Groen licht (deel 14)

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Amexic
Berichten: 156
Lid geworden op: wo 10 jun 2015, 20:14
Vul het getal in: 123
Locatie: Antwerpen

Groen licht (deel 14)

Bericht door Amexic » zo 04 okt 2015, 21:22

Groen licht (deel 14)

Ik kroop uit bed om een heel impulsieve brief te schrijven. Uit woorden groeiden snel hele zinnen. Ik las hem zelfs niet na maar kleedde me aan om de brief zo snel mogelijk in de postbus te gaan gooien.
De rest van de week telde ik af tot het moment dat Steven van de trein zou stappen.
'Bedankt voor je mooie brief.'
Ik voelde me blij alsof ik hem in weken niet gezien had.
'Ik was niet uitgepraat de zondagavond en daarna heb ik je de hele week gemist.'
'Ik heb nagedacht. Kom je morgenavond opnieuw naar ons thuis? We gaan naar een vrij podium. Mijn papa en de jouwe gaan behangen dus kan papa je 's avonds zelfs oppikken als hij jou vader laat uitstappen.'
'Maar ik ben vorige weekend al blijven slapen. vinden ze dat wel goed?'
'Het bed van mijn broer is toch vrij. Natuurlijk vinden ze dat oké.'
Waarover Steven nu precies nagedacht had, kon ik niet raden.

Ik stond op wacht toen Stevens vader de mijne thuis bracht. Ik had een discussie met moeder achter de rug.
'Dat T-shirt doe je niet aan.' Er was geen zeggen aan. Ze kwam met een hemd te voorschijn. 'Hier. Trek dit aan.'
'Mama het is een optreden, geen sollicitatie.' Als compromis trok ik een ander T-shirt aan.
Ik zag een auto stoppen en opende de deur.
Stevens vader hielp het werkgerief mee uit de auto laden. De twee mannen konden het goed met elkaar vinden constateerde ik.
'Kom je nog even binnen?' stelde papa voor.
'Nee, dank je. Ik ga het geduld van deze jongeling niet op de proef stellen.' lachte Stevens vader naar mij.
'Dat zijn nogal eens koningskinderen.' merkte mijn vader op. 'Wij doen het werk en zij gaan feesten. Alles is gedaan behalve het schilderwerk, dat is voor jullie. Jij hebt daar voldoende ervaring mee om Steven te helpen.' gebaarde hij naar mij.
Natuurlijk zou ik de studio mee schilderen. Thuis had ik geholpen een aantal kamers een nieuwe laag verf te geven.
Ik kon dat.

Op de passagiersstoel liet ik me heel ontspannen naar Steven voeren.
De meeste mensen bezaten een auto. Voor mij bleef het een luxe ervaring.
Stevens' vader mocht ik heel graag. Ik moest hem Ward noemen.
Met hem kon je tenminste een serieus gesprek voeren.

Ik leende de niet meer gebruikte fiets van Stevens' broer om naar het optreden te fietsen. De vaste kliek was van de partij: Arjen, Jonas, ja Dieter ook. Eén meisje van de leiding, Lieve, trotseerde ons met acht.
Ik begon wat volk te kennen bij de Chiro.
Het vrij podium viel tegen: veel geschreeuw en weinig gezang. Na het optreden van de broer van ik weet niet meer wie, hielden we het voor bekeken en zochten een kalm café op om te praten.
We schoven twee tafeltjes tegen elkaar en zetten stoelen bij. Logisch dat Steven naast mij zat. Maar links van mij had Dieter een stoel genomen.
Er werd rustig gebabbeld.
'Hé Pieter, je bent linkshandig' merkte Dieter op.
'Ja, ik ben altijd een beetje speciaal geweest.'
'Is dat niet lastig?'
'Ik ben het gewoon en het heeft voor- en nadelen. Vroeger toen ik klein was, heb ik me afgevraagd of er iets mis was met me. Maar ik was er ook fier op 'anders' te zijn. Bij sommige sporten zoals volleybal is het een voordeel.
Ik schreef blijkbaar mooi in de lagere school en diende als voorbeeld: "Pieter is linkshandig en kan toch mooi schrijven". Ik realiseer me nu hoeveel mensen er zijn die niet passen in 'wat verwacht wordt.'
Hoe vervelend zou de wereld zijn als we allemaal hetzelfde waren.'
'Dat vind ik mooi gezegd. Ik ben ook anders.' Hij zei het met een subtiel lachje.
Ik begreep perfect wat Dieter bedoelde.
Het gesprek liep lekker. We belandden bij het onderwerp verlegenheid. Ik hou van praten over dit soort onderwerpen.
'Ik ben altijd heel timide geweest.' zei hij.
'Ik was dat vroeger ook.'
'Was?'
'Ik heb veel geoefend en ik begin het onder controle te krijgen.'
'Ik zie soms toch dat je verlegen bent. Als ik merk dat iemand verlegen is, vind ik hem op slag een stuk sympathieker...'
Steven nam niet deel aan ons gesprek. Hij stond in het centrum van de belangstelling. Af en toe, als hij niet zelf aan het woord was, merkte ik dat hij meeluisterde.
'Hij is zo verlegen.' zei mijn moeder te pas en te onpas als ze met andere mensen stond te praten in mijn aanwezigheid. Ik haatte dat.'
'De mijne wilde altijd weten waarom ik rood werd. Op den duur kleurde ik al rood omdat ik wist dat ze het ging vragen.' beaamde ik.
Naast mij animeerde Steven de rest van ons groepje. Ik ben beter in gesprekken onder vier ogen zoals op dat moment met Dieter.
Hij studeerde verpleegkunde. dat wist ik nog niet.
'Dat lijkt me bij jou op het lijf geschreven. Volgens mij ben je een heel zacht iemand.' merkte ik op.
'Denk je dat?'
Dieter liep rood aan zag ik.
Ik meende dat oprecht al drong het dubbelzinnige van mijn formulering achteraf tot me door.
Grappig dat hij rood werd. Ik wist maar al te goed dat je uit respect daar geen opmerking over mocht maken.
'En jij bent een geiten-wollen-sokken student.' herpakte hij zich.
'Dat denk jij. Als je biologie studeert dan zijn scheikunde, fysica en wiskunde naast biologie de hoofdvakken.' verdedigde ik me.
Op de achtergrond lachte men uitbundig. Soms pikten we een grove mop op en lachten mee met de rest daarna praatte ik met Dieter over een volgend onderwerp.
'Leuke avond gehad?' vroeg Steven terwijl we naar hem thuis reden.
'Helemaal.' beaamde ik.
'Amai, je geraakte serieus in gesprek met Dieter. Meestal is hij nogal zwijgzaam.'
Ik poetste mijn tanden met Stevens' tandenborstel. Vroeger zou ik dat vies gevonden hebben, een tandenborstel van iemand anders. Die tijd had ik achter me gelaten.
Heel zedig wensten we elkaar goedenacht na een toch wel lange nachtzoen en ik trok me terug op de kamer van zijn broer.
Vroeg in de morgen, tegen een uur of zeven, kreeg ik gezelschap. Hij vleide zich tegen me aan. Heerlijk zo 's ochtends nog wat doezelig goesting krijgen.
'Voorzichtig. Straks merken je ouders dat je niet op je kamer bent.'
'Dan is het zo! En ze slapen 's zondags toch uit tot een uur of half negen.'
Ik was niet in de stemming om tegen te pruttelen.
Goed uitgeslapen verscheen ik aan het ontbijt en liet me de koffiekoeken smaken. Ten huize Schrijvers waren het goede eters. Ik schaamde me nog over vorige week.
Stevens' mama legde ons in de watten. Versgeperst appelsiensap?' vroeg ze. Ik vond het te veel moeite maar ze drong aan.
'Veel beter zo dan vorige week hé.' wreef ze me toch even onder de neus. Ze had gelijk. Ik glimlachte begrijpend.
Ze mocht dat zeggen.
Er hing absoluut geen verwijtend ondertoontje aan vast.

De wind zat goed om naar huis huis te fietsen. Alles was goed.
'Heb je je goed geamuseerd?'
Mijn moeder moest altijd alles weten.
Ze kon op een verhaal rekenen als ik in de juiste stemming verkeerde.
Ook papa gromde niet. Ik had door dat hij de klik gemaakt had met Stevens' vader.
Ik studeerde die namiddag. Er waren geen examens aan de horizon maar het was verdomd moeilijk bij te blijven met sommige vakken.

Gesloten