Mark en Martijn (deel 4)

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Dolphinboy
Berichten: 36
Lid geworden op: di 23 dec 2008, 22:23
Vul het getal in: 0
Locatie: Apeldoorn

Mark en Martijn (deel 4)

Bericht door Dolphinboy » do 09 apr 2009, 11:13

Mark en Martijn
Door Roy Davenport

Deel 4: De confrontatie.
Als Martijn met de fiets aan de hand het grindpad naast het huis van Mark oploopt hoort hij de deur al open gaan. Een klein mollig meisje van een jaar of zeven komt op hem afgerend.
“Hai Marty” Ik heb je gemist roept ze vrolijk terwijl ze haar handjes om de benen van Martijn heen gooit. Het is Jolante, het jongere zusje van Mark.
“Hoi Jolante, Is je broer ook thuis? Hij is zijn sportspullen vergeten in de sporthal dus die kom ik even langsbrengen” vertelt Martijn haar.
“Ja meneer chagrijn is thuis hoor” zegt ze een beetje boos. “Al een half uur en niet zo vrolijk. Hoe komt dat Martijn, hebben jullie verloren?” vraagt ze heel onschuldig.
“Nee hoor we hebben gewonnen met 4-3 en ik heb het winnende punt gemaakt” vertelt Martijn haar toch wel een beetje trots.
“Maar waarom doet hij zo boos dan” vraagt Jolante weer. Martijn heeft geen idee wat hij hier weer op moet zeggen.
“Kweet het ook niet kleintje” zegt hij maar terwijl die zijn schouders ophaalt. “Hij zal zijn dag wel niet hebben”.

Ondertussen is ook de moeder van Mark in de deuropening verschenen.
“Hoi Martijn. Jij komt de tas van Mark brengen zie ik. Ik vroeg me al af waar die, die nu weer gelaten had toen hij thuiskwam. Hij is meteen naar boven gerend en wil met niemand praten zegt ie. Is er wat gebeurt vanmiddag ofzo?” De bezorgdheid om Mark is in haar stem te horen.
“Ik weet het ook niet Lianne” zegt Martijn die gewend is om haar bij haar voornaam te noemen.
“Na de wedstrijd was hij ineens heel snel weg en ik zag zijn tas nog staan dus die breng ik even langs”. Hij zal haar het hele verhaal nog maar niet vertellen. Niet voordat hij met Mark gepraat heeft.
“Kom even binnen joh. Drink dan eerst even een glas met cola want je zult wel dorst hebben na het fietsen. En misschien dat Mark jouw gezelschap wel kan waarderen” nodigt Mark´s moeder hem uit om binnen te komen. Dankbaar maakt Martijn daar gebruik van en gedrieën lopen ze naar de keuken. Net als de moeder van Mark een glas vol wil schenken horen ze de achterdeur dichtslaan en zien ze vervolgens Mark met de fiets voorbij rennen en wegrijden. Lianne kijkt haar zoon vol verwondering na zich afvragend wat er nu aan de hand kan zijn. Martijn bedenkt zich geen moment, draait zich om terwijl hij nog gauw een “ dank je tot ziens” over zijn schouder heen roept en vliegt ook naar buiten. Snel pakt hij zijn fiets die hij gelukkig nog niet op slot heeft gezet en zet de achtervolging in. In de verte kan hij Mark nog net linksaf zien slaan richting het bos aan de rand van de stad. Hier komen Mark en Martijn wel vaker als ze even alleen wil zijn om na te denken. Midden in dat bos is een open plek met een omgevallen boomstam. Hier kan je dan even lekker op zitten. De jongens hebben er vorig jaar nog een overkapping overheen gebouwd van boomtakken en bladeren zodat het ook lekker droog is als het regent. Al vele dagen hebben ze daar gezeten, pratend over van alles en nog wat. Mark is vast daarnaar toe onderweg.

Martijn besluit dan ook om even wat gas terug te nemen van zijn peddelende voeten en rijdt nu op zijn gemak richting de open plek. Wat nu als Mark toch niet daarheen is gegaan? Dan zal hij toch verder moeten zoeken want het is wel duidelijk nu dat het gesprekje met Mark echt niet kan wachten als die er zo heftig om reageert. Wat zou er nu toch met hem aan de hand zijn. En moet Martijn hem nu wel of niet vertellen wat hij daarstraks aan Denise heeft vertelt. Dat hij verliefd is geworden op Mark. Door alle twijfels die nu bij hem boven komen heeft hij niet in de gaten dat hij ondertussen bij de open plek is aanbeland en hij kijkt dan ook verschrikt op als ie ineens een stem naar hem hoort roepen:

“Wat moet jij hier, Kun je niet gewoon oprotten en me met rust laten” Klinkt het boos. “ Jezus moet je me dan ook echt altijd overal achterna zittuh. Rot toch op man. Jou heb ik nu echt niet nodig. Nooit gehad ook overigens dus donder nu maar gewoon een eind op!”
Dit heeft Martijn nog nooit meegemaakt. Ja natuurlijk hebben de jongens wel eens een onenigheidje maar nog nooit heeft hij Mark zo te keer horen gaan tegen hem. Wat bezielt die jongen toch. En dat terwijl hij het toch allemaal goed bedoelt. Ook Martijn begint nu een beetje boos te worden om het gedrag van Mark. Nee, dit heeft Martijn echt niet verdiend om zo aangesproken te worden. Dit kan niet.

“ Tjezus man doe ff normaal, Wat bezielt je in vredesnaam, Kan je dan ook niet gewoon een keer normaal doen ofzo”, scheld Martijn nu terug. Hij is zijn zelfbeheersing even helemaal kwijt en heeft geen idee meer wat hij zegt.

“En dat terwijl ik alleen maar bezorgd om je was achterlijke mongool. Ik kom je zelfs je tas nog nabrengen. Tjeez loser. En ik maar denken dat ik hartstikke verliefd op je ben. Ik lijk wel niet goed snik. Zelfs de duivel is nog beter.”
Zo Martijn is uitgeraasd en wil alweer op zijn fiets springen met de tranen in zijn ogen. Dan bemerkt hij dat het heel erg stil is geworden in het bos. Zelfs de vogels hoor je niet meer fluiten. En ook de verwachte scheldtornado van Mark blijft uit. Verbaasd kijkt hij nog even achterom en wat hij daar ziet doet zijn hard doormidden breken. Meteen is hij al zijn boosheid kwijt.

Daar zit Mark dan. Met zijn knieën op de harde grond en de handen voor het hoofd zacht voor zich uit te snikken. Nog net zag Martijn hem door de knieën heen gaan en op de grond belanden. Mark is nu helemaal ingestort. `Wat scheelt er toch aan die jongen`? denkt Martijn dat Mark er zo overstuur van moet raken. Snel loopt hij op hem af en knielt voor hem neer. Zijn handen legt hij op de schouders van Mark en met één hand duwt hij de kin van Mark omhoog waardoor deze gedwongen wordt omhoog te kijken. Twee paar waterige ogen kijken elkaar nu aan. Even wordt er niets gezegd en dan valt Mark voorover in Martijn’s armen en barst hij in huilen uit. Martijn kan niets anders doen dan hem stevig vasthouden en zijn hand streelt af en toe over de haren van Mark. Als Mark weer een beetje tot rust komt brengt hij zijn lippen dicht bij het oor van Martijn.

“Meende je, wat je daarnet zei in je boosheid?” Even weet Martijn niet waar Mark het over heeft maar dan fluistert Mark weer verder.

“Ben je echt verliefd op mij, is dat echt waar?” Na deze opmerking beseft Martijn pas wat hij er in al zijn woede uit heeft gegooid en het begint hem even helemaal te duizelen. Dan wordt alles zwart voor de ogen.
Who Ever You Are, Whatever U Do Just Be Yourself

Gesloten