Verschillende Werelden 7

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Kevin-K
Berichten: 35
Lid geworden op: wo 22 mei 2019, 08:56
Vul het getal in: 123

Verschillende Werelden 7

Bericht door Kevin-K » wo 05 jun 2019, 09:18

Voorbij

Ik blijf staren naar de foto in mijn handen. Mijn gedachtes schieten alle kanten op. Ik moet relativeren, ik dwing mezelf de foto op zijn kop voor me te leggen en naar Marvin te kijken. Hij staart terug. Zijn ogen zijn waterig, hij is geschokt en kan niks uitbrengen. Ik zoek ook woorden om tegen hem te zeggen maar wat? Ik sta op en loop naar de wasbak van de keuken. En plens koud water in mijn gezicht. Ik pak een glas en drink een glas water in één keer leeg. Ik kijk naar Marvin, hij zit me zijn rug naar me toe, hij zit nog onbewogen. ‘Marvin?’

Hij schrikt van mijn stem en staat resoluut op en loopt richting de slaapkamer. Hij zegt niks, ik loop achter hem aan. In de slaapkamer raapt hij de spullen bij elkaar en stopt ze in zijn tas. ‘Marvin?’ vraag ik opnieuw. Hij blijft me negeren en loopt langs me zonder me aan te kijken. Weer loop ik achter hem aan, ik weet nog steeds niet wat ik moet zeggen. Hij loopt direct door naar de hal en pakt zijn jas en trekt hem snel aan. Met zijn jas nog open opent hij de voordeur. ‘Marvin!’ zeg ik nu harder en pak hem bij zijn bovenarm. Hij draait zijn hoofd, tranen in zijn ogen. ‘Blijf, alsjeblieft.’ Smeek ik bijna. Ik zie hem een brok in zijn keel wegslikken. ‘Ik moet gaan nu Max, hou me niet tegen, ik…’ Hij slaat zijn ogen neer. Mijn grip verslapt en hij trekt zich los en loopt naar buiten en laat de voordeur open. Hij wacht niet op de lift maar rent bijna de trap af. Als ik hem niet meer zie duw ik de deur zacht dicht. Ik draai me om, ik weet niet wat ik moet doen. Ik zak door mijn knieën en als ik tegen de dichte voordeur aan zit word het me teveel. Ik breek en laat de tranen over mijn gezicht lopen…

Na een vijftal minuten dwing ik me tot op staan en zoek ik mijn sigaretten. Ik plof neer op de bank en steek een sigaret op. Alleen buiten roken was een eigen opgestelde regel maar die lap ik aan mijn laars, er staat nog een gebruikt leeg koffie kopje. Prima asbak. Jarenlang heb ik me afgevraagd waar mijn vader was, bewust ging ik niet naar hem op zoek, bang voor teleurstellingen. Ik besloot een andere weg te kiezen. Een open deur, sterker nog, twee openslaande deuren die wagenwijd open stonden. Hoe makkelijk kon ik het hem maken om mij te vinden. Hij hoefde alleen maar mijn naam in google te typen en zou al in contact met mij kunnen komen. Al jaren heeft hij dat niet gedaan. Stiekem hoopte ik dat hij dood was, gestorven ergens op wat voor manier dan ook. Maar nee, hij is springlevend, heeft mij echt in de steek gelaten. Heeft een nieuwe start gemaakt. Nieuwe vrouw en nieuwe zoon. Ik, Maxwell van der Velde, zijn zoon, besta niet meer voor hem.

En nu? Het zo maar laten? Of hem confronteren? Wil ik hem wel in mijn leven? Kan ik de antwoorden aan als hij me ze al zou geven? Of rent hij door mij dan weer weg, zijn nieuwe vrouw en Marvin achterlatend…. Dat kan ik Marvin niet aan doen… En Marvin dan? Hij is verdomme mijn halfbroer. Seks heb ik gehad met mijn eigen familie. Ik wist het dan wel niet maar praat ik het dan wel goed? Is de relatie tussen mij en Marvin dan wel echt? Of is het eerder een band van twee broers die we beide aanzagen als verliefdheid? Steeds meer vragen, steeds minder antwoorden. Ik moet in ieder geval iets ondernemen anders word ik gek!

Een half uur later zit ik rokend in mijn auto. Bestemming? Mijn voogdouders, Hans en Ank, geen idee of ze er zijn maar ik moet toch aan iemand mijn verhaal kwijt? Misschien hebben zij adviezen waar ik wat mee kan. Als ik in de straat parkeer en naar hun huis loop zie ik door het voorraam heen geen beweging, ik bel aan, geen antwoord niemand thuis. Ik draai me om en ga zitten met mijn rug tegen de deur. Nieuwe sigaret voordat ik mijn telefoon pak. Dan scrol ik even door mijn contacten en druk dan op bellen. ‘Met Chantal’ hoor ik haar verbaasde stem. ’Met krakende stem antwoord ik. ’Met Max’

‘Max, gaat het wel goed?’

‘Nee’

‘Wat is er?’

‘Hij leeft nog Chantal.’

‘Wie?’

‘Ik heb hem gevonden.’

‘Max, waar heb je het over, waar ben je?’

‘Mijn vader…’ ik breek weer, tranen over mijn wangen.

‘Je vader?, hoe dan? Ben je bij hem?’

Ik blijf even stil, probeer mezelf onder controle te krijgen. ‘Max, wil je dat ik even langskom?’

Ik heb mezelf herpakt. ‘Nee, ik ben niet thuis.’ Even blijf ik weer stil. Hoe ga ik dit eigenlijk zeggen. ‘Chantal, ken je Marvin nog, die van de golfbaan?’

‘Eh, ja ik denk het wel.’

‘Dat blijkt mijn broertje te zijn.’ Nu blijft het aan haar kant even stil.

‘Chantal, ben je er nog?’

‘Ja, Max. Een broertje… Wist hij het?’

‘Nee, stom toeval.’

‘Jezus Max, ga je naar hem toe? Naar je vader bedoel ik.’

‘Ik weet niet of ik dat kan.’

Ik hoor stemmen bij haar op de achtergrond, zij antwoord ze. Ik wacht even.

‘Max?, ik moet gaan Max.’

Duidelijk hoorbaar zucht ik. Waarom laat iedereen me toch in de steek. Waarom ben ik alleen op deze wereld?

‘Max, sorry, ik moet echt gaan. Ik bel je zo oké?’

Boos antwoord ik: ‘Nee, bel maar niet, laat me maar.’ Met deze woorden hang ik op, sta op en schreeuw AAHHHH. Ik pak het bankje wat onder het voorraam staat en smijt hem de tuin in. Pak een plant en trek hem uit de grond en flikker hem achter het bankje aan. De voordeur van het huis tegenover mijn voogdouders gaat open. ‘HE WAT MOET DAT!!’ Met een woeste blik draai ik naar het geluid en wil ik terugschreeuwen maar ik schrik want plots hoor ik de stem van Ank. Ik draai mijn hoofd, ze rent op me af. Ik kijk verdwaasd, tranen rollen weer oven mijn wangen terwijl ze me vastpakt. ‘Max, wat is er jongen.’ Mijn hoofd valt op haar schouder, mijn armen om haar middel en ik begin te janken.

Pak en beet een kwartier later zit ik binnen op de bank met Ank naast me. Hans komt met een glas water aanlopen. De overburen waren ietwat verbaasd Max toen ze iemand eerst zagen bellen tegen onze voordeur en opeens met dat bankje ging gooien. ‘Sorry, Hans’ zeg ik. ‘Vertel nou maar wat er is lieverd’ zegt Ank naast me. En dan doe ik mijn verhaal, ik begin bij het begin. Dat ik Marvin een lift zou geven, dat hij meeging naar de begraafplaats, dat Chantal ik en uit elkaar zijn, dat Marvin en ik elkaar zoenden op het strand, dat hij mijn collega is geworden en nu vanochtend erachter zijn gekomen dat we dezelfde vader hebben. Ik sluit af met het feit dat Marvin daarna zonder wat te zeggen weg is gegaan en dat hij me daar zo verschrikkelijk veel pijn mee heeft gedaan.

Na mijn verhaal kijk ik mijn schoonouders aan. Ze kijken geschokt en weten even geen houding te geven. Het is eigenlijk lachwekkend. Zojuist heb ik ze binnen vijf minuten verteld dat mijn relatie over is, ik homo ben en dat mijn vader nog leeft. Natuurlijk zijn ze met stomheid geslagen.

Ik kan mezelf niet meer inhouden en begin te grinniken om hun gezichten. Ik sta op. ‘Wat ga je doen?’ vraagt Ank snel.

‘Even roken, dan kunnen jullie het even laten bezinken.’ Ik forceer een glimlach tevoorschijn.’

‘Ga maar even in de achtertuin Max, voordat de overburen weer rare dingen gaan denken.’ Zegt Hans droog. Ik glimlach nu oprecht naar Hans en loop naar de achtertuin.

Met een opgelucht gevoel kom ik ’s avonds laat thuis aan. Als ik op de klok kijk zie ik dat het elf uur is. Ik ben werkelijk waar gesloopt. Ik heb bij Ank en Hans gegeten en we hebben veel gesproken over alles. Dat ik homo ben kan ze helemaal niks schelen, ik blijf gewoon Max. Haha, ze vonden het wel een wat vreemde coming out. Wat betreft mijn vader gaven ze me als advies om er eerst even aan te wennen dat ik weet dat hij er is. Wel vinden ze dat ik op den duur contact met hem moet opnemen. “Ik ga wel even met je mee.” Had Hans strijdbaar eraan toegevoegd. Ze lieten me ook duidelijk weten dat dit ook een grote schok voor Marvin moest zijn. “Gun hem zijn tijd om dit te verwerken” had Ank gezegd. In de toekomst zouden ze mijn halfbroer wel willen ontmoeten, ze waren nieuwsgierig naar hem. De meningen of ik een relatie met hem kon hebben ethisch gezien waren wel verdeeld. Hans vond het eigenlijk niet kunnen maar Ank vond dat hij niet zo moeilijk moest doen. Na alle lastige onderwerpen brak Hans nog een nieuw onderwerp aan. ‘Wanneer ga je ons huis te koop zetten?” had hij gevraagd. Waarom hebben ze zo haast hiermee? Ik heb in ieder geval beloofd om samen met mijn nieuwe collega Thijs van de week nog langs te komen. Hij kan een frisse blik werpen op het huis en voor een goede taxatie zorgen.

Onderweg naar huis had ik Chantal weer teruggebeld. Ze had die middag verscheidene keren geprobeerd mij te bellen maar ik drukte haar steeds weg. Ze maakte zich echt zorgen om me maar was blij dat ik mezelf had herpakt. Ze stond echt voor me klaar mocht ik haar nodig hebben en ook zij wilde me wel vergezellen bij een eventuele ontmoeting met mijn vader. Chantal is en blijft een schat. Ook heb ik Marvin geprobeerd te bellen maar op één of andere manier was ik ook wel opgelucht dat hij niet opnam. Wat moest ik in godsnaam tegen hem zeggen? Iets in de trant van: “Hé broertje, bijgekomen van de schok?” en dan??? Ach, ik laat alles even voor wat het is.

Vermoeid trek ik mijn kleren uit en lig ik even later in bed. Naast me is het bed weer leeg. Misschien ook wel het beste om zonder partner door het leven te gaan. Het scheelt een hoop gedoe…

Maandag, met lichte tegenzin naar mijn werk. Niet dat ik geen zin heb om te werken maar tijdens de teamvergadering zal Marvin er ook zijn. Daar ben ik toch wel nerveus onder… Hoe zou hij zich opstellen naar mij? Als ik aankom op werk begroet kom ik als eerste Thijs tegen. Hij is goed gehumeurd en lacht als hij me aan ziet komen. ‘Zwaar weekend gehad Max?’

‘Kan je wel zeggen ja.’ Antwoord ik kort. Annet ziet me ook en kijkt direct bezorgd. ‘Max, kom je even?’ Ik glimlach naar haar en duidelijk voor Thijs zucht ik. ‘Ja mama, ik kom.’ Thijs lacht er hard om. Maar als ik apart zit met Annet vraagt ze direct wat er echt is. ‘En zeg nou niet dat er niks is want tegen mij hoef je je niet groot te houden.’

‘Oké,’ zeg ik. ‘er is genoeg gebeurd dit weekend maar niks wat ik nu aan je neus ga hangen. Ik heb het onder controle.’ Annet kijkt me argwanend aan en ik zie aan haar dat ze nog niet klaar met me is maar de kans om vragen te stellen krijgt ze niet want Jan roept iedereen bijeen. Met mijn hoofd ben ik er totaal niet bij want Marvin is er niet. Ik maak me zorgen. Ik haal opgelucht adem zodra ik Marvin zie binnenkomen. Het opgeluchte gevoel is gelijk weer verdwenen als hij bij de vergadering plaatsneemt en zich verontschuldigd dat hij te laat is. Hij ziet eruit alsof hij een week niet heeft geslapen. Ook ontwijkt Marvin mijn blik. Hoewel dit niemand opvalt valt het Annet wel op. Haar blik gaat van mij naar Marvin en terug. Daar ben ik nog niet vanaf vrees ik. Na de teamvergadering probeer ik Annet een beetje te ontlopen. Ik zorg er in ieder geval voor dat ze me niet één op één kan aanspreken. Marvin daarentegen doet precies hetzelfde bij mij. Hij laat duidelijk in zijn lichaamshouding zien dat hij me niet wilt spreken. Man o man, wat is dit allemaal ongemakkelijk. Als Thijs en ik eindelijk op pad gaan ben ik opgelucht. Ook dit opgeluchte gevoel is van korte duur als we in de auto zitten las Thijs plots vraagt. ‘Max, het zijn mijn zaken misschien niet maar als ik iets voor je kan betekenen?’

‘Hoe bedoel je?’ vraag ik gespeeld verbaasd

‘Mij hou je niet voor de gek, je bent er totaal niet bij Max.’

‘Het zijn inderdaad jou zaken niet. Het is privé.’ antwoord ik venijniger dan ik wilde. Thijs kijkt me aan met een wat spottende blik wat mij eigenlijk alleen maar kwader maakt. ‘Gast, alsof jij over je privé leven praat.’ Zeg ik er geïrriteerd achter aan.

‘Wat wil je van mij weten dan?’

Ik zucht. ‘Weet ik veel Thijs. Daar gaat het ook niet om. We zijn collega’s op werk. Meer niet. Privé is privé. Dat is bij mij nu een zooitje even maar dat gaat vanzelf wel weer over.’

‘Niks gaat vanzelf Max.’

‘En wat maakt jou de expert?’ Ik raak meer en meer geïrriteerd en snel sla ik nog even op het laatste moment van de weg af naar een benzinestation. Ik stop bij een pomp, stap uit en ik ga tanken. Thijs blijft rustig in de auto zitten. Terwijl de benzine de tank inloopt word ik weer iets rustiger. Als de tank vol zit open ik mijn portier en vraag aan Thijs: ‘Parkeer jij daar even, dan reken ik af en kan ik nog even roken.’ Thijs glimlacht hoofdschuddend maar voordat hij wat zegt ben ik al weg.

Als ik de parkeerplaats op loop en Thijs naast de auto zie staan ga ik naast hem staan. ‘Sorry Thijs’ zeg ik schuldbewust. ‘Weet je Max, Ongeveer een jaar geleden is mijn relatie van zes jaar stukgelopen. Ik zat aan de grond en maakte overal een potje van. Ik gaf iedereen om me heen de schuld en zat met mezelf in de knoop wat mijn werk niet ten goede kwam. Nu heb ik mezelf sinds een maandje of zo weer op de rit en ben ik blij met deze nieuwe baan. Een nieuwe start…’

‘Ik ben blij voor je Thijs maar wat heeft dat met mij te maken?’

‘Het gaat erom dat je praat als je het moeilijk hebt. Je hoeft niet met mij te praten of zo maar ik wil je gewoon dat advies geven. Een advies wat ik destijds had moeten krijgen.’

‘Had je toen naar dat advies geluisterd dan? Vraag ik licht spottend.

Thijs glimlacht. ‘Waarschijnlijk niet.’ Het is nu mijn beurt om glimlachend mijn hoofd te schudden. ‘Ik bedoel maar’ zeg ik. ‘Kom we gaan, anders komen we nog te laat.’ Als we onderweg zijn naar een klant zegt Thijs opeens uit het niets. ‘Mijn relatie was niet zomaar stukgelopen Max. Ik kwam thuis en ik vond een andere man in mijn bed.’ Jezus denk ik in mezelf en kijk hem verschrikt aan. ‘Heb je hem het huis uitgeschopt?’

‘Het was mijn huis niet,’ zegt Thijs droog. ‘Ik heb niks gezegd, ben weggegaan naar mijn ouders. Binnen een week had ik een klein appartementje gevonden die ik kon huren. Ik heb daarna mijn spullen gehaald met behulp van een huissleutel en die heb ik daar achtergelaten.’

‘Geen contact meer opgenomen?’

‘Nee, nadat ik gewoon niet meer opnam en niet reageerde op berichtjes hield dat vanzelf op.’

‘Jezus’ zeg ik kort maar krachtig.

‘Haha, jazeker, doordat ik geen contact meer had kon ik het ook niet afsluiten. Maar goed, dat is achteraf gelul. Nadat ik heb gebeld en we een laatste keer hebben gesproken heb ik het pas echt kunnen afsluiten.’

‘We zijn er.’ Zeg ik overbodig. ‘Nog één vraag Thijs. Hoe was dat laatste contact met haar?’

Lachend kijkt Thijs me aan. ‘Hij Max, hij was verbaasd maar tegelijkertijd blij dat ik belde.’ Met grote ogen kijk ik hem aan. Thijs lacht naar me en opent zijn deur. ‘Kom, anders komen we te laat.’

Onze afspraak is een vergadering. Een projectontwikkelaar wil dat wij de appartementen van zijn appartementencomplex waarvan de bouw al bijna is afgerond allemaal gaan verkopen. Vanwege de stijgende prijzen van woningen wilde hij nog wachten met de verkoop totdat het complex klaar zou zijn. Dit zodat hij natuurlijk meer winst kon maken. Na een vruchtbaar gesprek met de projectontwikkelaar was het tijd om terug naar de zaak te gaan om het besproken plan op papier te gaan zetten. Onderweg in de auto waren we druk en kon ik het gesprek van vanochtend niet voortzetten. Maar aan de andere kant, wat zou ik moeten zeggen. “Leuk dat je homo bent, ben ik ook.” Terug op de zaak ontweek Marvin me, ik besteedde er weinig aandacht aan. Annet had duidelijk nog vragen voor me dus ontweek ik haar een beetje. Lettend op mijn houding naar Marvin en Annet toe zat ik ondertussen ook nog eens met hele andere ogen naar Thijs te kijken. Aan het einde van de werkdag had ik uiteindelijk dus weinig werk verzet. Aan het einde van de werkdag ging ik bijtijds naar huis. Ik zou thuis wel verder werken. Thuis aangekomen had ik geen zin meer in werk. Verveeld liet ik me in de bank vallen en begon te appen. Plots viel mijn oog op de PlayStation van Marvin die nog in een hoek stond. Fuck, wat moet ik daar nou mee. Ik kan dat ding moeilijk op mijn werk aan Marvin overhandigen onder het toeziend oog van Annet. Bij Marvin thuis afgeven is ook niet echt een optie. Een appje naar Marvin met dat zijn PlayStation hier nog staat? Pff, alsof hij dat niet weet. Ik sta weer op, waarom is alles zo moeilijk? Ik pak mijn sigaretten en ga het dakterras weer op. Net als ik een sigaret heb opgestoken wordt er aangebeld. Met mijn peuk in mijn hand loop ik naar de intercom en zie Marvin voor de deur staan! Ik open de portiekdeur en zet mijn voordeur alvast open. Snel loop ik naar de keuken en maak ik mijn peuk uit.

‘Max?’ hoor ik vanuit de hal.

‘He Marvin’

‘Ik kom mijn PlayStation en mijn foto’s halen.’ Zegt hij zonder me aan te kijken. Direct loopt hij naar de plek waar dat ding staat en begint hem in zijn meegebrachte rugzak te stoppen. Ik loop naar de foto’s en pak ze vast. Als hij zijn PlayStation heeft ingepakt loopt hij op me af. Onze blikken treffen elkaar. Hij heeft een nietszeggende blik in zijn ogen. Hij steekt zijn hand uit om de foto’s in ontvangst te nemen.

‘Marvin,’ zeg ik zacht, ‘Blijf je nog even?’ Hij schudt zijn hoofd. ‘Beter van niet.’

‘Waarom niet?’

‘Ik moet het allemaal nog een plek geven Max’ zegt hij terwijl hij mijn blik ontwijkt. Ik overhandig hem zijn foto’s. Hij pakt ze aan en stopt ze in zijn tas. Een flauwe glimlach volgt. ‘Ik zie je morgen op werk Max.’ Dan draait hij zich om. Snel pak ik hem bij zijn bovenarm, hij draait zich om en ik laat zijn arm los maar omhels hem volledig.

Hij klopt zacht op mijn schouder met zijn vrije hand. Even ruik ik in zijn nek. Die vertrouwde warme geur. Ik kan het niet laten en ik kus hem in zijn nek. Direct duwt hij me van hem af. ‘Niet doen Max, we zijn broers. Dit kan gewoon niet.’ Ik schrik, zoek zijn blik. Zijn ogen zijn waterig maar veelzeggend. Hij draait zich snel om en vertrekt en trekt dit keer de voordeur achter zich dicht. Au, dit doet zeer. Tranen vullen mijn ogen. Hij is resoluut en heeft de beslissing over ons al gemaakt. Met pijn in mijn hart zit ik op de bank. Geen zin in eten, geen zin in sigaretten, geen zin in drank en ook geen zin om te werken. De hele avond kijk ik zonder te kijken tv. Uiteindelijk sleep ik mezelf naar bed en val ik pas diep in de nacht in slaap. Voor mij heeft het leven geen zin meer.

Gesloten