Bosbessen plukken (deel 14)

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Amexic
Berichten: 156
Lid geworden op: wo 10 jun 2015, 20:14
Vul het getal in: 123
Locatie: Antwerpen

Bosbessen plukken (deel 14)

Bericht door Amexic » wo 27 dec 2023, 12:22

Bosbessen plukken (deel 14)

Tegen zes uur wekten mijn koude voeten me. Om de beurt een voet optrekken om tegen een dij op te warmen, hielp niet om ze op temperatuur te krijgen.
Ik lag naar een vredig slapende Frank te kijken tot die de ogen opende en me een lieve glimlach schonk.
'Ben je al lang wakker?
'Mijn voeten zijn bevroren. Heb jij geen kou?'
'Ik heb het lekker warm. Steek ze gerust bij me binnen.'
We ritsten de slaapzakken open. Hij greep m'n voeten en warmde ze tegen zijn bovenbenen.
'Jij bent lekker warm.'
'Jouw voeten zijn als een blok ijs.'
'Ik ben blij dat je mee bent.'
'Dat zal wel, als voetenopwarmer.'
Hij glimlachte nu met een plagerige grijns maar loste de greep om m'n enkels niet.
'Ik ben serieus.'
'Dat je zo'n kou kan hebben. Het is hartje zomer. Ofwel heb ik een betere slaapzak.'
Ik had onderschat dat de nachten in de Ardennen fris konden zijn zelfs in de zomer.
Iedereen was vroeg uit de veren omdat we met kajaks de Lesse gingen afvaren.
De tenten bleven opgesteld staan voor de volgende nacht.
Toch goed dat een paar leden van onze groep de reis voorbereiden en we min of meer een plan volgden.
We hadden gisteren proviand voor een dag gekocht.
'Hebben de tortelduifjes goed geslapen?' vroeg Koen tijdens het ontbijt.
Ik kon niet beoordelen of hij zich tot Ria en Johan richtte of tot ons want we zaten met vier op een rij.
Het zweet brak me uit en ik voelde me diep blozen.
'De koude verraste me vanmorgen.' antwoordde Ria.
'Maar jullie hadden elkaar om je warm te houden.' zei Koen.
'Niets belet jullie om hetzelfde te doen.' antwoordde Johan.
Ik hield mijn ogen neergeslagen uit pure verlegenheid.
Koen sliep samen met Yves in een tent omdat ze single waren.
'Ik heb mijn rugzak tussen ons in moeten zetten om hem op afstand te houden.' zei Koen. De toehoorders schoten in de lach.
Zelf keek ik voorzichtig naar Frank die er duidelijk zin in had.
Een busje bracht ons naar Houyet, het vertrek van de afvaart van de rivier. Het sprak voor zich dat ik met Frank in het bootje zat.
De krachtige julizon verdreef de ochtendkoelte.
Frank propte al snel zijn T-shirt in de emmer met deksel.
'Laten we even aanmeren, dan schiet ik eveneens mijn short uit voor ze nat wordt.'
We deden onze zwembroeken reeds voor vertrek aan. Handig, dat was een goed idee van Frank.
Onze picknick stak eveneens in de emmers en het was proppen om ook de schoenen er bij te krijgen.
Frank diepte een flesje zonnecrème op.
'Je bent de voorzienigheid zelve.' merkte ik op.
'Het is ofwel een T-shirt aanhouden ofwel verbranden. Ik ken mezelf. Smeer jij mijn rug in dan doe ik de jouwe.'
'Even wachten tot Bart en Ingrid gepasseerd zijn. Dat we niet opvallen.'
'Je ziet spoken. Koen en Yves smeren elkaars ruggen ook in.'
'Je fantaseert dat. Ze hebben hun T-shirts nog aan.'
'Je zal wel zien straks. Je had jezelf moeten zien blozen vanmorgen. Dat oogde pas verdacht.'
'Zou iemand het door kunnen hebben?'
'Dat zal niet. Je moet niet zo krampachtig doen Wimpie. Ze komen het toch te weten, vroeg of laat.'
'Ik wil me niet verklappen, niet nu. Dat mag de vakantie niet verstoren.'
'Mij goed. Het zijn jouw vrienden maar wees een beetje relax.'
Ik smeerde zijn rug in terwijl hij kwistig met crème zijn armen en benen onder handen nam. Zijn julihuid bleef nog steeds even bleek als in december.
Hij stond er op mijn rug in te smeren terwijl ik demonstratief een beetje protesteerde.
'Probeer niet stoer te doen. Meneer wil bruinen, ja. Je hebt ander vel dan ik maar veel zon heeft je lijf niet gezien en verbranden zal je.'
We peddelden stevig door om de groep bij te halen.
Iedereen kajakte intussen min of meer synchroon.
Ik zat als tweede man. Dat Frank af en toe een gulp water binnen kieperde, deerde me niet.
Ook Yves en Koen ontblootten hun bovenlijf, te laat weliswaar want hun kleren waren al nat geworden.
'Zij hebben niet gesmeerd.' zei ik tegen Frank.'
'Moeten zij weten. Of geef ik ze van mijn wondercrème?'
'Laat maar. Ik kan me voorstellen wat je graag zou zien dat ze doen.'
Ik keek naar Franks blanke rug en naar de bewegingen van zijn armen en schouders. Zijn slanke, licht gespierde lijf laveerde over het water en ving afwisselend zon en schaduw. Geen dwingend verlangen drong zich op. Een lichte fysieke prikkeling ervoer ik bij het langs achter bekijken van zijn glimmende ingeoliede bovenlijf. Hij was huiveringwekkend mooi in mijn ogen.
We trokken met z'n allen onze bootjes op een grindbank om onze brooddozen aan te spreken.
Ze namen Frank verbazend goed op in de groep. Tegelijkertijd gedroeg hij zich erg ontspannen. Ik was trots op mijn Frank.
Ergens zat ik met een tweespalt. Ik geraakte klem tussen een kennelijk onbezorgde Frank en het doemscenario dat we door de mand zouden vallen, wat ik voor ogen had. Mijn ouders hadden het redelijk goed opgevat maar nog niet verteerd. Ik wilde thuis even vergeten en me zorgeloos amuseren.
Het zou allemaal gemakkelijk moeten zijn en toch leek het evenwicht delicaat.
Frank smeerde zich nogmaals in en deelde gul van zijn fles zonnecrème.
'Doe jij mijn rug nogmaals.' dicteerde hij me.
'Je moet je niet zo uitsloven. Straks is je fles leeg.' zei ik tegen hem toen ik opnieuw achter hem in de kano zat.
'Dan koop ik nieuwe.'
'Dat deed je trouwens opzettelijk, mij na het eten vragen je in te smeren.'
'Koen of Yves hadden het in jouw plaats met plezier gedaan.'
De Lesse stroomde rustiger bij het naderen van zijn monding in de Maas. Mijn vrienden daarentegen werden onrustiger. Het spelletje elkaars boot rammen eindigde op een paar omgekieperde kano's. Frank en ik keken vanop veilige afstand toe. Er ontstond opschudding toen de bril van Bart op de bodem van de rivier belandde. Je kon hem zien glinsteren op een diepte van minstens twee meter. Het werd een wedstrijd om hem als eerste op te duiken.
De stroming maakte het moeilijk. Frank bleef in de boot terwijl ik dook. Net voor zuurstofnood me naar boven dwong had ik de bril te pakken. Triomfantelijk gaf ik de bril aan Bart.
'Ik ben fier op je.' Frank gaf me dit compliment op fluistertoon toen we terug aan het varen waren. De manier waarop hij achterom keek en de toon van zijn opmerking maakte dat ik het tot in mijn natte zwembroek voelde.
Ik liet mezelf niet toe dat mijn spontane reactie tot iets ongewenst zou uitgroeien. Een aanspannende, koude, natte zwembroek is een temperend kledingstuk en verre van een optimaal milieu om tot wasdom te komen.
'Ik ben gewoon in het water gesprongen omdat ik de bril als eerste wilde pakken.'
'Ik zou verdronken zijn.'
'Kan je niet zwemmen? Ja toch?'
'Jawel maar het leek erg diep.'
'Was het ook. Ik kon hem moeilijk zien liggen maar toen glinsterde er iets.'

We waren voldoende georganiseerd om na aankomst opnieuw brood en beleg te kopen voor de volgende dag. Onze grote honger na de inspanning stilden we met goedkope calorieën in de nabije frituur. Terwijl de natte kleding op de tenten hing te drogen, zongen we tot valavond onder begeleiding van de gitaren.
Voor we onze tent inkropen, nam ik onze droge speedo's van de tentstok. Er bleef allerlei kledij buiten hangen bij andere tenten.
'Goed om voor zwemkledij gekozen te hebben voor we nat werden.'
'Ik wed dat sommigen morgen nog vochtig gerief in de rugzak zullen steken.'
'Wat is dat met mijn slaapzak?'
Nadat ik me klaar gemaakt had en er in wilde kruipen, stelde ik vast dat ze met de ritsen aan elkaar hingen.
'Ik heb daarstraks geprobeerd of de ritsen compatibel waren. Ja dus.'
'Ik maak ze liever terug los.'
'Je hebt kou geleden vannacht, dus ik dacht...'
'Wat gaan ze denken als dit aan het licht komt?'
'Het is onze tent. We doen niets onbetamelijk. Ik ben in staat om mijn manieren te houden speciaal voor jou. Johan en Ria gedragen zich toch ook.'
'Dat is anders.'
'Dat is niet anders. Als je nog luider gaat praten, valt het wel op.'
Op fluistertoon ruzie maken om de rits van je slaapzak, ik zag snel de domheid ervan in.
Ik staakte mijn poging om de ritsen te scheiden.
Ik had me op m'n zij gelegd, weg van Frank. Lang duurde het niet of hij lag lepeltje achter mij. We hadden beiden een witte onderbroek aan en een Marcelleke,een wit mouwloos onderhemd. Mijn eigen verlangen kon geen weg uit op die manier. Ik duldde met die wetenschap zijn kruis tegen me aan. Zijn hand lag op mijn heup en deed geen poging om ergens onder te duiken.
In elk geval sliep ik goed en leed geen kou. Het zal aan Franks nabijheid gelegen hebben.

Gesloten