En toch...........deel 2

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
Hans Bernard
Berichten: 378
Lid geworden op: zo 07 dec 2008, 01:13
Vul het getal in: 0
Locatie: Heemskerk

En toch...........deel 2

Bericht door Hans Bernard » vr 02 jan 2015, 08:39

deel 2


“Milko.” De hand waarmee hij de telefoon vasthield, trilde licht. Het had weinig gescheeld of hij was, in zijn haast om beneden te komen, van de laatste treden gelazerd.
Aan de andere kant van de lijn was het even stil: “Ward hier, lullig man van het naroepen. Je bent toch niet in je kam gepikt? Wie weet, zien we elkaar nog eens. Ik zie je”
De verbinding werd verbroken en Milko staarde verbaasd naar de telefoon in zijn hand. Hij schudde zijn hoofd, rare vent die Ward. Als hij maar niet dacht dat hij nog een keer een pilsje met hem ging pakken. Hij moest er niet aan denken.
Milko liep terug naar boven, naar Elfi. Ze was niet meer op zijn kamer en haar kamerdeur was dicht en op zijn geroep kwam geen antwoord. Het sloeg vier uur, hij kon nog net voor het eten een uurtje gaan fietsen, zijn hoofd leeg maken en tot rust komen. Wat een rare dag was het vandaag met die hinderlijke, onbekende Ward en zijn fratsen. Toch morgen op school maar eens polsen bij Jurre. En wat zou Elfi hem voor belangrijks hebben willen zeggen? Even later reed hij langs de bosrand en zette hij zijn versnelling een tandje hoger om zijn gedachten geen kans te geven.

Na zijn rit op de fiets nam hij een douche en zich afdrogend, hoorde hij Elfi op de overloop. “Zo zusje, waar was je gebleven? Toen ik weer boven kwam na het telefoontje, was jij gevlogen. Het was dus niet zó belangrijk wat je te vertellen had?” zei hij met zijn hoofd om de deur van zijn kamer.
Elfi wuifde met een luchtig gebaar zijn opmerking weg: “Je hebt gelijk, dat was het ook niet. Laat maar zitten.”
Milko keek zijn zus raar aan, wat bedoelde ze daar nu weer mee?
Elfi had zich al omgedraaid en liep de trap af. Hij kleedde zich aan en ging op zoek naar Eveline, die net door de voordeur naar binnen kwam met een volle tas met boodschappen. Hij schoot haar te hulp en pakte haar tas aan. “Daar zit wel voor een heel weeshuis aan boodschappen in, is het niet?”
Zijn moeder lachte en vroeg: “Breng jij het even voor me naar de keuken?”
Bereid als altijd om te helpen: “Natuurlijk mam.”
In de keuken zat Elfi, die bij het zien van de volle tas, nieuwsgierig opsprong om te kijken wat haar moeder zoal gekocht had.
“He dombo, kom je me helpen?”Samen pakten zij de boodschappen uit en zetten ze op hun plaats. Bij de doos met Magnums ging er een gejuich op. “Lekker, ijsjes!”
“Waar hebben jullie trek in vanavond?” Eveline keek haar kinderen. Ze was trots op allebei al had ze het soms moeilijk met bepaalde trekjes die Milko vertoonde, waardoor hij dan sprekend op zijn vader leek. Nog altijd voelde ze de pijn van de scheiding. Elfi was als twee druppels water haar evenbeeld, altijd opgewekt, in voor een geintje en niet te beroerd een handje te helpen. Beiden deden het goed op school en Milko zou zoals het er nu voor stond, dit jaar zeker slagen. Ze wilde er nog niet teveel aan denken want dat betekende, dat hij het huis uit zo gaan en een kamer zou zoeken in Amsterdam.
Ze schudde die gedachte van zich af en vroeg : “Krijg ik nog antwoord?”
Milko en Elfi keken elkaar verbaasd aan en barstten toen in lachen uit. Hun moeder was zo ver met haar gedachten weg geweest dat ze het: “Mmmmm, pizza mam.” niet had gehoord.
Eveline, niet zo'n voorstander van pizza's keek bedenkelijk maar liet zich overhalen de pizzaboer te bellen, om het zich makkelijk te maken vanavond. Ze kreeg als dank twee dikke zoenen, waarna ze voor zichzelf een glas vruchtensap inschonk. “Nemen jullie ook wat te drinken?” Milko twijfelde tussen een cola of een blikje bier Hij wist dat zijn moeder het niet prettig vond als hij pils dronk maar het werd bier. Zij zou moeten wennen aan het feit dat hij ook alcohol dronk.
Eveline kon nog net de opmerking 'zou je dat nu wel doen, jongen?' voor zich houden.
Een half uurtje later zaten ze gezellig pizza te eten.



Toen Milko de volgende ochtend het schoolplein op fietste, zag hij dat Jurre er al was. Hij zat op het schoolplein op een van de gemetselde lage muurtjes. Zich nauwelijks tijd gunnend zijn fiets behoorlijk weg te zetten in de fietsenstalling, haastte Milko zich naar Jurre en ging naast hem op het muurtje zitten.
Voor hij iets kon zeggen, vroeg zijn vriend: “Hoe ken jij Ward?”
“Dat wilde ik jou ook juist vragen,” antwoordde Milko.
Tegelijk begonnen ze beiden te praten.
“Ho, wie eerst?” zei Jurre, waarop Milko zijn kans greep en van wal stak.
Toen hij zijn verhaal had gedaan, keek Jurre hem ongelovig aan. “Mijn ontmoeting is precies gelijk aan die van jou. Alleen was het bij mij gemorst bier in plaats van een ijsje. Dus zijn we nog geen steek verder dan dat we weten dat het een knappe jongen is, die er schijnbaar zijn hobby van maakt om leeftijdsgenoten aan zijn tafeltje te krijgen”. Milko keek nadenkend voor zich uit. “We hebben het er nog wel over,” kon Jurre nog net zeggen voor een groepje klasgenoten bij hen kwam zitten.
De bel voor de aanvang van de lessen klonk over het plein. Met een zucht stonden ze op en liepen naar de hoofdingang van het gebouw.
Opeens pakte Milko Jurre bij zijn arm en kneep, blijkbaar nogal flink, want hij riep “au”.
“Kijk,” siste Milko, “daar voor het hek: Ward.”
Jurre keek in de richting die Milko aanwees, maar zag alleen maar een knul weglopen. “Waar?”
“Daar, hij loopt nu weg, ik weet zeker, dat het Ward is.”
“Ik zie het niet. Hij is al te ver weg, wat zou hij hier komen doen?”
Jurre keek Milko vragend aan, die had ook niet zo gauw een antwoord.

Het kostte Milko die morgen moeite om zijn aandacht bij de les te houden. Het tolde almaar in zijn hoofd. Pas toen hij bij Nederlands een opmerking kreeg, dat hij niet oplette, ging hij rechtop zitten en zorgde bij de les te blijven. Jurre, die in een andere klas zat, zag hij niet meer. Gek, meestal kwamen ze tussen de middag bij elkaar maar dit keer was hij niet komen opdagen. Zeker andere belangrijke dingen te doen. Om half drie was hij eindelijk klaar.

De hele weg naar huis keek hij of hij ergens een glimp van Ward zag. Hij reed er zelfs voor langs 'Bij Ons', een kroeg met een groot hart. Dat stond op de onderkant van de bierviltjes. Iedereen was er welkom, man, vrouw, blank- zwart, oud- jong, homo- hetero, noem maar op. Er kwamen dan ook bezoekers van allerlei slag. Het was er bijna altijd druk en super tof. Eigenlijk kon je wel van een unieke tent spreken.
Geen Ward te zien maar wel Jurre, die vrolijk zat te praten met een leuke knul. Hij moest die jongen goed kennen want ze zaten zwaar tegen elkaar geleund. Milko wilde een gil geven maar iets in hem zei, dat hij dat beter niet kon doen. Hij had zelfs het idee dat zijn boezemvriend dat ook liever niet had. Dus fietste hij door en zei hardop tegen zichzelf: “Dat wordt spannend vanavond want Jurre heeft het een en ander uit te leggen. Toen hij hun straat in reed zag hij nog net iemand de straat uitrijden. Zijn kop eraf als dat Ward niet was. Jammer dat hij al zo ver weg was, nu was het moeilijk te zien.
Wat moest die jongen toch? Voor Milko stond het vast dat het geen toeval was. Die knul was ergens op uit, maar waarop?

Na het eten had hij tegen zijn moeder gezegd, dat hij nog een uurtje uitging. Afspraak was, sinds hij 18 was, dat hij niet hoefde te vragen of hij uit mocht, alleen melden dat hij wegging was voldoende. Zeggen waar je naar toe ging werd op prijs gesteld maar was geen moet.
“ Waar ga je naar toe?” Zijn moeder flapte het er nog gewoontegetrouw uit.
“Dat weet ik nog niet, ik zie wel.” Het klonk lichtelijk geïrriteerd.
Eveline begreep de hint en begon aan de afwas, geholpen door Elfi. Die had op het punt gestaan haar broer om te praten en te smeken of zij niet een keertje mee mocht. Ze hield haar mond, ze wist nu al dat het antwoord vandaag 'Nee' zou zijn. Milko ging naar boven om zich te verkleden en verdween even later op de fiets, uitgezwaaid door zijn moeder.
Peinzend keek ze hem na. Zou het voorgevoel, dat ze al een tijdje had, kloppen? Kon ze er maar eens met iemand over praten. Bij haar ex-man hoefde ze niet aan te kloppen. Als zij hem zou vertellen wat ze dacht, zou het huis te klein zijn. Nee, het was beter voorlopig haar vermoedens voor zich te houden. Het was niet zo dat ze zich druk maakte. Omdat ze, als het zo was wat ze dacht, graag wilde dat de waarheid boven tafel kwam en Milko niet langer dingen voor haar verborgen moest houden.
Milko fietste met ongeveer dezelfde gedachten naar 'Bij Ons'. Hij kreeg steeds meer de behoefte open te zijn tegen zijn moeder en haar de waarheid te vertellen. Hij was niet bang voor haar reactie. Zij zou hem niets verwijten en nog evenveel van hem houden, daar was hij zeker van. Maar zijn vader die driftkikker, zeker als hij teveel ophad, was wel een probleem. En zijn zusje? Hoe zou zij reageren? Hij zou het niet kunnen verdragen als zij hem af zou wijzen. Tranen schoten in zijn ogen. Driftig veegde hij ze met de rug van zijn hand weg. Een ijskoude rilling liep over zijn rug. Wat als Elfi hem afwees?

In de verte zag hij het terras al. Tjonge wat was het er druk. Zou er iets te doen zijn? Hij zocht naar een veilig plaatsje voor zijn fiets. Toen hij hem op slot had gezet en recht op het terras afliep, zag hij pas dat de meeste bezoekers mannen waren. Wacht, het was natuurlijk mannen avond, daarom was het vet druk. Wat moest hij doen? Hij had het niet zo op zo'n drukte. Vooruit, hij was nu zover dat hij zich moed insprak en zich in het gewoel stortte. Hij werd in de massa opgenomen en als vanzelf raakte hij binnen. Hoeveel handen hij op zijn lijf voelde, zou hij niet kunnen zeggen maar meer handen dan nodig waren, streelden, duwden, grepen hem en Milko zuchtte dan ook opgelucht toen hij de bar had bereikt en zowaar nog een vrije kruk zag staan. Hij strekte zijn arm om de kruk naar zich toe te trekken, toen een bekende stem zei: “Dat is mijn kruk lieverd, als jij hem neemt, moet je mij erbij nemen.”
Dit kon niet waar zijn. Deze stem herkende hij uit duizenden. Milko kon het zich nauwelijks voorstellen.
“Blijf je zo staan of kom je naast me zitten?”
Langzaam keerde hij zich om naar degene die hem aangesproken had. Ja hoor daar stond Jurre, slechts een stap van hem verwijderd. Milko spreidde zijn armen: “Het is niet waar! Hoe hebben we dat zo lang voor elkaar verborgen weten te houden?”
“Nou, lachte Jurre, ik had anders al heel lang een vermoeden.”
Milko keek hem lachend aan en trok Jurre naar zich toe. “Wat heb ik dit al lang willen doen.” Hij hield zijn boezemvriend stevig tegen zich aan.


02-01-2015 © Hans Bernard

Gesloten