ZWEDEN... EEN EINDE - hoofdstuk 07

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Lucky Eye
Berichten: 680
Lid geworden op: za 03 jan 2009, 19:35

ZWEDEN... EEN EINDE - hoofdstuk 07

Bericht door Lucky Eye » wo 12 jun 2013, 18:25

ZWEDEN… EEN EINDE

Een verhaal van Lucky Eye



Disclaimer:
Dit verhaal is niet gebaseerd op feiten. Elke overeenkomst met gebeurtenissen, personen, plaatsen en tijden berust dan ook op toeval.



Hoofdstuk 7

Dat andere verhaal, over de vader van Kees, kwam toch nog diezelfde nacht. Johan was - zoals eerder al gezegd - klaarwakker en zijn oude vriend stond nog lang niet op instorten en was eigenlijk best blij dat hij zijn hart opnieuw kon luchten.

De grootouders van Kees hadden hem schoorvoetend beloofd dat ze het zouden laten rusten maar hem wel aangeraden eens met zijn oom Frederik te gaan praten. Oom Frederik was beeldend kunstenaar. Hij tekende, schilderde en beeldhouwde en had zich teruggetrokken op een heel rustig plekje, ver van de bewoonde wereld. Volgens de grootouders van Kees woonde hij daar heel erg mooi en zijn vriend was een heel erg leuke en goede jongen.

Kees sliep niet echt best die nacht. Pas toen het al weer licht was, viel hij in een onrustige slaap. Steeds weer werd hij met een schok wakker. Toch bleef hij lang liggen. Tegen het middaguur ging hij het bed uit en at met zijn oma en opa. Daarna douchte hij zich en maakte zich gereed voor de reis naar oom Frederik. Opa had Kees uitgelegd hoe hij moest rijden want de TomTom deed het niet helemaal goed volgens hem. Ondanks die aanwijzing stelde Kees de navigatie toch in op het hem gegeven adres en reed zuidwaarts richting de Belgische grens.

Dat van die TomTom klopte helemaal. Toen Kees de opmerking ‘Bestemming bereikt’ kreeg te horen stond hij stil voor een groot, leeg weiland. Geen huis te zien! Draaien op het pad - want een echte weg was het niet - lukte maar dat alleen omdat het autootje klein was. Hij reed terug naar de dichtstbijzijnde boerderij en vroeg daar de weg. De boer was een joviale man en zei dat dit vaker voorkwam: ‘Allerlei nieuwerwetse dingen in een wagen en niemand kan de weg meer vinden!’ Hij moest erom lachen en aangezien de lach van de boer erg aanstekelijk was, moest Kees ook wel lachen. De man zette hem op de goede koers en zo vond Kees tegen zeven uur in de avond het huis van zijn oom. Er werd opengedaan door een prachtig mooie, licht getinte jongeman in een lichtblauwe badjas. Kees had echt eventjes met de mond opengestaan, zo vertelde hij Johan. ‘Ah! Familie!’ had het geklonken. Kees had opgekeken en nog voor hij iets kon zeggen werd hij gewezen op de familietrekken in het gezicht. ‘Ook die openvallende mond hoort daarbij,’ werd er met een lach aan toegevoegd. De uitgestoken hand nam hij aan en hij noemde zijn naam. De jongeman heette Jim. En dat gewoon op z’n Nederlands. ‘Dan ben jij de zoon van Frederiks oudste broer Albert,’ werd er geconcludeerd en Kees knikte. De deur ging verder open en hij werd binnengenodigd. Jim ging hem voor naar de woonkamer en zei dat Frederik in een kunstzinnige opwelling verkeerde en daarom niet aanspreekbaar was. Kees had raar opgekeken en Jim legde het uit. Kunstzinnigheid kwam met vlagen, zo bleek. Als de inspiratie er eenmaal was dan moest die op dat moment uitgebuit worden. Oom Frederik had dan de gewoonte zich terug te trekken in zijn atelier totdat het onderhanden kunstwerk af was. ‘Hij woont daar dan en leeft op koffie, whisky en brood,’ kreeg Kees te horen. Jim vertelde dat hij al diverse keren geprobeerd had om er tijdens die aanvallen van kunstzinnigheid voedzamere dingen in te krijgen bij zijn partner maar dat dat nog steeds niet gelukt was. Jim had voor Kees wat te eten klaargemaakt en hij had het zich goed laten smaken. Natuurlijk had hij eerst gezegd dat het echt niet nodig was maar daar had Jim niets van willen weten. Na de maaltijd waren ze weer in de woonkamer gaan zitten en onder het genot van enorm sterke koffie had Jim Kees gevraagd zijn verhaal te doen.

“Mijn verhaal kwam en de tranen ook,” merkte Kees nuchter op.

“Geen wonder! Maar waren die er eerder niet geweest?”

“Tuurlijk wel. Meteen al bij mijn oma en opa thuis en later toen ik mijn brieven en die van jou zag en daarna opnieuw bij mijn grootouders. Ik ben een aardige huilebalk de laatste dagen.” Kees lachte om zijn eigen grap en Johan lachte met hem mee.

Nadat Kees zijn verhaal verteld had was Jim enorm boos geweest. Hij had echt enorm gevloekt en gescholden terwijl hij ijsbeerde door de woonkamer. Het was zo erg dat Kees eventjes niet wist hoe hij het had. Daarna was de vriend van zijn oom weer gaan zitten en had hij zich verontschuldigd voor zijn uitval. Hij vertelde dat Frederik altijd de diplomatieke van hun twee was en hij degene met de gevoelens en de emoties. Volgens hem was Frederik te diplomatiek. ‘Frederik houdt te veel rekening met de gevoelens van anderen,’ zo had het geklonken. ‘Reden ook waarom ik zo’n leuke jongen als jij nog nooit heb ontmoet. Doodzonde!’

Johan lachte. “Flirtte hij met je?”

“Nee, dat was het niet. Het klinkt misschien wel zo maar er zat een gevoel achter. Jim heeft echt heel erg zijn best gedaan, zo begreep ik later, om onze hele familie te leren kennen. Mijn oom wilde dat echter niet omdat hij mijn moeder niet wilde kwetsen. Ze schijnen hooglopende ruzies daarover gehad te hebben.”

“Dat kan ik me voorstellen!” uitte Johan zich.

“Leg eens uit. Kijken of jouw gevoel hierover en die van Jim overeenkomen.”

“Ik zou me heel rot voelen als mijn vriend me niet mee zou nemen naar zijn familie. Geen enkele reden rechtvaardigt dat volgens mij. Mijn vriend zou zichzelf verloochenen op die manier. Doen alsof er geen mannelijke partner is omdat iemand anders dat niet ziet zitten. Daarmee ontkent hij als het ware ook het bestaan van die vriend.”

“Ja, precies. Zo voelde Jim het dus ook. Maar praten had hem nooit geholpen. Het bleek dat hij andere leden van de familie wel kende en regelmatig bij mijn grootouders kwam. Soms met Frederik maar ook wel alleen. Al pratende kwam ik er ook achter dat Jim mijn vader kende en dat vond ik heel erg bijzonder. Daar begreep ik helemaal niets van! Hoe kon dat?”

Johan haalde zijn schouders op.

“Het blijkt dat mijn vader regelmatig bij mijn oom op bezoek komt. Soms gewoon voor een dagje maar hij blijft ook wel eens langer en logeert daar dan.”

“Wow! Een dubbelleven?”

“Zoiets. Jim heeft me verteld van de laatste keer en voor zover wij thuis wisten was hij toen in Zwitserland voor een werkbezoek ergens. Maar nee dus… hij was bij zijn broer.”

“Heeft dat iets te maken met je moeder en haar houding ten opzichte van je oom?”

“Ja. Alles. Mijn vader heeft in al die jaren het contact onderhouden en dat op zijn eigen manier. Zogenaamd op zakenreis ergens in de wereld terwijl hij dan bij zijn broer in Noord-Brabant is.”

“Nou ja,” zegt Johan, “misschien wel de beste manier om je moeder rustig te houden.”

Kees lachte luid.

“Even een vraagje tussendoor als het mag.”

Kees vond het prima.

“Hoe komt het dat je moeder zo’n afkeer van homo’s heeft? Weet je dat?”

“De bijbel. Of tenminste… haar uitleg daarvan,” verklaart Kees. Hij vertelde dat ze op jonge leeftijd eens bijna verdronken was en dat ze volgens haar gered was door God zelf.

Johan keek bedenkelijk. Zo bijzonder bedenkelijk dat Kees hard moest lachen.

“Ja, sorry hoor. Haar interpretatie. Mijn vader, die haar al zijn hele leven kent, heeft me eens verteld dat het gewoon aan het snel reageren van een van de omstanders te danken is dat ze gered werd.”

“Maar jullie waren toch niet christelijk thuis? Ik heb het nooit gemerkt in elk geval.”

“Geen wonder ook. Ten eerste waren jij en ik bijna nooit bij ons thuis samen. Logisch ook want bij ons thuis was het nooit leuk. Ten tweede was alleen mijn moeder maar christelijk. Zij bad voor en na het eten en ging naar de kerk en naar allerlei groepen van de kerk door de week. Maar de rest van het gezin deed er niet aan mee. En dus zul je het ook nooit gemerkt hebben.”

“Oh wacht… nu herinner ik me wel iets. Een keer aten we bij jou thuis en begon ik, toen iedereen zat, met eten en tikte ze me, figuurlijk dan, op de vingers door te zeggen dat ik moest wachten tot er gebeden was.”

Kees kan zich het voorval niet herinneren maar zich wel heel erg goed voorstellen hoe Johan zich gevoeld moet hebben op dat moment.

“Echt man! Ik wilde wel door de grond zakken! Wist ik veel!”

Kees moest enorm lachen om het beteuterde gezicht dat Johan trok en zei hem dat het leek alsof hij het opnieuw beleefde.

“Ja, zo voelt het ook. Ik was niet gewend dat iemand je met zo’n streng gezicht en op zo’n bijtende toon terecht kon wijzen. Natuurlijk moest mijn moeder me ook wel eens corrigeren maar dat ging altijd heel anders.”

“Ja, je moeder was anders. Heel anders.” Kees slikt.

Johan weet precies wat hij zijn oude vriend voelt. Heel vaak hebben ze er met elkaar over gepraat. Snel brengt hij het gesprek op iets anders of eigenlijk vraagt hij Kees verder te gaan met het verhaal over zijn vader.

“Gisteravond heeft mijn vader contact met me opgenomen via mijn mobiele telefoon. Jim had hem gebeld en gezegd dat hij mij moest bellen. Mijn vader was echt boos. Voelde zich helemaal buitenspel gezet door mijn moeder maar toen ik hem vroeg hoe hij gereageerd zou hebben als hij wel thuis geweest zou zijn, viel hij stil. Daarna gaf hij aan dat hij een zwakkeling was en nooit echt tegen mijn moeders wil in had durven gaan. Dat hij omwille van de lieve vrede altijd maar had gepikt wat zij wilde. We hebben heel erg goed gepraat daarna en besloten elkaar eind oktober te ontmoeten bij Frederik en Jim thuis.”

“Heel mooi man!”

“Ja, kijken of er misschien toch nog iets kan komen van een echte vader-zoonrelatie of zo. Kijken of ik misschien iets kan begrijpen van zijn houding.”

“Vind je dat laatste belangrijk?”

Over deze vraag dacht Kees heel erg lang na en kwam uiteindelijk tot de conclusie dat de toekomst wellicht belangrijker was.

“Ja, dat kan ik me voorstellen. Je hebt eerder zelf aangegeven dat je niet wilt dat je opa en opa praten over dat wat er gebeurd is en misschien moet je je vader ook die kans geven. Laat het verleden voor wat het is en kijk wat jullie samen kunnen hebben.”

“Je bent een goede vriend, Johan. Dank je.”

“Maar volgens mij zijn we met het verhaal over je vader op een zijspoor beland. Een niet onbelangrijk zijspoor maar toch is er volgens mij nog meer te vertellen.” En dat was er.

Kees vertelde uitgebreid over de rest van zijn verblijf bij zijn oom die hij niet te zien had gekregen. Na een goede nachtrust at hij tussen de middag met Jim die aangaf dat zijn oom nog steeds niet echt onder de levenden was. Een grapje, zo legde hij uit toen Kees hem merkwaardig had aangekeken. Met Jim had hij daarna heel lang gepraat. Het belangrijkste thema was geweest wat er nu moest gebeuren. “Ik vertelde hem dat ik in elk geval naar Bedum wilde rijden om te kijken of jij er nog was. En vooral hoe het met je was. En nou ja… dat is het wel zo’n beetje. Daarom stond ik dus hier voor een dichte deur en bracht ik je buurvrouw aan het schrikken omdat die het allemaal eerst helemaal niet vertrouwde.”

“Logisch toch! Ze is een prima waakhond.”

“Maar na een telefoontje van jou, zo heb ik begrepen, stond ze het toe dat ik in jouw huis mocht en de rest weet je allemaal.”

Johan knikte. “Maar toch heb ik nog voldoende vragen.”

“Schiet maar raak!”

“Ga je nog naar school?”

Kees gaf aan dat hij gestopt was met zijn opleiding die hem toch al niet beviel en dat hij binnenkort met iets nieuws wilde gaan beginnen maar dan wel iets dat hem aanstond.

“Ga je terug naar het westen?”

Op die vraag bleef het antwoord in de lucht hangen. Kees wist het gewoon niet.

“Oké, wat mij betreft blijf je gewoon hier. Het huis is groot genoeg. Je blijft gewoon slapen in de logeerkamer. Mocht je geen geld hebben geen enkel probleem. Ik heb genoeg en bovendien heeft Erik aangegeven dat hij mijn toelage heeft verhoogd dus… geen probleem.”

Kees bracht allerlei bezwaren in maar zag na enige tijd ook wel dat ze geen van alle echt sterk waren.

“Eén ding wil ik je nog wel zeggen,” zo begon Johan pontificaal, “ik weet niet of ik verliefd op je ben of dat opnieuw kan worden. Bovendien heb ik twee heel bijzondere verliefdheden achter de rug en moet ik dat eerst nog zien te verwerken. Dus… alles kan zolang we maar gewoon vrienden kunnen zijn.”

Kees viel eerst even stil omdat hij toch op meer gehoopt had maar na die laatste opmerking over dat verwerken, begreep hij maar al te goed dat Johan in elk geval tijd nodig zou hebben. “Oké, is prima. Maar ik wil niet helemaal op jouw zak teren hoor!”

“Hoeft ook niet. Ik heb klusjes genoeg hier in en om het huis en zal ervoor zorgen dat jij je kost verdient.” Johan lichtte zijn plannen voor het opknappen van het huis, de tuin en het huis van de buurvrouw toe en maakte daarmee Kees enorm enthousiast. Natuurlijk zouden ze zich niet te pletter werken. Nergens voor nodig. Johan gaf aan dat hij ook weer naar voetbal wilde en dat hij nodig moest werken aan zijn lijf in de sportschool.

“Ja, ja,” verzuchtte Kees, “Jij zeker.”

“Niet dan?”

“Hier ga ik mooi niet op reageren, man! Je weet best wel dat je er heel erg goed uitziet. Bovendien weet ik dat je vroeger vaak genoeg in je blootje voor de spiegel stond om te kijken naar je prachtige spiegelbeeld.”

Johan brak in schaterlachen uit. “Oh ja… en ik moet ook nog eens gaan kijken wat ik ga doen voor opleiding. Ik heb Erik beloofd dat ik na Nieuwjaar ergens mee zou beginnen.”

“Dat komt dan mooi uit. Kijken we samen of we iets geschikts voor ons beiden kunnen vinden. Worden we collega’s later of beginnen we samen een eigen bedrijf in het een of ander.” Johan had bedenkelijk gekeken en Kees had enorm moeten lachen om het moeilijke gezicht dat zijn vriend trok. En zo werd de nachtelijke praatsessie besloten waarna ze beiden hun bed opzochten.

Wordt vervolgd…



Reacties zijn welkom op de site maar ook via mijn mailbox: lucky_eye2@yahoo.co.uk

©Lucky Eye, mei 2013.
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de houder van het auteursrecht.

Gesloten