Aleksei en Almar,
Oleksiy i Alʹmar,
Олексій і Альмар,
deel 9.
“Wil je dan even geduld hebben, Almar? We zijn met Petr en Tatjana in gesprek om het te regelen. Zij komen hier het weekeind met zijn allen eten en dan krijgen jullie het te horen. En wil je niets tegen Aleksei zeggen? Petr en Tatjana willen hem verrassen.”
“Wooow, dank je wel, Erik. Dat is giga gaaf! Maar het is maar een 4-persoons camper, hoe moet dat dan?”
“Heb je wel eens van tenten gehoord? Dat is voor jullie de oplossing, mits je die steeds zelf opzet en afbreekt en wel op tijd, zodat we niet op jullie hoeven te wachten.”
“Dat is helemaal gaaf! Samen in een tent is bijna net zo leuk als samen in een boot.”
“Dat dachten wij ook. Maar mondje dicht tegen Aleksei, zijn ouders willen het hem zelf vertellen.”
Ik kan niet wachten op het weekeind. En ik heb de grootste moeite mijn mond te houden tegen Aleksei. Maar ik heb het beloofd en ga het ook doen.
Zaterdagavond is het prachtig weer. Het is dat er afgesproken is dat Aleksei en zijn ouders en zussen komen, anders waren we misschien wel gaan zeilen. Maar dit wordt vast veel leuker.
Peter en Erik hebben de barbecue klaargemaakt. Wij hebben een gemetselde barbecue in de tuin staan, ik heb nog meegeholpen hem te bouwen toen ik 11 was. Hij is groot: je kunt er makkelijk met 10 personen tegelijk aan barbecueën. We zetten de grote buitentafel er bij en zo kunnen we met 9 personen gezellig vlak bij de barbecue zitten. De tafel is heel feestelijk gedekt, dat is iets voor Peter, die vindt dat leuk om te doen.
Dan komen om 6 uur Aleksei en zijn ouders en zussen, ze lopen achterom, met Aleksei voorop, die bij ons kind aan huis is. We vliegen elkaar in de armen alsof we elkaar weken niet hebben gezien.
Aleksei spreekt nu hij bijna 2 maanden in de pastorie woont best goed Nederlands. Met een leuk accent, maar zijn woordenschat is behoorlijk. Zijn zussen doen het een stuk minder goed. Maar ja, die hebben ook geen vriendje waar zij voortdurend Nederlands mee kunnen praten. En Aleksei’s ouders hebben het nog best moeilijk met het Nederlands, die praten met elkaar ook steeds Oekrains, alleen met Aleksei als ik er bij ben praten ze zo veel mogelijk Nederlands.
Als we allemaal wat te drinken in onze glazen hebben en de eerste lading vlees van de barbecue op onze borden ligt, er heel gezellig wordt gepraat in het Nederlands en het Oekrains door elkaar, waarbij mobiele telefoons worden gebruikt maar Aleksei en ik ook flink wat vertalen, vraagt de vader van Aleksei of hij even wat mag zeggen. Mijn hart slaat even een slagje over en begint dan harder te kloppen. Ik krijg het warm.
Petr heeft wat hij wil vertellen op papier staan en leest het in het Nederlands heel langzaam voor. Hij bedankt eerst Erik en Peter en ook Nina en mij voor wat wij intussen allemaal voor hen hebben gedaan. En hij bedankt Erik en Peter voor de manier waarop zij hebben geholpen om Aleksei en mij de mogelijkheid te bieden onszelf te zijn. Hij zegt dat het niet alleen voor ons voordelen heeft maar ook voor hen, wat betreft het leren van het Nederlands.
Dan komt hij op de vakantie:
“Jullie moeten nog 3 weken naar school en dan is het vakantie. In Oekraine zouden we op vakantie zijn gegaan, maar dat is hier wat ingewikkelder. Maar wij (en hij kijkt naar Tatiana) zijn blij dat er een oplossing is gevonden.
Erik en Peter gaan met Almar en Nina 3 weken met een camper op vakantie. Zij hebben 2 dingen aangeboden, waar wij heel graag ja op hebben gezegd.
Aleksei: jij mag met Almar mee op vakantie. Dan zijn jullie niet drie weken zonder elkaar en hoeven jullie niet elkaar de hele dag op jullie telefoon te zeggen hoe je elkaar mist.
En Erik en Peter hebben ons hun stationcar aangeboden plus de grote tent, waar zij ook altijd met zijn vieren in slapen, om met ons vieren ook vakantie te gaan houden. Kunnen we door Nederland trekken om dit land wat beter te leren kennen. Wat vinden jullie ervan?”
Aleksei kijkt mij stomverbaasd aan en als hij mij ziet lachten vliegt hij mij om mijn nek. En Iryna en Klarysa maken een vreugdedansje, waar Tatiana zich bij voegt. Ik zie dat Petr een traan wegpinkt, ik wijs Aleksei daar op en we staan op en geven Petr samen een knuffel…..
Aleksei vraagt mij: “Wist jij dit?”
“Ja, ik had gevraagd of ik met jou thuis mocht blijven, maar toen vertelde Erik mij dat er aan een oplossing werd gewerkt, maar dat ik jou niets mocht zeggen. Onze ouders hebben dat samen geregeld.”
“O, wat ben ik blij, ik zag jullie vakantie met angst en beven naderen. Ik wilde er met jou niet over praten omdat ik bang was het dan nog erger te maken.”
“Lieve Aleksei, ik heb er ook niet met jou over gepraat, maar dat omdat ik dat niet mocht en dus niet kon. Maar nu komt alles goed. We zullen maandag onze leraar Frans melden dat we hard aan jouw Franse talenkennis gaan werken.”
Als alles wat rustiger is geworden gaan we verder met eten. Dat werd ook wel tijd want Erik kon het vlees dat op de barbecue lag nog net redden.
Aleksei en ik praten nog even door over Frankrijk. Dan vraagt Tatiana of wij nog suggesties hebben voor plekken in Nederland om te bezoeken.
Ik vertel, deels in het Nederlands, deels in het Oekrains, hoe onze vakantie er vorig jaar heeft uitgezien. Toen waren wij ook met de tent door Nederland getrokken. We zijn toen langs de kust van Noord-Holland, Zuid-Holland en Zeeland naar Brabant en Limburg gegaan. We boften dat het langs de kust steeds mooi weer was. Ik vertel er bij dat je, afhankelijk van het weer, de tocht ook andersom kunt maken. Dus dan rijd je naar Limburg en ga je van daar uit naar de kust en dan van zuid naar noord.
Peter voegt nog toe dat het wel belangrijk is om campings te reserveren, wat het wel lastig maakt om op het laatste moment het plan te veranderen.
Petr zegt dat hij daar graag van Erik en Peter meer over wil weten. Dat wordt afgesproken.
Dan wordt het gesprek weer wat normaler. Iedereen was opgewonden, Aleksei, ik en ook zijn zussen. Die hadden niet meer op vakantie gerekend.
We gaan allemaal tegelijk op vakantie, want anders kan de stationcar niet gemist worden. Dus dat betekent dat we ook allemaal weer bijna tegelijk terug zijn.
Aleksei vraagt mij iets waar ik nog niet aan heb gedacht. “Kunnen wij in de vakantieweken, voor we weggaan en als wij niet zeilen, misschien elke dag een paar uur besteden aan het Nederlands voor mijn ouders en mijn zussen? Ik heb het idee dat als we dat een paar weken kunnen doen en zij er tussendoor ook nog wat aan werken, hun Nederlands snel kan verbeteren, wat erg handig is met het oog op de vakantie.”
“Dat is een goed idee. En als we ze dan wat opdrachten voor gesprekken over de vakantie meegeven, bijvoorbeeld om ’s avonds met elkaar mee bezig te zijn, dan gaat het nog sneller en daar kunnen ze er in de vakantie meteen plezier van hebben. Want shoppen met google translate is nou ook niet het leukste dat je je kunt bedenken.”
Ik suggereer dat aan Petr, Tatiana, Iryna en Klarysa. Petr knikt naar Tatiana en reageert dat het hen ook een goed idee lijkt. Ik zeg nog dat het een voorstel is van Aleksei, maar dat ik het ook een heel goed voorstel vind. Aleksei’s relatief goede Nederlands binnen ruim 2 maanden komt door het heel veel te spreken!
Het is verder een heel gezellige avond, waarbij allerlei grapjes worden gemaakt en ik Aleksei een heel verhaal in het Frans vertel waar hij helemaal niets van begrijpt. Ik vertaal daarna wat ik heb gezegd: hoe veel ik van hem houd en dat ik hoop nog heel lang samen te kunnen zijn. En ik besluit: klonk het niet mooi?
’s Avonds blijft Aleksei bij mij slapen en we helpen eerst alles op te ruimen. Nina zegt tussen de bedrijven door dat ze erg blij voor mij is dat Aleksei mee kan. Ze had al door hoe lullig ik mij voelde en had dat al met Erik en Peter besproken. Die hadden haar gerustgesteld en gezegd dat zij aan een oplossing werkten. Ik knuffel Nina.
Als alles opgeruimd is en we met elkaar nog wat gedronken hebben vallen Aleksei en ik elkaar in bed in de armen. “Wat heb jij fijne vaders, Almar, die vooruit denken. En wat heb jij een fijne zus, die het voor je opneemt. Wat ben ik blij dat ik tegen jou aan ben gelopen, helaas vanwege een niet prettige reden, maar toch!”
“Aleksei, ik houd met alles wat ik heb, mijn lijf, mijn verstand, mijn geest, en wat er nog meer is of kan zijn van jou!”
We knuffelen elkaar, gaan standje 69 liggen, pijpen elkaar tot we alle twee bijna tegelijk klaarkomen en slaken een diepe zucht, gaan gewoon liggen en moeten direct in slaap zijn gevallen, want ik herinner me pas weer wat als ik wakker wordt en Aleksei voor mij voel, nog diep in slaap. Ik probeer op mijn klok te kijken maar dat lukt niet, dan maar afwachten….
Het duurt best lang voordat Aleksei wakker wordt. Intussen denk ik aan onze vakantie. Vakantie met een camper is echt een feestje: je kunt gewoon elke dag blijven of vertrekken, wat je wilt. Dat we nu samen onze kleine tent op moeten zetten is geen probleem: dat doen we samen binnen 5 tot 10 minuten, we hebben echt een heel handig koepeltje. Met voor ons tweeën meer dan genoeg ruimte. De boot is veel kleiner en ook dat is super lekker! En in de boot zijn we gewend dingen goed op te ruimen. Voor ons geen enkel probleem.
Ik heb vaag het plan om als het net zo mooi weer blijft vanmiddag met Aleksei te gaan zeilen. Kunnen we vanmorgen nog flink aan ons huiswerk werken.
Dan merk ik dat Aleksei wakker wordt. Ik kan het niet laten hem te gaan strelen, zo uitnodigend ligt hij tegen mij aan. Als ik lager kom voel ik dat hij zijn ochtendstijve heeft. Hij knort tevreden als ik hem langzaam begin af te trekken. Langzaam trek ik door en ik voel aan zijn stijfheid dat het niet heel lang gaat duren. Dan hoor ik een diepe zucht en spuit Aleksei zijn zaad over mijn hand. Ik smeer het mooi over zijn buik en lik dan mijn hand af. “Dank je wel”, zegt Aleksei zacht. “nu ben jij aan de beurt.” We draaien ons om en ik voel Aleksei’s gladde buik tegen mij aan. Ik heb ook niet veel tijd nodig om klaar te komen.
Ik draai me naar Aleksei om en zeg: “Ik houd van jou.” Aleksei antwoord: “Dat weet ik, net zoals jij weet dat ik van jou houd.”
“Hoe laat is het?” vraag ik.
“Ik kijk even.” zegt Aleksei en draait zich om.
“Laat genoeg om onder de douche te gaan.”
We douchen, kleden ons aan en treffen beneden Erik en Peter.
“Goede morgen, jongens, lekker geslapen? Gedroomd over een vakantie samen?” zegt Erik.
“Niet gedroomd, wel over nagedacht toen ik wakker was en Aleksei nog sliep. Ik heb er nu al zin in. Dat was eerst niet zo. Dus heb ik nu dubbel zin!”
“Ik ben zo blij met deze oplossing” voegt Aleksei toe, “ook voor mijn ouders en zussen. Die hadden echt het idee dat vakantie er dit jaar niet in zou zitten.”
“Dat valt dus helemaal mee” reageert Peter. “Wij konden het niet over ons hart verkrijgen om jullie drie weken naar elkaar te laten verlangen met een heleboel kilometers er tussen. Dat was de sfeer bij ons en bij jullie vast niet ten goede gekomen.”
“Daar heb je gelijk in hoewel wij alle twee ons best gedaan zouden hebben om ons verlangen naar elkaar te verstoppen!” zeg ik lachend.
“Maar ik wil eigenlijk iets anders vragen. Als niemand anders vanmiddag wil zeilen wil ik graag met Aleksei een tochtje maken. We gaan na het ontbijt snel met ons huiswerk aan de gang zodat we dat als beloning kunnen zien. Waar is Nina trouwens?”
“Nina is al vroeg vertrokken om met een vriendinnetje naar een tenniswedstrijd in de stad te gaan kijken. Een klasgenoot van hen kan daar vandaag kampioen worden en zij gaan hem toejuichen.”
“Dan wil Nina niet zeilen. Hebben jullie plannen?
“Ik werk” reageert Erik, “ vanaf één uur, dus ik moet er om half één zijn!”
“Dan bewaak ik het kasteel.” reageert Peter.
“Mooi, dan gaan wij na de lunch zeilen.” zeg ik tevreden tegen Aleksei.
Na het ontbijt gaan we snel met ons huiswerk bezig. We maken alles samen, vertellen om en om wat we waarom van iets vinden, hoe iets ingevuld moet worden en overhoren elkaar of laten elkaar iets samenvatten. Ik help Aleksei met zijn Nederlands, een normaal gesprek gaat steeds beter, maar samenvattingen en Nederlandse literatuur zijn nog lastig voor hem. Maar hij pikt het heel snel op.
We werken twee uur stevig door. Dan hebben we alles gedaan wat we moeten doen. We kijken nog even wat we de komende dagen moeten doen en dat lijkt haalbaar. Dus besluiten we te stoppen en de boot klaar te gaan maken. Kunnen we na het eten meteen wegvaren.
We eten vroeg, om 12 uur. Het is zoals altijd gezellig en we praten nog even door over gisteravond. Erik wil van Aleksei weten of hij wensen in Frankrijk heeft. Aleksei kent Frankrijk niet. Net als hij Nederland niet kende. En ook België niet.
“Hoe raar het ook lijkt, wij zijn historisch toch het meest op Rusland georiënteerd. Dat wij steeds meer contact met Europa kregen betekende niet dat wij daar steeds meer kennis over kregen. Ik denk dat we daar nu spijt van hebben. Nederland was voor ons een zwart gat. We gingen er heen omdat dit werd aangeraden. Wij houden van ons land. Maar hoe het er over een tijdje uitziet: geen idee. Drie jaar geleden had ik nog geen idee wat ons boven het hoofd hing.”
Aleksei wordt emotioneel vanwege de oorlog in zijn land. Zo heb ik hem nog niet zo vaak meegemaakt. Ik sta op, trek hem omhoog van zijn stoel en begin hem te zoenen. Gelukkig reageert hij. Door terug te zoenen.
Als we stoppen zeg ik: “Aleksei: ik, wij, zullen je altijd steunen. Wat er ook gebeurt. Ik houd van jou, mijn vaders en zus houden op hun manier ook van jou. Wat de toekomst ook gaat brengen: dat zullen we altijd blijven doen.”
Ik zie aan Erik en Peter dat zij het ook alle twee moeilijk hebben. Ik ook, uit machteloosheid. Als kind en later als beginnend tiener heb ik altijd gedacht dat iets als oorlog iets van het verleden was. Nu ik verliefd ben op een jongen die uit een land is moeten vluchten dat tegen zijn zin in oorlog is, begrijp ik dat oorlog toch dichterbij kan zijn dan ik in mijn onschuld altijd gedacht heb. Ik knuffel Aleksei nog een keer, in de hoop dat ik hem daarmee wat troost kan geven.
“Dank je, Almar. Als het gaat om onze oorlog probeer ik me groot te houden: ik kan er toch niets aan veranderen. Het is iets dat over ons heen is gekomen, zonder dat wij het wilden. Maar hier voel ik mij prettig, veilig, gelukkig. Hoewel bij mij altijd een gevoel blijft dat er mensen, mensen die ik ken, zijn die nu helemaal niet gelukkig zijn. Omdat zij niet in hun eigen land kunnen leven zoals zij altijd deden en nog steeds graag zouden willen. Het is mijn machteloosheid. Sorry daarvoor.”
“Neen Aleksei, geen sorry zeggen. Wij moeten sorry zeggen. Dat wij niet hebben kunnen voorkomen, als West-Europa, dat gebeurd is wat er gebeurd is. Wij hebben ook te veel naar onszelf gekeken. En ik weet het: daar hebben wij, Erik, Almar, Nina en ik, allemaal geen invloed op. Maar wij voelen het wel. Te meer nu we jou, je ouders en je zussen kennen.” reageert Peter.
Ik zeg: “Ik houd van je Aleksei en ik zal proberen dat zo te houden en er altijd voor je te zijn. En wat dat in de toekomst betekent, dat zien we wel.”
Als ik dat heb gezegd barst Aleksei in huilen uit. Ik voel dat al zijn spanning, alle gevoel van machteloosheid, alle ellende van wat hij ziet dat er bij hem in zijn thuisland gebeurt, er uit komt omdat het nu kan. Omdat hij zich tegen mij aan veilig voelt. Ik trek hem nog steviger tegen mij aan. Ik voel me nog meer machteloos: wat kan ik hier nu doen? Hoe kan ik er nu nog meer zijn dan ik er al voor hem ben? Ik kijk kennelijk een beetje hulpeloos naar Peter en Erik, want Peter staat op en slaat zijn armen om ons heen. Dan voel ik dat Erik het ook doet. Ik voel mij gesteund. En ik herhaal: “Aleksei, ik, wij, zullen er altijd voor je zijn. Beloofd. We zullen je nooit, echt nooit, in de steek laten.”
Langzaam wordt Aleksei wat rustiger. Erik en Peter gaan weer zitten. Ik droog Aleksei’s tranen en kus hem opnieuw. “Ik houd zo veel van jou, Aleksei. Jouw verdriet voel ik daarom zo goed.”
“Dank jullie wel, ik ging huilen zonder dat ik het wilde. Ik ben blij dat ik dat bij jullie durf. Thuis durf ik het niet: mijn ouders en zussen hebben het er moeilijker mee dan ik het heb. Ik heb Almar, ik heb jullie. Zij ook, maar op een andere manier.”
We eten door en helpen afruimen, zodat Erik naar zijn werk kan. Dan kleden we ons om, smeren ons in met zonnebrand en gaan in zwembroek met shirt naar de boot. Die ligt al klaar. We varen op de motor de vaart uit en hijsen de zeilen. We zeilen heerlijk, er staat een pittig windje en om en om gaan we in de trapeze. Aleksei doet het nu ook en dat is super! We komen zelfs een aantal keren tot planeren. We genieten met volle teugen. Als het tijd is naar huis te gaan keren we om en leggen aan, ruimen we de boot op en nemen mee naar binnen wat niet op de boot kan blijven. We hebben nog ruimschoots de tijd voor het eten om nog even te douchen en elkaar nog even lekker te pijpen.
We eten wat later omdat we op Erik wachten. Na het eten blijven we nog gezellig beneden, Erik heeft wat leuke verhalen van zijn werk en ook Nina heeft wat verhalen. Niet al te laat gaan we naar bed. Morgen weer een dag.
De proefwerkweken komen we heel goed door. Aleksei heeft niet één onvoldoende, dank zij het feit dat hij niet aan alle vakken mee hoeft te doen. Hij heeft een paar zessen, een paar zevens en zelfs één 8, voor Nederlands. Dat cijfer is wel wat geflatteerd, geeft de leraar toe, maar is wel een beloning voor de snelle manier waarom Aleksei het Nederlands heeft geleerd. Onze leraar heeft er alle vertrouwen in dat hij dit cijfer weet te behouden als hij in de loop van volgend jaar normaal wordt beoordeeld. Ik vind het knap: dik twee maanden in Nederland en dan al zo’n cijfer. Ik realiseer me dat ik daar zelf een heel grote rol in heb gespeeld.
Na het uitdelen van de rapporten komen alle klasgenoten Aleksei feliciteren met het goede resultaat. Aleksei is er helemaal beduusd van.
En dan kunnen we genieten van vrijheid: de vakantie is aangebroken. We hebben eerst twee weken gewoon vrij, dan gaan we 3 weken op vakantie en dan hebben we nog één week vrij. Een heerlijk vooruitzicht te meer daar Aleksei en ik héél veel samen kunnen zijn.
Nina heeft inmiddels een zeilvriendin gevonden, dus we zullen de boot moeten delen. Helemaal niet erg. We kunnen ook gaan fietsen, Aleksei heeft al een tijdje een eigen fiets, dan kan ik Aleksei onze mooie provincie laten zien.
Maar omdat Nina’s vriendin de eerste week al naar familie gaat, gaan wij eerst een paar dagen samen zeilen. We hebben nog steeds contact met Rogier en Ernst en vragen of zij misschien ook gaan zeilen, maar dat blijkt niet zo te zijn: voor het HBO begint de vakantie later.
Dus gaan we samen zeilen, een tocht van 4 dagen. Het is vakantietijd, dus het is best wel druk op het water. Plekjes waar je alleen ligt zijn er niet zo veel, tenzij op ons ‘ eigen’ meertje nog geen boten liggen. We zeilen er met een omweg naar toe en ja: er ligt niet één boot. We varen met opgetrokken kiel door het vaartje en leggen op hetzelfde plekje aan waar we eerder lagen. Dat betekent dat we de eerste avond een rustig plekje hebben, daarna zien we wel, ik wil nu verder zeilen dan waar ik met Aleksei ooit geweest ben. We hebben een behoorlijke routine en weten precies wat we moeten doen. We liggen al heel snel klaar voor de nacht en voor het koken.
Dat doen we pas nadat we eerst even hebben gezwommen. Het water is lekker en we genieten van het zwemmen en elkaar. Daarna drogen we ons af en gaan het eten klaarmaken. Dat is alleen opwarmen omdat Peter gisteren van de BBQ het nodige over heeft gehouden en daar iets voor ons van heeft gemaakt.
Het blijft niet zo lang licht omdat het bewolkt is. Dat betekent dat we nog eerder ons zwemtochtje in het donker kunnen maken. Het blijft lekker en zeker met Aleksei als we elkaar onder water aftrekken. Aleksei heeft lachend gesuggereerd dat we elkaar onder water ook kunnen pijpen, maar ik heb daar lachend op geantwoord dat ik dat niet zie zitten.
Als we afgedroogd zijn kruipen we tegen elkaar aan.
De volgende dag varen we een heel eind. Dat betekent dat we dat de dag daarna ook zullen moeten doen, maar dan andersom. Het is een mooie tocht, wel wat druk, maar daar hebben we weinig last van. We vinden met een beetje zoeken een best rustig plekje met kajuitjachten aan alle twee de kanten op een behoorlijke afstand. Daar gaan we liggen. Met de kans om lekker in het donker weer te zwemmen. En met een toiletgebouwtje vlakbij.
De volgende dag is het stralend weer en lekker warm. Dat betekent: in zwembroek zeilen. Insmeren is langzamerhand niet meer nodig: we zijn al lekker bruin. We maken de tocht van gisteren in omgekeerde richting en met een klein uitstapje om water te halen en wat boodschappen te doen. Zo is de cola op en willen we een stukje kaas hebben. En: ons ‘eigen’ plekje is weer vrij. Daar leggen we aan en genieten van de vrijheid die we daar hebben. Terwijl het donker wordt kletsen we wat en ik vraag Aleksei of hij wat meer over zijn leven in Oekraïne wil vertellen, wat hij uitgebreid doet.
Ik vraag of hij wel eens ruzie had met zijn vrienden. Ik zelf houd absoluut niet van ruzie en ga dat dus uit de weg. Als er ruzie dreigt trek ik me wat terug, kijk wat er gebeurt en probeer dan te bedenken hoe we er uit kunnen komen. Erik en Peter hebben dat wel eens met mij besproken, want dat doe ik thuis ook. Zij hebben me duidelijk gemaakt dat ik er rekening mee moet houden dat dit niet altijd werkt. Er zijn mensen die duidelijk de confrontatie zoeken en als ik die dan uit de weg ga, dan loop ik het risico dat zij mij keihard aan gaan vallen. Dat ik mocht dat gebeuren, daar ook een antwoord op moet hebben. Probleem: tot nu toe ben ik die mensen niet tegen gekomen. Of als ik ze tegenkwam kon ik ontsnappen. Ik wil dit met Aleksei bespreken om te weten hoe hij in dit soort situaties reageert. Maar ook Aleksei houdt niet van ruzie. Dat hij niet van ruzie met mij houdt was mij volstrekt duidelijk, maar daar hebben we ook (nog?) weinig aanleiding voor. Maar verder heb ik geen idee. Maakt hij ruzie met zijn oudere zus? Deed hij dat vroeger? En met zijn zusje? Of met vriendjes en vrienden?
Het blijkt dat Aleksei er bijna hetzelfde in staat als ik. Ook hij houdt niet van ruzie. Ruzie met zijn kleine zusje heeft hij niet veel gehad: hun leeftijdsverschil is te groot en zij is zijn kleine zusje. Bovendien heeft hij de neiging haar gewoon haar zin te geven. Dat ze daar dan soms misbruik van maakt vindt hij geen probleem. Met zijn oudere zus heeft hij wel ruzie gehad, maar daar is hij snel mee gestopt. Hij vond dat het winnen van zo’n ruzie niet echt belangrijk was. En dus liet Aleksei het gebeuren.
Samen constateren we dat we alle twee voor onze ouders geen moeilijke kinderen zijn geweest. En alle twee puberen we niet, wat dat ook is. Kortom: we herkennen in elkaar ons eigen gedrag. Dan denk ik aan wat of Rogier of Ernst ons heeft aangeraden: praten over alles, zeker als je het niet met elkaar eens bent. We beloven elkaar opnieuw dat te gaan doen.