MORGENSTER - hoofdstuk 31

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Lucky Eye
Berichten: 680
Lid geworden op: za 03 jan 2009, 19:35

MORGENSTER - hoofdstuk 31

Bericht door Lucky Eye » zo 24 dec 2017, 06:52

Een verhaal van Lucky Eye

Disclaimer:
Dit verhaal is niet gebaseerd op feiten. Elke overeenkomst met gebeurtenissen, personen, plaatsen en tijden berust dan ook op toeval.



MORGENSTER

Hoofdstuk 31


Vrijdag 24 december

Richard sliep. Hij droomde. Het was begonnen met de droom die hij al slapende kon uittekenen maar hij had hem weten te veranderen. Zijn eeuwige tegenstander kreeg niet langer de overhand maar werd verslagen en op een langgerekte zucht blies Richard het stof dat van hem overgebleven was weg. Hij werd rustig wakker. Het begon met het trekken van zijn gezicht rondom zijn mond. Het ophalen van de neus. Een vuist die de slaap uit zijn ogen verdreef en toen een lange geeuw. Ja, een nieuwe dag, dacht hij toen hij zijn ogen opende. En wat voor een dag. De Dag van Edith, zo noemde hij deze dag al tijdenlang in zijn hoofd. Eindelijk was het dan gelukt dat alle Drummonds, kinderen en kleinkinderen, er zouden zijn. Met Pasen was het niet gelukt. Ook bij de viering van de verjaardagen van Edith en Max begin augustus had niet iedereen aanwezig kunnen zijn en zelfs met Thanksgiving hadden de leden van de familie die in het buitenland wonen af moeten zeggen. Maar nu … vandaag … zou iedereen er wel zijn en daarom was het Ediths Dag!

Hij bleef nog even liggen. Op de wekker zag hij dat het nog maar iets na zes uur was. Tijd genoeg om nog even uit te rusten tenzij Stan wakker zou worden want dan zou hij ongetwijfeld seks willen. Richard glimlachte. Seks met Stan was heerlijk maar ook erg vermoeiend soms. Zijn vier jaar jongere vriend had een enorm uithoudingsvermogen en was bovendien erg goed in seks. Nogmaals glimlachte hij. Hij hield van Stan. En elke dag werd dat meer, zo leek het. Maar het tragische verhaal van Stans moeder had er wel voor gezorgd dat hij ook wat betreft de liefde met beide benen op de grond bleef staan. Liefde was prima maar het mocht nooit zo zijn dat bij het overlijden van de een de ander ook dood wilde. Nee, zo mocht het volgens hem niet zijn. En gelukkig was Stan dat helemaal met hem een. Hij keek naar hem. Gelukkig, hij sliep rustig door. Het verhaal van Stans ouders had hij hem samen met Max, Edith en Jocelyn verteld. Het was duidelijk geweest dat Stan het moeilijk had gevonden. "Maar wilde zij mij dan niet?" had hij op een gegeven moment gefrustreerd geroepen. "Natuurlijk wel, Stan, maar ze wilde jou alleen maar als jouw vader er ook was," was zijn antwoord geweest. Nog steeds wist hij niet of Stan begrip kon opbrengen voor dat wat zijn moeder had gedaan. Hij zelf kon dat nog amper bevatten. Het was gewoon zo ontzettend moeilijk voor te stellen allemaal. Maar … en dat was het mooie aan Stan … hij was nog steeds gelukkig. Had dat ook gezegd aan het eind van het gesprek: "Maar ik ben nog steeds gelukkig hier. Ik heb dan geen moeder en geen vader maar ik ben wel heel erg gelukkig." Een prachtige afsluiting. En … hij had ook iets anders geweten. Iets dat inmiddels geregeld was.

Er waren heel wat zakelijke dingen geregeld ook. Richard heette nu officieel Hartman. De erfenis van zijn moeder was op zijn naam gezet. Dat betekende onder andere dat het huis van zijn moeder zijn eigendom was maar daarvan had hij niets willen weten. Het was het thuis van zijn Oom, Tante, Charles en Haimi, en dat moest zo blijven was zijn mening. Daarom liet hij zijn Oom meteen een overdrachtsakte opstellen. Hij had aangegeven het heel leuk te vinden om vaak naar Hawaï te komen en bij hen te logeren maar wilde het huis niet in eigendom hebben. En er was geld. Voor het eerst in zijn leven hoefde hij zich geen zorgen te maken over geld. Zijn Oom had het beheerd en aan hem overgedragen inmiddels. Hij had een getal gezien dat indruk op hem had gemaakt maar wist wat hij ermee zou gaan doen. Eerst wilde hij zijn schulden aflossen. De Stichting had volgens hem heel veel geld gestoken in de opvang van Stan en hem en dat wilde hij terugbetalen. Zijn Oom had daarover contact gehad maar inmiddels laten weten dat onderhandelen met de Stichting moeilijk was.

Ook de erfenis van Stan die Catherine had beheerd was overgedragen. De afspraak was gemaakt dat Max die zou beheren tot Stans achttiende verjaardag. Op de vraag van Max aan Stan of hij contact zou willen met de familie van zijn vader was de jongen duidelijk geweest: "Ze wilden mijn vader niet kennen en dus wil ik hen niet kennen." En dus hadden ze verder niets gedaan.

Richard hoorde geluiden in huis. Vandaag zou het een drukke dag worden. De eerste gasten waren al aanwezig en enkelen al wakker waarschijnlijk. Bovendien zou Max er al uit zijn. Altijd als eerste. Ook best handig. Hij had er vaak gebruik van gemaakt om juist dan met Max te praten. Negatieve gedachten hadden hem vaak genoeg geplaagd juist bij het wakker worden en het was dan heel handig om ze gelijk van je af te kunnen praten, om jezelf meteen te resetten als het ware. En Max kon heel goed luisteren maar tegelijkertijd was hij heel goed in het met heel eenvoudige woorden en soms zelfs door helemaal niets te zeggen je op andere gedachten te brengen. Een echte vader. Een vader zoals hij nooit had gehad. Maar nu wel. Vandaag geen moeilijke dingen. Alleen maar genieten.

Toch maar uit bed. Maar wel voorzichtig want als Stan wakker werd dan zou het toch nog allemaal laat worden. Heel zachtjes liep hij naar hun badkamer. De komende nachten zouden ze slapers krijgen op hun kamer maar dat was niet erg. De kamer was groot genoeg. Hij douchte kort en toen hij met een handdoek terug naar de slaapkamer liep zag hij dat Stan wakker was.

'Hé, heb jij al gedoucht?'

'Ja, slaapkop.'

'Kon je niet even wachten op mij?'

'Nee, want anders komen we echt veel te laat voor het ontbijt. Ik ken jou, dude!'

Stan moest lachen. 'Kom je nog even bij me liggen?'

Een voorstel dat Richard maar moeilijk kon weerstaan. Hij stelde wel een voorwaarde: "Maar geen seks!"

'Oké.'

Richard keek op zijn neus. Dat viel hem dik mee, eigenlijk. Stan die … Niet over nadenken. Gewoon nog even bij hem gaan liggen.

'Veel mensen vandaag, hè?'

'Ja. Speciaal ter ere van ons. Vind je het erg?'

'Nee. Ik vind iedereen leuk.'

'Je went er dus al aan.'

'Waaraan?'

'Dat het niet alleen maar meer jij en ik is. Dat er meer is.'

'Ja. En dat is goed. Toch? Komen jouw Opa en Oma ook?'

'Het zijn ook jouw Opa en Oma, Stan. Dat hebben ze al heel vaak gezegd.' Het leek iets dat Stan ondanks hun diverse bezoeken aan de Hartmans maar niet snapte. En dat terwijl alle Hartmans zo duidelijk waren geweest. Stan hoorde erbij. Hij was familie.

'Maar ik heet geen Hartman.'

'Dat maakt helemaal niet uit, man! Jij hoort bij mij. Ik heb hun achternaam nu maar jij hoort bij mij en dus zijn ze ook jouw Opa en Oma.'

'Het is leuk dat Ethel en Rob nu hier wonen, hè?'

Dat was Stan ten voeten uit. Ineens van onderwerp veranderen. Hij moest een andere manier zien te vinden om Stan ervan te doordringen dat de Hartmans ook zijn familie waren. 'Ja, dat is leuk, Stan.' Sinds het begin van de maand woonde Ethel, één van de kleindochters van Edith en Max, samen met haar toekomstige echtgenoot bij hen in. Ethel was in verwachting en Rob had plotseling een baan in Monterey gekregen en zolang ze nog geen eigen woning hadden zouden ze hier blijven wonen.

'Ik hoop dat ze blijven tot de baby er is.'

'Grote kans dat dat lukt, Stan, want ik heb begrepen dat het best moeilijk is om een woning te vinden hier.'

'Oh. Maar wel leuk voor mij. Een baby lijkt me heel leuk.'

'Maar ze kunnen ook lastig zijn hoor!'

'Hoezo?'

'Nou, dan worden ze bijvoorbeeld midden in de nacht wakker en huilen ze zo hard dat je er wakker van wordt.'

'Niet erg. Hoort erbij.'

'Sinds wanneer ben jij zo wijs, Stan?' Richard zag Stan breed glimlachen. 'Hè, ik moet je nog steeds iets vertellen. Iets dat heel belangrijk is voor mij.'

'Euh … is dit een serieus gesprek?'

Een brede glimlach kwam op het gezicht van Richard. Het werkte. Stan had er moeite mee om dingen af te lezen van iemands gezicht of op te merken uit de toon waarop iets gezegd werd en daarom had Richard hem aangeraden om ernaar te vragen. En dat deed hij nu. 'Ja, Stan, dit is even een serieus gesprek.'

'Vind je het goed dat ik dan eerst een berichtje stuur want dat is ook belangrijk.'

'Doe maar.'

Hij pakte zijn telefoon van zijn nachtkastje en ging naar zijn Whatsapp. Hij koos de personen die hij iets moest laten weten en tikte het volgende: "Ik doe het niet." 'Klaar!' zei hij en legde zijn telefoon weg.

'Dat was een kort bericht?'

'Ja.'

Aandringen kon hij doen maar Stan was duidelijk geweest. Meer zou hij ook niet te horen krijgen, zo wist Richard. 'Waar ben je dankbaar voor, Stan?'

Het antwoord kwam prompt. 'Dat ik hier ben samen met jou.'

'Dat is heel lief gezegd, Stan.'

'Jij?'

Dit moest eindelijk over zijn lippen en deze dag was daar uitermate geschikt voor, zo overwoog Richard. Hij had het al vaker gezegd. Dit keer wilde hij echter de woorden gebruiken die hij tot nu toe altijd had vermeden tegenover Stan. 'Ik ben dankbaar voor jou, Stan. Dat jij zo heel veel jaren geleden alweer ineens in mijn leven kwam.'

'Maar ik was best lastig!'

'Stttt,' zei Richard terwijl hij zijn wijsvinger tegen de lippen van Stan legde, 'wil je even alleen maar luisteren? Dat wat ik ga vertellen is misschien moeilijk te begrijpen voor jou maar ik wil het je wel vertellen nu.'

Stan knikte.

'Je weet dat het bij ons thuis niet leuk was. Ik woonde daar al zes jaar. Van een aantal jaren weet ik het natuurlijk niet. Toen was ik te klein. Maar van zeker drie jaren weet ik dat het niet leuk was.'

'Het was gewoon rot, Rich! Zeg het dan ook zo!'

'Het was rot! Het was vreselijk! En toen … toen kwam jij. Als jij er niet was geweest, dan zou alles heel anders gelopen zijn. Dan … af en toe lees je wel eens van … ' Het was moeilijk. Heel moeilijk om dit te vertellen. 'Weet je … vogels kunnen vliegen.'

'Ja, duhh!'

Richard moest lachen. 'Maar dat gaat niet zomaar. Alleen vleugels hebben wil nog niet zeggen dat vogels kunnen vliegen.'

'Oh!'

'Er moet ook wind zijn want anders kan een vogel zich daarop niet laten wegglijden. Het gaat dus om vleugels en wind. En jij … jij bent de wind onder mijn vleugels, Stan. Begrijp je me?'

'Niet helemaal. Maar ik ben st… '

'Dat ben je niet! Echt niet! Niet meer zeggen, lieve Stan! Nooit meer!'

'Ik weet het. Niemand heeft dat hier tegen me gezegd.'

'En dat is goed. Goed voor jou ook om te weten. Je hebt nu een ander leven, Stan. Jij en ik allebei. Een leven dat heel anders is.'

'We zijn gelukkig.'

'Dat is het, Stan. We zijn gelukkig. Wind en vleugels,' zo bracht hij het gesprek toch weer terug op dat wat hij wilde zeggen. 'Als jij er niet geweest zou zijn … dan … was ik er nu niet geweest. Ik zou het alleen niet gered hebben, Stan. Jij hebt ervoor gezorgd dat ik een doel in mijn leven had. Ik wilde jou dingen leren. Ik wilde jou beschermen tegen hem. En later … wilde ik ook verliefd zijn op jou … met jou samen wonen.'

'Maar als ik er niet geweest was … wat bedoel je ermee … dat jij er niet geweest zou zijn … '

Dit was het moeilijke gedeelte. 'Ik zou er een eind aan gemaakt hebben, Stan.'

'Waaraan?' Stan voelde onrust in hem ineens.

'Niet schrikken, Stan, want het is gelukkig allemaal niet gebeurd. Het is anders gegaan omdat jij er wel was maar … anders zou ik hen op een gegeven moment gedood hebben en daarna waarschijnlijk mezelf ook. Ik weet dat je niet van dit soort gesprekken houdt, maar ik wil het je wel gezegd hebben. Lieve Stan, ik ben heel dankbaar dat jij in mijn leven gekomen bent en dat alles anders is geworden dan dat ik toen in mijn hoofd had.'

'Omdat … nou ja … heb ik jou gered dan? Klinkt dat gek?'

'Nee. Dat is precies wat ik bedoel te zeggen maar jij zegt het veel duidelijker. Jij hebt er niet zoveel woorden voor nodig. Dat heb je gedaan, Stan. Je hebt mij gered door er te zijn. Door mijn leven een doel te geven, heb je mij gered. Jij bent mijn held.'

'Jij hebt mij ook heel vaak gered van hem.'

'Ik deed mijn best maa… '

'Niet zeuren! Het lukte je bijna altijd. En die keren dat het niet lukte kon ik hebben.'

'Je bent altijd sterk geweest, Stan.'

'Ja.' Hij hoorde het piepje van zijn telefoon en keek vragend naar Richard.

'Toe maar, bekijk je berichtje maar. Ons serieuze gesprek was heftig maar kort.'

Stan pakte het apparaat en was opgelucht. Gelukkig ze waren niet boos. Zouden ze ook niet worden hadden ze gezegd. Hij mocht het zelf beslissen. En … hij wilde het toch niet. Er kwam nog een berichtje en hij las: "Maar kom je wel naast me zitten?" Dat vond hij goed en liet hij ook meteen weten.

'Hé, klaar met je berichtjes,' vroeg Richard grappend.

'Ja. We moeten ontbijten. Kan ik me nog douchen?'

'Alleen als je het snel doet!'

'Als ik alleen douche gaat het altijd snel. Samen lukt dat niet,' reageerde Stan gevat, sprong het bed uit en rende naar de badkamer.

Ze zaten met z'n tienen aan de ontbijttafel. Voordat ze zouden beginnen met eten vroeg Richard of hij iets mocht zeggen. Edith knikte hem vriendelijk toe en toen schraapte hij zijn keel om vervolgens te beginnen met: 'Lieve Edith, lieve Max. Thanksgiving is de meest geschikte dag om te laten zien waarvoor je dankbaar bent maar toen waren wij bij onze familie op Hawaï. En daarom doen wij het vandaag. Toespraken passen vast en zeker beter bij het diner maar als ik nog meer toeschouwers heb dan weet ik niet of er nog wel een woord over mijn lippen komt. En ik wil wel heel graag wat zeggen. Vandaag is de dag om onze dank, de dank van Stan en mij, uit te spreken. Stan en ik hebben heel veel om dankbaar voor te zijn dit jaar. Wij zijn heel blij, niet waar Stan,' Richard keek naar Stan en zag hem enthousiast knikken, 'dat wij bij jullie een thuis hebben gevonden. Dat jullie mij zover hebben gekregen dat ik eindelijk eens begon te praten. Dat jullie Stan hebben willen ophalen toen het voor hem daar niet meer veilig was en ik het niet kon doen. Dat wij al die maanden hier bij jullie hebben mogen wonen.'

'En dat jullie gezegd hebben dat wij jullie kinderen zijn,' vulde Stan aan want volgens hem was dat het allerbelangrijkste in dat wat Richard wilde zeggen maar hij gebruikte weer eens veel en veel te veel woorden.

'Ja, dat bedoel ik dus. Wij zijn nooit gezien als gasten. Jullie hebben ons opgenomen in jullie gezin dat begon met jullie twee en in de loop der jaren alleen maar is blijven groeien. En daar zijn wij beiden heel erg blij mee. Jullie zijn prachtmensen en daarvoor willen we jullie bedanken.'

'Dank je wel, lieve jongens,' reageerde Edith terwijl ze snel met een zakdoekje langs haar ogen veegde.

'Ja, niet nodig om ons te bed… '

'Echt wel!' liet Stan zich duidelijk horen.

'Ja, echt wel. Dit keer ben ik het helemaal met Stan eens en daarom hebben wij ook iets voor jullie gekocht. Haal jij het even, Stan?'

Stan stond op, liep de keuken uit en kwam even later terug met een bos bloemen en een enveloppe voor Edith en een keurig ingepakt langwerpig pakje voor Max. Hij reikte het ook meteen uit.

'En wat is dit?' wilde Max weten.

'Duhhh, je moet het openmaken. Dan weet je het,' gaf Stan een handreiking.

Max haalde het papiertje er voorzichtig af en had, gezien de opdruk op het doosje, toen al een idee. 'Een pen? Voor mij?'

'Ja,' kwam Stans reactie, 'je vulpen is kapot gegaan laatst en daarom hebben wij een nieuwe voor je gekocht.'

'Wauw, jongens! Daar ben ik echt heel erg blij mee. Bedankt, het was echt niet no… '

'Ja, dat was het wel. Jullie hebben zoveel voor ons gedaan en zullen dat ook de komende jaren nog doen dat dit heel schamele cadeaus zijn eigenlijk.'

'Maar wel uit ons hart gegeven,' vulde Stan aan en met die opmerking zorgde hij ervoor dat zijn tafelgenoten in de lach schoten.

'Wat heb jij gekregen, schat?' vroeg Max aan zijn vrouw.

'Bloemen!' dat zie je toch was het weer Stan die reageerde. Opnieuw had hij de lachers op zijn hand.

'Ik bedoel die enveloppe, Stan!'

'Oh.'

Edith maakte de enveloppe open en haalde er een theaterbon uit. 'Oh, prachtig! Dank jullie wel, jongens, daar ben ik echt heel blij mee. Gaan jullie mee als ik iets uitgekozen heb?'

'Euhh … '

'Als jij dat graag wilt, Edith, dan gaan we met jou en Max mee,' vulde Richard het "euhh …" van Stan aan.


* * *

In het huis van de Drummonds was de drukte al 's morgens tegen een uur of tien begonnen. Kinderen en kleinkinderen waren binnengedruppeld en Richard en Stan maakten ook kennis met de Drummonds – Jake en Cassi – die ze nog niet eerder hadden gezien omdat ze vanwege het werk van Jake als militair attaché in Japan woonden. Volgens Stan leek Jake sprekend op zijn vader en Richard zag de gelijkenis ook wel. Om elf uur was de hele familie compleet en begonnen Mary en Marcy met het uitdelen van briefjes. Iedereen kreeg een taak toebedeeld en er stond keurig bij hoe laat het de bedoeling was dat de taak klaar moest zijn. Een prima organisatie waarop in principe niets aan te merken was maar … niet alle Drummonds waren zo georganiseerd als de tweelingzussen. En dus gebeurde het regelmatig dat het schema aangepast moest worden om toch alles op tijd af te krijgen.

Om vier uur kwamen de Hartmans aan. Richard wachtte hen samen met Edith en Max op op de oprijlaan voor het huis. Van Stan was geen spoor te bekennen. In allerijl had Max een zoekteam samengesteld en op pad gestuurd. Richard was zenuwachtig. Het was voor het eerst dat zijn familie bij hem op bezoek kwam. Het voelde vreemd maar tegelijkertijd heel erg goed. Hij voelde zich inmiddels heel erg op zijn gemak bij de Hartmans op Hawaï maar dit was zijn thuis. Toen iedereen uitgestapt was en Opa in zijn rolstoel was gaan zitten was het tijd voor de begroeting maar Oma Hartman vond niet degene die ze zocht: 'Waar is mijn jongste kleinkind? De jongste heeft het recht op de eerste kus van zijn Oma. Waar is Stan?'

'Euhhh … hij is even zoek, Oma,' stamelde Richard. 'Waarschijnlijk druk bezig ergens.'

Op dat moment werd Stan door George en Nathan naar voren geduwd: 'Schiet op, Stan, je kunt je Oma niet laten wachten!'

'Maar … '

'Maar wat, Stan, wilde mevrouw Hartman weten.'

Stan kwam schoorvoetend dichter bij. 'Het klinkt stom maar … je bent toch niet echt mijn Oma?'

'Niet echt jouw Oma? Natuurlijk ben ik wel echt jouw Oma.'

'Maar ik heet geen Hartman.'

'Oh, is dat het. Lieve Stan, een achternaam doet er niet zoveel toe. Anouhea is getrouwd met mijn zoon Johan, dat weet je. Maar ze gebruikt niet de achternaam Hartman.' Ze keek Stan aan in de hoop dat er een reactie zou komen maar die kwam er niet. 'De drie zonen van Max en Edith zijn ook allemaal getrouwd. Toch?' Dit keer kwam er wel een reactie van Stan in de vorm van een knikje.

Richard ging een lichtje op. Dit was een keurig opgezet toneelstukje. Maar het doel heiligde de middelen. Hij keek naar Max en kreeg een knipoog. Hij had het bij het rechte eind.

'En ik weet dat twee van die vrouwen net als Anouhea hun eigen achternaam gebruiken. 'En is Anouhea dan niet mijn dochter? Zijn de vrouwen die met de Drummond-zonen getrouwd zijn en hun eigen achternaam gebruiken dan geen dochters van Edith en Max? Of zijn de jongens die met de dochters van de Drummonds getrouwd zijn geen zonen van hen? Vraag het hen eens.'

Stan keek naar Edith en Max.

'Ze zijn allemaal onze kinderen, Stan. De achternaam doet er echt niet toe. Ze zijn onze kinderen.'

'En dus ben jij mijn jongste kleinkind, Stan, en dus wil ik jou nu een kus geven en knuffelen zoals een echte Oma doet. Kom!'

Richard zag dat Stan ontroerd was. Hij wilde naar hem toe gaan maar er was iemand die een hand op zijn schouder legde en hem tegen hield. Hij draaide zich om en keek in het gezicht van Jocelyn. Ze had gelijk: dit moest Stan even zelf oplossen. En de doorbraak kwam toen hij naar zijn Oma toeliep en zich door haar liet kussen en knuffelen.

'Mijn Oma,' klonk het toen door de tranen van Stan heen.

Achter zijn vrouw zat Karel Hartman in zijn rolstoel te wachten en toen het hem te lang duurde allemaal zei hij dat hij zijn jongste kleinkind ook wilde begroeten. Er werd gelachen. Toen hij zijn rolstoel op de rem zette begreep Charles niet wat daarvan de bedoeling was.

'Wat doe je, Opa?'

'Ik wil staan, jongen! Voor een goede knuffel moet je staan!'

'Ma… '

'Nee, Charles, ik moet staan. Je mag me helpen als je wilt, maar staan zal ik.'

Stan en Charles hielpen hem in de benen en toen hij zijn armen om zijn jongste kleinzoon heensloeg, moest hij huilen. Hij merkte dat Stan dat ook deed. 'Tranen zijn goed, mijn kleinzoon, laat ze maar komen.'

'Deze tranen zijn niet erg, mijn Opa, het zijn tranen omdat ik gelukkig ben. Ik ben de gelukkigste van allemaal!'


* * *

Om vijf uur gingen de families Drummond en Hartman met een aantal genodigden aan tafel. De buitentemperatuur was aan het dalen en alleen veel jongeren deden het nog zonder jasje of vest. De tafels stonden in de tuin van de Feldmanns, de grootouders van Nancy, en hier stond ook het podium voor het muziekfestijn later op de avond. Drie tuinen hadden ze voor het spektakel aaneengetrokken. Heesters die in een afscheiding hadden gestaan waren zorgvuldig verwijderd en opgeslagen door de tuinman die het onderhoud pleegde en er was gezorgd voor veilige passages, die met veel licht waren aangegeven, zodat er geen ongelukken zouden plaatsvinden.

Max hield aan het begin een kleine toespraak. 'Dit jaar was een bijzonder jaar,' zo opende hij. 'Een jaar die onverwachte dingen bracht. Een jaar ook met veel verdriet, en veel dingen om te verwerken. Maar … ook zo heel veel geluk. En natuurlijk dat geluk laat niet al het verdriet zomaar verdwijnen maar toch … toch zorgt het er vaak wel voor dat we door kunnen gaan.' Hij ging zitten.

'Opa, dat ben ik niet gewend van jou! Nu al klaar?' reageerde George verbaasd.

'Ja, jongen, ik had van je Oma de strikte opdracht gekregen dat ik niet al te lang mocht praten. Haar exacte woorden waren: "Houd rekening met de spanningsboog van onze George".' Hij knipoogde naar zijn jongste kleinzoon.

Er werd gejoeld en gelachen toen George geen woorden vond om te reageren en daarna viel iedereen aan. Iedereen liet het zich uitstekend smaken. Anna, Cassandra, Edith, Ethel, Ginger en Nancy waren gisteren al begonnen met de voorbereidingen en vandaag hadden ze alles met de hulp van anderen afgerond. De Opa van Nancy was er gelukkig ook. Een tijdje terug was hij flink ziek geweest maar nu was hij zodanig hersteld dat hij er weer bij kon zijn. Anna zat stralend naast hem. Nathan zat naast zijn vader die ook uitgenodigd was. Joëlle en Jocelyn zaten niet naast elkaar maar tussen de familie. De Greenfields, de buren van de andere kant, waren er ook.

Niemand had stil gezeten die middag voor het eten. Er was heel veel werk verzet en dat opdat er die avond een groot feest gevierd zou kunnen worden: een feest speciaal voor Richard en Stan. Een feest omdat zij, zo had Edith het verwoord, zo veel feesten gemist hadden. De band van Nathan zou optreden en hij had enkele andere artiesten gevraagd om zijn band te versterken. Zo was er was een zangeres uitgenodigd en Jacob zou bij enkele nummers op de viool spelen. Nancy zou de avond, voor zover nodig, aan elkaar praten.

Het gezamenlijke eten liep op zijn eind en iedereen hielp mee met het opruimen en het treffen van de laatste voorbereidingen voor het feest. De tuinen waren prachtig verlicht en versierd. Er was een kerststal en er stonden diverse mooi versierde kerstbomen. Stan liep verwonderd rond. Hij genoot. Richard keek naar hem en zag het geluk op het gezicht van zijn vriend.

'Hij is gelukkig.'

Richard schrok op en herkende Joseph Drummond, de vader van George. 'Ja, dat is hij. Gelukkig vanaf de allereerste dag dat hij hier kwam. En nu helemaal bijzonder gelukkig omdat hij, nou ja … je weet het wel.'

'Mij doet het enorm goed om te zien hoe gelukkig hij is. En ik weet dat als hij gelukkig is, jij het ook bent, Richard.'

'We zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.'

'Maar wil je me even meehelpen?'

'Natuurlijk!'


* * *

Tussen half acht en acht uur kwamen de overige gasten binnen. Richard herkende er heel veel. Hij zag mevrouw Sanchez die hem nog steeds "mijn engel" noemde maar dat in het Spaans. Ook Alice Jenkins was er en hij besefte dat die twee aan het begin van dit alles hadden gestaan. Er waren pleegkinderen van de Drummonds, vrienden en bekenden die hij ook kende, leraren en bestuurrsleden van de school van Max, vrijwilligers met wie Edith samenwerkte. En heel veel mensen kende hij ook niet. Het aantal was gewoon enorm. En praktisch als hij was vroeg hij zich of er wel genoeg stoelen waren voor al die mensen.

De band begon te spelen. Het was iets instrumentaals. Iedereen begreep dat het feest zou gaan beginnen en zocht een plekje om te zitten en langzaamaan werd het stil. Toen het intro afgelopen was kwam Nancy in een prachtige lange jurk het toneel op. Vanuit het publiek werd er gefloten en Nathan stond quasi boos op vanachter zijn vleugel.

'Zitten blijven, jij!' speelde Nancy het leuk mee in de richting van haar vriend. En daarna bedankte ze degenen die naar haar gefloten hadden. 'Namens Edith en Max heet ik jullie allemaal van harte welkom op deze Kerstavond. Een bijzondere. Het is vandaag al vaker aangehaald op diverse momenten. Een bijzondere Kerstavond want de familie Drummond heeft dit jaar uitbreiding gekregen. En dat uit wel heel bijzondere hoek. Ik neem aan dat niemand van jullie ooit van Metchosin had gehoord.' Even wachtte ze de reacties uit het publiek af. 'Dacht het al, ik ook niet. En toch … toch kwamen daar de twee jongens vandaan die de familie Drummond hebben versterkt. Het brengt het totaal aantal afstammelingen van onze gastvrouw en gastheer op een enorm respectabel aantal. Ik had ze vooraf keurig geteld allemaal maar het bleek me vanmiddag dat er meer aanhang was dan waar ik weet van had. Ik moet ergens iets gemist hebben.' Er werd geapplaudisseerd. 'En over een aantal maanden is er opnieuw sprake van uitbreiding: het eerste achterkleinkind van Edith en Max. Het muzikale feest van vanavond is speciaal voor Richard en Stan. Iedereen kent hen wel inmiddels. Ze kwamen vanuit het koude noorden en zijn inmiddels behoorlijk ontdooid. Ze voelen zich thuis hier en dat thuis voelen, heeft iedereen nodig.'

Stan was de draad kwijt. Het duurde hem te lang. Nancy zag er leuk uit en ze praatte vlot maar te lang. Ze leek op Richard. Die had dat ook vaak. En ja … hij kon zijn aandacht er dan niet bij houden. Hij keek om zich heen. Jocelyn en Joëlle waren er al sinds het eten. Hij keek naar hen en zag de knipoog die hij kreeg van Joëlle. Hij knipoogde terug. Daar zaten Joseph Drummond en zijn vrouw. Die kende hij heel goed. Zij … Gelukkig, Nancy was klaar met praten. De band van Nathan zette in en … waar was Richard. Net had hij nog naast hem gezeten. Hij keek rond maar zag hem niet. Nancy plofte naast hem neer en omdat zij zijn hand beetpakte kon hij niet gaan staan om Richard te zoeken.

'Rustig aan, Stan! Rustig blijven zitten.'

'Maar ik zie Richard nergens. Net was hij er nog!'

'Kijk eens wie daar het toneel op komt?'

Stan keek in de richting van het podium. 'Hij is gek! Hij staat op het toneel! En … '

Richard probeerde rechtop te blijven staan. Zijn knieën knikten behoorlijk. Hij had geoefend. Heel veel geoefend maar … zingen voor Nancy, Nathan en de band was toch iets anders dan voor zoveel toeschouwers. Niet aan denken nu, sprak hij zichzelf toe. De spotlights waren aan en hij merkte dat hij zowat niemand kon herkennen. Nathan had gelijk gehad, dat scheelde een stuk. Hij hoorde hoe de muziek van het lied dat hij zou gaan zingen zachtjes werd ingezet. Een teken dat hij kon beginnen met zijn praatje vooraf. 'Zingen kan ik niet echt. Ik doe mijn best. Maar als het niet echt goed gaat is het niet de schuld van mijn begeleiders. Nancy, Nathan en de band hebben hun uiterste best gedaan om mij enig gevoel voor muziek bij te brengen.'

'Hij gaat toch niet echt zingen, hè,' vroeg Stan vertwijfeld aan Nancy.

'Dat doet hij wel. Waarom zou hij dat niet doen?'

'Hij kan niet zingen!'

'Echt wel!

'Dit lied,' zo ging Richard, geen weet hebbende van de kritiek van zijn partner, rustig verder, 'is speciaal voor Stan. Vanmorgen nog heb ik hem uitgelegd hoe de titel van dit lied voor mij heeft gewerkt. Hoe het ervoor gezorgd heeft dat wij twee er nu vandaag kunnen zijn. Niet alle woorden passen helemaal op hem en op mij maar … de titel, het refrein wel degelijk. Daarom … Stan … speciaal voor jou.' Er klonk applaus en hij liep naar de vleugel waar Nathan zat. Zo dichtbij hun vriend voelde het beter. Als er iets mis mocht gaan dan kon Nathan hem corrigeren. Ineens was er een kriebel in zijn keel. Niet aan denken. Niet nu. Puur spanning. Nathan had hem gewaarschuwd daarvoor. Had die gast een vooruitziende blik? Hij keek naar Nathan en zag hoe zijn vingers over het toetsenbord gingen. 'Ik zing voor jullie en speciaal voor Stan het lied met de titel "Wind Beneath My Wings" ook wel bekend onder de titel "Hero" en dat past heel erg goed want Stan is mijn held.' Nathan en zijn bandleden hadden het arrangement aangepast. De volgens Richard overdreven versie van Bette Midler met veel te veel ohh's en ahh's wilde hij niet zingen en ook een rockversie die hij had gehoord was niets voor hem geweest. Ze hadden het iets sneller gemaakt dan de versie van Gladys Knight and the Pips, iets moderner. Opnieuw keek hij naar Nathan. Hij was er klaar voor en wachtte op het teken van de bandleider. Hij zag het knikje en begon te zingen.

- - -
WIND BENEATH MY WINGS (HERO)
Tekst en muziek: Jeff Silbar en Larry Henley
https://www.youtube.com/watch?v=ZkvMRROkbC0


It must have been cold there in my shadow
To never have sunlight on your face
You were content to let me shine,
You always walked a step behind
I was the one with all the glory,
While you were the one with all the strenght
Only a face without a name.
I never once heard you complain..

Did you ever know that you're my hero?
And everything I would like to be?
I can fly higher than an eagle,
With you as the wind beneath my wings

It might have appeared to go unnoticed,
But I've got it all right here right here in my heart
I want you to know I know the truth
I would be nothing without you.

Did you ever know that you're my hero?
And everything I like to be
I can fly higher higher than an eagle,
With you as the wind beneath my wings
For you are the wind beneath my wings.

- - -

De tranen liepen over zijn wangen. Was het goed geweest? Goed genoeg? Het maakte niet uit! Hij had dat gedaan wat hij wilde. Hij had hier voor al die mensen het lied gezongen voor Stan. Om iedereen heel duidelijk te maken wat Stan voor hem betekende. Stan was zijn steun en toeverlaat. Zonder hem kon hij niet vliegen. Was hij nooit daar beland waar hij nu was: in een prachtig thuis.

Het applaus hield heel lang aan en Stan keek verbaasd om zich heen. Hij keek naar Nancy en zei: 'Hij kan toch wel zingen!'

'Zei ik je toch. Maar Nathan, de anderen en ik hebben dan ook heel veel met hem geoefend. Ik wist dat hij het kon.'

'Maar hij durfde het ook. En ik ... '

'Jij hebt je keuze gemaakt, Stan, en dat is goed. Dat gaan we nu niet meer veranderen. Jij hoeft niet dat te doen wat een ander doet.'

'Maar als Rich het doet voor mij, moet ik het dan niet doen voor hem?'

'Nee. Jij kiest. En dat heb je gedaan. Zo is het goed.'

'Dank je, Nancy. Dat je me steunt.'

'Graag gedaan, lieve Stan. Kijk er gebeurt nog meer.'

Richard had na een paar buigingen het podium willen verlaten maar kreeg daar de kans niet toe. Hij werd teruggeroepen door een man die het podium opkwam.

'Richard Hartman, wil jij misschien even plaatsnemen daar op dat tweezitsbankje?'

De jongen keek vreemd op zijn neus. Hij was toch klaar? Hij kon toch … Dixie, de achtergrondzangeres die hem zo-even zo prachtig had ondersteund, pakte zijn hand, nam hem mee naar het bankje en ging naast hem zitten.

'Ik zal me even voorstellen,' zei dat man nadat hij een microfoon in zijn hand gedrukt had gekregen, 'Ik ben William Hammond. Mijn grootvader richtte jaren geleden de Giles Hammond Stichting op. Richard, ken jij de definitie van een stichting?'

Richard wist het en gaf de definitie die hij geleerd had op school.

'Ja, dat klopt. Het wordt ook wel een afgescheiden vermogen met een bepaald doel genoemd. Dat doel staat in de statuten. Het doel van de Giles Hammond Stichting is, in mijn woorden, steun verlenen aan jeugd die in de knel is geraakt. Mijn grootvader verzon dat niet zelf. Hij had geld te veel en wilde er iets nuttigs mee doen. Zijn secretaresse wist wel iets. Haar naam wordt nog steeds gebruikt als de naam van een van de studiebeurzen die wij elk jaar uitreiken. In Monterey was de zorg voor jongeren met moeilijkheden niet echt goed geregeld. De overheid deed weinig. Particulieren waren goed bezig. Echt goed bezig. Het werk van hen viel de secretaresse van mijn opa op en zodoende vroeg hij of hij zijn geld mocht aanwenden om de zorg die al verleend werd te versterken. Max Drummond was de woordvoerder met wie mijn grootvader sprak en Max weifelde. Enerzijds zou extra geld handig zijn maar hij wilde absoluut niet dat buitenstaanders zich zouden gaan bemoeien met de manier waarop er gewerkt werd. Hij was een harde noot om te kraken. En het lukte mijn grootvader dan ook niet om hem op andere gedachten te brengen. Mijn grootvader had daar bewondering voor. En dat zorgde ervoor dat er een onafhankelijke stichting in het leven werd geroepen die nog steeds bestaat. Max en Edith hebben in die stichting altijd heel veel werk verzet zonder dat ze daarvoor een cent wilden zien. Ze wilden alleen geld als dat nodig was voor de opvang, ondersteuning en begeleiding van jongeren. En, zo gebeurde het. De Stichting zorgde ervoor dat er geld was. Dat de ondersteuning kon blijven zoals hij was maar dat er wel geprofessionaliseerd kon worden aan de zijlijn. Artsen, psychologen, therapeuten, personal coaches, en nog veel meer, al die mensen konden indien nodig ingeschakeld worden zonder dat de particulieren daarvoor zelf hun portemonnee hoefden te trekken. Het werd geregeld. Het kapitaal van mijn grootvader is er steeds gebleven. Het werd aangevuld door sponsoren. Mensen die, zoals Max wilde, geen enkele invloed zouden hebben op het werk. Ik krijg op mijn oortje te horen dat ik moet gaan afsluiten. Ik gebruik weer eens te veel woorden.'

Stan moest lachen. Alweer eentje. Hij had daar nooit last van en zei dat ook tegen George die naast hem was komen zitten.

'Richard, jij zit daar op het "beklaagdenbankje" het "strafbankje" let goed op de aanhalingstekens die ik maakte met mijn vingers in de lucht. Jij en Stan werden dit jaar geholpen door de Stichting. Het was nodig. En … het is de Stichting nog nooit gebeurd dat er een brief binnenkwam van een advocaat met het verzoek om aan te geven hoeveel geld er voor een cliënt van ons is uitgegeven! Nog nooit! En … hoewel ik niet voor het bestuur kan en mag spreken zal ik je nu al zeggen wat het antwoord is. Richard, zoiets zullen we absoluut nooit doen! Wij hebben geholpen! Dat is de doelstelling van onze Stichting! Het is de bedoeling dat er geld gebruikt gaat worden en niet dat het weer teruggestort wordt. Absoluut niet!'

Opnieuw werd er gelachen in het publiek.

'Nee, dat niet. We doen goed met ons geld en dat willen we blijven doen. Richard, we gaan zelfs nog meer uitgeven in jouw naam. Wil je even naar voren komen?'

Richard stond op. Zijn knieën knikten nog meer dan eerder die avond, zo voelde het. Wat wilde die man!

'Richard, het is mij een eer dat ik vanavond een studiebeurs mag uitreiken die de naam 'Richard Hartman' zal dragen. Een studiebeurs voor jongeren die het moeilijk gehad hebben en daar met ondersteuning vanuit de Stichting doorheen zijn gekomen. De eerste studiebeurs gaat naar jou. Alle jaren die jij nodig hebt om jouw studie af te ronden, zal de Stichting jouw studiekosten betalen.'

Zijn mond viel open. Het was niet no…

'Het is niet nodig, hoor ik je haast denken. Zo voelt dat voor jou. Maar voor ons is het belangrijk dat je het aanneemt. Wij willen dat. Jij bent een voorbeeld voor velen. Je hebt laten zien dat je dingen wilt, dat je dingen kunt. Volgend jaar reiken we deze beurs opnieuw uit. Max en ik zullen dan samen bepalen wie de volgende zal zijn die deze studiebeurs goed kan gebruiken. Richard, ik wil je feliciteren. En hierbij, met deze oorkonde,' de spreker kreeg iets aangereikt, 'verleen ik jou als eerste officieel de 'Richard Hartman studiebeurs'.

Het applaus was enorm. De mensen gingen staan. Er werd gefloten op vingers. En Richard wist niet wat hij moest doen. Gelukkig werd er geen microfoon onder zijn neus geduwd en dus hoorde niemand zijn gestamel toen hij mr. Hammond bedankte. En toch weer zei dat het niet nodig was geweest. Maar dat trok hij daarna ook meteen weer in. 'Ik ben zoveel goeds nog niet gewend. Het spijt me dat ik zo moeilijk doe. Neem me vooral niet kwalijk. Heel erg bedankt.'

Nancy gaf William Hammond een hand een leidde hem het toneel af terwijl ze nog het een en ander in haar oor gefluisterd kreeg. Daarna liep ze terug naar de plaats waar Richard nog steeds stond met zijn oorkonde in de hand. 'Wil je nog even gaan zitten?'

'Euhh… '

'Nog twee dingen. Een mededeling en dan nog iets speciaal voor jou.'

'Nee, hè!' herpakte hij zich. Hij vond het niets zo in de belangstelling te staan en dat nu al minutenlang.

'Nog eventjes en dan ben je van al die aandacht af.'

Hij liep terug naar het bankje en ging daar zitten. Alleen. Dixie had haar plaats weer ingenomen bij de band.

'Zoals ik al gezegd had, soms is het vanavond even iedereen zitten en aandacht voor de muziek en dan is het weer tijd om gebruik te maken van de dansvloer of voor ontmoeting met elkaar terwijl de band gewoon zijn ding doet. Nu even nog blijven zitten alsjeblieft. Als eerste wil ik een mededeling doen. In de drie huizen is een tentoonstelling ingericht van Joëlle. Het werk is koop. Van de opbrengst van vanavond gaat vijftig procent naar de Giles Hammond Stichting.' Ze moest even stoppen vanwege het geklap vanuit het publiek. 'Verder is er vanavond nog een veiling van een bijzonder doek. De opbrengt daarvan gaat volledig naar de Stichting.' Opnieuw bijval vanuit het publiek. 'En dan … dan wil ik graag dat Stan naar voren komt.'

Stan schrok op.

'Kom, broertje,' zei George tegen Stan terwijl hij hem aan zijn arm omhoog trok. 'Je wordt geroepen.'

Terwijl hij opstond keek hij George aan. Ja, hij had gelijk. George was zijn broer nu. Hij had het heel duidelijk gemaakt: de naam van zijn moeder wilde hij niet langer hebben. Zij had hem niet gewild en dus wilde hij haar naam niet. "Ik wil Drummond heten en zorg maar dat dat voor elkaar komt!" had hij gezegd. Wat er daarna allemaal gebeurd was wist hij niet. Had hij ook geen verstand van maar uiteindelijk hadden de ouders van George, Joseph en Jane, hem geadopteerd als hun kind. En daarom was hij nu het broertje van George en het jongste kleinkind van Edith en Max. Hij klom het trappetje op naar het podium.

Richard keek ook op. Stan? Stan op het podium?

'Een nieuw lied. Een passend lied. Er is één uitspraak die Stan ontzettend vaak heeft herhaald sinds hij hier bij Edith en Max woont. En … toen Nathan en ik een lied voor hem zochten … was het enorm gemakkelijk eigenlijk.'

Stress. Stress bij Richard. Zou Stan gaan zingen? Zingen. Toch niet voor hem? Hij hoorde niet meer wat Nancy zei. Hij zag alleen maar haar mond bewegen. Hij zag hoe Stan het podium opkwam en bij Nathan op het bankje ging zitten. Hij kreeg geen microfoon. Stan ging niet zelf zingen, concludeerde hij. Maar hij had zelf ook geen microfoon gehad alleen maar zo'n dingetje op zijn hoofd. Had Stan dat ook?

'Graag een enorm applaus voor het lied dat Nathan namens Stan voor Richard gaat zingen.'

Richard had de titel gemist. Maar wist meteen wel lied het was toen hij de eerste tonen hoorde. Hij kende het en bovendien had Stan de melodie de afgelopen tijd heel vaak geneuried. Een glimlach kwam om zijn lippen. Het eerste couplet paste goed. Het refrein helemaal: dat was Stan ten voeten uit.

- - -

THE LUCKIEST
Tekst en muziek: Ben Folds
https://www.youtube.com/watch?v=f9bRmuP-kQY

I don't get many things right the first time
In fact, I am told that a lot
Now I know all the wrong turns, the stumbles and falls
Brought me here

And where was I before the day
That I first saw your lovely face?
Now I see it everyday
And I know

That I am
I am
I am
The luckiest

What if I'd been born fifty years before you
In a house on a street where you lived?
Maybe I'd be outside as you passed on your bike
Would I know?

And in a white sea of eyes
I see one pair that I recognize
And I know

That I am
I am
I am
The luckiest

I love you more than I have ever found a way to say to you

Next door there's an old man who lived to his nineties
And one day passed away in his sleep
And his wife; she stayed for a couple of days
And passed away

I'm sorry, I know that's a strange way to tell you that I know we belong
That I know

That I am
I am
I am
The luckiest

- - -

Een daverend applaus volgde toen de klanken van de muziek wegebden. Iedereen die kon kwam in de benen. Ovationeel, anders was het niet te noemen. Stan liep naar Richard. Richard legde de oorkonde snel op het bankje en ze vielen in elkaars armen. Tranen.

'Ik durfde niet te zingen. Het spijt me, Rich, ik durfde het niet.'

'Het geeft niet, lieve Stan. Het is een prachtig mooi lied en het geeft helemaal niet dat jij het niet durfde. Het is goed zoals het nu gegaan is. Heel erg goed.'

Heel veel tranen kwamen er maar dat deed er allemaal niet toe. Gelukkig, ja dat waren ze.

'Zoenen, zoenen!' werd er gescandeeerd.

Even keken ze elkaar met betraande ogen aan. Waarom ook niet. Ze zoenden elkaar. Voor al die mensen lieten ze zien dat ze van elkaar hielden. Toen de band de eerste klanken van een Kerstmedley inzette liepen ze begeleid door Nancy als in een trance het podium af. Een trapje naar beneden en daar werden ze neergezet op een bankje. Nancy wachtte bij hen tot de eerste hulp troepen haar begeleiding overnamen. Max, Edith, Jocelyn en George bleven bij de jongens en wachtten net zolang tot ze het idee hadden dat de twee er weer tegenaan konden. Met z'n allen begaven ze zich weer onder het publiek en gingen ze allemaal hun eigen weg. Zo was het goed. Alles was goed.

De hele avond lang klonk er muziek. Vrolijke muziek. Maar ook heel indringende muziek als 'Spiegel in Spiegel' van de Etse componist Arvo Pärt, vertolkt door Nathan op zijn vleugel en Jacob op de viool, dat bij heel veel toeschouwers emoties naar boven bracht.

Zo tegen half twaalf zaten Stan en Richard samen op het bankje met uitzicht over de oceaan. Er was nu niets te zien. Het was te donker. Nancy had aangekondigd dat er nog een afsluitend lied ten gehore gebracht zou worden. Een lied in het Frans waarvan een Engelse vertaling te lezen zou zijn op het scherm. Met hun rug zittend naar het scherm luisterden ze ernaar.

- - -

Quand on n'a que l'amour (wanneer men enkel liefde bezit)
Jacques Brel
https://www.youtube.com/watch?v=uNMwYZiBFV0

Quand on n'a que l'amour
A s'offrir en partage
Au jour du grand voyage
Qu'est notre grand amour

Quand on n'a que l'amour
Mon amour toi et moi
Pour qu'éclatent de joie
Chaque heure et chaque jour

Quand on n'a que l'amour
Pour vivre nos promesses
Sans nulle autre richesse
Que d'y croire toujours

Quand on n'a que l'amour
Pour meubler de merveilles
Et couvrir de soleil
La laideur des faubourgs

Quand on n'a que l'amour
Pour unique raison
Pour unique chanson
Et unique secours

Quand on n'a que l'amour
Pour habiller matin
Pauvres et malandrins
De manteaux de velours

Quand on n'a que l'amour
A offrir en prière
Pour les maux de la terre
En simple troubadour

Quand on n'a que l'amour
A offrir à ceux-là
Dont l'unique combat
Est de chercher le jour

Quand on n'a que l'amour
Pour tracer un chemin
Et forcer le destin
A chaque carrefour

Quand on n'a que l'amour
Pour parler aux canons
Et rien qu'une chanson
Pour convaincre un tambour

Alors sans avoir rien
Que la force d'aimer
Nous aurons dans nos mains
Amis le monde entier

- - -

Na de eerste paar regels gaf Stan aan dat hij er geen moer van kon verstaan. Richard vertelde hem dat het in het Frans gezongen werd. 'Kun je het vertalen voor mij, Rich?'

'Je kunt beter het scherm bekijken, Stan. Het vertaalwerk is al gedaan.'

'Nee, jij spreekt en verstaat Frans. Ik niet. Toe. Alsjeblieft?'

Richard vertaalde.

- - -

Wanneer men enkel liefde bezit
Om met elkaar te delen
Op de dag van de grote reis
Die onze grote liefde is

Wanneer men enkel liefde bezit
Mijn lief, jij en ik
Om van geluk te bruisen
Elk uur en elke dag

Wanneer men enkel liefde bezit
Om onze beloftes te beleven
Zonder enige andere rijkdom
Dan er altijd in te geloven

Wanneer men enkel liefde bezit
Om met wonderen te bemeubelen
En met zon te bedekken
De lelijkheid van de buitenwijken

Wanneer men enkel liefde bezit
Als enige reden
Als enig lied
En enige hulp

Wanneer men enkel liefde bezit
Om dageraad te kleden
Armen en dieven
Met fluwelen mantels

Wanneer men enkel liefde bezit
Om in gebeden te schenken
Voor de kwalen van de aarde
Als eenvoudige troubadour

Wanneer men enkel liefde bezit
Om die te geven aan diegenen
Voor wie het enige gevecht
Eruit bestaat de dag te zoeken

Wanneer men enkel liefde bezit
Om een weg te tekenen
En het lot te dwingen
Op ieder kruispunt

Wanneer men enkel liefde bezit
Om te praten tot het geschut
En enkel een lied
Om een trommelslager te overtuigen

Dan, zonder iets anders te bezitten
Dan de kracht lief te hebben
Zullen we, vrienden
De hele wereld in onze handen hebben

- - -

'Zou dat niet vreselijk mooi zijn,' verzuchtte Stan.

'Wat?'

'Als we alleen maar liefde zouden bezitten, alleen maar liefde zouden hebben.'

Soms verbaasde Stan hem nog steeds. Een antwoord geven was niet nodig, zo vond Richard. Deze uitspraak van Stan was veel te mooi daarvoor.

Tot straks …



Reacties zijn van harte welkom op de site waar dit verhaal legaal geplaatst is maar ook via mijn e-mailadres: lucky_eye2@yahoo.co.uk



©Lucky Eye, juni 2017
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de houder van het auteursrecht.

Gesloten