ZWEDEN... EEN EINDE - hoofdstuk 01

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Lucky Eye
Berichten: 680
Lid geworden op: za 03 jan 2009, 19:35

ZWEDEN... EEN EINDE - hoofdstuk 01

Bericht door Lucky Eye » do 02 mei 2013, 07:15

ZWEDEN… EEN EINDE

Een verhaal van Lucky Eye



Disclaimer:
Dit verhaal is niet gebaseerd op feiten. Elke overeenkomst met gebeurtenissen, personen, plaatsen en tijden berust dan ook op toeval.




Hoofdstuk 1

Moe van de reis sjokten twee jongens in de stromende regen door de drukke en rumoerige straten van de Zweedse hoofdstad. Met enige vertraging had de sneltrein vanuit Skövde hen die donderdag naar Stockholm gebracht. Half juli waren ze begonnen aan hun trektocht en nu acht weken later zouden ze hem gaan beëindigen. Heel lang hadden ze prachtig mooi zomerweer gehad en als het mooie weer niet zo abrupt was geëindigd, en overgegaan in de hele dag niets anders dan plenzende regen, dan hadden ze hun reis nog lang niet onderbroken. Onderweg hadden ze in hun kost kunnen voorzien door te werken bij boerderijen langs de route die ze volgden maar ook die werkzaamheden waren met de verandering van het weer duidelijk minder geworden. Vanaf hun laatste werkgever hadden ze nog drie dagen moeten lopen voor ze Skövde bereikten en die tocht was vanwege de aanhoudende regen allesbehalve gemakkelijk geweest. Alle spullen die ze bij zich hadden, waren compleet doorweekt en ze hadden er tegenop gezien als ze ’s avonds hun tentje hadden moeten opzetten omdat het ding ook zeiknat en zo lek als een mandje was geworden. De voorlaatste avond was de tent tijdens het opzetten de lucht ingevlogen en in een hoge boom blijven hangen waar het door de keiharde wind langzaam aan stukken was gescheurd.

De treinreis had van hen gerust langer mogen duren omdat ze eindelijk droog en warm zaten maar ja … de vertraging onderweg was jammer genoeg niet verder opgelopen dan zo’n tien minuten. Tim wist de weg in Stockholm omdat hij er vaker was geweest en leidde Johan door de drukte - die op hen beiden raar overkwam - naar het hotel dat hij kende van eerdere bezoeken.

“Weet je zeker dat we hier moeten zijn?” vroeg Johan hem verbaasd toen Tim hem op een prachtig mooi monumentaal pand wees.

“Ja, dit is Hotel Continental, hier zijn Edward en ik diverse keren geweest.”

“Maar ik heb het idee dat we niet voldoende geld hebben om hier …”

“Jongen, laat dat maar aan mij over. Ze kennen mijn gezicht hier. Je zult zien dat alle deuren voor me openzwaaien.”

“Ik help het je hopen,” merkte Johan schamper op.

“Heb nou maar vertrouwen in mij.”

Zelfverzekerd duwde Tim de zware deur open en stapte op het rode, hoogpolige tapijt in de hal. Hij liep rechtstreeks op de balie af en Johan moest zijn pas versnellen om hem bij te houden. “Hallo, ik ben Timothy Balden,” zo stelde hij zich in het Engels voor aan de man achter de balie. De in het uniform van het hotel geklede man liet zijn blik over Tim en Johan glijden en hield zijn gezicht strak in de plooi. “Ik ben hier vaker geweest met Lord Reighton.” Johan keek verbaasd naar Tim. Was de vriend van Tim, Edward, van adel? “Ik wil graag een tweepersoonskamer voor één nacht.” De receptiemedewerker trok zijn gezicht nog strakker - zo leek het - en het duurde even voor er een antwoord kwam.

“Weet u zeker dat u niet verkeerd bent?”

“Dit is toch Hotel Continental?” kaatste Tim terug, zijn stem duidelijk meer intonatie gevend.

“Zeker, meneer, maar ik dacht dat u wellicht op zoek was naar de jeugdherberg.” Johan begon te glimlachen en toen op Tims gezicht een behoorlijk beteuterde uitdrukking verscheen, werd Johans glimlach nog breder.

“Nee, meneer euh,” Tim las snel het kaartje op de mans borst, “Edström. We hebben ons echt niet vergist in het etablissement,” sprak Tim met een overdreven Engels accent. “Lord Reighton en ik zijn hier diverse malen te gast geweest. Wellicht kunt u het even nakijken.”

“Het spijt me, jongeman, maar ik heb het idee dat ik mijn tijd beter kan besteden.” Met die woorden draaide hij zich van Tim af.

“Als u me niet vertrouwt, kan ik gerust Lord Reighton voor u opbellen?”

“Gaat u gerust uw gang.”

“Mag ik even gebruik maken van uw telefoon dan?”

“Het spijt me, meneer, maar dergelijke service verlenen we niet aan een ieder.”

Johan genoot van het ijzige pingpongspel van de twee maar was zo moe dat hij op de grond ging zitten met de rug tegen een grote bloemenbak.

Tim haalde zijn gsm tevoorschijn maar vanwege batterijzwakte lukte het hem niet om contact te leggen met Edward. “Meneer," zo wendde hij zich opnieuw tot de man achter de balie, "mijn mobiele telefoon weigert dienst. Zou ik nu dan misschien gebruik mogen maken van uw service?”

“Het lijkt me niet, en aangezien u niet kunt aantonen dat u ook maar enige connectie heeft met onze zeergewaardeerde cliënt Lord Reighton, lijkt het me beter dat u meteen dit pand verlaat.”

Tim was verbolgen en liet dat ook duidelijk blijken. In afgemeten woorden gaf hij blijk van zijn verontwaardiging. De man achter de balie vertrok echter geen spier. Toen de man twee grote kleerkasten - je weet wel, van die uit de kluiten gewassen mannetjesputters - sommeerde de twee te verwijderen, barstte Johan in lachen uit. Tim liep met opgeheven hoofd en grote passen naar buiten terwijl Johan, slap als hij was van de lach, door de twee reuzen naar buiten werd gesleept als het ware. Onzacht belandde hij aan de voeten van Tim op de stoep van het hotel.

“Wat zit je daar nou te lachen, idioot!” riep Tim uit. Johan lachte zo hard dat hij geen woord kon uitbrengen. “Is dit zo leuk allemaal?” Johan sloeg zich op de knieën van het lachen.

“Man …,” begon hij waarna een nieuwe lachsalvo volgde, “ik heb in tijden … niet zo gelachen.”

“Oh ja? Ik snap het niet hoor we …”

“Je had jezelf eens moeten horen, Tim. Ik wist absoluut niet dat je zo bekakt kon praten. En dan ook nog eens schelden. Bekakt schelden op zijn Engels. Prachtig gewoon.”

“Ja, maar het heeft ons niets geholpen.”

“Nee, en vind je dat een wonder?”

“Hoe bedoel je?”

“Heb je er enig idee van hoe je eruit ziet?”

“Hoe bedoel je??”

“Gewoon. Hoe zien wij er uit? Hoe zie ik eruit? Doe je ogen open!” Tim bekeek zijn vriend en toen hij zijn ogen goed de kost gaf, begon het pas bij hem te dagen. De spijkerbroek die op diverse plaatsen gescheurd en hersteld was, de modderspatten overal op de kleren. Het T-shirt dat eens wit geweest was. Het lange haar dat nodig gewassen moest worden. De ongeschoren kaken. Het niet geheel smetvrije gezicht.

“Als ik er half zo beroerd uit zie als jij, geloof ik dat ik die man absoluut geen ongelijk kan geven. Dan helpt zelfs Edwards adellijke titel me geen moer.”

“Hè hè, je hebt het door geloof ik. Maar bedankt, Timothy, je hebt me een kostelijk kwartiertje bezorgd. Man, ik heb in tijden niet zo gelachen.”

“Je valt in herhalingen, Johan.”

“Maar het was ook zo goed. Als je jezelf…”

“Ja, laat maar. Ik heb me als een idioot gedragen, besef ik nu.” Dit gezegd hebbende, ging hij naast Johan op de stoep zitten midden in de regen. Omstanders liepen hoofdschuddend om hen heen.

“Ach man, kom," zei Johan en legde een arm om de schouders van zijn vriend. "Het valt heus wel wat mee. En… is Edward echt van adel?” probeerde hij Tim af te leiden.

“Ja en hij is niet de enige.”

”Huh?”

“Ik ben ook van adellijke afkomst, broeder.”

“Wow, waarom heb je dat nooit verteld.”

“Was dat nodig dan?”

“Nee, dat niet maar …”

“Vind je het interessant soms?”

“Nou, nee maar…” Inderdaad vond Johan het niet echt interessant. Zijn moeder, die hem bijna alleen had opgevoed, had hem geleerd dat alle mensen gelijk waren en dat je voor iedereen respect moest hebben. Zelf had ze ook volgens die regel geleefd en de vuilnisman net als de burgemeester altijd netjes meneer genoemd. Een keer toen hij een vriendinnetje van de basisschool mee naar huis had genomen, had deze tijdens hun spel de rol van koningin gespeeld. Toen zijn moeder, nadat ze de thee had ingeschonken, hen beiden de koektrommel had voorgehouden, had het meisje verontwaardigd gevraagd of er voor de koningin geen gebakje was. ‘Nee hoor,’ had Soile gezegd, ‘zelfs als de echte Koningin bij mij op bezoek komt, zal ze het moeten doen met een biscuittje uit de trommel.’

Ineens was Johan terug in het verleden. Het waren mooie gedachten aan Soile maar ze deden ook nu nog steeds pijn. Pijn omdat ze nog niet zo heel lang geleden bij hem was geweest en nu…

“Maar wat moeten we nu?” onderbrak Tim zijn gedachtestroom.

“Doen wat je net zelf voorstelde, beste kerel,” sprak Johan geaffecteerd. Even overwoog hij om Tim te vertellen van … maar hij deed het niet. Hij gooide het over een andere boeg. “We roepen versterking in. We bellen mijn vader om te zien of hij iets kan regelen of we bellen Edward.”

“Maar mijn telefoon …”

“Adellijk uilskuiken, ik heb er ook nog eentje hoor,” plaagde hij zijn maat en met dat viste Johan zijn gsm uit zijn broekzak. “Nou wie bellen we?”

“Ik zal Edward wel bellen. Ik weet namelijk niet waar jouw vader overnacht als hij in Stockholm verblijft en ik heb echt geen zin om ook nog maar een meter te lopen. Ik wil een warme douche en een bed en dat in dit hotel!” Hij zocht en vond het nummer van Edward - dat hij zelf ooit geplaatst had in Johans telefoonboek - en klikte het aan.

“Zet hem op de speaker,” fluisterde Johan.

“Ik heb ook geen enkele privacy meer hè sinds ik jou ken,” verzuchtte Tim.

Johan stak zijn tong naar hem uit.

“Hallo?” hoorden beide jongens uit het kleine luidsprekertje komen.

“Hé, Edward met mij, Timothy.”

“Hé, jongen, wat ben ik blij je te horen. Alles goed met jou en Johan?”

“Nou ja, niet echt dus hè.”

“Wat is er aan de hand dan? Toch niet iets ernstigs?”

Johan merkte op dat de stem van Edward bezorgd begon te klinken.

“Nee, dat niet. Maak je maar geen zorgen.” Uitgebreid begon Tim zijn vriend uit te leggen wat er gebeurd was. Toen hij zijn verhaal gedaan had, hoorden ze beiden het bulderende lachen van Edward uit de telefoon schallen. “Ja, zeg! Ga een beetje zitten lachen! Je lijkt Johan wel!”

“Hoezo?”

“Nou ja die heeft me ook al gezegd dat ik hem een prachttijd bezorgd heb vanwege mijn stupide gedrag.”

“Luistert hij mee?”

“Ja, natuurlijk. Ziekelijk nieuwsgierig is hij.”

Johan porde Tim in zijn ribben.

“Johan, maak een foto als je wilt. Ik zou heel graag willen zien hoe jullie eruit zien op dit moment.”

“Komt voor elkaar, Sir.”

“Sir?”

“Ja," verklaarde Tim, "hij heeft gehoord van je adellijke titel en is helemaal onder de indruk.” Opnieuw kreeg Tim een por. “En nou slaat hij me ook nog eens omdat ik de waarheid vertel. Ergerlijk toch die Nederlanders, hè?”

“Ik geloof, dat ik me er beter maar niet mee kan bemoeien. Het lijkt me dat jullie prima aan elkaar gewaagd zijn. Maar … vertel nou eens wat wil je dat ik doe.”

“Ik zou graag willen dat je voor ons een kamer regelt in het Continental. We zitten daar op de stoep en ik kan zelf geen stap meer verzetten en Johan is er al net zo aan toe. We zijn beiden echt bekaf en willen alleen nog maar slapen.”

“Oké, ik regel vanaf hier het een en ander. Geef me een paar minuten en ik verzeker je dat ze zowat de rode loper voor je zullen uitrollen.”

“Euhh … Edward,” mengde Johan zich in het gesprek.”

“Jahhh?”

“Zou je er wel voor willen zorgen dat die man achter de balie niet op zijn donder krijgt. Ik zou het namelijk heel onterecht vinden als hij een berisping krijgt van een meerdere of zo.”

“Komt voor elkaar, Johan. Ik zal het netjes oplossen. Maar hoeveel nachten blijven jullie in Stockholm?”

“Eentje maar, Edward. Morgen wil ik naar huis.”

“En zal ik dat dan ook maar eventjes regelen?”

“Ja, graag lieverd,” reageerde Tim helemaal weer opgewekt.

“Ik ben blij dat je naar huis komt, Timothy,” gaf Edward te kennen.

“Ik ook, maar ik moet je wel meteen vertellen dat we een extra bewoner in huis zullen hebben.”

“Dat is geen enkel probleem. Het huis is groot genoeg en jouw vrienden zijn mijn vrienden, dat weet je toch?”

“Je bent lief, Edward.”

“Dank je. Jij ook. Kom maar snel naar huis.”

“Als jij nu eventjes het een en ander regelt dan zijn wij snel thuis.”

“Ik zorg dat het goed komt. Doe mij een plezier en val nu straks niet meteen in slaap als je op je kamer bent want anders kan ik jullie niet bereiken om je door te geven hoe laat jullie morgen op het vliegveld moeten zijn. Oké?”

“Prima, we wachten op je telefoontje.”

“Dag, lieverd.”

“Dag, schat,” sloot Tim het gesprek af.

Hij gaf Johan zijn mobiele telefoon terug en nog geen twee minuten later droegen de twee gorilla’s hun rugzakken en henzelf zowat naar binnen. Meneer Edström verontschuldigde zich in diverse bewoordingen en Johan had het weer te kwaad vanwege het geslijm waarvan de man zich bediende. Tim onderbrak de woordenstroom en gaf de man heel duidelijk te kennen dat er wat hem betrof helemaal niets was gebeurd. Edström gaf blijk van zijn opluchting en deed dit opnieuw door een stortvloed van woorden over hen uit te storten. Tim had nu echter de regie in handen en zorgde ervoor dat ze zo snel mogelijk op hun kamer aankwamen. Johan strekte zich in zijn smerige, natte kleren languit op de grond uit en gaf met een lange geeuw te kennen dat hij alleen nog maar wilde slapen eigenlijk.

“Nee, jochie. We gaan nog niet slapen. Er moeten eerst nog wat dingetjes geregeld worden,” zei Tim. Hij belde roomservice en begon zijn tas uit te pakken. Johan begreep de hint en deed hetzelfde. Zijn portemonnee legde hij op het nachtkastje naast het bed dat hij als de zijne beschouwde. Nadat de inhoud van de tassen op een stapel was gelegd, wilde Tim zich gaan uitkleden.

"Wacht!" riep Johan. "Eerst nog een foto!"

Gespeeld geërgerd wachtte Timothy totdat de foto gemaakt was om daarna snel uit zijn natte kleren te schieten. Toen het laatste kledingstuk op de grond viel, werd er op de deur geklopt. Snel schoten ze in de dikke, fluweelzachte, witte badjassen van het hotel om daarna de deur te openen. Het was de roomservice die al hun spullen meenam om ze te wassen.

"En nu onder de douche!" commandeerde Tim. "Nee wacht! Ik wil eerst die lange haren kwijt. Jij ook?"

Johan knikte.

Tim pakte opnieuw de telefoon. Aangezien de kapsalon gesloten was, kon men alleen nog maar een tondeuse en een schaar voor hen regelen en Tim gaf te kennen dat dat meer dan voldoende was. Toen het benodigde bovengebracht was, zette Tim zich als eerste op het krukje in de badkamer om door Johan onder handen genomen te worden. Eerst overlegden ze of en eventueel welke opzetkam ze zouden gebruiken maar uiteindelijk werd er besloten om geen enkele te gebruiken. "Lekker kort," zei Tim.

Johan knipte eerst Tims lange haren met een schaar af om daarna de tondeuse het verdere werk te laten doen. Tijdens Tims knipbeurt ging de telefoon. Johan neem op en kreeg de details door van Edward wat betreft hun vliegreis naar Oslo: om 10.00 uur zou het privévliegtuig van Edward landen op een klein vliegveld in de buurt van Stockholm om een half uur later weer het luchtruim te kiezen. Nadat Johan zijn werk op het hoofd van Tim goedgekeurd had, nam hijzelf plaats op het krukje om eenzelfde soort behandeling te ondergaan. Ook hij was een aantal minuten later bijna volledig zonder hoofdhaar.

Toen ze in de douchecabine stapten, wilde Timothy ook de haren op zijn lijf kwijt. De laatste twee weken was het daar niet van gekomen. Johan zocht het scheermes en smeerde zijn vriend in met scheergel om daarna diens hele lijf te scheren. Alles werd compleet kaal gemaakt. Zo had Tim het het liefst. Johan vond het een prachtig gezicht maar wilde het zelf niet zo. Toen hij echter klaar was met het scheren van Tim, bewerkte hij met de tondeuse zijn oksels en schaamhaar, en schoor hij zijn ballen glad. Vervolgens werd er gedoucht. Tim kroop meteen daarna onder de lakens maar Johan checkte eerst nog even de inhoud van zijn portemonnee. Toen hij in bed stapte en zich languit neerlegde, was Tim al diep in slaap.

Wordt vervolgd…



Reacties zijn welkom op de site maar ook via mijn mailbox: lucky_eye2@yahoo.co.uk

©Lucky Eye, mei 2013.
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de houder van het auteursrecht.

Gesloten