Een uit de kluiten gewassen kerstkindje deel 2.

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Wimmie
Berichten: 144
Lid geworden op: wo 01 jan 2020, 23:09
Vul het getal in: 123

Een uit de kluiten gewassen kerstkindje deel 2.

Bericht door Wimmie » ma 25 dec 2023, 07:46

Een uit de kluiten gewassen kerstkindje, deel 2


Sammie:

“Wat is er aan de hand Tim?” vraagt de moeder van Chris.
“Ik wist niet dat je een zus had” voegt Chris er aan toe.
Tim kijkt ons opnieuw in paniek aan.

“Ik heb een zus, die is ruim een jaar jonger dan ik. Toen ik door mijn ouders het huis uit gezet was en ging zwerven en via Sammie ben gaan praten is iemand van de Raad naar mijn ouders gegaan voor onderzoek en die ontdekte mijn zusje, Astrid. Daar ging het net als met mij niet goed mee en men heeft toen geprobeerd voor haar een plek te vinden. Dat is gelukt, mijn zusje is toen bij een tante van mij gaan wonen, een zus van mijn moeder. Zij heeft het daar best wel goed gehad, tot een tijdje geleden. Een paar maanden geleden is mijn tante ernstig ziek geworden en na korte tijd overleden. De man van onze tante was anderhalf jaar geleden overleden en mijn tante had weer een nieuwe vriend. Bij hem zijn ze voor mijn tante ziek werd ingetrokken. Zij woonden dus nog niet zo lang in zijn huis. En die nieuwe vriend van mijn tante heeft nu tegen Astrid gezegd dat hij haar niet meer in huis wil hebben. Ze moet voor morgen haar spullen pakken en vertrekken. Maar Astrid weet helemaal niet waar ze naar toe zou kunnen….”

Chris ouders kijken elkaar aan. “Wie heeft er vandaag piketdienst?” vraagt Chris’ vader aan zijn moeder.
“Louise.” reageert Heleen.
“De Louise die Sammie en ik kennen?“ vraagt Chris.
“Ja, die.” reageert Heleen. “Ik bel haar even.”
Heleen pakt haar telefoon en loopt naar de gang.
Het duurt best lang voordat zij terugkomt. Intussen proberen we Tim gerust te stellen.
Peter legt Tim uit dat de Raad voor de Kinderbescherming ook voor dit soort zaken is en dat anders de Jeugdwet een oplossing kan bieden. Dat hij echt niet bang hoeft te zijn dat Astrid met Kerstmis op straat komt te staan.

Als Heleen terugkomt zegt ze: “ Chris en Sammie, kunnen jullie de volgende gang nog even uitstellen? Ik heb net Louise beloofd dat wij samen naar het zusje van Tim gaan. En Tim, zou jij mee willen gaan?”
“Ja, dat wel. Maar waarom gaan we daar dan naar toe?”
“Allereerst om te kijken hoe de situatie is. En vervolgens om te kijken of we een oplossing kunnen organiseren.”
“ik vind het doodeng,” zegt Tim, “maar het moet wel”.

“Helpt het je als Chris of Sammie ook mee gaat?” vraagt de moeder van Chris aan Tim.
“Ja, dan voel ik me wat gesteund.” reageert Tim.
“Dan vind ik dat jij mee moet gaan, Sammie”, reageert Chris.
“Ja heel graag.” zegt Tim met een dankbare blik naar Chris.

“Prima.” zeg ik, terwijl ik Tim bij zijn hand pak en meeneem.
“We zien jullie straks weer.” zegt Heleen tegen Chris en Peter.

Heleen, Tim en ik gaan naar buiten, Heleen haalt de auto uit de garage en vraagt terwijl we wegrijden: “Op welk adres is je zus nu?”
Tim noemt het adres en Heleen belt via de handsfree autotelefoon Louise op, om haar het adres door te geven. Ze vertelt meteen dat ik er ook bij ben. “Heel goed.” reageert Louise.

Als we op het adres aankomen staat de auto van Louise al voor de deur.
“Dag Heleen, dag Tim, dag Sammie.” zegt ze en loopt naar de deur en belt aan.
Een wat oudere man doet open.
“Wij komen hier voor Astrid” zegt ze.
“Dan boffen jullie, ze is haar spullen aan het pakken en dan vertrekt ze, voor altijd.”
“Mogen we even binnen komen?” vraagt Louise. De man schudt zijn hoofd en zegt: “Neen”.

“Wij zijn van de Raad voor de Kinderbescherming en willen graag met Astrid praten.”
“Heeft dat kut-kind jullie gebeld?”
“Neen, ze heeft haar broer gebeld.”
“O, die homo, ook zo’n stuk tuig.”
“Toch willen we graag binnenkomen en met Astrid en u praten.” houdt Louise vol.
“Dat wil ik niet. Ik haal haar wel op en dan nemen jullie haar maar mee. Ik wil meteen van dat kut-kind af.”
Hij loopt naar binnen en komt even later met een meisje van een jaar of 14-15 terug die met een koffer en een zware tas loopt te zeulen. “Hier kut-kind, mensen die je meenemen. Ik wil je nooit meer zien.”
“Astrid, heb je alles wat van jou is bij je?” vraagt Heleen heel praktisch.
“Neen, daar heb ik geen tijd voor gehad.”
“Die dingen komen we dan later ophalen.” reageert Heleen.
“Ik wil haar niet meer terugzien.” reageert de man boos.
“Haar spullen zijn haar spullen. Of u staat toe dat die later worden opgehaald of ik bel nu de politie.”
“Als iemand anders ze ophaalt vind ik het prima. Dat kut-kind wil ik niet meer zien.”

“Prima, wij laten u weten wanneer we komen. En als er problemen ontstaan of dreigen, komen we samen met de politie.”

Boos smijt de man de deur dicht. Ik pak de koffer en tas en wenk Tim naar haar toe te gaan. Dat doet hij en Astrid barst in huilen uit en klemt zich aan hem vast.
Heleen en Louise overleggen even. “We nemen haar mee naar ons huis.” zegt Heleen tegen mij. “Zet de tassen maar in de auto.”
Dat doe ik, dan ga ik naar Tim en Astrid. Astrid staat wanhopig te huilen en Tim probeert haar te troosten maar weet duidelijk geen raad met de situatie. “Kom maar mee.” zeg ik terwijl ik mijn handen op de schouders van Tim en Astrid leg. “Kom maar in de auto zitten.”
Ik doe de achterportieren open en zorg dat Tim en Astrid achterin de auto gaan zitten. Dan loop ik naar Heleen en Louise, die staan te overleggen.
“We zijn het erover eens dat dit een onmogelijke situatie voor Astrid is. Die man is werkelijk onuitstaanbaar. Astrid gaat met ons mee en als ze wil mag ze bij ons blijven. Ze kan op de kamer bij Tim slapen en als ze dat niet wil leggen we een bed op een andere kamer. We hebben ruimte genoeg en we hebben genoeg eten in huis. Zeg jij dat even tegen Tim en Astrid, Sammie?” Ik knik.

We lopen samen naar de auto. Ik ga voorin zitten en draai me om. “Astrid, jij gaat gewoon met ons mee. Tim zou al bij ons logeren en jij kan gewoon meekomen. Dus Astrid, hoe verdrietig je ook bent, we gaan proberen je een paar gezellige dagen te bezorgen. En ondertussen wordt aan je probleem gewerkt. Ik begrijp dat je je wanhopig voelt, maar bij Tim en bij ons ben je veilig.”
Heleen kijkt me aan. “Goed gezegd, Sammie. We gaan.”

We rijden weg. Het gesnik van Astrid wordt langzaam minder. Ik hoor Tim haar rustig uitleggen dat hij regelmatig bij ons komt, dat hij de Kerstdagen bij ons logeert, dat Heleen de moeder is van Chris, dat ik zijn vriendje ben en dat de moeder van Chris bij de Raad voor de Kinderbescherming werkt. Dat het allemaal goed zal komen, dat is met hem tenminste ook gebeurd.

Als we thuis zijn halen we de koffer en de tas uit de kofferbak en gaan we naar binnen. Na de jassen uitgedaan te hebben gaan we naar de keuken. Daar zitten Chris en Peter met verbaasde ogen te kijken naar het meisje, nog steeds met tranen in haar ogen, dat aan de arm van Tim binnenkomt. Tim stelt haar voor als zijn zusje Astrid. Chris heeft inmiddels een extra stoel aan tafel gezet en pakt borden, bestek en glazen.

Als iedereen zit zegt Heleen: “Welkom, Astrid, bij ons in huis. Tim komt vaker bij ons en hij zou al met Kerstmis bij ons logeren. Toen jij belde heb ik, omdat ik bij de Raad voor de Kinderbescherming werk, mijn collega die vandaag en morgen dienst heeft voor dit soort situaties gebeld en zijn we je op komen zoeken. Het was ons snel duidelijk dat er met die boze man niet te praten viel. Dus hebben we besloten dat je hier een paar dagen mag blijven. Louise, mijn collega, wacht even af tot ik contact met haar opneem met iets doen. Dus probeer je een beetje te ontspannen, als je dat lukt tenminste. Tim is bij je en wij zullen zorgen dat je het naar omstandigheden zo gezellig mogelijk hebt.”

Astrid droogt haar tranen. Ik heb de kans haar nu te bekijken. Ze lijkt best wel op Tim. Het is duidelijk dat zij broer en zus zijn.

“Sammie en Chris hebben voor vanavond een traditionele Romeinse maaltijd gekookt en daar hadden we al twee gangen van op toen jij belde, Astrid. Chris heeft de volgende gang warm gehouden, die kunnen we zo gaan eten. Ik hoop dat je na alle toestanden vandaag nog wat kunt eten. En ik weet niet of jij van lamsvlees houdt.”
Tim veert op. “Astrid vindt lamsvlees heel lekker. Dus als Astrid het met me eens is gaan we gewoon wat proberen te eten. Wat denk je, Astrid?”

Astrid knikt een beetje verlegen ja. Ik sta op en loop met Chris naar de oven. “Zal ik het eten doen, doe jij het drinken?” vraagt Chris. “Dat is goed.” reageer ik. Ik pak de fles rode wijn die bij het lamsvlees hoort en maak hem open. Ik begin de glazen te vullen en kijk Astrid vragend aan als ik bij haar ben aangekomen. “Ik ben nog geen 18.” fluistert zij bijna. “Als je wijn lekker vindt mag je best wat proberen. Chris en ik hebben ook wijn gedronken toen we nog geen 18 jaar waren. De ouders van Chris vinden het raar dat je tot je 18e helemaal niet mag drinken en daarna volledig los mag gaan. Zij vinden het logischer dat je aan wijn went door het eerder beetje bij beetje te proberen.”

Astrid zegt dat zij wijn best wel lekker vindt en ik schenk haar een half glaasje in. Dan komt Chris met het eten aan. Het lam ziet er prima uit. Ook de aardappelen hebben hun lange lig in de oven goed overleefd. Ze smaken ook heerlijk naar rozemarijn. Chris dient het lam op en iedereen neemt wat aardappelen en wat van de tomatensalade.
Langzaamaan begint Astrid zich meer op haar gemak te voelen. Het is best een vreemde situatie voor haar. Ze zit dicht bij Tim, die zich gelukkig bij ons goed thuis voelt.

Heleen en Peter houden het gesprek aan de gang door wat herinneringen aan vorig jaar terug te halen toen ik voor het eerst Kerstmis hier vierde. De negatieve momenten laten ze weg, zodat ze al vertellend meteen een beetje het programma van de komende dagen aan Astrid duidelijk maken. Ik ben benieuwd hoe het met de cadeautjes zal gaan, want daar hebben we uiteraard niet op gerekend. Ik heb er alle vertrouwen in dat Peter en Heleen zich daar prima mee weten te redden.

Als we uitgegeten zijn – Astrid heeft gezien de omstandigheden haar best gedaan om van het eten te genieten – ruimen Chris en ik op en kondigt Chris het nagerecht aan. Hij doet dat met een knipoog en het is duidelijk dat Astrid dat begrijpt. Zij heeft nog nooit Panettone gegeten en wil dat graag proberen. Wij hebben heel lekkere Panettone, opgestuurd door de tante van Chris die er twee, maar heel bijzondere, heeft uitgekozen. Astrid wil van alle twee een stukje proberen en het blijkt dat zij ze alle twee heel lekker vindt. Net als wij trouwens.

Als we de dolce op hebben is het inmiddels al 10 uur. Heleen vraagt of Tim en Astrid even mee willen lopen. Na een tijdje komt ze terug en vertelt dat Tim en Astrid graag bij elkaar willen slapen. Aangezien de logeerkamer een tweepersoonsbed heeft en Astrid noch Tim daar moeite mee heeft, heeft ze hen daar achtergelaten en ze mijn badkamer gewezen, waar ze gebruik van kunnen maken. Omdat wij er nu nog niet zijn kan dat gewoon via de deur op de gang, morgen moeten we daar even afspraken over maken. Dat vonden ze – uiteraard – geen probleem.
Heleen zucht als ze dat verteld heeft en gaat zitten.

“Wat een vreselijke man was dat. Hij noemde Astrid ‘dat kut-kind’ en Tim “die homo, dat stuk tuig” waar wij als vreemden bij waren en toen duidelijk was dat Astrid nog niet al haar spullen mee had kunnen nemen weigerde hij eerst om de rest later op te halen. Hij wilde ons ook niet binnen laten. Vroeg wie wij waren en pas toen wij dreigden bij het ophalen van de andere spullen van Astrid de politie er bij te halen stemde hij – behoorlijk boos – in.
Ik ben heel benieuwd naar het verhaal van Astrid. Laat haar maar eerst even rustig slapen met haar broer naast zich. Ook Astrid heeft het niet getroffen, net als Tim.”
Ik reageer: “Ik wist niet eens dat Tim een zus had. Dat heeft hij nooit verteld. Ik ben heel benieuwd waarom niet.”

We praten nog wat na en dan besluiten Chris en ik ook naar bed te gaan. Als we in bed liggen en tegen elkaar aankruipen zeg ik tegen Chris: “Wat heb jij toch fantastische ouders. Vorig jaar mij en nu Tim en heel onverwacht ook zijn zusje.”
“Ik hoop dat wij later ook zo zullen zijn, Sammie. Daar heb ik alle vertrouwen in, maar ik wil dat wel nog een keer zeggen. Plus dat ik al een jaar ontzettend veel van je houd.”
“Ik ook van jou, Chris” fluister ik hem in zijn oor en doe een greep naar zijn piemel die al redelijk hard aanvoelt.


Chris

De volgende morgen wordt ik wakker van Sammie die tegen me aanstoot. Ik heb een stijve, voel ik en ik beweeg me even niet om Sammie niet wakker te maken. Ik kan net op de wekker kijken en zie dat het nog vroeg is. Ik besluit te proberen nog even te slapen en dat lukt kennelijk, want als ik weer wat voel is dat Sammie die zich omdraait. Ik hoor hem geeuwen en weet dat hij wakker wordt.
“Hoe laat is het, Chris?” vraagt een slaperige Sammie mij.
“Het is bijna half acht.” reageer ik.
“Mooi, dan kan ik wakker worden.” reageert Sammie.
“je hebt helemaal gelijk. Ben benieuwd hoe het nu met Astrid is.”
“Laten we douchen, dan kunnen we daarna de badkamer voor hen vrij maken.”
“Helemaal prima.” reageer ik. Ik voelt even aan mijn piemel en constateer dat die minder dan half hard is. “We kunnen.” zegt ik lachend en duw Sammie naar de bedrand.

Als we, uiteraard weer samen, gedoucht hebben en aangekleed zijn ga ik naar de logeerkamer. Ik klop heel zachtjes op de deur. Er komt geen reactie. Ik klop iets harder en er komt nog geen reactie. Voorzichtig open ik de deur op een kier en zie Tim met zijn zusje tegen zich aan in bed liggen, alle twee nog lekker slapend. Ik vind dat ik ze moet laten slapen en wenk Sammie mee naar beneden. Daar tref ik uiteraard mijn ouders.
“Tim en Astrid slapen nog.”, zeg ik.
“Dat verbaast me niets, want ik neem aan dat ze het nodige te bespreken hadden.” reageert mijn vader.
“Ik ga zo nog wel een keertje kijken. Misschien is het goed nog even te wachten met eten, zodat zij er ook bij kunnen zijn?”
“Ga over een half uur maar kijken, als ze wakker zijn kunnen ze in de kamerjassen die ik op de kamer heb gelegd komen eten als ze willen.” Mijn moeder heeft weer eens een vooruitziende blik gehad.

Als ik na een halfuur nog eens ga kijken en klop, hoor ik Tim reageren. Ik doe de deur open en kijk in twee slaperige gezichten.
“Goede morgen, Astrid, goede morgen Tim. Wat willen jullie? Het ontbijt staat klaar. Als jullie eerst willen ontbijten, mijn moeder heeft hier twee kamerjassen neergelegd. Maar jullie mogen ook eerst douchen.”
Tim kijkt zijn zus aan. “Zullen we dan eerst ontbijten?” Astrid knikt ja. “Dan komen we er zo aan.”
“Gezellig.” reageer ik en doe de kamerdeur dicht. Ik meld beneden dat ze er aan komen.
De broodjes gaan in de oven en we praten wat over wat we kunnen verwachten.
“Laat het aan Astrid over of ze iets wil vertellen.” benadrukt mijn moeder.
“Daar hebben we het ook al over gehad.” bevestigt Sammie.
Even later komen Tim en Astrid beneden, zo te zien wakker.
“Goede morgen, jongens, welkom aan ons kerstontbijt. Laat het je smaken. De verse broodjes en croissants komen over 1 minuut uit de oven.”
“Dank jullie wel.” reageert Astrid, “Dank jullie wel dat ik hier mag zijn.”
Ik kijk naar Sammie. Datzelfde heeft hij vorig jaar heel wat keren gezegd.
Sammie begrijpt mijn blik en knipoogt en tuit zijn mond.

“Een jaar geleden heb ik datzelfde wil 100 keer gezegd.” reageert Sammie. “Nu weet ik dat één keer meer dan genoeg was. Maar ook ik kon het niet laten.”

Tim kijkt mijn ouders aan en zegt: “Astrid en ik hebben gisteravond heel lang gepraat. We hadden elkaar dan ook een hele tijd niet gezien. Astrid heeft mij haar verhaal verteld en daarmee bracht ze mij aan het huilen. Ze wil graag dat ik haar verhaal vertel, zelf durft ze het niet. Vinden jullie het goed dat ik dat ergens na het eten doe?”
“Dat is helemaal prima,” reageert mijn moeder, “dan doen we dat onder een kopje koffie. Ik begrijp dat het heftig is, dat vermoedde ik al gezien de houding van die man gisteren. Dus kan ik heel goed begrijpen dat je er moeite mee hebt, Astrid. Ik vind het een prima oplossing die jullie voorstellen. Dank je wel, Tim, dat je Astrid hier zo mee helpt.”
“Astrid is mijn kleine zusje.” zegt Tim glimlachend.
“Hoe groot is het leeftijdsverschil tussen jullie twee?” vraagt mijn vader.
“Ik ben 1,5 jaar ouder dan Astrid. Ik ben 17, Astrid moet nog 16 worden.”
“Dus inderdaad je kleine zusje.” reageert Sammie lachend.
“Wij wisten helemaal niet dat je een zusje had.” gaat Sammie verder. “Je hebt het nooit over haar gehad.”
“Daar is het gewoon niet van gekomen,” reageert Tim, “ik had de laatste tijd ook nauwelijks contact, dus ik heb niet bedacht dat te vertellen.”
En zo is er weer een raadsel opgelost.

We laten ons het ontbijt allemaal goed smaken. Dat Tim een goede eetlust had wisten we al, maar ook Astrid weet van al het lekkers dat op tafel staat te genieten.

Als iedereen aangeeft (meer dan) genoeg op te hebben en we de tafel hebben opgeruimd loop ik met Tim en Astrid naar boven en geef aan dat ze de badkamer kunnen gebruiken. Ik maak de deur naar de gang open en laat hen via de deur naar onze kamer, onze kamer zien. Astrid ziet studieboeken van Sammie en mij op het bureau liggen en vraagt: “Wat studeren jullie?”
“Ik studeer psychologie en Sammie orthopedagogiek. We zijn nog maar eerstejaars maar kunnen niet wachten om jongeren in de problemen te helpen.”
Tim reageert: “Sammie heeft mij ook geholpen toen ik bij de Raad voor de Kinderbescherming dacht dat ik beter niets kon zeggen. Hij heeft me toen ook meegenomen naar het internaat waar hij zelf meer dan 4 jaar gewoond heeft. Daar woon ik nu. Gelukkig kan ik regelmatig hier langsgaan. Ik heb hier een nieuw gezin gevonden.” Ik zie dat Tim moeite heeft zijn tranen in te houden. Het verhaal van Astrid heeft alles bij hem weer opgerakeld, vermoed ik. Daarom zeg ik: “Als jullie nu lekker gaan douchen zien we jullie straks wel beneden komen. Tim weet de weg!” En ik loop naar beneden.
“Ik ben bang dat we straks een niet al te leuk verhaal te horen krijgen. Tim is er nog steeds emotioneel onder. Ga straks maar naast Tim zitten om hem te steunen, Sammie, jij bent per slot van rekening zijn vertrouwenspersoon. Met Susan!”

Het duurt best lang voordat Tim en Astrid naar beneden komen. Maar dan zijn ze lekker gedoucht en zien er best wel fris uit.

Mamma heeft intussen de zithoek, vlak naast de kerstboom, klaargemaakt om koffie te drinken. Het ziet er super gezellig uit. En nodigt uit om gezellig bij elkaar te zitten. Ze vraagt of we zin hebben daar te zitten en iedereen reageert direct door die kant op te lopen. Als we allemaal zitten en wat te drinken hebben kijkt mamma Tim vragend aan.
“Zie je het zitten, Tim, om nu het verhaal van Astrid te vertellen? Wij begrijpen allemaal dat het heel moeilijk zal zijn, dus schaam je nergens voor. Ik denk dat het goed is dat je, net zo goed als je ooit alle ellende met Sammie hebt gedeeld, nu namens Astrid haar ellende met ons ga delen. En je kent ons een beetje: wij accepteren jullie gewoon zoals jullie zijn. Geen probleem, wat je ook te vertellen hebt.”

Ik zie Tim slikken. “Je hebt gelijk, Heleen. Bij jullie durf ik het wel te vertellen. Maar het is niet prettig. Mijn verhaal is daar misschien iets minder heftig bij. Maar goed, toen mijn ouders, nou ja, ouders tussen aanhalingstekens, mij gezegd hadden dat ze geen cent meer wilden uitgeven aan een homo, die ze niet meer als hun zoon beschouwden, ben ik de straat op gegaan. Astrid is thuis gebleven, ze had het daar net zo moeilijk als ik het daarvoor had. Het enige positieve was dat ze nog een bed had. Het eten moest ze net als ik daarvoor, zelf voor zorgen. Toen ik bij de Raad voor de Kinderbescherming terecht was gekomen en zij nagingen wie er op mijn adres woonden, ontdekten zij dat ik nog een jonger zusje had. Dat was voor de Raad reden om naar mijn huis te gaan en te onderzoeken hoe de situatie van mijn zusje was.
Die situatie bleek niet veel beter dan die van mij te zijn. Er is daarom besloten dat Astrid daar weg moest en in eerste instantie is er naar een pleeggezin binnen de familie gezocht. Dat werd gevonden in de vorm van een tante van Astrid en mij, een zus van onze moeder. Daar is Astrid toen ondergebracht.

Astrid had het daar op zich prima, zelfs toen haar tante besloot met Astrid bij haar nieuwe vriend in te trekken.
De problemen ontstonden pas toen onze tante ernstig ziek werd en na korte tijd overleed. Haar vriend begon zodra tante ziek werd avances naar Astrid te maken. Astrid had daar totaal geen zin in. Maar op een gegeven moment heeft de vriend van onze tante haar proberen te verkrachten. Astrid heeft zich daar met hand en tand tegen verzet en hem op een pijnlijke manier laten weten daar geen zin in te hebben. Dat was uiteindelijk de reden dat haar stiefvader, zoals hij zichzelf onterecht noemde, haar niet meer in huis wilde hebben. Hij heeft nog een aantal malen geprobeerd Astrid zo ver te krijgen seks met hem te hebben, maar Astrid heeft zich daar steeds ook fysiek tegen verzet. Na de laatste mislukte poging heeft hij haar toegesnauwd dat ze haar spullen kon pakken en vertrekken. Daarna heeft ze mij gebeld. En na dat telefoontje is ze haar spullen gaan pakken. En juist toen belden wij aan. Waarschijnlijk hebben wij haar daardoor van nog meer onheil gered. Ik wil niet weten waar die man toe in staat is.”

Tim kreeg terwijl hij het verhaal vertelde steeds meer tranen in zijn ogen. Sammie heeft hem voortdurend ondersteund door hem vast te houden. Aan het eind redt Tim het niet meer en begint onbedaarlijk te huilen, Astrid kan het ook niet meer houden en begint ook onbedaarlijk te huilen. Mijn moeder pakt Astrid vast en probeert haar te troosten. Zelf zit ik er, net als mijn vader, wat verslagen bij. Sammie troost intussen Tim, althans, dat probeert hij.

Als zowel Astrid als Tim wat rustiger zijn geworden, kijkt mijn moeder hen alle twee aan. “Astrid, Tim, we gaan proberen ook dit probleem op te lossen. En dat zal zeker lukken. Het is bij Tim gelukt, het zal ook bij Astrid lukken. Even heel concreet: na Kerstmis gaan we jouw laatste spullen ophalen. Als die akelige man, en dan druk ik me voorzichtig uit, niet mee wil werken schakelen we de politie in. Vanuit de Raad voor de Kinderbescherming is dat voor mij geen enkel probleem. En we gaan voor jou een goede oplossing vinden, Astrid, dat beloof ik je. Ik heb nog wel een vraag. Zou je aangifte tegen die man willen doen?”
Astrid veert op. “Natuurlijk wil ik dat doen. Toen hij mij probeerde te versieren heeft hij mij verteld dat hij al vaker iets met jonge meisjes had gehad. Ik weet niet of dat bluf was, maar alleen al het idee maakte me misselijk. Dus ja: ik wil zeker aangifte doen.”
“Dan gaan we eerst jouw spullen ophalen en rijden rechtstreeks door naar de politie. Ik ga met je mee en als ook Tim mee wil is dat helemaal prima! Maar voorlopig gaan we Kerstmis vieren. Geniet daar zo veel als je kan van.”

Gesloten