BLANCO deel 2 - hoofdstuk 16

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Lucky Eye
Berichten: 680
Lid geworden op: za 03 jan 2009, 19:35

BLANCO deel 2 - hoofdstuk 16

Bericht door Lucky Eye » ma 03 okt 2011, 07:39

BLANCO

Een verhaal van Lucky Eye

Disclaimer:
Dit verhaal is niet gebaseerd op feiten. Elke overeenkomst met gebeurtenissen, personen, plaatsen en tijden berust dan ook op toeval.



DEEL 2

Hoofdstuk 16

Op vrijdagochtend doen de dames Greveling en Mosterd alle mogelijke moeite om in totaal negentien leerlingen van hen te benaderen. Bij achttien lukt dat. Ze verzoeken hen om 's middags om twee uur op school te willen zijn, in verband met een bespreking aangaande de internationaliseringsweek. Het balletje is aan het rollen gebracht door Cassandra Verjans die donderdagochtend, uit allerlei opgevangen berichten, één bij één optelde en tot de conclusie kwam, dat alles maar op een persoon betrekking kon hebben: Jasper. Om zekerheid te krijgen, belde ze tegen het middaguur met het vaste telefoonnummer van de familie Verhulst en kreeg daar, van de zus van mevrouw Verhulst, de bevestiging. Een heel korte maar het was een bevestiging. Met de rood gehuilde ogen groot van verbazing, had ze ’s middags de verklaringen gehoord in het nieuwsbulletin op het kanaal van RTV-Oost. Meteen daarna had ze mevrouw Greveling opgebeld en gevraagd wat ze nou moesten doen. Jasper zou tenslotte mee naar Engeland. En wat nu? Mevrouw Greveling had alle nieuwsberichten gemist die dag en dus ook de beelden van de persconferentie. Het werd echter diverse keren herhaald en dus keek ze er op verzoek van Cassandra naar. Daarna belde ze terug en gaf aan, dat ze met haar collega zou overleggen wat ze zouden gaan doen. En daar was uiteindelijk uitgekomen, dat ze de hele groep bijeen zouden roepen voor overleg.

*

Astrid, Marion en Pieter blijven tot een uur of tien in het ziekenhuis. Dan voeren ze alle drie een telefoongesprek. Astrid belt met David, Marion met Martin en Pieter met Jan Nelissen. De boodschap is vrijwel hetzelfde: ontmoeting bij Pieter thuis. Met z'n drieën verlaten ze dan het ziekenhuis via de personeelsingang omdat Astrids auto op de parkeerplaats voor het personeel staat. Pieter rijdt, en als hij dan de parkeerplaats afrijdt en naar links wil gaan, stelt Astrid voor de andere kant op te rijden. "Zo missen we de grote parkeerplaatsen en de hoofdingang," verklaart ze. Pieter begrijpt het. Zo zijn ze minder zichtbaar voor de eventuele pers en het is maar een klein eindje om. Ze zijn als eerste bij Pieters huis. Astrid gaat meteen naar de keuken en begint met het zetten van koffie. Marion laat zich door Pieter rondleiden en begrijpt meteen dat Jasper de weddenschap met zijn vader zal winnen. Ook zij weet wat Martin zal gaan doen. Als ze boven zijn en Pieter het raam uitkijkt, ziet hij in de verte de auto van David aankomen. Hij heeft volgers op enige afstand volgers, zo lijkt het. Marion kijkt met hem mee en herkent in de auto’s achter die van David noch die van haar zus, noch die van haar man. Meteen legt Pieter telefonisch contact met zijn zwager. Via de carkit geeft David aan dat hij vanaf het winkelcentrum in Kampen, waar hij met de jongens was toen Astrid belde, al achtervolgd wordt. Hij heeft geprobeerd hen kwijt te raken maar dat is niet gelukt. David parkeert zijn auto voor het huis. Robin, gekleed in de regenjas met capuchon van zijn vader, komt meteen naar buiten en heeft een boodschappentas in de hand. David neemt zijn jongste op de arm, verbergt hem in zijn jas en dan rennen ze snel op het huis toe. Hun achtervolgers zijn inmiddels ook aangekomen en meteen wordt er flink geflitst.

Pieter staat al bij de deur te wachten en maakt deze snel open zodat ze meteen door kunnen lopen. Astrid vangt haar drie mannen op. De jongens kijken wat beteuterd. Niels zegt dat hij het helemaal niet leuk vindt en kruipt dicht tegen zijn moeder aan. Robin legt een arm om zijn kleine broertje heen.

"Wat moeten we hier nou mee?" vraagt David zich hardop af. "Er lag toch een harde garantie dat er geen foto's van de kinderen gemaakt zouden worden?"

"Ja, schat. Die is ook door heel veel partijen ondertekend. Waarschijnlijk, zijn dit dus degenen die niet ondertekend hebben. Zij waren gisteren niet welkom op de persconferentie en nu doen ze dus gewoon wat ze willen." David loopt met de boodschappentas, die Robin ergens geparkeerd had, de keuken in en haalt een taart tevoorschijn. Hij zet hem op het aanrecht en haalt hem uit de doos. Vanwege het harde lopen is de grote, ronde slagroomtaart enigszins geplet maar nog heel goed te eten. Dan pakt hij de dikke zaterdageditie van een grote, landelijke krant om deze voor zijn vrouw te ontvouwen.

"Kijk!" zegt hij. "Je staat er heel mooi op met Jan. Nu weet ik eindelijk wie jouw geheime minnaar is." Met een brede grijns kijkt hij Astrid aan en kust haar. Iedereen bekijkt de foto en grote kop er boven. Marion schudt het hoofd. Pieter blijft stil. "Trek het je niet aan broertje," zegt David tegen hem, terwijl hij een arm om hem heen slaat en hem knuffelt. "Dit soort grapjes kennen wij toch! De waarheidsgehalte ervan kennen we ook. Sinds bekend werd dat ik met je zus ging, hebben ze al minstens tien keer geschreven dat ik haar ontrouw ben geweest."

"Maar nu?" vraagt Astrid. "Wat doen we nu met die fotografen op de stoep en nog twee kinderen die we verwachten." Een antwoord komt er niet. Iedereen is gewoon te verbluft op dit moment en tijd om iets te bedenken is er bijna niet. David loopt naar boven om daar, vanaf de overloop, de weg in de gaten te kunnen houden. Zodra hij iets ziet, roept hij naar beneden. De anderen voegen zich bij hem.

“Voorop rijdt de auto van Martin,” zegt Marion en Pieter geeft aan dat het zijn auto is die er achteraan komt. Marion concludeert daaruit, dat Afie in Martins auto rijdt omdat zij nooit in een haar totaal vreemde auto zou durven rijden. “In die van Martin heeft ze al vaker gereden.” Ze belt het mobiele nummer van Afie en krijgt Maarten aan de lijn. Heel rustig legt Marion hem uit wat er aan de hand is en wat ze moeten doen. Vanuit het raam boven, zien ze hoe Afie de auto tot stilstand brengt op het kleine landweggetje. Martin stopt ook. Ze zien hoe er even overlegd wordt. “Het werkt,” merkt Marion opgelucht op.

Jan Nelissen is het tweetal auto’s achterop gekomen en voegt zich bij het overleg tussen Afie en Martin. Hij krijgt van haar te horen wat de bedoeling is en heeft daar zelf nog wel iets nuttigs als aanvulling op, zo heeft hij het idee. Martin en Afie stemmen in elk geval in met zijn plan. Dan gaat Jan als eerste verder in de richting van Pieters huis. Hij parkeert net voorbij het huis van Pieter in de berm en krijgt meteen de hele schare verslaggevers om zich heen. Als hij uitstapt, loopt hij niet in de richting van het huis maar juist er vandaan. Zodoende, trekt hij de hele groep met zich mee. Allerlei vragen worden hem gesteld, fotoapparaten klikken en Jan praat heel rustig. Geeft antwoord, maar vertelt niets meer dan dat hij gisteren op de persconferentie heeft gezegd. Afie en Martin zijn, volgens plan, later dan Jan gestart en als zij aangereden komen, is de kust voor hen vrij. Toch enigszins in paniek, parkeert Afie de auto scheef op het grasveldje naast het opstapje naar de deur. Snel stapt ze uit en dan komen ook de kinderen al naar buiten gezet. Beiden met een pakdeken, die Martin altijd achterin heeft liggen, omgeslagen. Martin is ook al snel uit Pieters stationcar en rent samen met de anderen naar binnen

"Getverderrie!" moppert Sam als ze uit de deken tevoorschijn komt. "Die deken stinkt en ik zit onder het stof." Maarten bekommert zich niet om het stof en de houtkrullen maar loopt meteen naar Robin en Niels toe.

"Sorry, meissie," zegt haar tante. "Er was even geen betere oplossing. Of had je graag met je giecheltje in de krant gewild?" Antwoord krijgt Afie niet want Sam merkt ineens het wel heel erg vreemde gedrag van haar vader op. Martin heeft meteen na binnenkomst de belangstelling voor alle mensen om hem heen totaal verloren. Met zijn onderkaak naar beneden gezakt en zijn ogen wagenwijd open, loopt hij door Pieters woonkamer. Hij valt van de ene verbazing in de andere en lijkt totaal te zijn vergeten, waarom hij hier is. Met zijn handen raakt hij de wanden en meubels aan en als Pieter een opmerking wil maken, legt Marion snel een vinger tegen haar lippen om hem tot stilte te manen. Iedereen kijkt nieuwsgierig naar Martin die zich van zijn toeschouwers totaal niet bewust lijkt te zijn. Sam is degene die de stilte uiteindelijk verbreekt.

"Pap! Doe gewoon! Iedereen kijkt naar je!"

"Nee, nog eventjes niet, Sam. Ik geniet van al het moois dat ik hier zie en er is nog een ding dat ik zeker moet dan." Dan loopt hij naar een van de twee kolossale stammen, slaat zijn armen er omheen en legt zijn wang tegen het hout."

"Pap is echt niet goed hoor," verzucht Sam tegen haar moeder.

"Dat is hij wel, lieverd. Hij geniet." Marion loopt naar Martin toe en geeft hem een kus op zijn vrije wang. "Je hebt je weddenschap verloren, schat," en ze laat hem het briefje van Jasper, dat ze uit haar portemonnee heeft gehaald, lezen. De geschreven woorden brengen een brok in zijn keel en als hij Marion omhelst, vallen er een paar tranen.

"Ook niet helemaal eerlijk natuurlijk," verklaart hij even later. "Jasper weet verdomde goed dat ik knetter van hout ben en dus wist hij precies wat ik zou doen." Pieter is als enige van de anderen op de hoogte van de weddenschap en legt het hen uit. Dan komt Jan binnen en begint meteen overal de gordijnen dicht te trekken. Reden: de grote telelenzen van het fotografengilde. Anderen beginnen hem te helpen. Als alle ramen bedekt zijn, gaat Jan weer naar buiten. Staande op het opstapje, houdt hij een korte toespraak. “De families hebben recht op privacy. Ze willen na de hectische gebeurtenissen van de afgelopen uren graag met rust gelaten worden. Het privéterrein van Pieter Kemp Verhaeghe is heel goed te herkennen. Zet er een voet op en ik zoek contact met commissaris Sperwer!" Zijn laatste, ietwat dreigende, woorden worden met gejoel en boegeroep ontvangen. Jan glimlacht alleen maar en gaat opnieuw naar binnen. De anderen zitten al aan de koffie. Afie brengt hem ook een kop. Zij heeft de bediening op zich genomen omdat Astrid met Niels op schoot zit en Maarten heel erg dicht tegen zijn moeder aangekropen is. Ze begrijpt heel goed dat de moeders in het gezelschap het even te druk hebben nu. De taart wordt uitgedeeld en dan begint Pieter te vertellen over de laatste berichten uit het ziekenhuis. Het kost hem duidelijk moeite als hij een beschrijving geeft van hoe Jasper erbij ligt op dit moment. Martin is de eerste die een vraag stelt als hij uitgesproken is.

"Heeft Van Haastrecht iets gezegd over hoe het er nu voorstaat?" Pieter geeft hem aan wat de arts hen antwoordde in het ziekenhuis. "Dus het is nog steeds een zijden draadje waaraan hij hangt," verwoordt Martin zijn gedachten.

"Van Haastrecht heeft eerder al aangegeven, dat hij erg zorgvuldig is en ons niet te snel te veel hoop wil geven. Hij doet dat ook nu nog niet," zegt Pieter. Astrid vertelt dan over de afspraak voor de volgende ochtend. Ze spreken af daar met vier personen naar toe te gaan: Marion, Martin, Astrid en Pieter. Dan volgt de tweede ronde koffie en ineens komt Niels met een vraag.

"Mam? Waarom hebben die anderen Jasper zo geslagen?” Gisterochtend had ze het, vanwege tijdnood, gelaten bij het feit dat Marcel boos was geweest maar nu weet ze dat de waaromvraag van haar jongste om een vollediger antwoord vraagt. “Of moet ik oom Jasper zeggen?"

"Oom Jasper?" reageert Sam verbaasd.

"Ja, voor Robin en Niels heet jouw broer straks oom Jasper," legt Astrid uit. "Oom en tante zeg je tegen de broer en zus van je moeder of vader. Pieter is mijn broer. Dat weet je. En dus heet Pieter voor Robin en Niels oom Pieter. Als hij met Jasper trouwt, en dat zijn ze van plan, heet Jasper voor hen dus ook oom Jasper."

"Oh ja, niet aan gedacht."

"Maar je mag nu nog wel Jasper zeggen hoor," verklaart Pieter. "We zijn nog niet getrouwd samen. Laten we afspreken dat je zelf kiest wat je zegt. Oké?" Niels knikt. Maar dan kijkt hij gespannen zijn moeder aan voor een antwoord op zijn vraag. Zij vindt eigenlijk, dat de groep veel te groot is om een zo belangrijke vraag te beantwoorden en vraagt David, of de heren misschien niet het een of ander te bespreken hebben. David kijkt haar vreemd en niet begrijpend aan. Pieter voelt het wel goed aan en zegt dat hij wel iets zakelijks te bespreken heeft met de heren. Nu wordt hij op zijn beurt vreemd aangekeken door alle aanwezige heren. Als hij echter opstaat, staan ook de andere mannen in het gezelschap op en volgen hem naar zijn kantoortje. De zeven overgeblevenen zitten nu met elkaar in de zithoek.

"Waarom hebben ze het gedaan," begint Astrid.

"Maarten en ik," interrumpeert Marion, "hebben het er met z'n tweetjes al over gehad gisteren toen hij mij precies dezelfde vraag stelde. Vind je het goed dat wij twee proberen het antwoord dat wij toen samen gevonden hebben te vertellen?"

“Ja,” zegt Astrid, “dat is een prima idee.” Vervolgens houdt ze de kinderen voor dat ze vragen mogen stellen als er iets niet duidelijk is. "We kunnen dit moeilijke gesprek met elkaar doen. Het hoeft niet een verhaal van Maarten en Marion alleen te zijn. Ook jullie hebben vast ideeën of een bepaald gevoel erover. Laat het alsjeblieft horen zodat we er met elkaar over kunnen praten." Dan begint Marion en valt Maarten haar bij. In samenspraak met elkaar geven ze zo goed mogelijk weer wat ze eerder besproken hebben samen. Over de seks, de liefde, het samen beslissen, niet zo maar doen wat je zelf wilt maar samen overleggen. Alles wat eerder besproken werd tussen hen beiden, komt ook nu weer naar voren. Als ze klaar zijn, bedankt Astrid hun opnieuw en zegt ze dat ze blij is met deze duidelijke uitleg maar dat er gerust vragen gesteld mogen worden. Waar Sam en Robin het lijken te snappen, blijft Niels met een groot vraagteken op zijn gezicht zitten.

"Ik snap het nog niet," zegt hij.

"Oké, dan zal ik met een voorbeeldje komen wat hier heel goed bij past," geeft zijn moeder aan. "Op jouw verjaardag kreeg je van oom Jan een heel mooie bal nietwaar?"

"Ja," zegt Niels met een glunderende lach op zijn gezicht. "Een echte wedstrijdvoetbal van de WK!"

"Precies. Die bal is van jou. Mag Robin er ook mee spelen?"

"Ja." Even is het stil en Astrid kijkt hem fronsend aan. "Samen met mij," komt er dan een aanvulling van de kant van Niels. "Of, als hij mij er om gevraagd heeft en ik het goed vind."

"Ja, en vooral dat laatste is dus belangrijk. Het mag van jou als Robin erom gevraagd heeft en jij het goed vindt. Het mag dus niet als Robin de bal zo maar meeneemt. Of als jij 'nee' hebt gezegd en hij het toch doet."

"Nee, tuurlijk niet!" antwoordt Sam. "Zoiets is niet eerlijk toch?"

"Inderdaad, zoiets is niet eerlijk. En in dit geval is het precies hetzelfde eigenlijk. Jasper wilde iets niet. Zijn vriend van toen wilde het wel en toen Jasper het niet wilde geven, begon Marcel erom te vechten. Echt te vechten."

"Maar dat mag toch niet?" dringt Niels aan.

"Nee. Dat mag niet maar mensen doen wel vaker dingen die niet mogen."

"Oh ja," zegt Niels. "Zoals toen Robin een keertje toch stiekem mijn bal meenam."

"Ik heb daarvoor toch sorry gezegd!" verdedigt Robin zich meteen.

"Ja.” Astrid trekt haar oudste tegen zich aan en drukt een kus op zijn haren. “Daar hebben we het toen met elkaar over gehad en Robin heeft beloofd dat hij het nooit meer zal doen. Marcel is waarschijnlijk, zoals Maarten al zei, heel erg kwaad geworden toen hij niet kreeg wat hij wilde van Jasper. Heel erg kwaad omdat hij het toch wilde. En daarom heeft hij, zo denken we, Jasper aangevallen. Als hij het dan niet kon krijgen van Jasper dan wilde hij Jasper kapot maken." De laatste woorden hebben duidelijk impact. Iedereen is stil. Niels begint als eerste heel zachtjes te huilen. Astrid drukt hem heel dicht tegen zich aan. Sam volgt en kruipt bij haar tante, die het meest dichtbij is voor haar, op schoot. Dan volgt ook Robin. Haar vrije arm slaat Astrid om hem heen en hij verbergt zich tegen haar aan. Maarten is de enige die niet huilt maar hij houdt wel heel stevig de hand van Marion beet. Ze kijken elkaar aan en geven elkaar een knipoog. In stilte zitten ze dan nog een tijdje bij elkaar.

Als de mannen terug zijn, begrijpen ze dat er zich intussen heel wat heeft afgespeeld in de kamer, want iedereen is enigszins bedrukt. Mededelingen over het 'zakelijke' gesprek worden er niet gedaan. Als Martin dan aangeeft dat hij een gigantische honger begint te krijgen, krijgt hij al snel vele medestanders. De dames inspecteren Pieters voorraad en geven aan dat daar wel iets van te maken is. Even later staan ze champignons te snijden, gehakt aan te braden en ga zo maar door. De uiteindelijke bedoeling is dat er macaroni op tafel gaat komen. De kinderen zitten voor de tv en bekijken een Disney-DVD terwijl de mannen de tuin ingaan.

Binnen een half uur staat er een goede maaltijd op tafel. De kinderen eten bij de lage tafel zodat ze tv kunnen kijken, want de film is nog lang niet afgelopen. Aan de grote tafel eten de volwassenen met genoegen en er wordt heel veel gepraat. Natuurlijk praten ze heel veel over Jasper. Pieter vertelt over hun kennismaking en hun gevoelens ten opzichte van elkaar en Marion vertelt over Jaspers coming out. Martin is nog steeds niet helemaal gelukkig met zijn rol hier in, maar uit alle reacties daarop blijkt dat men van mening is dat het resultaat, de coming out, het belangrijkste is. Pieter probeert Martin gerust te stellen door heel nadrukkelijk te zeggen dat Jasper zich absoluut niet onder druk gezet heeft gevoeld. Daarnaast praten ze ook over allerlei andere dingen alsof iedereen ervan doordrongen is, dat er ondanks het grote verdriet, dat hen allen raakt, toch meer is.

Jan vertelt dat hij gisteravond een korte correspondentie via e-mail heeft gehad met een van Jaspers klasgenoten. Als hij de naam van Cassandra laat vallen, weet Afie zich te herinneren dat Cassandra gisteren met haar gebeld heeft.

"Ja," vult Jan aan, "na het eerste gedeelte van de persconferentie in het nieuwsbulletin vond ze het verstandiger om met mij contact op te nemen omdat mijn e-mailadres en dergelijke niet voor niets gegeven waren, zo redeneerde ze. Uit haar getypte woorden begreep ik dat ze heel erg overstuur was en volgende week liever niet naar Engeland gaat voor de uitwisseling die gepland staat."

"Ja, dat is ook zo," verzucht Marion.

"Ik heb later nog met een lerares gesproken. Ene mevrouw Greveling."

"Dat is Jaspers mentor en een van de begeleiders van die reis," antwoordt Martin.

"Zij heeft vanochtend bijna alle leerlingen kunnen bereiken en dus staat er voor vanmiddag een bijeenkomst gepland. Ik heb toegezegd daar aanwezig te zullen zijn."

"Heel goed idee van haar om een dergelijke bijeenkomst te houden," luidt de reactie van Astrid. "Je hebt hier wel te maken met jongvolwassenen. Je kunt niet zomaar iets afzeggen of zeggen dat ze tegen heug en meug meemoeten." Allemaal zijn ze dezelfde mening toegedaan.

Als ze uitgegeten zijn, staan de heren erop de afwas te verzorgen. Afie laat zich echter niet uit de keuken verjagen en zorgt ervoor dat ze de scepter zwaait over haar werkvolk. Marion gaat de tuin in en neemt plaats op het trapje van de veranda. Even later voegt Astrid zich bij haar.

"Hoe gaat het met je?"

"Naar omstandigheden… aardig goed, moet ik zeggen. Ik heb pijn. Heel veel pijn maar ik laat me er niet door blokkeren. Jaspers lessen, en die van jou, werken op dit moment heel erg goed. Ik weet te aanvaarden dat dit is wat er is op dit moment: pijn en verdriet. En ondanks dat, blijf ik doen wat gedaan moet worden. Nou verkeer ik natuurlijk ook in een heel luxe positie, omdat dat kan. Afie helpt ons thuis en ook Jochem en zijn vriend zorgen daarvoor. Ik weet niet hoe het volgende week zal gaan, als alles weer zijn normale loop moet krijgen."

"Dat zien we dan wel."

"Ja."

"Desnoods, kan ervoor gezorgd worden dat dingen met externe hulp blijven draaien." Marion kijkt Astrid aan. "Ja, dat meen ik. Op dit moment moeten de zorg voor Jasper en die voor jezelf het meest belangrijk zijn. Mocht het zo zijn dat Afie weer naar huis moet, dan zorgen we ervoor dat er hulp van buitenaf komt. Hoe denk je daarover?"

"Dat zou echt heel erg mooi zijn want ik wil echt zoveel mogelijk bij hem zijn. Ik kan hem daar toch niet lang alleen laten?"

"Dat bedoel ik dus, Marion. Dat kan niet. Dat wil je niet als moeder. Zou ik ook niet kunnen. We hebben overeenkomsten. Ik ben ook moeder en volgens mij verschillen we niet veel in leeftijd van elkaar." Ze checken hun leeftijden en blijken inderdaad beiden in de eerste maand van dit jaar 38 geworden te zijn. "Kijk, dat soort dingen schept een band nietwaar?" Marion knikt. "Mag ik je nog een vraag stellen?" Opnieuw knikt Marion. "Het is wel een bijzondere en ik vraag me af, of ik me niet te veel op privéterrein begeef maar… zeg het gerust als je niet wilt antwoorden."

"Oké, laat maar horen." Astrid vraagt Marion hoe het zit met Maarten. Ze heeft gezien hoe ontdaan haar eigen kinderen waren zo voor het eten tijdens hun gesprek en ook Sam liet haar tranen de vrije loop maar Maarten niet.

"Voelt hij het niet, of heeft hij het idee dat hij zich groot moet houden?"

"Geen van beide. Heeft Pieter je verteld dat ik een bijzonderheid heb?" Astrid knikt bevestigend en geeft zijn woorden weer. "Ja, aardig samengevat. Ik voel dingen. Ik vraag er niet om, ga er niet naar op zoek en toch… toch voel ik dingen. Het is iets paranormaals zoals dat van een etiket voorzien wordt en… we hebben pas onlangs ontdekt, dat Maarten ook zoiets heeft. Bij hem is het niet voelen maar zien. Hij ziet dingen. We zijn er gisteren achter gekomen. De laatste tijd was hij erg onrustig. Hij droomde eng, dachten we maar… hij heeft diverse malen gezien hoe Jasper aangevallen werd."

"Nee toch!" roept Astrid verschrikt uit.

"Ja. Een harde realiteit voor hem."

"Hoe gaat hij daarmee om?"

"Hij is, nu hij weet wat het is dat hij ziet, er heel rustig onder want hij ziet nu ook positieve dingen en daarom huilt hij niet." Astrid begrijpt het niet helemaal en vraagt om een toelichting. Dan vertelt Marion dat Maarten Jasper heeft zien zitten in een pyjamajasje, rechtop zittend in een ziekenhuisbed en lachend. Ook vertelt ze, dat hij daarna haar gevraagd heeft om het te proberen te voelen, en dat ook zij nu weet dat Jasper niet zal komen te overlijden. Niet nu.

"Wow! Hier ben ik echt helemaal ondersteboven van, weet je." Marion merkt dat Astrid emotioneel van slag is en slaat een arm om haar heen. Dan begint Astrid te sniffen. "Echt," klinkt het door opkomende tranen heen, "hier ben ik zo vreselijk blij mee!"

"Begrijp je ons, dat wij het niet aan de grote klok hangen?"

"Ja, dat begrijp ik heel erg goed. Verdriet is een heel bijzondere emotie en die kun je niet voor anderen wegnemen. Ook niet met een vooruitziende blik, zoals Maarten die heeft en jouw voelen."

"Inderdaad. En daarom hebben we besloten het voor ons te houden. Voorlopig in elk geval."

"Ja, ik begrijp dat volkomen. Maar god, wat ben ik vreselijk blij ineens! Ik voel me echt heel erg gelukkig dat Jasper er door heen komt."

"Er is nog wel een bijzonderheid maar… dat kunnen we beiden niet goed traceren. Er is iets maar… "

"Voor mij is het allerbelangrijkste dat hij het er levend afbrengt. Voor jou?" Marion neemt de tijd hierover na te denken maar veel tijd heeft ze niet nodig.

"Voor mij ook. Ook al zou het betekenen dat hij… nou ja… niet over nadenken nog. Als hij maar blijft leven. Als ik hem maar weer kan zien lachen!"

"Denk je dat Maarten problemen gaat krijgen met zijn bijzondere gaven?"

"Misschien. Dat weten we niet eerder dan dat ze zich zullen voordoen, denk ik. Zelf heb ik wel heel veel problemen gehad vroeger."

"Mocht je het bij Maarten aan zien komen, dan weet ik iemand die je heel goed zou kunnen helpen." Dan begint Marion ineens breed te glimlachen. "Wat heb jij nou?"

"Het kringetje is helemaal rond nu."

"Sorry hoor, maar ik snap het eventjes niet."

"Je gaat me de naam noemen van mevrouw Van Heijningen, niet?"

"Heb je dat gevoeld?"

"Nee. Niet eens. Het is echt heel bijzonder dit, weet je. Toen Jasper zoveel jaar geleden in de problemen kwam, was er iemand die mij jouw naam noemde." Bewust laat Marion een stilte vallen. Ze ziet Astrid eerst denken en dan ziet ze hoe haar gezicht opklaart.

"En dat was… " Marion knikt.

"Ja, dat was mevrouw Van Heijningen. Ik ken haar al jaren. Zij heeft mij vroeger geholpen om te leren gaan met mijn bijzonderheden. En zij verwees ons naar jou, omdat jij heel goed met jongeren bent. En nu… nu verwijs jij op jouw beurt ons naar haar. Echt heel bijzonder."

"Kom, ik heb behoefte aan een knuffel. Jij?" Marion zegt niets maar koestert zich in de aangeboden armen en sluit die van haar om Astrid.

Wordt vervolgd…


Reacties zijn welkom op de site maar ook via mijn mailbox: lucky_eye2@yahoo.co.uk

©Lucky Eye, augustus 2011.
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de houder van het auteursrecht.

Gesloten