Onbekend is onbemind (deel 8)
Uitgaansleven trof je niet aan in de omgeving. We treurden daar niet om. Enkele biertjes in de hotelbar stelden ons tevreden. Simon las nog wat in bed.
Toen hij het licht uitdeed, voelde ik de hand van Raf de mijne beroeren. Hij kwam dichterbij om in mijn oor te fluisteren: 'Morgen gaan we in het ozon zwembad zwemmen.'
Ik trok mijn hand terug.
Raf nam terug afstand om daarna opnieuw mijn hand te vinden.
Dit was lastig met Simon te dichtbij.
'Weer greep hij ze om ze ditmaal stevig vast te houden.
'Ligt de grens voor jou hier?'
Hij leidde mijn hand naar de spleet tussen onze matrassen.
Ik boog me naar zijn oor en fluisterde zo stil mogelijk.
'De grens is dat Simon wakker is.'
Raf bleef stil daarna. Na een tijd sliepen Raf en Simon allebei.
Ik vond dat ik het juiste had gezegd.
We zijn alle drie ochtendmensen, daarom zaten we vroeger dan de gemiddelde hotelgast aan het ontbijt.
'We gaan straks in het ozon zwembad zwemmen.' kondigde Raf triomfantelijk aan.
'Dat gaan we niet doen. Ons eigen zwembad is goed genoeg.'
'Dan ga ik met Rob.'
Raf en Simon stonden elkaar niet naar het leven. Dit gebekvecht tussen de broers was ik gewend. Ik betreurde dat ik dit als enige zoon nooit gekund had. Tegen je ouders kan je als kind niet op.
'Mannen, ik wil niet de speelbal zijn tussen jullie. We hebben een vakantie geboekt in dit hotel. Dus hoeven we niet de hele tijd in het andere rond te hangen.' gaf ik mijn mening.
'Ik wil graag een keer in een zwembad zonder chloor zwemmen.'
'Ik ga je niet aan het handje houden, broer. Ga maar. Ik lees mijn boek verder hier aan het zwembad.'
Een beetje geforceerd smekend keek Raf naar mij.
'Goed voor één keer.' Het klonk als een toegeving van mij maar eigenlijk wilde ik het ook.
Gewapend met zwemtas, gekleed in T-shirt en onze strandshorts over onze zwembroek aan, trokken we naar de buren.
In tegenstelling tot het buitenzwembad was het binnen leeg op een oudere dame die baantjes trok en onszelf na.
We doken in het diepe gedeelte. Van ons beiden was ik de betere zwemmer, omdat ik lessen had gevolgd en in een zwemteam had gezeten.
Als speelse otters cirkelden we om elkaar heen.
Raf raakte me aan, met een hand om mijn middel, iets te lang om normaal te zijn.
En ik raakte hem terug met mijn voet op zijn been, een iets langere aanraking. Ik heb zijn been gewoon lichtjes gewreven met mijn voetzool. En dan de schok van zijn blote voet, eveneens wrijvend en strelend tegen mijn dij. De zijkanten van onze heupen zweefden min of meer samen en botsten tegen elkaar aan in het water. Ik reikte met mijn rechterhand en streek met mijn handpalm over zijn gladde borst.
Het was spannend omdat het geen ongeluk was. Het was duidelijk, en we wisten het allebei. Ik wist dat ik hem wilde, ik wilde hem echt, deze mooie, slimme, grappige jongen. We waren naakt samen op een zwembroek na en nat. Dat hij me zo aanraakte betekende dat hij mij ook wilde. Dat was ongelooflijk en verschrikkelijk spannend.
Ik was te erg in de ban om mezelf beperkingen op te leggen maar tegelijkertijd bedeesd om meer te doen.