BLANCO deel 1 - hoofdstuk 3

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Lucky Eye
Berichten: 680
Lid geworden op: za 03 jan 2009, 19:35

BLANCO deel 1 - hoofdstuk 3

Bericht door Lucky Eye » wo 22 sep 2010, 16:31

BLANCO

Een verhaal van Lucky Eye

Disclaimer:
Dit verhaal is niet gebaseerd op feiten. Elke overeenkomst met gebeurtenissen, personen, plaatsen en tijden berust dan ook op toeval.



DEEL 1

Hoofdstuk 3

Na enige tijd houdt het zachte snikken van Jasper. Hij zegt dat Pieter hem wel weer los mag laten en bedankt hem voor het feit dat hij zijn verhaal mocht doen en de troost die hij heeft gekregen.

"Graag gedaan jongen. Je had het nodig om het te vertellen. Wil je een zakdoek? Ik heb er nog niet in gesnotterd."

"Graag." Jasper snuit zijn neus in de hem aangereikte zakdoek en veegt de tranen van zijn gezicht. Dan weet hij even niet wat hij met de zakdoek moet doen.

"Neem hem maar mee naar huis. Ik heb er genoeg."

"Ik doe hem thuis bij de was en zorg ervoor dat je hem terugkrijgt."

"Dan is er meteen een aanleiding voor een nieuwe ontmoeting," zegt Pieter met een olijk gezicht.

"Die was er sowieso wel hoor!"

"Ja ja," zegt Pieter met een enorm grote dosis ongeloof in zijn stem. "Maar was dit de eerste keer dat je je verhaal deed?"

"Vanavond heb ik het wel aan Bram verteld, want anders had jij het nooit kunnen vernemen, maar dat was nog met de nodige bravoure. Zo van, kijk eens wat ik gedaan heb."

"Je had het gevoel er toen nog buiten gelaten."

"Inderdaad. Ik wist dat toen nog te scheiden maar nu… nu lukte dat niet meer."

"En maar goed ook want zoiets is gewoon niet te scheiden van elkaar. Je hebt er thuis niet over kunnen praten?"

"Ik ben nog niet uit de kast en dan aankomen met zoiets is dan ook niet echt mogelijk wel?"

"Is misschien wat moeilijker maar… " Jasper neemt de tijd om over deze optie, die hij zelf niet gezien heeft, na te denken.

"Ja. Ik had het gerust kunnen doen realiseer ik me nu. Ik heb het me nu de afgelopen dagen vreselijk moeilijk gemaakt omdat ik het idee had dat ik er helemaal alleen voor stond en dat is niet zo."

"Je komt er wel door, Jasper. De herinnering zal misschien altijd pijnlijk blijven maar je houdt er niet iets wezenlijks aan over."

"Je praat heel wijs Pieter en toch heb ik begrepen, corrigeer me maar als ik het fout heb, dat je nog onervaren bent."

"Op het gebied van jongens en seks wel maar ik ga al bijna 28 jaar mee, weet je ook meteen mijn werkelijke leeftijd en kan ik nog meer tegenvall… Auw!" Dat laatste als reactie op een flinke stomp die hij van Jasper moet incasseren. "Kortom, ik heb het een en ander meegemaakt."

"Wil je er over praten?"

"Niet nu. Later misschien eens een keer."

"Oké. Hebben we alweer een reden om elkaar nog eens te ontmoeten."

"Je bedoelt… "

"Ben ik daar niet duidelijk genoeg in geweest dan?" vraagt Jasper met een brede lach op zijn gezicht.

"Euhhh… " Jasper staat op.

"Kom op man, laten we teruglopen naar het COC."

"Ik heb nog een vraagje als het mag." Jasper gaat weer zitten. "Ben je bij de politie geweest om aangifte te doen?" Jasper schudt het hoofd. "Dacht ik al."

"Vind je het stom? Had ik het wel moeten doen?"

"Ik kan me heel goed voorstellen dat je het niet hebt gedaan. Zou het zelf ook niet gedaan hebben denk ik en dat omdat je het voor mijn gevoel dan steeds weer terughaalt in je hoofd terwijl het beter is het kwijt te raken. Geldt dat ook voor jou?"

"Ja. Dat is ook voor mij de reden het niet te doen. Ik wil het kwijt. Ben heel blij dat ik er met jou over heb kunnen praten en zal het ook nog wel eens met mijn ouders bepraten maar dan wil ik het er nooit meer over hebben." Even is het stil. "Nooit meer!" wordt er nog eens heel stellig aan toegevoegd. "Maar nu gaan we verder. Kom op!" Slenterend vervolgen ze nu hun weg door het parkje en dan weer terug naar het gebouw van het COC in de Kamperstraat. Daar aangekomen blijven ze buiten wat besluiteloos staan totdat Jasper begint te praten. "Als je wilt, mag je mij wel wat te drinken aanbieden bij jou thuis." De ogen in Pieters hoofd worden zo groot als schoteltjes. "Ik meen het Pieter. Hoe ben je hier?"

"Met de auto."

"Waar woon je ergens?"

"In de buurt van Westenholte."

"Heb je een grote auto."

"Een stationcar hoezo?"

"Nou ik ben op de fiets en de enige voorwaarde die ik stel is dat je mij later vanavond, of beter gezegd vannacht, terugbrengt naar Zwolle en ergens afzet in de buurt van mijn thuis."

"Ik zet je af voor de deur!" zegt Pieter enthousiast omdat hij nu door heeft dat het de jongen volkomen ernst is en dat hij inderdaad met hem mee wil naar zijn huis.

"Dat lijkt me niet zo'n goed idee want ik ben nog niet uit de kast, weet je nog. Dus ergens in de buurt is prima."

"Wat jij wilt! Euhhh… even onze jassen ophalen en dan opstappen?" En zo doen ze maar als ze de hal van het COC inlopen komt Marcel net uit de bar gestormd, gevolgd door een aantal van zijn trawanten.

"Vieze vuile relnicht!" zo richt hij zich tot Jasper terwijl hij vlak voor hem plaatsneemt met zijn benen gespreid en de armen voor zijn borst gevouwen. "Heb je veel plezier gehad door mij voor schut te zetten hier?" Net op het moment dat Jasper zijn mond wil openen, neemt Pieter het woord.

"Hoe is het met je ballen? Doen ze nog steeds pijn?" In het groepje achter Marcel wordt er gegrinnikt. Woest draait Marcel zich om maar als hij de dader niet zo snel kan vinden, keert hij zich weer tot Jasper. Hij opent zijn mond en sluit hem ook weer. Nogmaals doet hij hem open maar… verder gebeurt er niets.

"Ach, zak toch in de stront," zegt hij dan en beent het gebouw uit. De anderen volgen hem.

"Oké," zegt Pieter. "Vond je het eng?"

"Niet echt."

"Maar goed ook. Als zo iemand niets anders kan uitbrengen dan dat wat hij opmerkte, zegt dat behoorlijk wat over zijn niveau. Volgens mij moet je blij zijn dat je hem kwijt bent."

"Dat ben ik ook. Kom laten we gaan." De jassen worden gehaald en dan haalt Jasper zijn fiets uit de stalling om vervolgens samen met Pieter naar diens auto te lopen die hij geparkeerd heeft in de parkeergarage bij het Maagjesbolwerk. De fiets gaat gemakkelijk achterin tussen de nodige rommel en het stof dat Jasper ziet liggen en waarvoor Pieter zich verontschuldigd.

De rit naar de Zalkerveerweg, westelijk van Westenholte, duurt nog geen kwartier. Als Jasper uitstapt, ziet hij een huis met twee verdiepingen en omgeven door een veranda. Een straatlantaarn is nergens te bekennen maar toen de auto de oprit opreed, ging de buitenverlichting automatisch aan. Staande naast de auto bekijkt hij het geheel aandachtig. "En bevalt het je?" vraagt Pieter.

"Ziet er goed uit." Maar als hij dan naar de voortuin kijkt, zegt Pieter hem dat hij dat beter niet had kunnen doen omdat hij voor het opknappen daarvan nog geen tijd heeft gehad. Om een beetje de draak te steken met Pieter drukt Jasper zijn handen tegen de zijkant van zijn gezicht - als waren het oogkleppen - om zodoende maar niets van de voortuin te zien. Pieter lacht.

"Je bent een malloot, weet je dat!"

"Zo hebben nog weinig mensen mij getypeerd maar… misschien heb je wel een beetje gelijk." Pieter zoekt zijn sleutels en steekt deze in het slot. Jasper leest intussen het naambordje onder de bel: P.I.M. Kemp Verhaeghe. Dan opent Pieter de deur en laat hij Jasper als eerste naar binnen gaan. Ze staan in een klein halletje waarop twee deuren uitkomen en aan de linkerkant een trapopgang is. De jassen worden opgehangen aan de kapstok en als de heer des huizes dan de deur naar de woonkamer opent, kijkt Jasper zijn ogen uit. Het woongedeelte is enorm hoog. Niks twee verdiepingen. Nou ja… niet in het voorgedeelte. Staande vanaf de plek waar hij staat ziet hij boven een balustrade. In dat gedeelte van het huis is dus wel een etage maar de ramen die hij van buitenaf zag, en op grond waarvan hij een huis met twee verdiepingen vermoedde, maken onderdeel uit van dit vertrek. Het dak wordt gesteund door drie enorme palen die - zo blijkt als Jasper ze van dichtbij bekijkt - echte boomstammen zijn. "Wow," is het enige dat de jongen uit weet te brengen als hij zijn blik opnieuw de kamer rond laat gaat.

"Bevalt het je?" Jasper kijkt echter nog steeds rond en heeft blijkbaar niets gehoord. "Hé dromer! Zeg me dan in elk geval wat je wilt drinken dan kan ik iets voor je inschenken."

"Euh… doe mij maar een cola als je hebt tenminste." Pieter loopt naar de keuken toe die links van de woonkamer is en een lager plafond heeft dan het woongedeelte. Jasper volgt hem en ziet een moderne keuken met een kleine tafel. Gescheiden van de keuken door verplaatsbare wanden is er een eetkamer met een massief eiken tafel waaromheen acht stoelen staan. Als Pieter twee glazen heeft gevuld, loopt hij terug naar de woonkamer en zet de glazen op tafel neer. Jasper komt even later ook. "Man je woont echt prachtig hier zeg!"

"Dank je. Het bevalt je dus?"

"Zeker. Ik vind hout prachtig. Meegegeven in de genen denk ik."

"Hoe bedoel je?"

"Mijn vader is begonnen als timmerman en heeft nu een eigen bedrijf. Hij is aannemer maar heeft altijd nog een enorme voorkeur voor ruw hout. In zijn schuurtje knutselt hij heel wat af."

"Oké, dan hebben jouw vader en ik ook wat gemeen dus."

"Jij knutselt ook graag dan?"

"Niet alleen dat maar ik heb er zelfs mijn beroep van gemaakt."

"Dat is helemaal prachtig! Wat doe je precies?" vraag Jasper als hij dan eindelijk gaat zitten.

"Ik maak houten meubelen op bestelling en repareer antiek houtwerk. Heel veel handwerk."

"Als m'n vader dat hoort, wordt hij enorm jaloers."

"Bevalt zijn eigen werk hem niet zo dan?”

“Dat wel maar de rompslomp eromheen niet zo: de boekhouding, het plannen en dat soort dingen."

"Is ook niet het leukste."

"Nee, maar het hoort er wel bij."

"Daarin heb je gelijk. Maar nu je toch eventjes zit, mag ik je nog wat vragen."

"Tuurlijk."

"Je weet dat ik bijna 28 ben en dat we tien jaar schelen?"

"Ja."

"En dat is geen enkel bezwaar voor je?"

"Nee. Ik zei je vanavond al eerder dat het voor mij niet uitmaakt maar ik zal het je duidelijker proberen te maken. Vanavond had ik eerst helemaal geen zin om uit te gaan. De hele afgelopen week heb ik me zo'n beetje teruggetrokken in mezelf. Ik was verdrietig, teleurgesteld, en wat al niet meer." Pieter wil iets zeggen maar Jasper belet het hem door zijn hand op te steken. "Ik weet wat je wil zeggen. Ja, een dergelijke reactie is logisch en ik weet het maar het moet ook niet te lang duren. En daarom besloot ik uiteindelijk om toch naar het COC te gaan. Het had lang genoeg geduurd. Ik wilde me voor niemand meer verstoppen en mocht ik Marcel treffen dan zou ik het aankunnen. En dus ging ik uit. Met alleen maar de bedoeling om te laten zien dat ik niet langer uit het veld geslagen was. Het liep, zoals je weet, allemaal heel anders. Er waren geruchten. Valse berichten. En als Bram er niet geweest was met een goede oplossing, had ik waarschijnlijk meteen rechtsomkeert gemaakt omdat ik niet geweten zou hebben hoe me tegen zoiets te wapenen. Zijn tegenactie leidde er toe dat ik me langzamerhand weer goed begon te voelen. In het begin was ik hartstikke zenuwachtig omdat ik totaal niet wist hoe het uit zou pakken natuurlijk maar het ging goed. Ik ging dus alleen maar uit om uit te gaan. Ik had geen enkele andere bedoeling. Had mezelf de laatste dagen ook bezworen dat ik nooit meer verkering wilde hebben omdat het pijn deed. Vreselijk veel pijn. En zoiets wil je toch niet?" Pieter knikt begrijpend. "Maar… dan ineens ben jij er. En je hebt me al een malloot genoemd en misschien is het ook wel enorm gek en totaal niet te verklaren maar bij jou had ik meteen een heel goed gevoel. Ik kreeg het gevoel dat je belangstelling voor me had, dat je me aan het versieren was en toen je zei dat je zo niet was, vond ik dat eigenlijk jammer. Want… door jou zou ik wel versierd willen worden." Jasper kleurt. "Het is misschien stom maar zo voelde het wel voor mij. Ik heb gewoon heel erg sterk het gevoel dat jij en ik aardig bij elkaar passen. We zullen heel erg veel van elkaar verschillen waarschijnlijk maar er zijn ook heel veel raakpunten, zo heb ik het idee. Vraag me niet waar ik dat op baseer want… " Jasper haalt zijn schouders op, "ik weet het echt niet! Totaal geen enkel idee maar er is een klik. En dus… vind ik het interessant om te kijken wat er mogelijk is. Ik vind jou leuk en als je mij ook leuk vindt, dan kunnen we toch proberen of we het samen leuk kunnen hebben? Gewoon proberen, kijken of het lukt zonder ons meteen vast te leggen op het een of ander. En daarbij maakt het leeftijdsverschil van tien jaar me helemaal niets uit. Totaal onbelangrijk. Mijn vader is tien jaar ouder dan mijn moeder en ze hebben een prima huwelijk." Pieter glimlacht en voelt dat het Jasper echt helemaal niets uitmaakt.

"Maar als je zegt gewoon proberen, kijken of het lukt zonder ons meteen vast te leggen op het een of ander dan bedoel je toch wel eerlijk naar elkaar toe en dan bedoel ik dat we dan niet afspraakjes met anderen maken en zo?"

"Dat bedoel ik ook."

"Is het voor jou niet bezwaarlijk dat je net een relatie achter de rug hebt?" Dit is iets waar Jasper even over na moet denken en die tijd neemt hij dan ook rustig.

"Geen enkel bezwaar. Als je uit een relatie zoals de die van mij komt is er helemaal niets dat je nog bindt. Zou de relatie heel goed geweest zijn en om een onduidelijke reden zijn beëindigd dan was het iets anders geweest maar nu niet. Nu absoluut niet. Begrijp je het?"

"Ja, ik begrijp je maar vind het nog steeds heel bijzonder dat jij iets met mij zou willen." Jasper staat op uit de stoel waarin hij zit en gaat naast Pieter op de bank zitten.

"Waarom?"

"Omdat ik nog bijna helemaal niets weet van… verkering, laat ik het maar zo noemen. Van jongens. Laat staan van seks met jongens."

"Ach, je weet vast wel iets. Je hebt toch wel eens porno gekeken," zegt Jasper met een glimlach terwijl hij zijn blik op Pieters gezicht richt. Eventjes is er iets van een blos waarneembaar op diens wangen maar dan zegt hij - zonder verder blikken en blozen - dat hij dat gedaan heeft en dat hij hoopt dat dat voor Jasper geen probleem is. Jasper lacht en verklaart dat volgens hem de meeste jongens daar hun eerste kennis vandaan halen. "Maar zou je het willen proberen met mij. Zou je het willen overwegen om samen een soort van verkenningsperiode in te gaan om te kijken of het iets kan worden tussen ons?" Pieter hoeft niet lang na te denken en zegt volmondig 'JA' op het voorstel van Jasper. De jongen is blij met het ontvangen antwoord en om de serieuze sfeer die er hangt te doorbreken, stelt hij een vraag: "Moet je me alleen nog even uitleggen wat jij in vredesnaam met acht stoelen rond de eettafel moet!" Pieter lacht en legt uit dat de tafel gewoon een beetje te groot uitgevallen is. Dan lachen ze beiden.

Wordt vervolgd…

Met dank aan Gerrit voor de correcties.


Reacties zijn welkom op de site maar ook via mijn mailbox: lucky_eye2@yahoo.co.uk

©Lucky Eye, september 2010.
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de houder van het auteursrecht.

Gesloten