VAKANTIE 2001 - deel 2 (vervolg)

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Lucky Eye
Berichten: 680
Lid geworden op: za 03 jan 2009, 19:35

VAKANTIE 2001 - deel 2 (vervolg)

Bericht door Lucky Eye » ma 09 feb 2015, 17:18

Vervolg...

Maandag 30 juli:
In mijn slaap moet ik hem uiteindelijk toch losgelaten hebben want toen ik wakker werd, lag hij op zijn zij nog rustig naast me te pitten. Ik pakte mijn horloge van het nachtkastje af en keek hoe laat het was. Oei, het liep al tegen tienen. Voorzichtig om Casper niet wakker te maken, stapte ik uit bed. Ik trok mijn short aan en liep naar beneden toe. Druk doende het ontbijt klaar te maken, hoorde ik hem de trap afkomen. “He, slaapkop je had nog wel wat mogen blijven liggen hoor. Ik had je het ontbijt graag op bed gebracht.”

“Dan ga ik weer terug,” mompelde hij. Ik moest lachen. En zo gebeurde het dus dat ik even later met een uitgebreid ontbijt, ik wist dat hij een grote eter was, de slaapkamer binnenkwam. Bekoorlijk als altijd, lag hij languit zonder laken op het bed.

“Goedemorgen, lieve Casper,” begroette ik hem. Hij keek me meewarig aan en vroeg of ik me wel helemaal goed voelde. Ik negeerde zijn opmerking en ging naast hem op het bed zitten de ontbijtspullen tussen ons in. De jongen had zoals gebruikelijk grote trek en werkte de ene na de andere boterham naar binnen. Waar ik na twee staakte, ging hij rustig door. Toen hij eindelijk uitgegeten was en zijn thee ophad, opende hij het gesprek.

“Ik was heel serieus gisteren hoor. Het was niet een grapje of zo, als je dat dacht.”

“Nee, jongen dat had ik door. Het kan echt een probleem zijn. Vond je dat ik het te luchthartig opnam?”

“Nee, dat niet maar ik wilde het nog even benadrukken. Soms weet ik het gewoon niet meer. Misschien wil ik wel gewoon te veel.”

“Maar als je niet zeker bent van jezelf mag ik je dan vragen waarom je nu bij mij bent?” Lange tijd bleef het echt stil. En op zich vond ik dat een goed teken. Hij zou er zich in elk geval niet met een goedkoop antwoord van afmaken.

“Omdat ik gewoon wil weten hoe het is om met een man samen te zijn,” sprak hij na lang gezwegen en gedacht te hebben. “Ik weet natuurlijk wel hoe het was met vrienden en zo maar echt zo close als wij samen zijn, ben ik nog nooit met iemand geweest. En ik wil gewoon ervaren hoe zoiets is.” Zijn antwoord stelde me gerust maar meteen ook voor een wedervraag.

“En later ga je eens kijken hoe zoiets met een meisje is?” Weer een lange stilte.

“Eigenlijk is dat een heel gemene vraag, vind ik maar ja ik heb er waarschijnlijk zelf om gevraagd. God, Vincent, ik weet het niet. Echt niet. Het voelt heel goed bij jou maar ik weet het gewoon niet.” Opnieuw vulde de stilte de ruimte waar we zaten. “Ik vind kinderen hartstikke leuk en weet gewoon niet of ik wel zoveel van een man kan houden om dat op te geven voor een homoseksuele relatie.” Hij was doodernstig. Zijn blik en toon benadrukten dat. Ik begreep hem maar voelde me tegelijkertijd een beetje gekrenkt. Was dit een gedeeltelijke afwijzing. Nog veel meer vragen had ik hem willen stellen maar aangezien ik het voornamelijk mezelf niet te moeilijk wilde maken, begon ik de ontbijtboel op te ruimen. Toen ik met het dienblad de kamer uitliep, liep Casper naar de badkamer. Ik hoopte dat het alleen maar zou zijn voor een plas en dat hij nog niet de bedoeling had om echt al op te staan. Terug op de bovenverdieping ging ik zelf ook even naar de badkamer. De slaapkamer deur zat dicht en toen ik hem opendeed en naar binnen stapte, zag ik de jongen spiernaakt op het bed liggen.

“Is dit een uitnodiging?”

“Ja, kom er gezellig bijliggen,” sprak hij. Ik stapte op het bed en wilde languit gaan liggen toen hij zei: “Maar dan wel net als ik, helemaal bloot!”

“Waar blijven we nou met het jezelf blijven?”

“Niet zeuren, uit die broek en anders rot je maar op!” zei hij op (gespeelde) barse toon. Ik stroopte mijn short naar beneden en nog geen tel later lagen we in elkaars armen. We gaven elkaar vluchtige kusjes waar we elkaar maar konden raken en duwden onze warme, naakte lichamen tegen elkaar aan. Wow, het voelde zoals de vorige keren, gewoon geweldig. Dit strakke jongenslichaam in mijn armen maakte dat ik superheet werd en ik wist dat ik mezelf flink onder controle zou moeten zien te houden, wilde ik me aan mijn eigen gestelde grenzen houden. Toen hij zijn lippen op de mijne drukte en onze tongen elkaar opnieuw vonden, merkte ik dat we beiden keihard werden. Het voelde heerlijk zijn stijve pik tegen mijn onderbuik. Casper kroop boven op me en ik voelde zijn harde lul nu nog duidelijker. Met beide handen begon ik zijn rug te strelen. Van boven aan zijn nek tot net boven zijn billen gleden ze zachtjes heen en weer. Steeds weer opnieuw. Hij verbrak de tongzoen. “God, man ga nou eens door. Pak mijn billen man!” Ik lachte luid.

“Wil je dat graag?”

“Zeur niet man. Doe het!” Ik liet mijn handpalmen over zijn ronde, stevige billen glijden en voelde zelf een gigantische sensatie door mijn lijf gaan. Oef, dat voelde lekker. Hij moest hetzelfde gevoeld hebben want hij begon vreselijk hard te steunen.

“Oooo, Vincent, Dat is zo lekker. Ga door, ga door.” Ik glimlachte naar hem en ging door. Streelde zijn bilpartij intens en wilde dat hij zich heerlijk zou voelen. Zachtjes begon hij zijn onderlichaam tegen mij aan te stoten. Ik voelde het heen en weer gaan van zijn staander tegen mijn eigen erectie. God, wat heerlijk. Mijn vinger waagde zich in zijn bilspleet en hij richtte zich zowat geheel op terwijl hij een oerkreet slaakte. “Ahhhh, wat heerlijk,” schreeuwde hij. Dit deed me goed en keer op keer liet ik mijn vinger zijn naad verkennen. Een heerlijk onbehaarde jongensspleet. Ik vond zijn gaatje en duwde er stevig met het topje van mijn wijsvinger tegen aan. Het gekreun en gehijg van Casper werd heviger. Zijn stoten op mij ook. Plots echter hield hij op en riep: “Stop!” Ik stopte. Waarschijnlijk had hij zichzelf ook een grens gesteld en was deze nu bereikt. Hij wentelde zich van me af en bleef hijgend en zachtjes kreunend naast me liggen. Ik pakte zijn hand en kuste die.


“Ik hou van je Casper.” Het antwoord liet op zich wachten maar was niet hetgeen ik zo graag had willen horen.

“Ik weet het Vincent.” Shit, verdomme maar meteen na de teleurstelling nam ik me voor om hem hiervan niets te laten blijken. Ik moest hem de tijd geven. Ik mocht hem niet onder druk zetten. Maar ik voelde me gigantisch klote! Ik draaide me op mijn zij en begon met mijn vingers op zijn naakte lijf patronen te tekenen.

“Niet aan mijn pik komen nog hoor,” waarschuwde hij me, “anders kom ik klaar en dat wil ik niet.” Ik knikte en ging door met mijn tekeningen te maken op dat prachtig mooie lichaam. Zijn schaamhaar was tot een klein driehoekje geknipt of geschoren en zag er leuk uit. Zijn ballen waren geheel kaal en zoals ik reeds ontdekt had zijn spleet ook.

“Zie je nou wel dat je een ijdeltuit bent,” zei ik hem terwijl ik naar zijn beharing wees. Hij lachte.

“Heb ik toch ook niet ontkend!”

“Moet je je vaak scheren daar?”

“Mijn ballen twee keer in de week. Bilnaad een keer en het schaamhaar zo af en toe.” Ik vroeg hem of de spanning al wat afgenomen was en hij knikte. Ik bracht mijn mond naar zijn volle erectie toe en likte het voorvocht van zijn eikel af. Hij slaakte een geweldige kreet. Met een grijns op mijn gezicht keek ik hem aan.

“Lekker?”

“Wow, geweldig man. Je moet me maar nooit gaan pijpen want ik denk niet dat ik dat overleef,” zei hij lachend. Ik lachte met hem mee. Onze armen gleden als automatisch weer om elkaar heen en we drukten ons dicht tegen elkaar aan. De tongen vonden ook hun weg automatisch en een nieuwe, hete tongzoen volgde. We bleven met elkaar ouwehoeren totdat Casper meldde dat hij honger had. Ik pakte mijn horloge en zag dat het inmiddels al drie uur geweest was. Naakt zoals we waren, liepen we naar beneden waar ik wat te eten voor ons bereidde. Staande aan het aanrecht kwam Casper achter me staan. Hij plaatste zijn handen op mijn heupen en duwde zijn lichaam tegen mijn billen.

“Verdomme, ben je nou alweer hard?”

“Jaaa, lekker hè.” Hij begon zijn lul tegen mijn bilspleet aan te rijden en kreunde opgewonden.

“Zeg, lieve jongen. Ik kan niet en voor je maag en voor je pik tegelijkertijd zorgen hoor. Dus maak dat je wegkomt en wacht tot ik klaar ben met het eten.” Quasi verongelijkt draaide hij zich om en liep weg naar het zitgedeelte van de kamer. Daar ging hij op de bank zitten en begon obscene geluiden te maken, doende alsof hij zich aan het aftrekken was. Ik lachte en al spoedig lachte hij met me mee.

De macaroni smaakte ons beiden prima en na een toetje bestaande uit ijs met aardbeien (ja ik had ook nog wel eens wat boodschappen gedaan) zei Casper dat hij ging douchen. Hij liep naar boven en toen ik het water hoorde stralen, ging de telefoon. Het was Julia die wilde weten of Casper die avond op de camping mee zou eten of niet. We maakten grapjes over zijn eetlust en lachten beiden luid. Ik sprak met haar af dat als ze niets zou horen de jongen spoedig naar huis zou komen. Anders zou hij terugbellen. Net toen ik neerlegde, kwam Casper met een handdoek in zijn hand naar beneden gelopen. Hij droeg inmiddels een short en was nog bezig zijn haren te drogen. “Ik had je zus aan de lijn,” zei ik.

“Oh ja? Wat moest ze?”

“Ze vroeg of je vanavond op de camping nog warm eten moest hebben. Ik heb gezegd dat uitgaande van jouw eetlust het varken gerust aan het spit kon.” Casper glimlachte naar me en gooide me zijn handdoek toe.

“Vind je het erg als ik straks wegga?”

“Nee natuurlijk niet. Zo hou ik in elk geval nog wat voorraad in huis.” Een kussen vloog door de lucht en trof me. Eigen schuld ook. Casper kleedde zich verder aan en nam met een zoentje afscheid van me maar niet voordat we afgesproken hadden dat ik morgenmiddag meteen na het eten bij hem langs zou komen. Een afspraak waar ik al verlangend naar uit kon kijken.

De rest van de middag was het dus stil en kwam ik een heel eind verder in mijn boek. ’s Avonds ging ik op tijd naar bed. De dagen vlogen hier ook werkelijk om.

Dinsdag 31 juli:
Een nieuwe zomerse dag. Prachtige blauwe luchten met hier en daar een sliertje bewolking. Wellicht een van de laatste mooie dagen want gisteravond hadden ze slecht weer voorspeld. Die ochtend deed ik boodschappen want een nieuw bezoek van Casper zou mijn voorraad niet overleven. Gelukkig hadden zijn ouders jarenlang kinderbijslag voor hem gekregen anders had hij hen zeker aan de bedelstaf gebracht.

Na een paar boterhammen tussen de middag, liep ik naar ‘De Rozenhof’ toe. Bij de tenten aangekomen was het een drukte van jewelste. Een grote groep jongeren had zich daar verzameld en het bleek dat we met de hele groep naar Vaals zouden gaan. Ja, hoor ik hoor mijn geachte lezers al denken: Het Drielandenpunt. Nou heeft Herman Finkers daar een prachtige conference over geschreven en eigenlijk ben ik het wel met hem eens. Mooi hoor dat daar drie landen bijeen komen maar om daar nou een punt van te maken. Ach, ik zeur maar weer eens wat. Wat me echter wel meteen opviel was dat Casper niet zijn gebruikelijke zelf was, tenminste niet zoals ik hem kende. Hij viel wat weg in de massa. Was niet zo uitgelaten en begroette me dan ook vrij koeltjes.

Met een zestal auto’s reden we naar Vaals toe. Daar aangekomen brachten we tijden door in het Doolhof omdat zeker ik de uitgang niet kon vinden. Ik vind dat gewoon onmenselijk om mensen zo te laten dwalen. Pret was er echter genoeg want regelmatig moest je door van die poortjes heen waar je dan het risico liep nat gespoten te worden. En dan zijn Nederlanders toch op hun best, als ze kunnen knoeien met water. We beklommen ook nog de Boudewijn toren. Een aantal, waaronder ook ik, durfde niet met de lift en daarom liep de hele groep in ganzenpas achter elkaar de trappen op naar boven. Een behoorlijke klim maar het uitzicht was de moeite waard. Daar boven het landschap verheven probeerde ik opnieuw contact te maken met Casper maar de jongen bleef stil en teruggetrokken. Toen ik een arm om zijn schouder wilde leggen, wierp hij hem af. Er was iets niet goed, dat was overduidelijk. Maar wat!

Ik bleef bij Julia, Rob, Tim en Casper brood eten op uitnodiging van Julia. Ook tijdens het eten was Casper stil en niet zoals ik hem kende en na het eten maakte hij het helemaal bont door zomaar op te stappen en weg te lopen. “Wat heeft hij vandaag?” gooide ik een vraag in de groep.

“Ik weet het niet,” zei Julia. “Op de een of andere manier is hij er niet helemaal bij. Hij is de hele dag al zo verschrikkelijk afwezig. Hij praat niet uit zichzelf, geeft nauwelijks antwoord als je hem iets vraagt.”

“Ja,” viel Rob haar bij, “hij is echt gigantisch chagrijnig. Ook toen ik hem vanmorgen vroeg om samen de route voor donderdag uit te stippelen kreeg ik een grauw en een snauw. Is er misschien tussen jullie iets voorgevallen?”

“Nee, niet dat ik weet. We zijn gistermiddag als vrienden uit elkaar gegaan. Er is niets gebeurd dat zulk gedrag voor mij kan verklaren, denk ik.” Ik werd wat voorzichtiger. Er was tussen ons natuurlijk wel heel wat gebeurd. Zou dat hem van de wijs gebracht hebben? Was dit zijn reactie daarop? Het duurde tijden voor Casper terugkwam en ik wilde niet eerder weggaan dan dat ik wist dat hij veilig thuis was. Tegen halfnegen kwam hij pas aangeslenterd. Het hoofd gebogen, de handen in de zakken van zijn broek. Hij wilde meteen zijn tent ingaan maar ik was hem voor. Ik pakte hem bij zijn arm en nam hem mee bij de tenten vandaan. Hij rukte zich los en ik zei: “Prima, als je maar met me meeloopt!” En dat deed hij. We liepen de weg af tot bij de bocht en het muurtje. Daar ging ik zitten en hij zette zich naast me neer. “Mag ik alsjeblieft weten waar je mee bezig bent? Nodig je me uit om me vervolgens te negeren de hele dag?” Het was lange tijd stil maar dat kende ik van hem en ik vond het niet erg.

“Sorry maar ik zie het even niet meer zitten. Ik kan er niet meer tegen. Het is me te verwarrend allemaal.”

“Wat is te verwarrend!”

“Alles gewoon. De aandacht die ik krijg van jou, van iedereen. De vreemde gevoelens die ik voel als ik bij je ben en waar ik me geen raad mee weet. Ik kan gewoon niet met mezelf uit de voeten. Ik heb ruimte nodig. Alsjeblieft geef me dat. Laat me een poosje met rust, dat is alles wat ik van je vraag.” Stomverbaasd hoorde ik hem aan.

“Waarom Casper. Waarom? Ik snap het niet. Ik hou van je. We hebben het toch fijn gehad samen, of niet dan?”

“Ja, zeker maar voor mij is het ook verwarrend. Ik kan niet uit de voeten met die gevoelens, ik weet niet waar het toe zal leiden, word onzeker en bang van mijn eigen gevoelens. Als ik bij je ben voel ik me heerlijk, prachtig maar zodra ik weer alleen ben gigantisch rot en miserabel.” De stilte tussen ons werd groter en ik voelde een kou door mijn lijf optrekken. Was ik bezig hem te verliezen? Was dit het begin van het einde? Casper pakte mijn hand beet en keek me recht in de ogen. “Zou je het goed vinden als we elkaar een paar dagen niet zouden zien?” Mijn hart begon langzaam te verkillen en hoewel ik keihard ‘NEE’ had willen roepen zei ik:

“Ja. Als dat is wat jij graag wilt.” Geheel in mijn eigen gedachten verzonken, liep ik naast Casper terug de weg op naar boven. Bij de camping stopten we even maar we keken elkaar niet aan.

“Wanneer ga je terug naar huis,” vroeg hij.

“Ik denk vrijdag. Ik wil niet in de grote verkeersdrukte van zaterdag belanden.”

“Oké, ik laat wel wat van me horen, goed?”

“Prima.” Hij draaide zich om en liep van me weg de camping op. De handen in de zakken en zijn hoofd gebogen. Tijden bleef ik daar staan. De tranen brandden me in de ogen en toen de eersten langzaam over mijn wang begon te rollen liep ik verder de heuvel op. Thuisgekomen liet ik ze de vrije loop. Maar al spoedig begon ik me te realiseren dat ik te voorbarig was. Het was nog niet over, of hield ik mezelf voor de gek! Hij wilde tijd om na te denken en alleen te zijn. Maar dat wilde toch niet zeggen dat hij van mij af wou? Maar wat ik ook tegen mezelf zei en hoe ik ook probeerde alles een positieve wending te geven ik werd er niet geruster op.

Woensdag 1 augustus:
De dag begon schitterend net als alle dagen tevoren maar zodra ik de ogen opendeed, voelde ik meteen de pijn. Het zou een dag zonder Casper worden. Loom stapte ik uit bed, douchte me en kleedde me aan. Ik deed dingen in een automatisme en zonder er bij na te denken omdat ik te veel moest denken aan hem. De koffie smaakte me niet en ook het middageten at ik maar half op. Het boek waarin ik al zo’n eind gekomen was boeide me niet meer. Ik zat in de tuin onder de boom en deed niets. Was compleet lamgeslagen.

Donderdag 2 augustus:
Het weer was omgeslagen zoals ze voorspeld hadden. Het regende en stormde. Toen ik in de ochtend even bij de weg ging kijken, zag ik hoe het water de heuvel afgutste. Mijn gedachten dwaalden af naar Casper en ik vroeg me af of ze het droog zouden houden op de camping. ’s Middags in het dorp zag ik tijdens het winkelen even een glimp van Casper toen hij de weg opliep naar Eperheide in zijn eentje, zijn haren kletsnat op zijn hoofd en zijn kleren doorweekt. Ik hield het niet langer uit en toetste het nummer van Julia in.

“Hallo.”

“Met Vincent.”

“Ik ben blij dat je belt. Echt. Sinds jij er niet meer bent, is het helemaal mis met Casper. Hij is nog verder teruggevallen dan ooit voorheen. Ik ben vreselijk bang. En ik niet alleen. Ik weet niet wat ik moet doen.”

“Ik ook niet Julia. Ik mis hem maar wil hem ook de tijd geven om dingen voor zichzelf uit te zoeken. Daar had hij me nadrukkelijk om gevraagd.” Veel verder dan dit kwamen we niet omdat we beiden verstikt raakten in onze emoties.

Vrijdag 3 augustus:
Ik had mijn spullen ingepakt en was klaar om weg te rijden toen ik voetstappen op het grind hoorde. Het was Casper. Ik had me geen enkele voorstelling gemaakt van hoe onze ontmoeting zich zou kunnen ontwikkelen en had me voorgenomen het over me heen te laten komen. Ik stopte mijn handen in de zakken en wachtte af. Het begon zachtjes te regenen. “Vincent het spijt me vreselijk maar ik kan geloof ik niet verder. Alles wat er gebeurd is heb ik heel fijn gevonden maar het maakt het allemaal zo moeilijk. De kluwen lijkt maar steeds groter te worden en waar ik een knoop uit elkaar haal, ontstaan er meteen weer twee nieuwe. Geloof me, ik zou heel graag van je willen houden maar ‘houden van’ wordt vaak zo snel gezegd en gebruikt en dat kan ik dus niet. Als ik het zou zeggen moet het betekenis hebben, eeuwigheidswaarde en zover ben ik nog niet.”

“Waarom niet Casper. Hebben de dingen die we samen gedaan hebben dan niets voor je betekend? Doe ik je niets?”

“Ja juist wel. De afgelopen dagen voordat ik begon te donderen waren de prachtigste van mijn leven en ik voel heel veel voor jou. Ik zou veel meer voor je willen voelen maar dat lukt niet. Niet nu. Niet nu al!”

“Hoezo, niet nu al!”

“Zou je met mij willen vrijen, echt vrijen bedoel ik, zonder dat ik gezegd heb dat ik van je hou?” Daar kwam mijn probleem om de hoek zetten.

“Nee, ik denk het niet.”

“Nee, dat had ik dus wel goed ingeschat. Jij wilt het eerst van mij horen, terwijl ik het nog niet zeggen kan. Ik moet eerst weten wie JIJ bent Vincent. Een paar dagen in de vakantie daarop kan ik niet beoordelen wie jij bent!”

“Maar we hoeven toch niet meteen echt te vrijen…”

“Ik wil weten wie JIJ bent. Ook als we vrijen, ook als we ruzie hebben ook als we beiden stront chagrijnig zijn. Ik wil je helemaal leren kennen Vincent! En dan pas kan ik misschien zeggen of ik van je hou!” Het werd doodstil tussen ons. De regen tikte harder op de straat en op het met grind belegde erf. We begonnen echt nat te worden. Ik wist niet wat te moeten zeggen. Maar kwam uiteindelijk met woorden die een breuk tussen ons zou bewerkstelligen.

“Dan denk ik dat het beter is om er een eind aan te maken. Als onze ideeën echt zover uiteen liggen.” Hij knikte zonder me aan te kijken en stak zijn hand naar me uit. Ik kon hem echter niet aannemen. Het zou me te veel worden. Mijn auto stond klaar en ik stapte zonder iets te zeggen in. Ik reed achteruit en het erf af uitgezwaaid door de beheerders. Ik keek niet in mijn achteruitkijkspiegel omdat ik bang was voor de weerspiegeling. De heuvel af en het dal in. Het dorp door in de richting van Mechelen. Mijn blik was vertroebeld door de tranen. Op de snelweg dacht ik ineens, hoe stompzinnig, aan de honing die ik niet opgehaald had en ook nooit meer zou krijgen dus. Want Epen was een nieuwe plek op de wereldkaart geworden waar ik nooit meer terug zou komen omdat de herinneringen me te veel pijn zouden doen.

Wordt vervolgd…



Reacties zijn welkom via de site of via mijn e-mailadres: lucky_eye2@yahoo.co.uk



© Lucky Eye, november 2001
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de houder van het auteursrecht.
lucky_eye2@yahoo.co.uk

Gesloten