"Eindelijk gelukkig" een Kerstverhaal deel 9.

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Wimmie
Berichten: 142
Lid geworden op: wo 01 jan 2020, 23:09
Vul het getal in: 123

"Eindelijk gelukkig" een Kerstverhaal deel 9.

Bericht door Wimmie » do 29 dec 2022, 06:44

Eindelijk gelukkig. (9)

Vrijdag 29 december

Sammie:
Wat hebben we een afwisselende week gehad. Ik heb nog nooit tussen Kerst en Oud en Nieuw zoveel leuke dingen gedaan.
Op tweede Kerstdag zijn we uit eten gegaan. Ook dat is voor mij niet een heel gewone activiteit: in het internaat kwam dat niet voor. En ik kan me ook niet herinneren dat ik de eerste 14 jaar van mijn leven met mijn ouders uit eten ben geweest.
We aten in een voor mijn gevoel best goed restaurant. Moeilijk te beoordelen als je het niet gewend bent. Het was reuze lekker en reuze gezellig.
Verder hebben Chris en ik mijn slaapshirt versierd. Eerst heeft Chris me gevraagd hoe ik het ontwerp ongeveer zou willen hebben. Hij heeft wat lapjes uit zijn enorme voorraad lapjes gepakt en het me laten zien. Hij heeft verschillende mogelijkheden laten zien. Daarna mocht ik. Ik heb wat bij elkaar passende lapjes uitgezocht en ze op het shirt gelegd. Het stond enorm mooi. Daarna heeft Chris de lapjes gezigzagd (weer een nieuwe term geleerd!) en verder afgewerkt en ze op mijn shirt genaaid. Het ziet er echt schitterend uit. Ik geloof dat ik een anders slaapshirt moet gaan zoeken! Dit is te mooi als slaapshirt.
Ook zijn we naar het internaat geweest. Wij op de fiets en Heleen was mee met de auto omdat ik nu al mijn spullen op kon halen. Van mijn groepsgenoten waren er maar 4 thuis. Maar die reageerden alle 4 positief en een tikje jaloers. Ik vond het wel bijzonder om te zien: eigenlijk was er nog nooit iemand jaloers op mij geweest. Ik had het eigenlijk altijd best moeilijk gehad. En nu was ineens alle geluk met mij!
Ik bleek best wel veel spullen te hebben om mee te nemen: al mijn kleren, mijn schoolzaken, mijn boeken en de dingen die op mijn kamer hingen en stonden en die van mij waren. Het kon allemaal in één keer in de auto. En nadat ik van Susan afscheid had genomen met de belofte binnenkort nog een keer langs te komen en in ieder geval van tijd tot tijd wat van mij te laten horen ben ik zonder pijn in mijn hart vertrokken.
Mijn spullen moesten een plek hebben, deels op de kamer van Chris, die ‘onze’ kamer is geworden, deels in de logeerkamer, waar spullen die ik voorlopig niet nodig had, zoals zomerkleren, een plek konden krijgen. Tot mijn verbazing had Chris geen enkele moeite zijn kamer en zijn kasten en andere spullen en zijn wanden met mij te delen. Toen ik hem dat zei, was zijn antwoord: “Ik doe het graag, ik weet namelijk wat ik er voor terug krijg, jou!”
We zijn verder wel de hele middag bezig geweest alles een plekje te geven. Maar uiteindelijk keken we alle twee tevreden rond en hadden we weer tijd voor elkaar. Eigenlijk elke dag hebben we wel heerlijk gevreeën, steeds op dezelfde manier. En inmiddels vond ik het al heel gewoon helemaal bloot te zijn bij Chris. Hij liet me dan ook op alle manieren blijken mij volledig als een jongen te beschouwen en gebruikte gewoon jongenstermen voor alle handelingen die wij samen deden, ook bij mij. Samen douchen, samen bloot slapen, samen vrijen, alles werd steeds meer iets dat voor mij vanzelfsprekend was geworden en dat binnen anderhalve week.
We hebben ook nog een keer heerlijk samen in het bubbelbad in de badkamer van Chris’ ouders gezeten. Ook dat was ook een hele ervaring: ik had zoiets nog nooit gedaan. En dat samen doen was helemaal gezellig. We deden het ’s morgens toen Chris’ ouders al weg waren naar hun werk. We hadden dus het huis alleen en ik heb er echt van genoten. Alleen was er op een gegeven moment wel wat veel schuim…..

Chris
Sammie woont nu helemaal bij mij in huis, we delen mijn kamer. Ik geniet er elke minuut van. Ik moet er ook niet aan denken dat Sammie elke avond naar het internaat terug had gemoeten. Toch was dat ook een mogelijkheid geweest. Gelukkig geen mogelijkheid die realiteit is geworden.
Het is heerlijk om elke morgen naast Sammie wakker te worden. Net zoals het lekker is elke avond met hem in slaap te vallen, lekker dicht tegen elkaar aan. En daartussen de dag met hem door te brengen.
We hebben ons geen seconde verveeld en de paar dagen dat we thuis waren voordat we naar Rome vertrokken waren dus heel snel om.
Vrijdag 29 december hadden mijn ouders een vlucht geboekt om 12.30 uur. Je moet normaalgesproken 2 uur voor het vertrek van het vliegtuig op het vliegveld zijn, maar gezien de verwachtte grote drukte rond oud en nieuw waren wij er 3 uur te voren. We hebben best wel even in de rij moeten staan voor het inleveren van de grote koffer waar we allemaal wat kleding in hadden gestopt. Verder hadden Sammie en ik een rugzak, met daarin de belangrijkste persoonlijke dingen en voor tenminste één dag schone kleren voor het geval de koffer niet of te laat zou aankomen. Omdat we met zijn vieren waren had mijn vader twee plaatsen 2 rijen achter elkaar geboekt. Met zijn vieren op een rij met het gangpad ertussen lukte niet meer: de boeking was redelijk laat. Daarom zaten Sammie en ik naast elkaar en mijn ouders achter ons. Sammie liet ik aan het raam zitten, ik had al veel vaker gevlogen.
Omdat Sammie nog nooit gevlogen had, was hij ook nog nooit eerder op Schiphol geweest. Hij genoot dus met volle teugen van alles wat we er konden doen: de winkels langs, naar de vliegtuigen kijken die opstegen en landden, even ergens wat eten. In het vliegtuig kregen we een paar sandwiches, zoals altijd, toch hadden we tevoren wel wat lekkers gegeten, om het vol te houden.
Het vliegtuig vertrok gelukkig op tijd.

Sammie
Wat leuk is vliegen. Alles was helemaal nieuw voor mij: Schiphol, de rij bij de bagage, die je zelf in een soort automaat mocht inchecken, het wachten aan de gate op het boarden, dan het wachten in het vliegtuig op het vertrek, dan het opstijgen, wat ik best wel spannend vond. Maar het bleek eerder spectaculair dan vervelend: je wordt best wel met een beetje kracht in je stoel geduwd als het vliegtuig vaart maakt.
Gelukkig was het helder weer. Ik zat bij het raampje, naast Chris, en had mooi uitzicht. Je zag Amsterdam langzaam onder je verdwijnen. Heel het land werd steeds kleiner en op een gegeven moment doken we toch hoog wat wolken in. Daarna kwamen we boven de wolken te zitten, waar de zon scheen en waar grote gaten in zaten waar je doorheen naar beneden kon kijken.
Ik vond het een hele ervaring. Helaas werd het later meer bewolkt en zag je dus alleen wolken. Toch van tijd tot tijd een gat. Een veel groter gat boven de bergen: daar kon ik de besneeuwde Alpen zien, althans, dat dacht Chris, dat we over de Alpen zouden vliegen.
Later werd het weer helder en vlogen we over land met wat meertjes. Niet veel later daalden we op Fiumicino, het vliegveld van Rome. De hele vlucht had toen maar 2 uur en 10 minuten geduurd. Ik wist niet dast vliegen zo snel ging.
Het duurde even voor we de koffer weer hadden en toen konden we naar de uitgang. Daar wachtte Chris’ oom ons op, Erik heet hij en hij zei dat hij graag gewoon Erik genoemd wil worden en niet oom Erik. Chris reageerde direct: “Natuurlijk oom Erik, we zullen u Erik noemen.” Waarop Erik antwoordde: “Laat dat u dan ook maar weg!” Waarop het antwoord was: “O, dus jij bent Erik!” Een grap die al eerder was gemaakt, zoals bleek.
Hij was alleen om ons op te halen zodat we alle vier en de koffer in zijn auto pasten. De tweeling had heftig geprotesteerd, maar er was nu eenmaal alleen maar ruimte voor 5 personen in de auto.
De auto stond geparkeerd helemaal aan het eind van alle vertrekhallen. De temperatuur was lekker: we vertrokken uit Nederland met 2 graden en in Rome was het 12 graden….. Via de autosnelweg reden we naar Rome. Daar raakte ik het overzicht kwijt. Ik had begrepen van Chris dat zijn oom op de grens van twee wijken woont: op de grens van Casaletto met Bravetta. Verder had ik begrepen dat hij vlak bij een heel groot park woont: Villa Doria Pamphili.
Aangekomen was parkeren best wel een probleem, het zijn allemaal appartementsgebouwen en daar wonen meer gezinnen dan er parkeerplekken zijn. Maar we hadden geluk: hij kon vlak bij de ingang van het appartementsgebouw staan. De koffer laten we eerst achterin de auto, we gaan eerst naar binnen. Daar maken we kennis met zijn Italiaanse vrouw, Paola, en de tweeling, Leonardo en Alessandro. Zij zijn een eeneiige tweeling, die met ons Nederlands praten, met hun vader en moeder Nederlands en Italiaans door elkaar. Heel bijzonder om te horen. Het leek me heel leuk nader met hen kennis te maken.
Nadat we wat te drinken hadden gekregen stelde Paola (die overigens vloeiend Nederlands spreekt, maar wel met een leuk accent) voor om ons eerst naar ons eigen appartementje te brengen, zodat we ons konden settelen om daarna terug te komen om iets te eten en te drinken en om daarna de stad in te gaan om wat te eten. Ons appartement bleek een soort Bed en Breakfast te zijn waar we in feite twee kamers hadden met alle twee een eigen badkamer. Het appartement lag maar een paar honderd meter bij Erik en Paola vandaan, straat uit, hoek om, straat uit, hoek om en je bent er.
De beide kamers waren identiek, alle twee met een breed tweepersoonsbed en met de ‘woonkamer’ ertussenin. De badkamers zaten aan weerszijden van de keukenhoek. Het is een mooie en luxueus appartement, ik ben bang dat het best wel duur zal zijn. Moet ik misschien maar eens met Chris over praten. We pakten de spullen uit de grote koffer en legden ze in de kasten. Daarna deed ik de deur dicht en begon Chris te zoenen. Verder dan een stevige tongzoen konden we niet gaan: we moesten zo terug. Inderdaad, toen Chris’ ouders klaar waren riepen zij: als jullie klaar zijn kunnen we wat ons betreft gaan. We stopten maar met zoenen, er kwam nog een avond of een nacht……..
Terug bij Erik en Paola stond de tafel al vol lekkers. Paola zei: “Het is de hoogste tijd voor een merenda.” Ik keek verbaasd, wat zij zag. “Je weet niet wat een merenda is, Sammie? Ben je nog nooit in Italië geweest?” Ik schudde neen, en zei maar niet dat dit ook de eerste keer was dat ik in het buitenland was en had gevlogen.
“Nou, dan zal ik je dat uitleggen. Een merenda is een licht hapje tussen het middageten en het avondeten in. Over het algemeen eet de Italiaan ’s middags en ‘s avonds best wel laat. De avondmaaltijd heet cena, de middagmaaltijd heet pranzo. En normaal krijg je als pranzo een warme maaltijd, geen boterhammen met kaas of vlees, zoals in Nederland. Wij doen het niet altijd zo, met een warme maaltijd tussen de middag, omdat de jongens soms later uit school zijn. Maar nu gaan we later eten, want ’s avonds gaan eten hier doe je meestal pas om 8 uur, of later, dus is het goed even tussendoor iets te nemen.”
Wat er allemaal op tafel stond vond ik geen klein hapje, maar het was natuurlijk bedoeld voor 8 personen, waaronder er in ieder geval 4 die best wel zin hadden in iets. We hadden in het vliegtuig wel wat gekregen, maar daar kreeg je alleen maar honger van!
Het was heel gezellig, een gezelligheid die ik eigenlijk niet kende. Ik noem het maar een volwassen-gezelligheid, omdat over van alles gepraat werd. De tweeling deed vrolijk mee. Het bleek dat zij met 14 jaar nog maar net met het ‘liceo classico’ waren begonnen, omdat je in Italië eerst een ‘scuola media’ hebt, een school tussen de basisschool en het voortgezet onderwijs in. Het ‘liceo classico’ is vergelijkbaar met het Nederlandse gymnasium en heeft ook de nadruk op Grieks en Latijn. Leonardo en Alessandro zijn in september met het ‘liceo classico’ begonnen. Zij zitten zoals steeds in dezelfde klas, maar ze houden er niet van ‘ de tweeling uit te hangen’ zoals Alessandro het noemde en ze dragen dus alle twee kleding die zij leuk vinden, maar per definitie niet hetzelfde. Dat hebben Erik en Paola ook nooit gestimuleerd. Paola: “Ze lijken uiterlijk als 2 druppels water op elkaar maar zijn toch echt wel verschillende persoonlijkheden.”
Paola vertelt dat zij lerares is op dezelfde school waar Leonardo en Alessandro op zitten, maar dat zij nooit bij haar in de klas zullen komen: dat is zo afgesproken. Verder vertelt zij dat zij klassieke talen, dus Grieks en Latijn geeft. Erik vertelt over zijn werk voor het ‘Ministero della Cultura’, het Ministerie van Cultuur waar hij als opdracht heeft met een hele afdeling waar hij leiding aan geeft planmatig alle opgravingen zodanig bij te houden dat zij zo min mogelijk aangetast worden door bijvoorbeeld verontreinigde lucht, die je overal in Italië op grote schaal hebt. Dat is een hele klus omdat in de loop der jaren nogal wat prachtige opgravingen gewoon verwaarloosd zijn door enorm geldgebrek. Dat is ook één van zijn taken: zorgen dat bedrijven opgravingen adopteren en er dus financieel aan bijdragen.
Al pratend wordt het snel later. Ik vraag me af wat ik over mezelf moet vertellen, maar gelukkig vraagt niemand mij wat. Ik denk dat daar van tevoren over is gesproken met Peter.
Het is al over zeven uur als we weg moeten. We gaan met de tram naar het centrum om daar te eten. De eerste avond gaan we met zijn allen uit eten en ook over de andere dagen zijn afspraken gemaakt begrijp ik.
De tram is vlakbij. Het appartement waar wij zitten is op maar een paar minuten lopen van het eindpunt (of beginpunt?) van tramlijn 8. Het is maar even lopen, maar wel behoorlijk stijl omhoog. De tram eindigt in een lus die behoorlijk hoog boven de weg uitsteekt en als je je omdraait zie je dat die weg nog verder naar beneden loopt.
Als we in de tram zitten, die uiteraard aan het beginpunt klaar staat, vertelt Chris mij dat de tramkaartjes gaan via een app op je telefoon. Ik moet de app My Cicero opzoeken en op mijn telefoon zetten en dan kan ik daar mijn tramkaartjes kopen en activeren. Mij lukt dat niet direct, omdat ik geen creditcard heb. Ook Chris heeft geen creditcard, maar zijn app is gekoppeld aan de kaart van zijn vader. En dat gaat met mijn app ook gebeuren. Ik wordt gekoppeld aan de creditcard van Peter en dan kan ik mijn eigen tramkaartjes kopen. Ik moet er meteen een stuk of 10 kopen, zodat ik als ik het nodig heb meteen een kaartje kan activeren. Kaartjes zijn trouwens niet duur: kosten maar € 1,50!
De tram vertrekt redelijk snel en wordt al snel voller, tot er ook mensen moeten staan. Dan stoppen we bij een halte waar er heel veel mensen uitgaan en er daarna heel veel mensen inkomen. Hier is een treinstation, vertelt Chris mij, ‘Stazione Trastevere’, waar je op allerlei treinen over kunt stappen en onder andere ook de trein naar het vliegveld kunt nemen. Daarom gaan er zo veel mensen uit de tram en komen er zo veel mensen in de tram.
De tram rijdt nog door tot Chris mij laat zien dat we over de Tiber gaan. Wij noemen dat de Tiber, maar voor de Romeinen (niet de oude Romeinen, maar de huidige bewoners van Rome) heet die rivier de Tevere. En de wijk voor de Tevere, vanaf een stuk na ‘Stazione Trastevere’ tot aan de Tevere, heet Trastevere, ‘aan de andere kant van de Tevere’ en schijnt een heel leuke wijk te zijn.
“Daar gaan we zeker een keer uitgebreid kijken,” zegt Chris mij, “ik wil echt nog heel veel met jou doen, deels samen met mijn ouders, soms samen met Alessandro en Leonardo en soms gaan wij samen. Rome is echt eindeloos mooi, ik ben er al heel vaak geweest en elke keer ontdek ik weer nieuwe dingen en vind ik de dingen die ik al gezien heb steeds mooier. We blijven nu in de tram zitten tot het eindpunt. Dan moeten we wel iets verder teruglopen maar dat is niet erg. Maar dan kan je meteen één van de prachtige gebouwen van Rome zien, op een steenworp afstand van het Colosseum.”
Een paar haltes verder stappen we uit. Dat is het andere eindpunt van de tram. ‘Piazza Venezia’ stond er op de tram. Dat is een groot plein met een heel groot wit gebouw met enorme trappen ervoor en grote beelden op het dak. Het paleis heet ‘Altare della Patria’ het ‘Altaar van het Vaderland’.
Er staat een heel mooie en heel hoge kerstboom voor vol lampjes. En zonnepanelen waar de lampje op branden!
We blijven even kijken. Leonardo laat op zijn telefoon een filmpje zien van een Italiaans stuntteam van de luchtmacht (de ‘Frecce Tricolori’) dat elk jaar op de dag van de Republiek, als daarvoor een trompet heeft geklonken, over dat gebouw, exact na de laatste trompettoon, komt aanvliegen, in formatie, met als uitlaatgassen de drie kleuren van de Italiaanse vlag. Ik wil het filmpje een paar keer terugzien, zo spectaculair vind ik het. Ik vraag Leonardo waar ik dat filmpje kan vinden. Hij zal het me de link opsturen.
Dan lopen we terug, via een drukke straat en komen langs een opgraving, bij het ‘Largo di Torre Argentina’. Erik vertelt er het een en ander over. Er zijn daar resten van vier tempels. Dan lopen we door en gaan linksaf een wijk in. Komen eerst langs een plein, waar Alessandro van vertelt dat daar overdag een markt is: het heet het ‘Piazza dei Fiori’, het Plein van de bloemen. We komen daarna op een ander groot plein, Piazza Farnese, met twee fonteinen een heel groot mooi en vast oud gebouw, dat de Franse ambassade is. Daartegenover gaan wij eten; ‘Ar Galletto’ heet het restaurant, Romeins voor ‘De Haan’. Er is een tafel voor ons gereserveerd, buiten, maar lekker warm: er is een buitenruimte tot binnenruimte gemaakt, dak dicht met grote zonneschermen, zijkanten ook dicht met dik doorzichtig plastic en daarin 4 verwarmingselementen die het warm houden. Ik vind het best wel bijzonder, tussen Kerst en Oud en Nieuw ‘buiten’ eten. Het personeel kent iedereen, op mij na, ik moet me dan ook voortellen. Ik word voorgesteld als het vriendje van Chris, in de betekenis dat wij wat hebben samen. Het verbaast me dat dat zo gewoon verteld wordt, tot Chris mij vertelt dat de twee meiden die er werken, waarvan de ene de dochter van de eigenaar is, ook vriendinnen zijn in dezelfde betekenis. En wat leuk is: ze feliciteren Chris met mij! En er werkt een Alessandro, zoon van de eigenaar, wat verwarrend werkt met ‘onze’Alessandro.
Op het menu staan allemaal dingen die mij niets zeggen. Ik kijk daarom eerst Chris aan en dan Leonardo, die tegenover mij zit. De volwassenen zitten met zijn vieren bij elkaar en ook wij zitten met zijn vieren hij elkaar, uiteraard aan één lange tafel.
Ze gaan me uitleggen hoe het in Italië werkt. Een maaltijd kan uit meerdere gangen bestaan. Eerst heb je een voorhapje, een ‘antipasto’, bedoeld om de honger op te wekken. Maar het kunnen best grote hoeveelheden zijn. Dan eet je de ‘primo’, meestal een pasta of een risotto, maar kan ook een soep zijn. Na de primo komt de ‘secondo’, zeg maar het hoofdgerecht, vlees of vis. Met groente, waarbij Leonardo lachend zegt dat patat en anders klaargemaakte aardappelen hier groenten worden genoemd: eet je hier patat dan eet je groente! En dan komt de ‘dolce’, zeg maar het toetje. Soms krijg je eerst nog fruit, ‘frutti’. En meestal besluit je de maaltijd met een kopje koffie, een ‘caffè’, een klein kopje met een bodempje sterke koffie. En als je het goed doet krijg je daar nog een drankje bij, een ‘digestivo’, om de spijsvertering te helpen, zeggen de Italianen. Dat kan een ‘limoncello’ zijn, een drankje met veel alcohol gemaakt van citroenen of een drankje uit een bepaalde streek.
Nu eten uiteraard niet alle Italianen altijd alle gangen. Dat gaan we vanavond ook niet doen. Ik krijg het advies om een primo en een secondo te nemen en een dolce als ik dat wil.
Ik wil graag echt Italiaanse pasta eten en krijg dus een pasta ‘alla carbonara’ voorgeschoteld. Dat is lange pasta, zoals Alessandro dat noemt, dus spaghetti of linguine, met speciaal spek, ‘guanciale’, met een mengstel van geklopt rauw ei met pecorinokaas (schapenkaas) er door heen gemengd.
Ik weet niet wat ik daarna moet eten. Chris heeft zelf ook een pasta genomen, maar dan met vis, plus daarna een gerecht genomen met rauw rundvlees. Het heet: ‘tartare di filetto di manzo’. Hij stelt voor dat we dat delen, kunnen we in ieder geval ook nog een dolce nemen. Het gerecht wordt aan tafel klaargemaakt: op een schaal komt een grote bol versgemalen rundvlees met een rauwe eierdooier erop, plus mosterd en nog wat andere ingrediënten, zoals kappertjes, gehakte sjalot en knoflook er om heen die op een tafeltje naast ons vakkundig gemengd worden. Dan wordt het over twee borden verdeeld, omdat Alessandro had doorgegeven dat we het samen delen. Dat is hier heel normaal: iets bestellen voor één persoon en dat samen delen. Chris fluistert mij in het oor: “Volgens mij zijn het 1,5 of 2 porties, maar je vindt het vast heel lekker…..” En dat doe ik. Het is verrukkelijk. Er staat ook wat groenten op tafel, waaronder friet, en als ik het op heb, heb ik eigenlijk al genoeg gehad. Chris eigenlijk ook. Dus besluiten we de dolce voor een volgende keer te bewaren.
Het is al over half elf als we de tram weer opzoeken. Al stappen we in bij de tweede halte na het beginpunt van Piazza Venezia, de tram is al aardig vol. Maar helemaal achterin zijn nog een aantal plaatsen, waar we net kunnen zitten. Als we op het eindpunt zijn aangekomen en een paar minuten, nu naar beneden, hebben gelopen scheiden onze wegen en gaan wij naar ons eigen appartement. We praten nog even na. En praten over wat we morgen gaan doen. Het voorstel is dat Chris en ik, samen met Leonardo en Alessandro, de stad gaan verkennen. Kunnen we tussen de middag ergens met elkaar wat eten (Chris zegt: “De tweeling zal wel naar Mc. Donalds willen, die zijn zo Italiaans dat het lekkere Italiaanse eten voor hun te gewoon is….”). Chris belt nog even met Leonardo en spreekt af dat zij rond 10 uur bij ons zijn, “Eerder wilden ze niet, ze hebben toch ook vakantie?”.
Dan trekken we ons terug op onze eigen kamer. We kleden ons uit en kruipen samen onder het dekbed. “Ben jij ook zo moe?” vraagt Chris me. “Als ik eerlijk ben, moet ik toegeven dat ik doodmoe ben. Ik ben helemaal op!” reageer ik. Chris beaamt dat hij ook echt heel moe is. Het was dan ook een lange dag, een vermoeiende dag, met voor mij heel veel nieuwe indrukken. We besluiten dat we dan gewoon maar gaan slapen. We kruipen lekker dicht tegen elkaar aan. Ik kruip weer tegen de rug van Chris aan, die zich lekker tegen mij aandrukt. Ik sla mijn arm om hem heen en hij pakt mijn hand. En daarna kan ik me niets meer herinneren: ik ben vrijwel meteen in slaap gevallen.

Gesloten