NIEUW IN CALIFORNIË - hoofdstuk 5

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Lucky Eye
Berichten: 680
Lid geworden op: za 03 jan 2009, 19:35

NIEUW IN CALIFORNIË - hoofdstuk 5

Bericht door Lucky Eye » za 03 nov 2018, 12:02

NIEUW IN CALIFORNIE
Een verhaal van Ardveche, met zijn toestemming vertaald in het Nederlands door Lucky Eye.

Hoofdstuk 5 - Spanningen
De volgende morgen werd ik wakker door het lichte schudden aan m'n schouder. Gedurende de nacht had ik m'n rug naar Curtis toegedraaid, en hij was het die me probeerde terug te brengen in het land der levenden. Zoals ik al zei, ik ben geen ochtendmens, en hij had meerdere pogingen nodig voordat ik mijn ogen opende en me met een arm over mijn ogen op mijn rug draaide. "Wa?" reageerde ik, eerder gegrom dan een woord. "Tijd om op te staan Drew, of wil je dat je moeder je bij mij in bed vindt?" Zijn stem was zacht en erg dicht bij mijn oor. "Mm." Niet echt een reactie, maar ik wist wat het betekende. "Drew." Hij probeerde serieus te klinken, maar het werkte niet echt, en ik giechelde naar hem. "Mm." "Kom op, laat me je geen pijn doen."
En dit gezegd hebbende, porde hij z'n vingers in m'n ribben, proberend me te laten opschieten. Ik moest grote moeite doen om een kreet te onderdrukken. "Schoft." "Dat ben ik, en nu opstaan en smeer em." Ik draaide m'n gezicht naar hem toe, steunend op een elleboog, net als hij. Hij was nog mooier nu hij net wakker was. Waarom, waarom, waarom, nu ik hem hier zo had, was hij niet degene die ik wilde? Het was zo oneerlijk. Ik kon het niet helpen dat ik zag dat er bloed door het verband was gekomen en het grijze T-shirt had bevlekt. Ik huiverde, en hij had een wrange glimlach. "Curtis..." "Zeg het niet." "Maar..." "Sst," en hij legde een vinger op m'n lippen. "Nu serieus, ga." "Ik wil niet," zei ik een beetje knorrig, ik wilde hier bij hem blijven. "Pech."
"O, oké." Ik hielp mezelf uit bed, en hij hinnikte opnieuw bij de aanblik van mijn outfit. Met een snuif verliet ik de kamer naar die van mij. En geen moment te vroeg. Want terwijl ik de dekens door de war haalde, begon de douche beneden te stromen en wist ik dat mijn moeder er onder stond. Ik gooide mezelf onder de douche en voelde me iets meer mens. Ik begon m'n kleren voor die dag bij elkaar te zoeken. Het duurde ongeveer 30 minuten om me aan te kleden en m'n haar te doen, en opeens was ik tevreden met het effect. Ik draafde de trap af om te zien wat er gebeurde. "Morgen schoonheid," Lois lachte breed naar me toen ik binnen kwam. "Je moeder brengt net ontbijt naar Curtis. Hoe heb je geslapen?" "Heerlijk," beaamde ik.
"En hoe heeft de patiënt geslapen?" vroeg ze argeloos. "Hoe moet ik dat weten," antwoordde ik, wetende dat ze wist dat ik de nacht met hem had door gebracht. "Goed antwoord. Toast?" "Goed. Bedankt. Ik meen het." "Ik ben ook jong geweest, weet je," ze streelde m'n arm, en ging verder met m'n ontbijt. Ik ging zitten, en keek naar de krant zonder er iets van in me op te nemen, terwijl ik me meer wakker voelde dan de meeste ochtenden. "Morgen schat," zei moeder toen ze binnen kwam. "Hoi, hoe is het met Curtis?" Ik ben een bekwaam huichelaar. "Zo goed als verwacht. Een beetje stijf en zo, maar beter dan gisteren. Een goede nachtrust heeft hem goed gedaan. Hij wilde opstaan, maar hij mocht niet van mij." Ze schonk zichzelf een kop thee in, en kwam bij me zitten.
"Ik moet uitzoeken wat ik de school moet vertellen, want hij zal voorlopig niet naar school kunnen." Ze zuchtte. "Ik wou dat hij het me tegen iemand liet zeggen, maar hij zegt dat er niemand anders is dan
z'n vader." "Dus wat gaan we doen?" "Ik weet het niet. Ik heb een erg drukke dag vandaag. Ik kan voor morgen niets doen." "Wat me eraan herinnert," viel Lois in, "ik ook. Dit is m'n vrijwilligersdag, en ik moet zo meteen weg, dus kan ik onze gast vanmorgen niet verplegen. Maar ik ben vanmiddag terug om deze kleren te wassen." Ik keek naar Lois, en toen viel het kwartje, en een brede grijns verscheen op m'n gezicht. "Maar we kunnen hem niet alleen laten," zei ik.
En een gemene gedachte kwam bij me op, maar ik kon die oplossing zelf niet aandragen natuurlijk. "Dus wat doen we?" "Doe niet zo bedeesd Andrew, het staat je niet," berispte moeder me. "Ik ga Lois niet vragen om het af te zeggen, dus blijft me geen andere keus dan om jou vrij te laten nemen vandaag. Tegen beter weten in, wil ik opmerken." "Bedankt mam." "Nee, niet doen. Je weet net zo goed als ik hoe dat zal lijken op een nieuwe school. Ik ben hier niet blij mee." "Ik weet het mam, maar het is niet zo erg. Ik heb de hele middag sport, en voor de lunch studieles, dus eigenlijk mis ik maar twee lesuren." "En gistermiddag?" "Ja oké, dat ook, maar ik kan het opvangen, ik zweer het je." "Ik ben niet overtuigd." M'n moeders lippen zaten stevig op elkaar.
Toen kwam er een gedachte bij me op, Kate. Ik kon haar opbellen, en vragen of ze huiswerk voor me mee wilde brengen van de gemiste lessen. Ik voelde me een beetje lullig om haar opnieuw om een gunst te vragen, maar wat voor keus had ik? Ik wilde m'n moeder laten zien dat ik Meneer Verantwoordelijkheid was deze dagen. Een hervonden karakter. "Nou, ik moet gaan, anders raak ik mijn baantje kwijt, en dan zijn we helemaal nergens. Ik vertrouw je Andrew, gedraag jezelf, en wees behulpzaam voor Curtis, oké?" "Oké, mam, plezierige dag." Ze ging weg, en liet me alleen in huis met
Curtis. Ik keek op de klok, en realiseerde me dat als ik vlug was ik haar nog te pakken kon krijgen voor ze naar school ging.
Dus rende ik naar boven om haar nummer te pakken, en terug naar de zitkamer om haar te bellen. Hij ging naar het leek jaren over. "Hallo?" "Kate?" "Wie is dit?" "Drew." "O hoi, wat was er gisteren met je?"
"Lang verhaal." "Alweer een? Voor iemand die hier nog maar een paar dagen is zit je al tot over je oren in de lange verhalen, Drew." "Ik denk het. Eh, luister, kun je me een dienst bewijzen?" Ze zuchtte hevig door de telefoon, en even dacht ik dat ze zou weigeren. "Het hangt er vanaf, en je drijft nu wel door." "Ik weet het, sorry, echt, maar ik weet niemand anders die ik kan vragen." "Oké, gooi het eruit, en schiet op anders ben ik te laat. Maar ik wil een volledige verklaring na de tijd." "Kun je huiswerk voor me meenemen van gisteren en vandaag? Alleen vandaag ben ik er niet," verklaarde ik haar.
"Je bent er niet? Waarom niet?" Ik aarzelde met antwoorden en ze ging verder. "Laat me raden, het is een lang verhaal. Geef me je adres." Ze klonk gelaten, en ik voelde me schuldig om haar al deze dingen voor me te laten doen, zonder een degelijke verklaring te geven waarom ik haar nodig had. Ik bedankte haar overvloedig en zei dat ik het op een dag goed met haar zou maken. Maar alles wat ik kreeg was een nieuwe zucht en 'ja goed'. Ik hing op, en na een tijdje op mijn nagel te hebben gebeten, ging ik naar boven om bij Curtis te kijken. "Wat ben jij aan het doen?" vroeg ik toen ik binnen kwam, en hem bijna
aangekleed op de rand van het bed vond, proberend de knoopjes van het overhemd dat ik hem geleend had, dicht te doen.
"Opstaan. Waarom ben je niet op school?" "Ik mocht van moeder thuis blijven om op jou te letten." "Ik heb geen zuster nodig." "Onzin. Terug in bed." "Of ik orders van jou aanneem," redelijk punt. "Oké, je kan opstaan, maar je moet rustig aan doen." "Ik moet naar huis..." "Nee, dat kun je niet!" viel ik in, voor hij verder kon gaan. Ik kon hem niet naar huis laten gaan en hem weer onder de handen van z'n vader
laten vallen. Ik moest hem lichamelijk tegenhouden. Dit zou ik niet laten gebeuren. "...om enkele dingen op te halen. Mijn vader is er niet, maak je geen zorgen." Hij eindigde met een licht ophalen van z'n schouders, dat zei dat het hem niet uit maakte of hij er nu wel of niet was. "O, maar je bent nog zwak. Je blijft hier en vertelt maar wat je nodig hebt."
"Dat is lief van je Drew, maar ik denk niet dat het werkt, vriend." "Nou, dan ga ik met je mee." "Niet nodig." "Dat is wel nodig, wat als je weer flauwvalt? Wat dan? Wat als hij er wel is? Nee, ik laat je niet alleen gaan. Ik zou je helemaal niet moeten laten gaan, m'n moeder zal me vermoorden." "Dat, m'n vriend, is jouw probleem." Hij ging onzeker staan en wankelde licht, z'n hand op het nachtkastje leggend om zichzelf te ondersteunen. "Zie je, ik ben oké." Hij lachte zuur, en ik zei niets. Ik keek hem alleen maar aan met de meest strenge blik die ik op kon brengen. "Oké, als je er op staat om te gaan, dan rijd ik," en ik greep z'n autosleutels. "Kom op, voor ik van gedachten verander." Hij redde het de trap af en naar z'n auto toe zonder veel moeite, maar hij ademde hevig en moest een tijdje op de auto leunen voor hij z'n adem terug had.
"Gaat het? Dit is zo stom om te doen." "Geef me de sleutels en blijf hier." "Je bent zo verrekte halsstarrig." "En daarom hou je van me." Ik kon hem niet in z'n ogen kijken. Ik wist dat hij een grapje maakte, maar na wat ik hem over Tyler had verteld, en wat ik dacht dat hij de vorige nacht had gezegd, kon ik het niet. Ik voelde me afschuwelijk, maar gleed in de stoel. Hij wees me de weg terwijl ik reed, maar we hadden nog maar een klein stukje gereden, toen hij vroeg om te stoppen. "He, stop hier wil je? Ik heb sigaretten nodig." Hij wees naar een geriefelijk winkeltje, iets verder weg. Ik reed naar een parkeerplaats en hij zocht in z'n zakken naar geld. "Shit, ik heb m'n geld bij jouw laten liggen." "Ik haal ze wel. Wat voor merk?" "Marlboro rood, bedankt vriend, ik betaal je terug." ""t Is oké."
"Nee, dat is het niet. Ik heb geen liefdadigheid nodig, ik betaal je terug." Hij kon soms zo onuitstaanbaar zijn, maar ik was niet in de stemming om er tegen in te gaan, dus gaf ik toe. "Goed, wacht hier." Ik stapte uit, en stak de weg over naar de winkel. Ik ben denk ik de belichaming van onnozelheid, en jullie hebben het vast allemaal zien aankomen, maar ik was verbluft toen ik terugkwam en zag dat de auto verdwenen was. Dus stond ik daar als een totale idioot aan de kant van de weg met een pakje sigaretten, en ik rook niet eens, vastgeklampt in m'n hand. Wat moest ik doen. Het was duidelijk dat hij niet terug zou komen voor me, dus deed ik het enige wat ik kon doen, en liep terug naar huis in de hoop dat hij daar zou komen opdagen. Ik was bezorgd. Hij was niet fit genoeg om daar alleen heen te gaan, en al
helemaal niet als de mogelijkheid er was dat z'n vader er kon zijn.
Mijn moeder zou me hierom vermoorden. Hoe kon hij me dit aandoen. Ik liep al trappend tegen dingen terug naar huis, en ondertussen vervloekte ik hem en mijn eigen stommiteit. Het was bijna 10 uur toen ik terug was bij huis, maar er stond geen auto op de oprit, en het huis was leeg. Als ik wist waar hij woonde, kon ik misschien iets doen, maar hij had het me nooit verteld. Ik ijsbeerde en vrat mezelf op, en dacht eraan om m'n moeder of Lois te bellen. Ik werd steeds ongeruster, en de tijd kroop voorbij. Ik probeerde een boek te lezen, maar de woorden drongen niet tot me door, dus ging ik naar de keuken om koffie te zetten, en keek naar de klok terwijl ik wachtte tot het klaar was. Bijna 11 uur en nog steeds niks. Toen hoorde ik het geluid van banden op de oprit, en m'n hart sloeg over. Goddank. Ik sprong naar de voorkant van het huis maar stopte meteen.
Het was niet Curtis' rode Ford die was gestopt, maar een blauwe BMW, en achter het stuur zat Tyler Ellis, met Kate naast hem. Ze stapten allebei uit en keken me aan. Ik was verbijsterd, en stond met m'n mond
wijd open op de stoep. "Je ziet er niet echt ziek uit vriend," zei Tyler, me van top tot teen bekijkend. "Dus wat is er aan de hand?" "Wat doe je hier?" Vriendelijk he? "Kate was bezorgd om je en vroeg of ik haar hier naartoe wilde rijden. En nu ben ik ook bezorgd om je, je ziet eruit als een wrak." Tyler was
bezorgd om mij? Ik weet dat dit me een slecht persoon maakt, maar voor een moment vergat ik hoe angstig ik was dat er iets met Curtis was gebeurd. Toen kwam ik terug in de werkelijkheid. "Kate, weet jij waar Curtis woont?" "Curtis wie?" vroeg Tyler. "Reid," zeiden Kate en ik tegelijk "De schone slaper? Waarom wil je weten waar die loser woont?" "Hou je kop Tyler," snauwde Kate.
"Hij is geen loser," zei ik gelijktijdig. Tyler keek van de een naar de ander met een gezicht vol vraagtekens. "Kan iemand mij vertellen wat er aan de hand is?" "Ergens aan de andere kant van de stad. Wilmott denk ik," pijnigde Kate haar hersens. "Shit, maar ik weet het niet zeker, ik ken niemand anders
die het wel weet." "Oké, ik weet nog steeds niets," zei Tyler. "We moeten er naartoe. NU," zei ik, hem compleet negerend en Kate met smekende ogen aan kijkend. Ze knikte beslist en draaide zich om naar
Tyler. "We gaan." "Echt niet. Je wilt misschien meegaan op deze ganzenjacht, maar ik wil eerst weten waarom we gaan, voordat ik ergens naartoe ga, en het is mijn auto." Ik wist dat ik hem een soort verklaring schuldig was, hem en Kate, dus knikte ik. "Dat vertel ik je onderweg wel, en kijk uit naar z'n auto, een rode Ford."
"Goed, stap in." Hij was er niet blij mee, maar iets in mijn stem moet hem overtuigd hebben dat ik niet als een kip zonder kop praatte. We stapten in, en reden in dezelfde richting als Curtis had gedaan. "Oké,
we rijden, vertel." "Oké, Jeez, als hij wist dat ik je dit vertelde is hij des duivels. Maar kijk, Curtis’ vader heeft hem gisteren in elkaar geslagen, oké. Hij is me ontglipt, en is daar naartoe gegaan, en hij kan bijna niet staan." "Waarom was hij eigenlijk bij jou?" "Ik zag hem tijdens de lunch, en hij zakte in elkaar, en mijn oma heeft hem verzorgd. Hij was bont en blauw. Ze was vroeger verpleegster." Ik denk dat dit dicht genoeg bij de waarheid zat zonder teveel te vertellen. "O God," mompelde Kate van de achterbank. "De arme jongen." "Ja," bevestigde Tyler. Maar hij klonk minder bezorgd dan Kate. Goed genoeg dacht ik, hij wist amper wie Curtis was. "Dus je hebt vrij genomen om voor hem te zorgen, huh?" Hij reed een straat in met vrij kleine, haveloos uitziende huizen.
"Nou, hij heeft geen andere familie, en m'n moeder moest werken." Op dat moment maakte het me niet uit wat Tyler er van dacht. "Dat was goed van je." Dat was niet het antwoord wat ik verwachtte, maar
het leven zit vol met verrassingen. "Dit is de straat. Is dat de auto?" Hij wees naar een rode auto die aan de andere kant van de straat geparkeerd stond. "Ja. Dat is hem. Goddank." We stopten, en ik sprong uit de auto en stak de straat over. Ik keek niet eens of de andere twee me wel volgden of niet. Ik wilde alleen Curtis vinden, en zeker weten dat hij in orde was. Ik rende naar de deur en bonsde er een paar keer op. Er kwam geen geluid van binnen. "Curtis," schreeuwde ik tegen het hout. "Curtis, ben je daar?" De deur werd opengegooid door een lange dikke man, met een donkere blik in z'n ogen. Ik deinsde terug.
"Wie ben jij, verdomme?" "Ik ben Curtis' vriend, waar is hij?" Ik was niet in de stemming om vriendelijk te zijn. Dit was de schoft die mijn vriend had geslagen met een riem. Geslagen tot hij niet meer kon staan. "Flauwekul. Die kleine flikker heeft geen vrienden." Hij was denk ik 30 of 35 kilo zwaarder dan mij, maar ik was zo kwaad, dat ik niet normaal kon denken. Ik probeerde bij hem langs het huis binnen te gaan, maar hij duwde me gemakkelijk terug, en ik viel op m'n rug. "Dus jij bent de neuker?" Hij deed een stap uit huis, vuisten gebald, en ik zag als in een vertraging, dat hij mij ook in elkaar zou slaan,
omdat ik degene was waar zijn zoon over gepraat had de vorige avond. "Ophouden!" klonk een stem achter me. Een zelfverzekerde stem. Eén die gewend was om mensen te vertellen wat ze moesten doen, en het ze te laten doen. "Neem iemand van je eigen lengte, klootzak." Tyler! Tyler kwam me redden. Curtis vader keek naar Tyler om hem te vervloeken.
"Sodemieter op jongen." "O, je bent zo stoer als iemand niet terug kan vechten. Toch? Nou, kom
op, sla me maar. Ik smeek je. Geef me een excuus." Tyler was net zo lang als hij, maar minder stevig. Hij had solide spieren, en deze man had een paar extra kilo’s. "Jongen, ik breek je verdomde nek!" "Ja, misschien moet je eerst je riem pakken voor we beginnen, huh? Dat is meer jouw stijl." Ik was verbaasd hoe zeker z'n stem klonk. Ik ging staan met een kreun. "Godver, stelletje flikkers, sodemieter op hier," en hij sloeg naar Tyler, die dook en hem met gemak ontweek. "Grote vergissing. Grote verdomde vergissing." Hij sprong vooruit en plaatste een half dozijn klappen, voordat de oudere man de kans had om te reageren.
Hij viel op z'n knieën en terwijl hij naar adem hapte liep er bloed uit z'n gebrokén neus. "Haal Curtis," schreeuwde Tyler naar me terwijl hij terug sprong, zonder z'n ogen van Reid af te wenden, die kwader was dan ooit. Ik aarzelde een moment en rende toen het huis binnen, gevolgd door Kate die achter Tyler had gestaan totdat de eerste klap viel. Ik hoorde een schreeuw van buiten, en ik was doodsbang dat de man Tyler pijn zou doen, en dan achter ons aan zou komen. Waar was Curtis verdomme? "Curtis," riep ik z'n naam opnieuw. "Curtis!" riep ook Kate, de andere kant oplopend. "Shit Drew! Hier, in de keuken, snel." Ik rende door de hal naar de keuken, waar ze neergeknield zat bij een uitgestrekte Curtis. Mijn hart sloeg over. Toen kreunde hij en probeerde te bewegen. Zijn gezicht zat onder het bloed, en z'n ene oog was blauw. We waren te laat. Nu was ik des duivels en had een rode waas voor m'n ogen.
"Help hem overeind." En zonder te wachten of ze dat deed, rende ik weer naar buiten. Reid leunde tegen het huis, en terwijl hij z'n buik vasthield, stroomde er nog steeds bloed uit z'n neus. Toen ik naar buiten kwam spuwde hij een mond vol bloed tegen het glas. "Neem hem maar mee. Naar de hel met hem." Z'n stem klonk een beetje onzeker, en hij zag er beroerd uit, maar ik voelde totaal geen sympathie voor z'n welzijn. "Schoft!" en ik viel hem aan, sloeg op z'n lichaam, en stootte mijn knie in z'n maag. Hij zakte makkelijk ineen, en toen sloeg ik op z'n lichaam en hoofd. Ik vocht als een idioot tot Tyler me van achteren vastpakte en me van hem aftrok. "Laat me los, klootzak, laat me los," schreeuwde ik naar hem, en worstelde om los te komen, maar hij liet me niet gaan.
"Drew. Drew! In Godsnaam, rustig man. Hij staat niet snel op. Rustig aan, je hebt hem goed geraakt." Z'n grip verslapte iets toen Curtis naar buiten kwam, mank lopend en hevig leunend op Kate. "O kut." Tyler’s stem klonk verslagen, en ik draaide me om, om z'n gezicht vol afgrijzen te bekijken. Hij liet me los om Kate te helpen, en half lopend en half dragend liepen ze over het pad. "Drew!" bracht hij me terug in de werkelijkheid, "autodeur, vriend, nu." Ik liep naar de auto, maar stopte door een schorre Curtis. "Doos. Op het bed." "Vergeet het," instrueerde Tyler, en ik denk dat het de eerste keer was dat hij vierkant werd tegen gesprokén. "Nee, daar kwam ik voor," en Curtis probeerde los te komen. "Shit. Drew, pak die doos, vlug." En in tegenstelling tot Curtis, deed ik meteen wat me werd opgedragen, en rende het huis weer in, langs de kreunende vader.
Ik vond de doos snel, staand op een bed in een groezelige kamer aan de achterkant van het huis, pakte hem en draafde terug naar de auto. Curtis zat al op de achterbank van Tyler’s auto. "Neem Curtis' auto," zei Tyler. "Is hij in orde?" vroeg Kate, en ik realiseerde me dat ze Curtis' vader bedoelde. "Wat kan jou dat schelen," antwoordde ik, en opende de deur van de andere auto. "Hij is oké, niet meer dan hij verdient. Laten we gaan voordat iemand de politie belt." Tyler was verstandiger dan een van ons. Een goed iemand om in een crisis bij je te hebben. Toen viel me op dat hij niet ongeschonden uit de strijd was gekomen. Reid had hem tenminste een klap gegeven, en m'n maag keerde om bij de gedachte waar ik hen bij betrokken had.
Ik stapte in de auto en greep het stuur. Ik zat een paar seconden hevig te ademen, en was toen kalm genoeg om te rijden, en volgde Tyler. Ik lette niet op waar hij naartoe reed, en was verrast toen hij bij mijn huis stopte. We stopten allebei op de oprit, en ik stapte uit om hem te helpen om Curtis naar binnen te brengen. "Hij heeft een dokter nodig," stelde Tyler vast. "Nee," kreunde Curtis. "Maar hij is er verdomde stom over. Waar is je telefoon?" "Daar," wees ik. Maar mijn aandacht was de meeste tijd bij Curtis, die opnieuw was neergezakt op de bank. Kate depte het bloed van z'n gezicht met een zakdoek. Tyler liep met grote stappen naar de telefoon en draaide vlug een nummer, en toen was er een pauze.
"He Joyce, is m'n vader daar?"
Zijn vader? Waarom wilde hij z’n vader erbij betrekken? "Bedankt." Hij wachtte opnieuw, en ik wilde net vragen wat er aan de hand was, maar hij hief z'n hand op en gebaarde dat ik stil moest zijn. Ik luisterde zwijgend naar zijn deel van de conversatie. "Hoi pap. Nee, met mij is het goed. Ik heb een probleem, hoewel. Ja. Ja. Erg slecht. Ja. Wil je dat? Nee. Nee! Ja, 26?" Hij keek naar mij voor een bevestiging en ik knikte. "Ja, Chestnut 26. Oké, 20 minuten? Ja. Dag." Hij legde de hoorn neer, en keek ons aan. "Mijn vader komt eraan." "Tylers vader is dokter," legde Kate uit, opkijkend vanuit haar geknielde houding bij Curtis' hoofd. Hij ademde diep, en leek nauwelijks bij bewustzijn. Zijn ogen waren open en hij keek naar Tyler, maar z'n blik leek niets te zien.
Nu Kate z'n gezicht een beetje had schoongemaakt, kon ik zien dat al het bloed op z'n gezicht uit een snee boven z'n blauwe oog kwam. Op het eerst gezicht leek hij er niet minder erg aan toe dan gisteren, maar in zijn zwakke conditie zag hij er afschuwelijk uit. Ik wilde wedden, dat de klap op z'n gezicht degene was die hem geveld had en dat z'n vader hem daarna nog een paar stompen had gegeven om zeker van z'n zaak te zijn. "Ik wou dat ik je die klootzak had laten vermoorden." Tyler legde zijn hand op m'n schouder. Ik keek hem een moment aan en toen, ik wist niet wat er gebeurde, stortte ik in. "O God, het is allemaal mijn schuld!" jankte ik en de tranen begonnen langs m'n wangen te lopen. "Waarom ben ik ook zo stom?" Tyler keek verbijsterd, maar hij kneep in m'n rechter schouder en legde z'n andere hand op m'n linker arm. "Nee, dat is het niet. Je hoeft jezelf niet de schuld te geven."
"Jawel, ik had hem nooit moeten laten gaan. Het is allemaal mijn schuld." Wanhopig wilde ik dat hij me vasthield en me troostte. Toen voelde ik een golf van schuld, hoe zelfzuchtig die gedachte was terwijl
Curtis daar in zo'n vreselijke conditie lag. En ik kon alleen maar denken aan m'n eigen pijn, en hoe Tyler die weg kon laten gaan. "Nee," sprak Curtis snel, proberend z'n hoofd op te lichten en ons aan te kijken. "Niet bewegen," zei Kate, hem terugduwend op de bank. "En jij stopt hier onmiddellijk mee, je helpt niemand met deze voorstelling. En Curtis al helemaal niet." Ze klonk precies als m'n moeder toen ze dat
zei, en ik probeerde mezelf onder controle te krijgen. Tyler glimlachte naar me en kneep opnieuw in m'n arm, liet toen los, liep naar de bank en knielde naast Kate neer.
"Curtis, hoeveel vingers houd ik omhoog?" Hij hield drie vingers voor de achteroverliggende jongen z'n ogen. "Drie." Z'n stem klonk zwak. "Goed gedaan vriend. Blijf bij me, ga niet slapen. Mijn vader kan hier
elk moment zijn, oké? Hoor je me?" "Ja." Het was pijnlijk om naar hem te luisteren. Het maakte niet uit wat hij zei, het was mijn schuld. Ik moest voor hem zorgen. Tyler knipte een paar keer met z'n vingers voor z'n gezicht. "Blijf bij me," zei hij een paar keer, en vroeg Curtis een paar gewone vragen, zoals wat z'n naam was, waar hij was, alleen om hem wakker te houden en om hem te laten praten. Eindelijk hoorden we een klop op de deur en Tyler stond snel op om open te doen. Ik voelde me totaal zinloos, hier zo maar te staan. Hij kwam terug met een oudere uitvoering van hemzelf in een blauw pak. Een lange man met grijzend haar, maar onmiskenbaar Tyler’s vader. Dezelfde regelmatige trekken, en
dezelfde koele blauwe ogen.
Hij was heel zakelijk toen hij bij Curtis neerknielde en z'n tas op de grond zette. "Wat is z'n naam?" "Curtis," zeiden we alle vier, maar eentje iets zachter dan de anderen. "Curtis, ik ben Dr. Ellis en ik wil dat je je concentreert op mijn stem. Kun je dat voor me doen?" Zijn stem was zacht, maar autoritair en ik kon zien waar Tyler bepaalde karaktertrekken van had. "Ja." Z'n stem had iets aan kracht gewonnen, maar was nog steeds zacht en trillend. "Oké, kan iemand van jullie me vertellen wat er vandaag gebeurd is? Tyler, help me om z'n overhemd uit te trekken." Het overhemd van Curtis uittrekken leek hier een gewoonte te worden. Ik denk dat het voor mij gold om de dokter achtergrondinformatie te bezorgen. "Um." "Jij bent?" "Um, Andrew Quinn meneer." "Oké, begin maar Andrew."
"Um, gisteren stortte hij in tijdens de lunch, en heb ik hem hier gebracht, omdat m'n oma verpleegster is geweest, en zij heeft naar hem gekeken. Z'n vader had hem toegetakeld, geslagen en daar een riem bij
gebruikt. We hebben de wonden verbonden en zij dacht dat het met de rest wel in orde zou komen. Hij zag er vanmorgen een stuk beter uit, maar hij was nog steeds zwak." "Ga verder." "Maar vandaag stond hij er op om naar huis te gaan om wat spullen op te halen en ik denk dat z'n vader hem daar getroffen heeft, en hem opnieuw geslagen heeft." Mijn stem brak aan het eind van die zin, en ik moest stoppen met praten. "Bedankt. Curtis? Wat is er vandaag gebeurd?" Curtis gaf geen antwoord, dus stelde hij de vraag opnieuw, uitleggend dat hij hem niet kon helpen als hij niet wilde vertellen wat er vandaag was gebeurd.
"Stompte me," mompelde Curtis uiteindelijk. "En sloeg nog meer." Hij sloot z'n ogen, en probeerde z'n hoofd weg te draaien van de kamer naar de rugleuning van de bank, en ik kon zien dat er tranen langs z'n gezicht liepen. Tyler en de dokter hadden zijn bovenlichaam ontbloot. Hij was zo slap als een lappenpop, en ik hoorde Kate en Tyler hun adem inhouden toen ze zagen hoe hij eruit zag. "Doe je ogen open." De dokter had een van die medische lantaarntjes gepakt, hield een van Curtis' oogleden omhoog, en scheen ermee in de groene diepte. "Je hebt een lichte hersenschudding jongeman, maar daar ben je zo van genezen. Je lichamelijke verwondingen baren me meer zorgen." Hij ging verder met het verband weg te knippen dat Lois had aangebracht, en onderwierp het bovenlichaam aan een snel onderzoek. "Willen jullie allemaal de kamer verlaten, ik denk dat Curtis een beetje privacy wil, voor ik hem verder ga onderzoeken."
We liepen gehoorzaam naar de keuken om te wachten. "He Drew, heb je een verbanddoos?" vroeg Tyler toen we gingen zitten, en voelde voorzichtig aan de snee in z'n wang. "Die vent heeft me geraakt met z'n ring." Voor het eerst had ik aandacht voor hoe Tyler eruit zag. Z'n haar zat door de war, en het zakje van z'n overhemd hing los. Het enige lichamelijke was de snee. Ik verwonderde me erover hoe dapper hij
was geweest in het trotseren van Curtis' vader, en het redden van mij van hetzelfde pak slaag als wat Curtis had gehad. Hoewel ik het graag gekregen had als ik Curtis daarmee een nieuw pak slaag had bespaard. "Um, jazeker." Ik pakte de verbanddoos uit het medicijnkastje en gaf het aan hem. "Tyler, bedankt voor vandaag. Hartstikke bedankt. En jij ook bedankt Kate. Ik ben jullie beiden iets schuldig."
"Maak je er geen zorgen over Drew, als ik geweten had hoe erg het was, was ik niet zo'n trut geweest vanmorgen," zei Kate.
Ik kon niet geloven dat ze zich verontschuldigde tegenover mij, na alle problemen die ik haar bezorgd had. "Jij weet hoe je een eerste indruk moet maken Drew." Tyler schudde z'n hoofd naar me, en glimlachte toen hij voorzichtig de pleister aanbracht. "Dit maakt dat ik je voorlopig niet vergeet." "God, ik vind het zo erg Tyler. Het was niet mijn bedoeling dat dit zou gebeuren, echt niet." "Geen probleem. Hij heeft meer nodig dan verband." Hij lachte breed. "Je was een beest daar, wat gebeurde er?" "Ik weet het niet. Ik zag rood. Ik dacht niet na, en wilde hem alleen maar pijn doen." "Missie voltooid. Herinner me eraan je nooit kwaad te maken." "Doe ik...ik bedoel, ik heb me nog nooit zo gedragen. Ik haat geweld." Ik voelde de tranen opnieuw komen en vocht er tegen. Ik wilde niet weer gaan huilen waar hij bij was, dat zou afschuwelijk zijn.
"Ik weet het, mak als een lammetje. Dat bleek, killer. Doe rustig, oké?" En hij legde z'n hand op m'n arm toen hij dat zei, en m'n hele lichaam trilde door die aanraking. "Willen jullie iets drinken of zoiets?" "Is dat niet mijn taak, als gastheer?" Er begon een verschrikkelijke hoofdpijn op te komen, en m'n handen trilden. "Ja, maar je trilt als een blad Drew. Laat de vrouw het doen, zorg voor deze brave jongens." Kate stond op, en liep naar de koffiepot. Ze zette koffie, en we dronken het in stilte op toen Dr. Ellis uit de kamer kwam. "Wil je mij ook een kop inschenken Kate?" Hij pakte Tyler bij z'n kin, en draaide z'n hoofd heen en weer om hem in het licht te bekijken. Waarom kon ik dat niet doen? Tevreden dat z'n zoon oké was, zette hij z'n tas neer, en pakte een stoel.
"Ik heb Curtis een kalmeringsmiddel gegeven, hij slaapt nu. Ik heb hem toegedekt met dat kleed dat er lag. Ik hoop dat dat goed is?" zei hij tegen mij, refererend aan Lois naaiwerk. "Ja, dat is goed. Bedankt voor alles, Dr. Ellis. Het was hartstikke goed van U om meteen te komen. "Dat zul je niet zeggen als je mijn rekening hebt gezien." "Rekening?" De dokter en Tyler barsten allebei in lachen uit, toen ze de
uitdrukking op m'n gezicht zagen. "Nu Andrew. Curtis weigerde me hem te laten opnemen ter observatie, maar ik wil hem over een paar dagen laten testen om er zeker van te zijn dat er geen permanente schade is.
En ik wil dat er naar die ribben word gekeken. Ik denk wel dat ze vanzelf genezen als hij rustig aan doet, maar ik denk toch dat er naar gekeken moet worden. Hij is vreselijk toegetakeld, maar het zijn over het algemeen blauwe plekken, en het is pijnlijk, maar het zal snel genoeg genezen. Hij moet in de gaten worden gehouden en voorzichtig behandeld. Ik denk dat de emotionele schade erger is, veel erger. Hij geeft zichzelf de schuld van wat er is gebeurd. Kan hij hier zolang blijven?" "Hoe kan hij zichzelf de schuld geven," zei Tyler voor ik m'n mond kon open doen. "Mensen in zo'n situatie doen dat vaak Tyler. Nu Andrew, kan hij hier blijven?" "Ja, m'n moeder en oma vonden het goed dat hij bleef. Mijn oma is
verpleegster." "Dat had je gezegd. Ze heeft goed werk verricht gisteren."
"Wat doen we met z'n vader?" vroeg Tyler. "Dat ligt aan Curtis. Hij is 18, dus is hij eigen baas. Persoonlijk zou ik hem aanklagen voor mishandeling, maar hij weigerde gladweg, en ik kan hem niet dwingen." "Ik wist niet dat Curtis al 18 was." Ik was verbaasd, ik dacht dat hij net zo oud was als ons. "Hij is blijven zitten," antwoordde, de houder van alle informatie van iedereen op McKinley High, Kate.
"Oh." "En voor jullie drieën, ik zou kwaad moeten zijn voor het doen van zoiets stoms, maar gezien de staat waarin deze arme jongen verkeert, hadden jullie geen keus. Andrew, Curtis heeft een goede vriend aan jou, en dat is wat hij nu meer nodig heeft dan iets anders, steun, begrepen?" "Ja meneer."
"Tyler je weet dat ik geen geweld behandel, dus die snee, komt naar mag ik aannemen omdat je gestruikeld bent en ik wil dat je er niets meer over zegt. Oké?" Tyler knikte en grijnsde naar z'n vader. "Ik neem aan dat waar je over gestruikeld bent er erger aan toe is?" "Dat is het." Dr.Ellis knikte, en toen was het onderwerp gesloten, en was hij weer zakelijk. "Goed. Dan ga ik nu terug naar mijn praktijk en m'n betalende klanten. Tyler jij blijft bij Andrew en Curtis. Andrew, je ziet er afgepeigerd uit. Neem een kop hete thee en een paar aspirientjes, en ga liggen in Godsnaam. Kate ik geef je een lift naar school. Geen tegenstribbelingen van een van jullie." Hij pakte z'n tas en liep de keuken uit. Kate haalde haar schouders op, en volgde hem.
"Je huiswerk ligt in Tyler’s auto Drew," riep ze toen de deur achter hen sloot. Ik keek in stilte naar ze toen ze wegliepen, en plotseling voelde ik me niet op m'n gemak, keek naar m'n mok, niet bij machte
Tyler aan te kijken. "Eindelijk alleen," zei hij gniffelend. Ik keek verschrikt op en zag z'n oogverblindende grijns en z'n ogen glinsterden van plezier. "Gevoelige snaar geraakt, huh?" "Um." "Geen paniek vriend. Ik ben niet doof en, in tegenstelling tot wat iedereen denkt, niet dom. Ik hoorde wat die vent zei, en ik zag hoe je reageerde, en hoe bezorgd je om hem was." Ik wist niet wat ik daarop moest zeggen en kon het niet ontkennen. "Tyler..." "Het maakt mij niet uit Drew. Ik zag vandaag een persoon die een betere
vriend is dan ik ooit zal zijn. De rest maakt niet uit."


©original text: Ardveche
©Nederlandse vertaling: Lucky Eye, 2018. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de houder van het auteursrecht.

Gesloten