzelfsprekend hij mijn verleden heeft geaccepteerd.
Terwijl we zo goed als vastgelopen waren, wordt alles opeens heel gemakkelijk.
Na zo’n vruchtbaar gesprek is het niet erg dat hij naar huis gaat. We gaan nog afspreken en ik ga hem straks onmiddellijk bellen.
Twee van mijn vrienden komen toe. “Ik ga naar huis.” zeg ik.
“Wat krijgen we nu? Is er iets gebeurd? Ik zag Thomas nog net buiten gaan.”
“Alles is perfect in orde” zeg ik. “Ik ga thuis in bad liggen en dan wordt het een avondje ‘me time.’“
Carlo en David kijken elkaar glimlachend aan.
“Tot volgende week dan maar.”
“Zeker weten.”

Er is veel verteld en ik heb veel stof om over na te denken.
Thomas heeft zichzelf uitgenodigd op mijn appartement. Ik ga komend weekend met hem afspreken. Hij heeft zijn voet tussen de deur gestoken en ik ben verplicht om hem uit te nodigen. Niet dat de verplichting als erg aanvoelt .
Normaal zou ik er nog een tijd mee gewacht hebben. Ik weet dat we nu alle mogelijkheden zullen hebben. Hij heeft heel verstandig aangegeven dat hij wil praten en pas verder wil gaan als we het allebei aangeven.
Dat is een goede afspraak. Het feit dat hij dit stelt, betekent dat hij het in gedachten heeft om verder te gaan. Ik kan zijn zelfzekerheid niet rijmen met het feit dat hij in de kast zit. Voor mij is seks niet moeilijk. Ik ga me afwachtend opstellen maar ik weet van mezelf dat ik met deze jongen verder wil gaan. Hij gaat wanneer hij er klaar voor is aangeven dat hij verder wil. Dan ga ik mogelijk met mijn verstand nee zeggen terwijl de omstandigheden een ja verlangen. Ik hoef daar nu niet over na te denken. We zullen dat ooit met twee beslissen.

Terwijl ik in bad lig, laat ik het vol lopen. Ik voel me ontspannen en stuur Thomas een berichtje. ‘Mag ik je bellen?’
‘Een minuut, ik ga naar mijn kamer.’ stuurt hij.
Ik wacht voldoende lang om hem de kans te geven.
“Ik ga er geen gras over laten groeien. Volgende week zaterdag om 12 uur in de Anselmostraat 31. We eten bij mij.”
“Om 12.30 kan ik bij jou zijn. Ik zal thuis gegeten hebben, anders val ik op.” antwoordt Thomas.
“We gaan veel praten. Om hoe laat moet je thuis zijn. Eet je ‘s avonds dan bij mij?”
“Dat kan maar ik moet op een redelijk uur thuis zijn.”
“Wat is een redelijk uur?”
“Dat moet ik nog onderhandelen. Ik hoop acht uur.”
“Tot volgende week.” Ik hou het kort.

Mijn vrienden ontmoet ik vrijdagavond.
“Waar is Thomas?”
“Die zie ik morgen.”
“Je houdt hem hier hopelijk niet weg. “
“Ik zal hem af en toe wel tevoorschijn toveren.” We hebben een normale, gezellige avond.

Thomas belt stipt op tijd aan. Ik ben blij. Ik stond intussen een tiental minuten te ijsberen en regelmatig door het raam te kijken maar vanop de derde verdieping heb je het overzicht op de straat niet. Niet wetende wat doen, heb ik me een tweede maal geschoren.
Ik haast me met de trap naar beneden.
“Je bent stipt. Er bestaan maar twee soorten mensen: degenen die altijd op tijd komen en degenen die steeds te laat zijn.”
“Dan behoren we allebei tot de eerste categorie.”
Een kus geef ik hem niet en ook geen hand. Ik wil niets onhandig doen.
“Ik laat je het hele appartement zien en omdat we beneden zijn, neem ik je eerst mee naar de garage. Een auto bezit ik niet. Die heb ik niet nodig in de stad. Om mijn ouders te bezoeken, kan ik de trein nemen. Hier staan mijn paarden”, wijs ik hem. “Ik heb een leasing speed pedelec van het werk, een koersfiets en een gewone fiets.”
“Ik wist enkel van je gewone fiets af.”
“Het is maar een garage maar mijn paradepaardjes moet ik je tonen”.
We nemen de lift tot het derde. Mijn appartement heeft een goede afwerkingsgraad. Ik toon hem de grote slaapkamer. De kleine slaapkamer heb ik ingericht als berging. De ruime berging is mijn computerkamer geworden. De badkamer is goed uitgerust en heeft een hoekbad. Keuken en living vormen één ruimte.
Thomas neemt alles in zich op. Hij heeft extra aandacht voor de collage met een paar jeugdfoto’s van mezelf en de foto’s van mijn ouders en zus.
“Vooral dit heeft me over de streep getrokken”: Ik wijs breed met de linkse arm naar het uitzicht over de rivier.

Zoals het een goede gastheer past, bied ik hem wat te drinken aan en zet zoute nootjes op de salontafel. Hij heeft zich geïnstalleerd en zit relaxt rond te kijken.
Voor het eerst zie ik hem in een korte broek. Hij heeft mooie benen, denk ik bij mezelf. Tot mijn spijt droeg hij bij de eerste ontmoetingen altijd een lange broek. Na enkele seconden nadenken spreek ik het uit: “Je hebt mooie rechte benen en gespierde bovenbenen.”
Omdat hij zit, zie ik een stukje quadriceps boven zijn knieën. Hij heeft benen eigen aan zijn leeftijd. Ze zijn weinig anders dan de mijne maar aan die van Carlo zie je dat hij 27 is. Thomas zal wat meer spiervolume krijgen later, schat ik. Hij zal niet sterk veranderen omdat hij een slanke lichaamsbouw heeft.
“Ze zijn krom.” lacht hij.
“Ze zijn niet krom.” We kijken naar onze benen. Ik heb een comfortabele groene sweatshort aan en een witte T-shirt. “Normale onderbenen hebben een kromming, de mijne ook. Zelfs als je geen X of O-benen hebt, dan zijn ze niet recht.”
Ik open het echte gesprek zonder omwegen. Er is geen onderwerp wat me tegenhoudt. Hoe anders was het de voorbije weken.

“Thomas, je redeneert het leeftijdsverschil tussen ons weg. Alsof ik vier jaar van mijn ontwikkeling heb gemist en niet heb geleefd. Dat ga ik weerleggen. Je gooit vier jaren van mijn leven in de vuilnisbak. Het escortwerk heeft me veel geleerd. Ik heb veel beter leren communiceren. Ik heb leren geven. Dat is een belangrijke: als je geeft krijg je vaak iets terug. Soms was dat meer dan geld. Er was vriendschap, er was affectie. Met een aantal klanten kreeg ik een band. Je mag niet te betrokken worden want het blijft een zakelijke relatie. Escort zijn, is heel dubbel en jij kan dat niet beseffen. Ik begrijp veel beter dan vroeger wat liefde wel is en wat het niet is.

Je dacht dat ik me schaamde. Dat doe ik ook maar het zit ingewikkelder in elkaar. Het heeft te maken met hoe ik in het leven sta. Mijn vroegere vriend heette Corneel. Het was niet uit jaloezie of om hem helemaal voor mezelf te hebben dat de relatie geen kans maakte. Ik wil trouw zijn en dat is onvoorwaardelijk. Dat voorbeeld hebben mijn ouders me gegeven en daar sta ik achter. Het heeft met waarden te maken. We zijn katholiek thuis. Naar de mis ga ik niet omdat ik geen voeling heb met het concept maar het gedachtegoed heeft me gevormd. Dat escort fout is, is ongenuanceerd. Het liegen tegen mijn ouders enzovoort maakte dat ik overhoop lag met mezelf. Het geld is aanlokkelijk en als je erin zit, is het lastig ermee te stoppen. Dat soort leven past niet bij mij, het past niet bij wie ik ben.
Heel graag praat ik er nog steeds niet over. Het stoort me niet als je met vragen zit. Er valt veel over te zeggen maar het is zo moeilijk te verwoorden waar het om gaat.

Tenslotte wil ik het met jou zo weinig mogelijk hebben over ons leeftijdsverschil. Het bestaat, maar het zal niet onoverkomelijk zijn. Ik dacht ook op mijn achttiende volwassen te zijn. Ik ben sindsdien niet veranderd maar die vier jaar maken toch een verschil. Je gaat daar pas later zelf over kunnen oordelen dat er een verschil is tussen achttien en tweeëntwintig.

Genoeg over mezelf. Je wijt je volwassenheid aan je thuissituatie. Je gaf aan dat hier bij mij te willen bespreken. Je wil ook niet met mij op straat gezien worden en bent nergens uit de kast. Dat gegeven is in tegenspraak met je schijnbare zelfvertrouwen.
Dat is een hele boterham. Nog iets drinken? Of kijk maar in de koelkast. Ik heb verschillende dingen te koelen gezet.”

Hij komt terug met een flesje bier. “Ken ik niet. Dit verkopen we niet in de Jumbo. Wat ik niet ken, trekt me aan.”
Het is een Omer. “Wacht, ik heb het bijbehorende glas.” Ik schenk het bier correct in.

Hij wacht niet en steekt van wal.
Thomas kan onmogelijk ‘niet communiceren’. Hij praat helder en veel. Spreken gaat bij hem gepaard met een levendige mimiek. Zijn afgetekende donkere, maar weliswaar fijne wenkbrauwen dansen ongecontroleerd mee met zijn sprekende, wakkere ogen. Wanneer hij iets vertelt wat in tegenspraak is met wat hij denkt, zal ik dat kunnen opmerken als ik hem beter ken. Ik schat hem als doodeerlijk in maar probeer hem tegelijk te lezen.