Wat een klas XXXXV

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Pringles1
Berichten: 46
Lid geworden op: zo 17 jun 2018, 15:44
Vul het getal in: 123

Wat een klas XXXXV

Bericht door Pringles1 » zo 08 nov 2020, 15:55

Ook al was Vanessa nog niet zo lang Koen’s vriendin, iedereen was al erg op haar gesteld geraakt. Ze was klein en tenger en viel daardoor bijna in het niet naast de forse en boomlange Koen, ze viel wel al snel op doordat ze vaak iedereen met attente sms-jes verraste en zich aanpaste aan de groep zonder zichzelf weg te cijferen. En ze had aan de hand van Bryan de hardcore-muziek ontdekt en deze muzieksoort dreunde nu uit de speakers die Mike en Koen in haar kleine autootje hadden gebouwd. Een uurtje later was iedereen binnen, stak Mike de vuurkorven aan en dreef iedereen naar buiten waar de barbecue al gloeide. Al snel stond iedereen te eten en met elkaar te kletsen. Mike had Bryan gevraagd de muziekinstallatie in de gaten te houden en die opdracht had hij erg serieus genomen. Koen had nog een verrassing voor iedereen: hij was achter zijn tekentafel gaan zitten en had een nieuwe versie van ons zeer exclusieve ski-weekend shirt getekend, met daarin wederom een hoofdrol voor het bekende doodskop-logo van de Masters of Hardcore-reeks; hij had deze als piloot van een vliegtuig getekend, waarbij het hoofd uit het raam stak en een skeletarm die zijn duim op steekt. Het stond in dezelfde helwitte tint op de achterkant van een hood-trui die hij met een grote grijns aan alle verbaasde groepsleden overhandigde. De welgemeende knuffels en omhelzingen die hij van zijn vrienden als dank voor het geschenk kreeg, lieten me een paar keer slikken…

Mike deed om 11 uur de buitenverlichting uit en liet Bryan de indrukwekkende discoverlichting ontsteken. “Laten we genieten van onze laatste avond hier!” schreeuwde Mike over het terras en stak zijn glas met appelsap omhoog. Onwillekeurig deed ik hetzelfde; ik genoot met volle teugen van de geweldige sfeer die er hing en verheugde me op de uren die nog gingen komen. Ik hoorde de garagedeur opengaan toen ik in de keuken was om wat te drinken te halen, terwijl buiten het volume de hoogte in ging en iedereen stond te dansen op de muziek die uit de speakers denderden. Het geluid verbaasde me: iedereen was toch al binnen? Ik liep in de richting van de garage en zag vier jonge meisjes opschrikken. Het bleken de zus van Milan en drie van haar vriendinnen te zijn. Ze hadden van Milan gehoord dat we voor onze reis naar de VS nog een tuinfeest hielden en waren in Utrecht op de trein gestapt omdat ze dat ook wel eens wilden meemaken. Ik liep de tuin in en wenkte Milan. Met gebaren en een paar spaarzame woorden maakte ik Milan duidelijk dat zijn zus in de garage stond. Er verscheen een boze blik in Milan’s ogen: hij herinnerde zich de afspraak die hij met de groep had gemaakt en de actie van zijn zus ging daar dwars doorheen. Met een verbeten grijns op zijn gezicht beende hij langs me heen, ons huis in. Met een hoofdknik stuurde ik de verbaasde Phillipe achter zijn vriend aan. Ondanks dat ik best benieuwd was naar wat er zich nu in mijn garage zou afspelen, besloot ik buiten te blijven: ik vond dat ik me niet met Milan moest bemoeien nu en het hem zelf moest laten oplossen.

Milan kwam na vijf minuten naar buiten en sprak Mike en Koen aan, die intussen door iedereen als de informele leiders van de groep werden gezien. Milan gebaarde wild en was zichtbaar boos; er verscheen op de gezichten van Mike en Koen een lach en die maakte Milan aanvankelijk alleen maar bozer. Uiteindelijk liet Milan de meisjes toe tot onze veranda en stelde hen aan ons voor.
Ondanks dat ik het een behoorlijk brutale actie vond, moest ik er aan de andere kant ook stiekem om lachen. Ik wees de meiden waar ze wat te drinken konden pakken en richtte mijn aandacht toen weer op de muziek: ik had besloten er vanavond met volle teugen van te genieten en als ik om me heen keek zag ik dat iedereen er hetzelfde over dacht. Mike had mijn laptop aan de muziekinstallatie van Bryan gekoppeld, zodat hij op internet muziek kon opzoeken en die vervolgens afspelen. Mike was een groot liefhebber van live registraties van outdoor feesten in het algemeen en die van defqon1 in het bijzonder. Ik moest toegeven dat ik de manier waarop zij aan hardcore muziek een swingende draai konden geven erg kon waarderen en genoot van de diverse zogenaamde sets die Mike op internet had gevonden en met groot volume over het terras liet klinken. De muziekkeuze van Bryan en Mike viel enorm in de smaak en natuurlijk kon Mike het niet laten: hij trok zijn trui over zijn hoofd uit en zwaaide er wild mee boven zijn hoofd, als snel gevolgd door de rest van de groep. Natuurlijk gingen de truien niet meer aan en werd het terras het toneel van een steeds wilder dansende groep mensen, waarbij de meisjes zich aanvankelijk schuchter, maar onder de aansporingen van Vanessa steeds losser, mengde.

Sandra had ons huis intussen al verlaten; zij wilde graag in haar eigen bed slapen. Bryan werd ongelofelijk blij verrast door de mededeling van zijn moeder dat hij bij Mike en mij mocht blijven slapen; ik had wel plechtig moeten beloven dat Bryan geen alcohol mocht drinken en dat hij, als hij moe werd, ook echt naar bed moest. Over beiden maakte ik me geen zorgen: alcohol werd er maar amper gedronken en Bryan had het veel te druk met muziek draaien en op zijn eigen manier daarvan genieten om moe te worden. Om kwart over vier besloten we de muziek uit te zetten; iedereen was uitgeput van het dansen. Het was enorm gezellig geweest; Vanessa was zelfs nog eens vanaf de terrastafel gaan crowdsurfen over de hoofden van de anderen heen. Ze had echter niet gerekend op het feit dat ze linea recta door Koen en Mike in het zwembad werd gegooid... Een kwartier later stond ze echter met een stralende lach, in een veel te lange trainingsbroek van Mike en een strakke tanktop van haarzelf, weer te springen op ons terras. “Zo, en dan ga ik nu eerst deze dames eens naar huis brengen” zei ze ferm. Milan kleurde; hij voelde zich enorm opgelaten door het gedrag van haar zus. “Maakt niet uit” zei ze met een glimlach op haar gezicht, “het was toch gezellig? En daarbij, treinen lopen er niet meer en volgens mij hebben we niet voor vier mensen beddengoed. Dus…”

Mike stond op. “Ik wil het ook wel doen hoor!” stelde hij voor. Vanessa schudde beslist haar hoofd. “Nee. Ik doe het wel.” Met een sierlijke worp gooide Mike toen de sleutels van zijn auto naar Koen’s vriendin toe. Vanessa keek de bos sleutels even aan, niet wetend wat te doen. “Jij gelooft toch niet dat je met die vier in die kleine rugzak van je past? Nou, gas erop, des te sneller ben je terug.”We lieten de meiden uit en Milan liet nog een keer goed merken dat zijn zus hem hiermee geen plezier had gedaan, ook al had de rest er geen probleem van gemaakt. Het was grappig om Vanessa weg te zien rijden in Mike’s auto: het kleine meisje kwam maar amper boven het stuur uit, maar liet zien dat ze kon autorijden als de beste. Ik besloot te wachten totdat ze terug was; de rest was dusdanig vermoeid van het uitbundige feesten dat ze lieten doorschemeren liever naar bed te gaan dan te wachten tot Vanessa teruggekeerd was. Mike bleef nog drie kwartier dapper tegen de opkomende slaap vechtend bij me zitten, maar was zichtbaar opgelucht toen ik hem met een lach alvast naar ons bed stuurde. Met Discovery op de TV bleef ik op Vanessa wachten. Ik loodste haar de logeerkamer in, waar Koen al in diepe slaap lag en kroop toen bij Mike in bed.

Morgen ging het dan echt gebeuren!

Ik werd, na een droom met allerlei onsamenhangende beelden, onrustig wakker. Ik knipperde een paar keer met mijn ogen en probeerde mijn gedachten op een rij te krijgen. Langzaam rolde ik op mijn linkerzij, zodat ik op die manier een blik op mijn wekker kom werpen. Half zes. Een zucht ontsnapte uit mijn mond. Ik draaide me op mijn andere zij en liet mijn blik rusten op de in een monotoon tempo op- en neer bewegende rug van Mike; hij sliep nog en dat gaf me een gerust gevoel. Langzaam, heel langzaam, liet ik me uit ons bed glijden. Ik draaide me nog een keer om en nadat ik me ervan overtuigd had, dat Mike nog steeds sliep, sloop ik onze slaapkamer uit. Ik liet expres de lichtknop op de overloop onberoerd, bang om iemand te wekken ook al wist ik dat alle deuren die toegang gaven tot de overloop, gesloten waren. Voorzichtig liep ik onze trap af en liep de keuken in. Ik pakte een beker uit de kast en plaatste deze onder de tuit van de koffiemachine. “mag ik er ook één?” hoorde ik een vrouwenstem achter me fluisteren. Ik schrok en draaide me in een ruk om. Ik keek in het lachende gezicht van Vanessa. Ik reikte haar de mok die ik eigenlijk voor mezelf had bestemd aan en plaatste een nieuwe onder de tuit. De machine gromde terwijl hij de koffiebonen maalde. Enkele seconden later vulde de geur van verse koffie mijn neus. We namen plaats aan de keukentafel en keken elkaar enkele ogenblikken zwijgend aan. “Heb je er zin in?” vroeg ik haar. Vanessa blies in haar koffie, in een niet helemaal geslaagde poging deze snel af te laten koelen.

“Ja! Ik ben nog nooit Nederland uit geweest en nu naar Amerika… wow!” Haar immer opgewekte optimisme werkte aanstekelijk op me. Vanessa was als klein kind heel ernstig ziek geweest en dat had haar karakter gevormd. Omdat ze 100% zichzelf was, had ze in een korte tijd een plekje in ieders hart veroverd. “Als ik niet op jongens zou vallen, had ik haar al lang van je afgepikt” had Mike een keer grappend tegen Koen gezegd. “Dacht jij dan dat je een kans had?” had Koen gevat geantwoord. Mike was door dit onverwachte antwoord even sprakeloos geweest, wat tot hilariteit bij zijn vrienden had geleid. Vanessa had het met een rood hoofd aanschouwd. “Hoe lang is het nu geleden dat ziek ben geweest?’ vroeg ik haar. “Even nadenken… ik ben nu 19 dus dat is 8 jaar… zo lang al?” Ze schrok van haar eigen conclusie en dat deed me in de lach schieten. “Ik was als kind een ongelofelijke rauwdouwer: ik wilde overal op klimmen, vanaf springen… En natuurlijk viel ik dan heel vaak. Mijn ouders werden daar helemaal gek van, want ik kon nooit twee dagen met dezelfde kleren doen: altijd vies of een gat erin. Ik speelde handbal toen en tijdens een training viel ik een paar keer. Omdat iedereen me kende als iemand die door mijn wilde manier van spelen, vaak viel, schonk niemand er echt aandacht aan. Ikzelf ook niet, ik stond op en ging weer verder. Een week later merkte ik dat ik viel zonder dat ik dat zeg maar wilde: zonder dat er iemand in de buurt was, lag ik ineens op de grond. Ik dacht eerst dat ik struikelde, maar mijn veters zaten goed vast en het veld was helemaal vlak.

Opeens zag ik dubbel en viel opnieuw. Gelukkig zag mijn trainster dat er iets mis was: omdat ik zoveel viel, was mezelf opvangen mijn tweede natuur geworden. Alleen, dat deed ik toen niet: ik viel gewoon keihand op de grond, zonder dat ik ook maar een poging deed om mezelf op te vangen. Zij heeft me toen naar de eerste hulp gebracht en daar hebben ze een paar testjes gedaan. Een uur later lag ik onder een CT-scan en dezelfde nacht nog ben ik met gillende sirenes naar het ziekenhuis in een andere stad gebracht waar een hele groep artsen me op stond te wachten. Die nacht ben ik nog geopereerd aan een agressief groeiende tumor in mijn hoofd…” Ik schonk haar beker nog een keer vol. “Ik heb er een paar flinke littekens aan over gehouden, maar verder merk je er aan de buitenkant niks van. Ik laat mijn haren lekker lang, dan camoufleren ze mijn littekens. Ik ben er wel lang ziek van geweest en ook heel moe. Ik heb daarom heel hard moeten werken op school. Maar ach, dat is nu voorbij…” Ik lachte haar toe. “Hoe heb je Koen eigenlijk leren kennen?” Er verscheen een twinkeling in haar ogen. Mijn broertje werkt op zaterdag bij Koen. Hij poetst daar auto’s. Ik ben een keer Sven, mijn broertje, op gaan halen want mij vader had er geen tijd voor.

Met de TomTom had ik de garage gevonden en ik vond het maar een creepy omgeving daar. En dat werd niet beter toen ik de deur van de loods open deed: het was er donker en het stonk er onwijs naar benzine. En ik zag helemaal niemand. Ik heb vervolgens de hele loods doorgelopen, roepend, zonder dat er een reactie kwam. In een hoekje vond ik ze: allebei in zo’n smeerput en allebei van kop tot teen onder de smeer. Echt, zwarte piet was er niks bij! Ik ben toen heel boos op Sven geworden, want hij zou alleen poetsen en nu was hij helemaal zwart en vies. En omdat Koen een beetje dom stond te lachen terwijl ik mijn broertje aan het uitschelden was, werd ik ook laaiend op hem. Ik heb zelfs woedend een halve emmer smeer over hem heem gegooid toen hij maar bleef grijnzen….” Het beeld wat ik hiervan kreeg deed me in lachen uitbarsten; ik had graag het gezicht van Koen gezien nadat de troep van hem af gedruipt was. “De dag daarna was ik alleen thuis en ging de deurbel. Ik deed de deur open en daar stond Koen: met in zijn ene hand een witte plastic tas, in zijn andere hand een pak wasmiddel en tussen zijn tanden een rode roos. Koen vroeg of hij binnen mocht komen. Nu ik Koen fris gewassen en in zijn gewone kleren zag, moest ik toegeven dat hij heel aantrekkelijk was. In de witte tas zaten zijn werkkleren, de kleren die ik vol smeer had gegooid. Koen vond dat als ik ze zo nodig smerig moest maken, ik ze dan ook maar uit moest wassen. Nou, dat heb ik gedaan en sinds die middag zijn we samen…”

Ik wilde haar nog wat vragen, maar de deur van de keuken ging open en Koen kwam met slaperige ogen binnen. Vanessa en ik keken elkaar even aan en schoten toen allebei in de lach. Koen keek ons niet begrijpend aan, haalde zijn schouders op en pakte een beker uit de kast. Rond tien uur was iedereen beneden; Mike natuurlijk als laatste en natuurlijk zonder shirt. Ik keek hem gegeneerd aan, maar Mike stak zijn tong naar me uit: waarom zou hij op de laatste dag zich anders gedragen dan anders? Sandra was intussen binnen gekomen en was blij te horen dat Bryan zonder problemen door de nacht was gekomen; Mike had Bryan naar bed gebracht en hij had tot half tien geslapen als een roos. Mike wist dat, omdat hij voor de zekerheid een babyfoon op zijn nachtkastje gezet had. Mike kreeg een liefdevolle knuffel van Sandra, dankbaar voor zijn verantwoordelijkheidsgevoel richting Bryan. We ontbeten uitgebreid en de stemming aan tafel was uitgelaten. Toch voelde ik enige spanning en onzekerheid in de groep. Ik had het hier met Sandra enkele dagen eerder over gehad. Sandra had me op het hart gedrukt dat iedereen van mij het goede voorbeeld verwachtte de komende dagen; ik was het oudst en had de meeste reiservaring. Sandra’s mededeling had me enigszins wakker geschud: ik had me voorgenomen ook vooral te genieten van de trip maar ik realiseerde me dat ik die gedachte het beste uit mijn hoofd kon zetten.

Tegen twaalven maakten we aanstalten om naar Schiphol te vertrekken. Terwijl de anderen druk bezig waren hun koffers naar beneden te sjouwen en klaar te zetten om ze in de auto’s te laden, zag ik Mike zich terugtrekken. Ik vond mijn vriend terug, in onze slaapkamer, op het balkon. Ik sloeg mijn armen om hem heen en wiegde hem zachtjes heen en weer. “Dit was het dan…” hoorde ik Mike fluisteren. “Wat bedoel je?” vroeg ik hem en zoende hem liefdevol in zijn nek. “Weet je, we hebben samen zoveel meegemaakt… in Nederland, maar ook hier…” Ik woog mijn woorden voor ik ze uitsprak. “Heb je spijt van je beslissing?” Mike schudde krachtig nee, terwijl hij zich naar me omdraaide. “Nee. Want jij bent bij me. En met jou samen durf ik alles. Allés!”
Er klonk geluid vanaf de overloop. “Komen jullie? We moeten echt gaan rijden!” Mike begroef zich nog eenmaal in mijn armen en ik voelde zijn natte ogen in mijn nek. De rit naar Schiphol liep gesmeerd; Sandra reed in mijn auto, Vanessa in die van Mike en Koen had een andere auto van thuis meegenomen. Sandra zou voorlopig in mijn auto gaan rijden had ik met mijn baas kunnen afspreken en Mike’s auto zou zo lang door Koen gebruikt gaan worden.

We parkeerden de auto’s langs elkaar op bij 'Tulp'; Mike en Bryan hadden intussen bagagekarren gehaald en we laadde alle koffers op de karren. Ik had me verbaasd over de hoeveelheid bagage die vooral de dames in het gezelschap met zich mee wilden nemen. En vanzelfsprekend hadden wij nog de laatste spullen bij ons: al met al een imposante hoeveelheid koffers. Ik had natuurlijk voor iedereen plekken in de businness-class genomen. Mike had met een zucht de tickets bekeken. “Moet dit nou?” had hij me gevraagd. “Waarom niet?” Mike had zijn schouders op gehaald. “Je hoeft het toch niet te doen? Wij zijn nog jong, we kunnen best in de economy gaan zitten.” Ik had Mike strak aangekeken. “Besef je wel dat het voor de meesten de eerste keer is dat ze vliegen en zeker zo’n eind. En ik wil in de VS zo veel mogelijk van hun gezelschap genieten, Mike. De emoties zullen hun tol gaan eisen en ik wil daarom dat iedereen zo uitgerust mogelijk in de VS arriveert. Dus het is geen patsen of indruk willen maken, het is puur een prijs-kwaliteit afweging.” Mike zweeg; hij wist dat ik een hang had naar kwaliteit en luxe, maar stelde zich tevreden met de wetenschap dat de overdaad, waarmee ik hem in het begin van onze relatie probeerde te imponeren, intussen weg was. Hij had me ervan weten te overtuigen dat hij van me hield om wie is was, niet om wat ik had. En hij begreep mijn beslissing om in dit geval voor businessclass tickets te kiezen.

Sandra had er voor gezorgd dat iedereen een mapje had met daarin de paspoorten en de tickets. Ze had het mapje van Bryan van een koordje voorzien en deze om zijn nek gehangen. We namen plaats in de rij voor de businessklas check-inn en ik zag jaloerse en zelfs enkele verwijtende blikken van mensen in onze richting die in de rij voor de economy stonden. Zonder problemen ontving iedereen zijn boardingpass en daarna dirigeerde ik iedereen richting één van de lounges. Tot mijn verbazing zag ik Mike, die voorop liep, echter een andere kant op lopen. Met een mengeling van verbazing en irritatie volgde ik noodgedwongen Mike, niet wetend waar hij naartoe liep. Ik had het kunnen weten: Mike zette regelrecht koers naar de Burger King en terwijl Vanessa en Sandra met een knipoog richting mij een plek gingen zoeken liep ik richting mijn vriend. “Wat wil jij eten, mopperkont?” Ik was even van mijn stuk gebracht door de opmerking van Mike, maar toen hij zijn tong naar me uitstak trok er een glimlach over mijn gezicht en haalde ik mijn schouders op. Wat kon het me ook schelen op een dag als vandaag! Vier dienbladen vol in papier gewikkelde burgers en kartonnen frietbakjes stonden enkele minuten later op de tafels tussen ons in. De groep viel aan alsof ze al dagen niet gegeten hadden. Ik bekeek het met een glimlach: het was immers ook een uiting van onzekerheid. Mijn blik bleef op Mike gefocust, terwijl de groep als een roedel jonge honden de dienbladen in recordtempo leeg at. Mike zat er ogenschijnlijk opgewekt tussen; zijn glimmende stekels en zijn gouden oorbellen deden mijn gedachten teruggaan naar de eerste keer dat ik Mike had gezien – bij Daniels in diens kantoor. Het leek al eeuwen geleden…

Bij de paspoortcontrole bleef Mike dicht bij Bryan: hij wist dat Bryan opstandig kon worden als hij in de drukte terecht kwam en al helemaal als mensen om hem heen zich nerveus of ongeduldig gedroegen. Opnieuw was te zien hoe intens de vriendschap tussen Mike en Bryan was: Bryan doorliep alle controles met een vriendelijke glimlach op zijn gezicht. Bij de gate zag ik verschillende mobieltjes te voorschijn komen; er werden foto’s gemaakt en Twitter- en Facebook berichten gepost. Ik merkte dat ik slecht op de hoogte was van de laatste ontwikkelingen op social media gebied. Mike gebruikte tot voor kort zijn I-phone eigenlijk vooral om te bellen, te sms-en of op internet te surfen, maar hij was intussen ook gevallen voor de social media gekte. Het was grappig om te zien hoe de groep wat ongemakkelijk bij elkaar klitte toen de gate open ging; alles wat ik of Mike deden, werd direct door de anderen gekopieerd. Ik had met Mike afgesproken dat hij daarom als eerste door de gate zou gaan, zodat hij iedereen op die manier het vliegtuig in kon loodsen. Ik zou als laatste gaan zodat de groep tussen ons in zou boarden en we konden helpen mocht dat nodig zijn. Mike had me gevraagd of ik het goed vond dat hij langs Bryan zou gaan zitten. Ik had hem verbaasd aangekeken: natúúrlijk was dat goed! Ik nam plaats langs Sandra en legde haar de werking van haar stoel en de tv in de stoel voor haar. Ik was aan de gangzijde gaan zitten. Op die manier kon Sandra ongehinderd naar buiten kijken – en ik naar Mike, die twee rijen voor ons zat.

Na een vlekkeloze take off doofde het licht dat de gordels vastgemaakt moesten zijn. Ik schoot in de lach van de reactie die dat opriep: de helft van de groep stond op en ging aan de wandel door het bovendek van het vliegtuig dat ons naar Boston bracht. Ik stond op en liep naar Mike. Hij zat, met zijn hoofdtelefoon op zijn hoofd, samen met Bryan te kijken naar een tekenfilm. Ik tikte hem op zijn schouder. Mike schonk me zijn prachtige glimlach terwijl hij naar me toe draaide. Ik gaf hem een knipoog en draaide me om, in de richting van de toiletten. Na de sanitaire stop nam ik weer plaats in mijn stoel en nam een slok van het glas witte wijn dat een stewardess me kwam brengen. Om me heen zag ik dat de groep de service van de stewardessen ook had ontdekt en ogenschijnlijk stoer bestellingen bij de dames plaatsten. Ik keek op mijn horloge: nog twee uur en dan zouden we in Boston aankomen! Ik doodde de tijd door met Sandra te praten. Ik merkte dat Sandra zorgvuldig het onderwerp “werk” ontweek. De afgelopen weken had ik regelmatig een toespeling gemaakt in die richting; ze gaf me echter nooit een concreet antwoord. Ik vermoedde dat haar werkrelatie met Luc bijzonder moeizaam verliep, maar dat ze zich niet in de positie vond daar wat over te zeggen – en al helemaal niet tegen haar oude baas, die ik per slot van rekening nog steeds was. Een half uurtje voor aankomst klonk de stem van de gezagvoerder door de intercom waarin hij aankondigde dat zo dadelijk de landing op Logan International Airport zou worden ingezet. Ik had mijn uiterste best gedaan om Bryan deze landing in de cockpit mee te laten maken; helaas hadden de aanslagen op het WTC in New York alle mogelijkheden daartoe gedwarsboomd. Mike had er zijn schouders bij opgehaald: het was niet anders.

Heel zachtjes zette de piloot het vliegtuig aan de grond. Vanzelfsprekend was ik de enige die zijn gordel om hield totdat het daarvoor bestemde lampje was gedoofd; de groep was merkbaar zenuwachtig voor wat komen ging. We maakten gebruik van het voordeel van business class vliegen, namelijk als eerste het toestel verlaten, en ik zag, toen we de trap naar de economy class afliepen, verschillende mensen in die klasse ons geïrriteerd aankijken: waar deed die luidruchtige groep jeugd het van? Als een stel jonge honden stortte de groep zich van de roltrappen af die ons naar de douane hal brachten. Samen met Sandra deed ik het om mijn gemak: ik wist dat het minstens 30 minuten duurde voor er überhaupt een stuk bagage uit het vliegtuig op de band zou belanden, dus dat haasten geen enkele zin had. Na een kwartier bereikten wij de groep en liepen we nog een keer de douaneprocedure door. Ik drukte iedereen nog een keer op het hart om geen grappen te maken en netjes te doen wat de beambte zei. “De mensen van Homeland Security zijn absoluut niet geselecteerd op hun overmatig gevoel voor humor. Geen grappen dus, of je loopt de kans in echt dikke problemen te geraken. Iedereen z’n paspoort?” Gedrild als ze intussen waren door Sandra, stak iedereen zijn paspoort omhoog, met daarin het in het vliegtuig ingevulde, witte, I-94 formulier.

Ik had me eerste keer dat ik richting de VS vloog, me over de vragen op het formulier wat ik doen kreeg, erg verbaasd; men wilde weten of ik soms een zware crimineel was en zelfs of ik wellicht betrokken was geweest bij strafbare feiten ten tijde van het Nazi-bewind in Duitsland tussen 1933 en 1945... Nu was het een gewoonte voor me geworden om alle vragen met ‘No’ te beantwoorden. Voorzichtigheidshalve hadden Sandra en ik alle formulieren gecontroleerd. Het oefenen bij Sandra thuis had zijn effect gehad: alle formulieren waren foutloos ingevuld. Toen we in de eigenlijke douane hal kwamen, zag ik dat de lacherige sfeer in de groep in een keer omsloeg in een soort onzekerheid die ik tot dan toe nog niet bemerkt had. Ik keek rond en zag imposante, geüniformeerde beambten ons scherp in de gaten houden – iets wat de groep zelf ook besefte. Ik loodste de groep in de richting van de wachtrij en we sloten aan. Ondanks dat alle cabines bezet waren op het vroege uur, duurde het bijna 30 minuten voor we naar één van de cabines werden geroepen: 8 grote vliegtuigen hadden bijna tegelijk hun passagiers van boord laten gaan, hetgeen voor de enorme drukte zorgde. Met Sandra had ik afgesproken als eerste door de douane te gaan en zij als laatste; mocht er iets mis gaan was altijd een van ons tweeën in de buurt. Van mijn voornemen kwam echter niets terecht: omdat we in de VS zouden blijven, werden Mike en ik zorgvuldiger gecontroleerd en dienden we nog enkele aanvullende formulieren in te vullen – iets waar ik niet op gerekend had. Uiteindelijk waren Mike en ik als laatste toch door de douane en konden we onze bagage gaan halen. Die was snel gevonden: omdat wij vertraging bij de douane hadden opgelopen en de groep direct na de cabines op ons had staan wachten, stond al onze bagage bij elkaar in een hoek. Logisch: de volgende stroom bagage van gelande vliegtuigen werd al op de bagagebanden gelost.

In Nederland had ik met Mike besproken hoe we de dingen tijdens het verblijf van de groep wilden doen. Ik had de intentie om de groep in drie dagen helemaal onder te dompelen in de VS en ze veel te laten zien van het land waar Mike en ik onze toekomst zouden gaan opbouwen. Mike had verontwaardigd naar zijn voorhoofd gewezen: in die amper 48 uur dat de groep in de VS zou zijn wilde hij vooral zo veel mogelijk samen zijn. “We nodigen ze anders nog wel een keertje uit of zo, in de vakantie.” Met onze bagage op karretjes reden we de laatste check door. Ik was expres als laatste gegaan, dit om de verrassing niet te bederven. De groep liep door de schuifdeuren en zag tot hun enorme verrassing twee in prachtige uniformen gestoken mannen staan, met elk een bord in hun handen waarop stond “Van Weem Corporation” Mike keek me verbaasd aan en ik schoot in de lach: ik had in Nederland, tegen de uitdrukkelijke wens van Mike in, twee grote limo’s gehuurd om ons naar ons huis in Milton te brengen. Ons wachtte echter nog een verrassing: achter de twee grote mannen ontdekte ik Abe en zijn zoon Isfah. Ik was blij hen te zien en opmakend uit hun gezichtsuitdrukking, was dit wederzijds. Mike stelde enthousiast al onze reisgenoten aan hen voor en stelde voor dat Isfah met ons mee naar Milton zou rijden; Abe zou dan met zijn auto achter ons aan komen rijden. Abe zag aan Mike’s gezicht dat hij het erg leuk zou vinden als zijn Amerikaanse vriend mee zou gaan en zag dat weigeren eigenlijk onmogelijk was.

De twee chauffeurs gingen ons voor, de groep in verwarring daar achteraan. Juichkreten stegen op toen de groep zag dat de twee glimmende witte streched limo’s die voor de uitgang van aankomstterminal stonden, hen zouden gaan vervoeren. Direct kwamen de mobiele telefoons en digitale camera’s weer te voorschijn en werden er vele foto’s gemaakt. Ik maande de groep dat ze in moesten stappen en verdeeld in twee groepen namen ze zichtbaar opgewonden plaats in deze enorme auto’s en reden we achter elkaar aan het terrein van het vliegveld af, op weg naar ons nieuwe huis in Milton. Via de Interstate, die ons langs dorpjes voerde, reden we richting ons nieuwe huisadres. Het was stil in de auto: alle jongeren zaten naar buiten te staren, alle indrukken in zich opnemend van een land waar ik met Mike zou gaan wonen. Wat me opnieuw opviel was de gedisciplineerdheid waarmee de automobilisten in dit deel van de VS reden: in een rustig tempo en gebruik makend van het bekende ‘keep your lane’ waardoor rechts inhalen een normale verkeerssituatie betrof.

Soepel reed onze chauffeur van de Interstate af en nam de afslag richting Milton. Een paar brede straten volgden totdat de chauffeur rechtsaf sloeg, Hillside Drive in. Ik knipperde met mijn ogen en ik kreeg een vreemd gevoel in mijn maag: we waren er bijna! Abe had ons op de Interstate ingehaald en de poort opengezet, waardoor het voor de twee chauffeurs een koud kunstje was de oprijlaan op te draaien en de limo’s voor de garagedeuren te parkeren. We waren er! Ik stapte als eerste uit en zette mijn zonnebril op: het was nog heerlijk weer in het noordoosten van de VS. Op die manier lukte het me ook mijn twijfel, die weer enorm had toegeslagen, letterlijk en figuurlijk te verstoppen achter mijn zwarte brillenglazen. Mike merkte niks van mijn gemoedstoestand: hij ving de door Abe met een grote lach hem toegeworpen voordeursleutel met een soepele beweging en opende de voordeur, vele nieuwsgierige ogen in zijn rug voelend. Abe kwam op me toelopen en vroeg hoe de vlucht was geweest en hoe ik me voelde. Ik kon moeilijk een antwoord in het Engels formuleren dat werkelijk mijn gevoelens recht deed. Vandaar dat ik het bij een paar cliché’s liet. Aan Abe’s gezicht zag ik dat hij begreep wat er in me om ging. Ik gaf de twee chauffeurs een dikke fooi nadat ze alle meegebracht bagage bij de voordeur hadden gezet. De twee bedankten me en reden enkele seconden later langzaam weg van onze oprit. Ik keek ze na totdat ze uit mijn zicht waren verdwenen. Abe tikte me op mijn arm en gaf me een knipoog. Terwijl ik een diepe zucht slaakte, hoorde ik de opgewonden stemmen van de groep vanuit het huis komen. Ik volgde Abe naar binnen.

Hij had me meer dan eens gevraagd of hij er niet voor moest zorgen dat alle door ons vanuit Nederland gekochte meubels en ander huisraad al was uitgepakt en neergezet bij onze aankomst. Ook al had me dat aanvankelijk een aantrekkelijk aanbod geleken, ik had het toch vriendelijk afgewezen: ik wilde dat Mike en ik er bij waren en dat was één van de redenen om de hele groep mee te nemen. Nadat iedereen in de woonkeuken terug was gekeerd nadat Mike de rondleiding had beëindigd, namen we allemaal wat te drinken en gingen daarna aan de slag; de enorme garage stond vol met meubels en andere spullen en al snel was iedereen bezig met het inrichten van ons huis. Op die manier hoopte ik ook heimelijk dat Mike zich er meteen thuis zou voelen en aan zijn stralende gezicht zag ik dat Mike zich op zijn gemak voelde. Om de dames van het gezelschap niet te veel te belasten, had ik Abe gevraagd ons huis de week voordat we zouden arriveren, nog een keer helemaal van top tot teen schoon te laten maken en alles na te laten kijken en indien nodig te repareren dan wel bij te werken. Aan alles kon ik zien dat Abe zich prima van die taak had gekweten: aan niets was te zien dat het huis al enkele maanden leeg had gestaan. Vanzelfsprekend was één van de eerste zaken die werd aangesloten in ons huis de stereo-installatie. En om de Nederlandse sfeer nog hoog te houden, had Koen een heleboel Nederlandstalige nummers, van artiesten waar ik een enorme hekel aan had, op een I-pod gezet en deze schalde nu door het hele huis en die natuurlijk luidkeels door iedereen werden meegezongen. Ik haalde met een onnozel gezicht mijn schouders op toen Isfah en Abe me aankeken. Blijkbaar was het een grappig gezicht: ze schoten in de lach om mijn onbeholpen verontschuldigingen.

Rond één uur hadden de dames een maaltijd klaar gemaakt met boodschappen die Abe snel in het stadje was gaan halen. Uit de verhalen van iedereen kon ik opmaken dat we goed opschoten – en de onderlinge sfeer opperbest was. Een uurtje laten was iedereen weer aan het werk en kon ik met Abe het laatste papierwerk afhandelen. Ik had me eerst afgevraagd of Werner wel in staat zou zijn onze emigratie tot een goed einde te brengen maar ik moest toegeven dat ik me enorm vergist had: alle formulieren waren foutloos en op tijd bij de diverse instanties aangekomen en met de keuze van Abe had Werner een uitstekende selectie gemaakt.Tegen acht uur die avond stond alles op z’n plaats en stonden op het whiteboard, dat ik in de keuken had laten ophangen maar een paar kleine dingen die ontbraken. Mike had buiten de barbecue al aangestoken en de kenmerkende geur van gloeiende kooltjes verspreidde zich door het huis. Abe had intussen afscheid genomen en na veel aandringen van Mike, had hij er mee ingestemd dat Isfah zou mogen blijven; ik gaf Abe mijn woord dat ik er voor zou zorgen dat hij veilig thuis zou komen. Van een afstandje zag ik tevreden hoe Isfah al door de rest van de groep daarin was opgenomen: iedereen probeerde een gesprekje met de Joodse jongen te voeren en hoewel ze niet allemaal goed Engels spraken, lukte het met handen en voeten uitstekend. “Ik denk dat Mike een nieuwe boezemvriend heeft gevonden…” hoorde ik Sandra achter me fluisteren. Ik draaide me om en keek haar aan. Ze had een verdrietige blik in haar ogen. “Ik weet dat Mike een extra boezemvriend heeft gevonden”, corrigeerde ik haar. “De band die Bryan en hij hebben zal er altijd zijn, Sandra. Ook al is de afstand nog zo groot.”

Mike had het laatste weekend Bryan geleerd hoe hij met hem kon skypen. “Dan kunnen we toch nog lekker met elkaar kletsen, zonder dat we er ook echt zijn.” Ondanks zijn handicap had Bryan het kunstje snel onder controle en zijn angst om Mike nooit meer te zien werd weer een stuk kleiner. Abe had speciaal voor Isfah eten gebracht: de Joodse spijswetten waar hij zich aan hield verboden hem mee te doen met onze barbecue. Toen Vanessa, de vriendin van Koen, aan hem vroeg waarom hij niet meeat, legde Isfah uit hoe deze spijswetten precies in elkaar zaten. Aan de aandachtige blikken in de ogen van de groep zag ik dat ze oprecht geïnteresseerd waren in Isfah’s uitleg. Mike had me voorgesteld om na de barbecue de stad in te gaan. Ik had Mike uitgelegd dat de drankwetten in deze staat bijzonder streng waren: het gros van de groep was nog geen 21 jaar en ik wilde geen problemen opzoeken. Mike had teleurgesteld geknikt: dan maar een feest op de veranda van ons nieuwe huis zélf. Vanzelfsprekend startte Bryan al snel Nederlandse hardcore en ging het feest los; Isfah had deze muziek nog nooit gehoord maar zat, gehuld in een trui met daarop het groepsteken die hij intussen van Koen had gekregen, al snel zachtjes met zijn hoofd mee te wiegen op de maat van de muziek. Rond twee uur gingen de eersten naar bed; het tijdsverschil deed de meesten tollen op hun benen, hoe gezellig het ook was. De muziek had ik rond twaalf uur al zachter laten zetten; ik wilde voorkomen dat we op onze eerste dag al direct problemen met omwonenden of zelfs de politie zouden krijgen. Wat opgevallen was, dat onze buren, die toch goed konden zien dat we nieuw waren, taal nog teken van zich hadden laten horen.

Mike had zich daarover verbaasd; ik had mijn schouders opgetrokken: dan niet. Tegen drieën dronk ik mijn glas leeg en liep met Sandra terug het huis in. In alle kamers lagen mensen te slapen, dus we liepen heel voorzichtig naar boven. Het licht in onze slaapkamer was uit en ik zag, verlicht door de maan, een glimlach op het gezicht van mijn slapende vriend. Opgelucht kroop ik langs hem en sliep bijna direct. De volgende ochtend was ik al vroeg wakker. Ik keek langs me en zag dat Mike ogenschijnlijk sliep als alle andere dagen: monotoon, vredig. Minutenlang keek ik bewegingsloos naar het gelijkmatige patroon van zijn ademhaling. Mike’s schouders en bovenste deel van zijn rug waren zichtbaar omdat hij de panden van het dekbed waar hij onder lag, onder zijn armen had geklemd. Op die manier had ik vrij zicht op een deel van zijn tatoeage die intussen onlosmakelijk bij Mike was gaan horen. Ik keek naar mijn eigen borstkas en zag daar de strakke, diepzwarte lijnen van de kanji die we hadden allemaal hadden laten plaatsen als teken van onze vriendschap. Mijn oren vingen gestommel op de gang. Ik draaide me voorzichtig om om te kijken hoe laat het was. Het was half acht. Ik besloot Mike lekker te laten slapen en stond voorzichtig op, nieuwsgierig naar wie op dit vroege uur al wakker was. Geruisloos opende ik de deur en zag dat Sandra en Bryan de trap naar beneden nemen. Zonder geluid volgde ik hem; als Bryan me zou zien zou hij ongetwijfeld mijn naam roepen wat er voor zou zorgen dat Mike wakker ook zou worden; iets wat ik niet wilde.

Beneden zag ik dat Sandra met Bryan door de tuindeuren naar een van de veranda’s liep; ondanks dat het nog vroeg was, was de temperatuur buiten best aangenaam. Ik liep terug ons huis in en zocht in de vele kastjes van de enorme keuken naar enkele bekers. Mezelf vervloekend niet te hebben gekeken waar de dames alles hadden neergezet, zette ik mijn zoektocht voort; vanzelfsprekend stonden de bekers in één van de laatste kastjes. Na eenzelfde zoektocht naar melk en suiker kreeg ik het wonderwel voor elkaar koffie te laten stromen uit de glimmende koffiemachine die in de kastenwand van de keuken ingebouwd was. Ik had de sterkte-knop helemaal naar rechts gedraaid: ik wist dat de gemiddelde Amerikaan van slappe koffie hield: een voorstelling alleen al van de smaak daarvan deed me gruwen. Verwachtingsvol haalde ik een beker onder de schenktuit van de machine uit en nam een slok. “En?” hoorde ik achter me vragen. Ik draaide me met een ruk om: ik was blijkbaar zo in gedachten verzonken dat ik niemand had gehoord. Mike stapte naar me toe en gaf me een zoen. “Niet meer zonder een kusje er tussenuit knijpen jij hé” vertelde hij me op een bestraffend toontje. Mike’s heerlijke geur vulde mijn neusgaten. “Jij smaakt lekkerder dan deze koffie” flapte ik er ineens uit. Mike keek me even aan en schoot toen in de lach; normaal gesproken maakte ik nooit zulke opmerkingen. Ik voelde zelfs dat ik er enigszins van kleurde.

Hij nam de beker van me over, gaf me nog een zoen en nam toen een slok. Hij wachtte even om het aroma in zijn mond zijn werk te laten doen, knikte toen en dronk de beker in een teug leeg. Hij gaf me een knipoog en zette de beker terug onder de machine. Ik opende de enorme koelkast en pakte er een jerrycan met melk uit; melk ging hier blijkbaar met een gallon als inhoudsmaat! Met een klap op mijn schouder liet Mike merken dat hij naar buiten liep: hij hoorde Bryan opgewonden roepen vanuit de tuin. Ik schonk mezelf een beker melk in en ging voor het grote raam in de schuifpui naar de tuin staan; het raam dat uitzicht bood op onze enorme tuin. Bryan zag opeens dat Mike naar hem toe kwam lopen. Zoals vaker raakte Bryan dan buiten zichzelf van vreugde en liep, behoorlijk gehinderd door zijn gebrekkige motoriek, zo snel als hij kon richting zijn grote voorbeeld. Mike had me wel eens verteld dat hij zich altijd flink schrap moest zetten als Bryan hem in de armen sprong; zijn boezemvriend had geen besef van zijn kracht en sinds Bryan wist dat Mike aan fitness deed, was Bryan ook regelmatig bij Mike te vinden in het krachthonk – wat er voor zorgde dat de klap die Mike mocht opvangen, alleen maar zwaarder werd.

De uitgelaten lach op Mike’s gezicht toen Bryan hem om zijn hals vloog, deed me van binnen smelten: ik was enorm trots dat Mike Bryan als zijn beste vriend beschouwde en dat gewoon om wie hij was en niet omdat hij geestelijk gehandicapt was. Sandra had me meer dan eens verteld dat Mike’s aanwezigheid Bryan meer dan eens de motivatie had gegeven om vasthoudend dingen te blijven proberen die hij eerst al snel opgaf. Bryan keek ook op naar Mike. Ik wist ook zeker dat Mike meer dan eens naar Nederland zou gaan vliegen om zijn vriend op te zoeken. Geamuseerd keek ik toe hoe de twee als jonge honden over het gras buitelden. Sandra keek lachend toe, zwaaide naar me toe ze me zag staan en gebaarde dat ik naar buiten moest komen. Met een beker koffie voor Sandra liep ik over het grasveld naar ze toe; in huis was het nog doodstil. Het feest van de afgelopen nacht en het tijdsverschil had blijkbaar haar tol geëist. Ik nam plaats langs Sandra in het prieeltje in de hoek van de tuin en reikte haar de beker aan. “Lekker geslapen?” Sandra zuchtte. “Niet helemaal. Bryan is zo opgewonden dat hij mee hierheen mocht, dat hij amper geslapen heeft vannacht. Hij blééf me maar vragen wanneer Mike op zou staan. Vandaar dat ik hem op een gegeven moment maar mee naar buiten heb genomen, voor de afleiding. Je woont hier mooi trouwens…” Mike was intussen met Bryan terug het huis in gelopen: ze hadden dorst van hun stoeipartij. Ze kwamen beiden met een groot glas sap naar buiten. Ik had gedacht dat ze bij ons zouden komen zitten, maar tot mijn verbazing liepen ze de andere kant op, de veranda op. Te laat daagde me het doel van hun actie: ineens klonk de eindshow van Defqon1 2010 keihard over het terras. “Wakker worden slaapkoppen!” hoorde ik Mike roepen vanaf de achterkant van ons huis, aan de kant waar zijn vrienden sliepen.

Ik keek Mike boos aan toen hij weer van achter het huis verscheen. Het had echter geen enkel effect: Mike zette zijn Bambi-gezicht op en stak zijn tong naar me uit en proostte met zijn glas mijn kant op. Hoofdschuddend haalde ik mijn schouders op en dronk mijn glas leeg. Langzaam druppelden de vriendengroep de tuin in; sommige nog half slapend en geeuwend. Ik was blij dat de tuin op het zuiden lag: de zon maakte het behaaglijk. Vanessa en Sandra waren de keuken in gegaan en Yannick en Yuri dekten de grote tafel die op de veranda stond. Ontbijten met keiharde housemuziek om me heen was een nieuwe ervaring; ik hoorde aan de verhalen aan tafel echter dat in de week dat ik naar Dubai was geweest, ons huis eigenlijk een hotel was geweest waar continue de muziek vol open had gestaan. Het enige wat me aan het verhaal verbaasde was dat ik er nooit iets van onze buren over had gehoord. Mike’s telefoon ging; hij keek op het scherm en liep met een grote grijns naar binnen. Enkele ogenblikken later kwam Mike weer terug de veranda op gelopen – met Isfah in zijn kielzog. Nu hoorde ik voor het eerst dat Vanessa vannacht Mike’s huurbus had gebruikt om Isfah netjes thuis af te zetten. Ik keek met open mond de kleine vriendin van Koen aan. Ze lachte me verlegen toe en stak snel een broodje in haar mond. Met een grote lach op zijn gezicht gaf Isfah Koen’s I-pod aan hem terug; Isfah had er sinds gisteren een nieuwe muzieksmaak bij; Abe had zijn oudste zoon meewarig aangekeken toen hij met de witte dopjes van Koen’s I-pod in zijn oren aan de keukentafel huiswerk zat te maken en Abe richting synagoge vertrok voor een vroeg gebed.

Ik realiseerde me dat Isfah dus niet had geslapen; aan het stralende gezicht van hem was daar echter niets van te merken.
Mike had nagedacht wat hij op de enige, volle vrije dag die de groep in de VS zou zijn, zou willen gaan doen. Na een heleboel nadenken en raadplegen van allerlei zoekmachines, had hij uiteindelijk zijn keuze gemaakt. Tegen elf uur was iedereen eindelijk gedouched en aangekleed. We zouden met twee auto’s gaan: Mike’s Van waar 8 mensen in konden en met mijn auto. Geruisloos werd de verdeling gemaakt: Sandra, Phillipe en Milan stapte bij mij in de auto terwijl Isfah, Koen, Vanessa, Yannick, Yuri, Bryan, Björn en zijn vriendin Samatha luidruchtig bij Mike in de enorme huur-Van stapten. Sandra en ik keken de jonge meute lachend aan terwijl ze in de auto stapten; korte broeken, baseball-caps, zonnebrillen maar vooral allemaal hetzelfde, zwarte shirt met daarop het logo wat Koen getekend had. Dat Isfah intussen ook al in zo’n shirt – ‘gewaad’ noemde de groep het shirt – mocht lopen, tekende het feit dat de jonge Joodse jongen al helemaal in de groep was opgenomen. Isfah nam naast Bryan en Mike plaats op de bank voorin: hij zou de weg wijzen. Ik had Phillipe en Milan gevraagd of ze niet liever bij Mike en de rest in de bus wilden zitten. Ze hadden allebei hun hoofd geschud: het was prima zo. Ik merkte de afgelopen tijd dat Milan en Phillipe bezig waren zichzelf te settelen in de Ardennen; Mike gaf de afstand de schuld dat de twee niet altijd aanwezig waren bij alle gelegenheden; ik merkte dat ze zich nog zeker wel onderdeel van de groep voelden, maar aan de andere kant ook langzamerhand steeds meer hun eigen plan gingen trekken. Phillipe was druk doende het boerenbedrijf van zijn vader over te nemen; Milan was afgestapt van zijn oorspronkelijke keuze en ging de creatieve kant uit: de afscheidsfilm was daarvan het eerste bewijs. Ik hoorde de twee op de achterbank praten over onderwerpen die ze niet besproken hadden waar de andere groepsleden bij waren. Het was wederom een bewijs voor mijn eerder getrokken conclusie.

We stopten op een groot parkeerterrein bij de ingang van de activiteit die Mike had uitgezocht. De schuifdeur van de grote rode Van ging open en vanzelfsprekend dreunde de housemuziek uit de auto. De laatste blikjes cola werden opgedronken en daarna nam Mike het voortouw, in de richting van het gebouw waar we een kijkje zouden gaan nemen.

Gesloten