Een nieuw begin (Deel 8)

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
jeroen0107
Berichten: 64
Lid geworden op: za 23 nov 2013, 00:25
Vul het getal in: 123
Locatie: Deventer

Een nieuw begin (Deel 8)

Bericht door jeroen0107 » do 02 jan 2014, 23:59

Reacties op dit verhaal kun je kwijt op dit forumonderdeel: http://forum.oliversverhalen.nl/viewtop ... 9&start=30

Een nieuw Begin (Deel 8)

Mark kijkt naar de grond en kijkt verdwaasd voor zich uit. Mijn moeder staat op en loopt naar me toe. Ze komt dicht bij staan en fluistert zachtjes:
“Hij wil alleen met jou praten. Ik laat jullie even alleen.”
Ze loopt de woonkamer uit en doet de deur zachtjes achter haar dicht. Subtiel. Maar nu moet ik dus met hem praten. En dat vind ik lastig, wat moet ik zeggen? Hij kijkt nog steeds naar de grond, alsof hij afwezig is. Ik ga naast hem zitten en sla een arm om hem heen. Het doet me zeer dat hij er zo bij zit. De afgelopen dagen is Mark veranderd van een stoere, zelfverzekerde jongen naar onzeker en ongelukkig.

“Wat is er nou met je? Wat is er gebeurd?”
Ik kijk Mark nu recht aan. Zo van dichtbij zie ik pas dat hij echt gevochten heeft of zo. Zn lip is beschadigd en hij heeft een bloedneus gehad. Hij kijkt me terneergeslagen aan.
“Ik dacht dat ik papa kon vertrouwen, Thomas.”
“Wat! Heeft papa dit gedaan?”
Mark knikt. Ik kan mijn oren niet geloven.
“Waarom in vredesnaam? Waarom was je daar überhaupt?”
“Ik wilde er even een dagje tussenuit, even een dag niet thuis zitten. Nu dacht ik dat papa altijd weg was met de paarden op zaterdag en dat Myrthe er de hele dag was. Dat is natuurlijk ideaal want die bemoeit zich nergens mee en laat je lekker je gang gaan op de boerderij. Prima dacht ik.”
Mark heeft gelijk. Als mijn vader er niet is, is de boerderij een heerlijke plek om naartoe te gaan.
“Maar hij was er dus wel begrijp ik?”
“Ja, er was een paard ziek dus hij hoefde niet naar zo’n wedstrijd. Hij dacht op zijn beurt dat het wel makkelijk was dat ik die slechte computer weer eens zou gaan repareren. Daar ging dus mijn rustige dag. Toen ik een uur bezig was vroeg hij of ik thee kwam drinken. Eigenlijk geen zin, maar uit een soort van beleefdheid toch maar gedaan. Tot overmaat van ramp was Myrthe ook nog eens weg dus ik zat echt alleen met papa. Toen we aan de thee zaten begon hij over jou.”
“Over mij? Over dat ik homo ben?”
“Ja, hij zei dat hij het walgelijk vond. Dat hij zich heeft ingehouden voor mama, maar dat hij er alles aan gaat doen om mama er van te overtuigen dat je beter zo snel mogelijk bij ons weg moet gaan.”
Ik weet even niet wat ik moet zeggen. Dat mijn vader er niet blij mee zou zijn is geen verassing. Maar dit gaat ver, heel erg ver.
“Maar waarom heb je dan met hem gevochten?”
“Ik… ik werd zo boos, Thomas. We zijn misschien niet altijd de beste vrienden geweest maar jij bent mijn broer. Ik heb je wel eens gepest, en zeker de laatste tijd heb ik fouten gemaakt. Maar dat betekend niet dat ik niet om je geef. Ik accepteer niet dat papa zoiets over jou zegt. Dat kan niet.”
Hij wordt fanatiek, boos bijna. Het raakt me dat hij dit zegt. Hoezeer ik Mark ook haatte soms, ik weet dat ik diep van binnen ook zo over hem denk. Zeker nu we elkaar nodig hebben.
“Papa bleef maar doorgaan…” gaat Mark verder.
“En maar zeggen hoe hij ervan walgt. Ik kon het niet langer aanhoren. Toen heb ik hem gezegd dat ik voor hem dan net zo walgelijk ben.”
“Je hebt wat? Ik snap het niet, wilde het toch nog niet vertellen?”
“Toen hij zo over jou praatte had ik zo iets van: Kom maar op, zeg dat dan ook maar recht in mijn gezicht. Dat heeft hij gedaan. In ieder geval niet met heel veel opbouwende woorden. Vooral met zijn vuisten. Hij was kwaad, Thomas. Heel kwaad.”
Ik zit verstijfd op de bank. Dit gebeurt toch alleen in films, of staat in de krant. Dit gebeurt niet bij ons, dat kan niet. Ik kan mijn emoties op dit moment niet onder woorden brengen. Ik staar naar de muur en heb geen idee wat ik moet denken. Laat staan wat ik tegen Mark moet zeggen. Ik kan hem op dit moment niet opvrolijken. Ik sla een arm om hem heen en leg zijn hoofd op mijn schouder.
“Wij komen hier doorheen, Mark, samen. Met mama, en zonder papa.”
“Je weet hoe veel mama aanneemt van pap, hè?”
“Dit accepteert ze niet, Mark. Dat weet jij net zo goed als ik. Niemand komt aan ons, ook papa niet.”
“Ja…” zegt Mark kort.

We zitten wel 5 minuten stil voor ons uit te kijken als onze moeder weer binnenkomt. Ze kijkt bezorgd, en dit keer terecht.
“Mag ik er bij komen zitten?” vraagt ze voorzichtig.
Ik knik. Ik vind dat ze het hele verhaal nu moet horen. En het kan me niet zo veel schelen wat Mark daarvan vind. Maar we gaan het haar nu vertellen.

Ze kijkt ons vragend aan. Ik kijk naar Mark, maar hij staart weer naar de grond. Hij slaat dicht. Dat snap ik wel, ik weet niet of ik anders had gereageerd. Ik besluit hem te helpen.
“Papa heeft dit gedaan.”
Ik zie dat ze geschokt is. Ze is even stil en zegt dan:
“Wat? Is hij nou helemaal gek geworden? Waarom in vredesnaam?”
Ik zucht een keer diep, nog steeds geen reactie van Mark dus dan doe ik het maar. Ik kan niet anders.
“Papa heeft iets tegen homo’s, dat wist je al, maar het gaat verder. Hij haat ze, vind ze smerig.”
“Ik weet het Thomas, papa heeft ook op mij in proberen te praten, ik heb daarom geen contact meer met hem voorlopig want ik ben het niets met hem eens. Maar ik snap niet wat jouw coming out met Mark te maken heeft. Heb je het voor hem opgenomen, Mark?”
Mark kijkt nu op. Hij lijkt enigszins verbaasd dat ze dat zegt ook al weet hij dat ze goed op mij reageerde. Ik zie dat hij twijfelt. Hij is bijna zover dat hij het zegt. Ik besluit daarom nu mijn mond te houden. Ik vind namelijk dat hij het zelf aan mama moet vertellen.
“Mama, ik ben net als Thomas, ik val ook op jongens….”
Mark kijkt gelijk nadat hij het gezegd heeft naar de grond, alsof hij nu een uitbarsting van mijn moeder verwacht.
Verbaasd kijk ik naar Mark. Dat kwam iets sneller en directer dan ik had verwacht. Als ik naar mijn moeder kijk zie ik dat ze glimlacht. Gelukkig. Ik merk dat ik het toch een beetje spannend vond. Ze kan wel goed op mij reageren, maar nu krijgt ze er nog een homo-zoon bij. Dat is dan toch anders denk ik.
“Dat dacht ik al, Mark..”
“Hè? Hoe….” reageert Mark verbaasd.
“Ik zag hoe je op Thomas reageerde. Het kon bijna niet anders. Zeker toen ik zag hoe jullie anders met elkaar omgingen, ineens, na de coming out van Thomas. Ik heb het Thomas nog gevraagd Mark. Hij was zo eerlijk om het me niet te vertellen, en jou nu zelf de kans te geven.”
Mama refereert nu naar de situatie in het restaurant. Ze heeft natuurlijk gelijk. Ik weet nu waarom Mark dat deed maar mama weet dat natuurlijk nog niet.
“Ik vind dat je mama het een en ander hebt uit te leggen, Mark.” zeg ik.
“Dat vind ik ook…” valt mijn moeder bij.
Ik sta op en loop naar de deur.
“Ik laat jullie even alleen.”
Als ik op mijn kamer ben laat ik mezelf op bed vallen. Waarom wil ik daar niet bij zijn? Ik weet het niet. Misschien toch omdat het me nog een beetje pijn doet. De manier waarop ik als het ware ben gebruikt door Mark. Ik weet niet of ik hem dat kan vergeven. Misschien ooit. Toch heb ik nu het gevoel dat het allemaal teveel om mij draait weer. Het ging natuurlijk om het feit dat papa Mark heeft geslagen, enkel en alleen om zijn, of eigenlijke onze, geaardheid. Ik voel me weer boos worden. Ik vind dat we het daar zometeen uitgebreid over moeten hebben met z’n drieën. Ook vind ik dat mijn vader dit niet ongestraft kan doen. Dit gaat nog een staartje krijgen als het aan mij ligt.

“Thomas, wil je nog even naar beneden komen?”
Mijn moeder.
Ik loop naar beneden en plof weer naast Mark op de bank.
“Ik heb het hele verhaal gehoord. Ik ben trots op de manier waarop jij er mee omgaat Thomas.”
“Dank je…” zeg ik verlegen.
“Maar wat ik belangrijker vind nu is Mark. En wat papa heeft gedaan” zeg ik.
“Daar heb je gelijk in” zegt mijn moeder.
“Mark denkt er over om aangifte te doen. Ik weet niet of dat de oplossing is maar ik zal hem niet tegenhouden.”
“Mark?” vraag ik.
“Ja ik weet het anders ook niet hoor. Ik vind alleen dat hij er absoluut niet mee weg mag komen.”
“Daar zijn we het alledrie dan wel over eens..” zeg ik.
“Met hem praten heeft denk ik ook geen zin. Maar aangifte is ook wel heel officieel. Dan krijg je allemaal gezeur met politie en rechtzaken en zo. Zitten we daar wel op te wachten?”
Ik zie mijn moeder en Mark denken. Het is een lastige situatie. Maar gelukkig zijn we het er over eens dat hij er niet mee weg mag komen. Ineens heb ik een idee.
“Het klinkt misschien gek maar, als wij hem nou eens confronteren. Wij als in wij met z’n drieën. Wij staan dan sterker en kunnen hem ons verhaal doen. Wij geven hem op die manier een kans om er normaal mee om te gaan. En wat mij betreft is dat dan de enige kans die hij krijgt.”
Mark kijkt opgewekt.
“Ik vind het een goed idee Thomas.”
“Ik weet het niet hoor. Ik wil daar even over nadenken.” zegt mijn moeder.
Mark gaapt.
“Zullen we er morgen dan verder over praten? Ik wil eigenlijk wel naar bed. Heb het wel even gehad voor vandaag.”
“Goed idee” zegt mijn moeder.
We besluiten alledrie naar bed te gaan en het er morgen tijdens het ontbijt nog eens over te hebben. In mijn bed kan ik eigenlijk aan niets anders denken. Hoe maak je iemand die zo tekeer gaat tegen homo’s nou duidelijk dat wij niet vies zijn, dat het niet uit maakt. Ik vind het lastig. Geen idee wat ik dan tegen hem zou willen zeggen. Ook vraag ik me af of we dan eigenlijk te mild zijn voor hem? Geen aangifte, geen problemen. Aan de andere kant. Het is en blijft onze vader. Dit zou toch op een normale manier moeten kunnen?

Het is voor mijn gevoel al laat in de ochtend als ik wakker word. Ik heb heel vast geslapen dus het duurt even voordat er tot me doordringt wat er gisteren is gebeurd. Het was natuurlijk een super leuke dag, totdat ik thuis kwam. Ik snap nog steeds niet wat mijn vader bezielt. Maar dat we daar vandaag achter gaan komen is me duidelijk. Als mama en Mark niet willen gaan, ga ik wel, desnoods alleen.

Gelukkig is dat niet nodig, want zodra ik beneden ben zegt mijn moeder:
“Goedemorgen. Thomas, wij gaan vandaag met z’n drieën naar jullie vader toe. Dit moet vandaag worden opgelost en uitgepraat.”
Fijn. Ik ben het volledig met haar eens.
“Mark is nog even naar Jochem, een boek voor engels ophalen. Hij komt er zo aan.”
Jochem is de beste vriend van Mark, als sinds de basisschool geloof ik. Jochem is aardig. Best wel verlegen. Het is ook een mooie jongen. Ik kan niet ontkennen dat hem nooit leuk heb gevonden. Maar dat had natuurlijk alleen maar problemen gegeven als ik daar ooit iets over had gezegd. Gelukkig ging dat wel weer over. Maar ik zal altijd een zwak voor hem blijven houden denk ik.
“Dan ga ik wel even douchen, dan ben ik klaar als Mark er is.”
“Is goed…”
Als ik de gang inloop hoor ik boven mijn telefoon afgaan. Ik krijg een berichtje. Ik sprint naar boven want ik ben altijd erg nieuwsgierig als ik een bericht krijg. Al zijn ze nooit echt dringend. Ik pak mijn telefoon op. Het is van Joris.

Hé Thomas, ik wil je nog even laten weten dat het gisteren super leuk was en dat ik het echt tof vind dat je gewoon eerlijk er voor uit komt dat je jongens leuk vind. Wij vinden dat echt prima, dat je dat nog even weet.

Ik lees het bericht voor een tweede keer. Wat lief van hem. Ik had op school verder nooit zo heel veel contact met hem naast het gebruikelijke. Ik had dit dan ook niet verwacht. Ik zal het eens aan Mark laten lezen. Hij moet ook maar eens inzien dat niet iedereen negatief is.

Het is ruim een uur later als we in de auto zitten. Mark was vrij stil geweest. Hij heeft alleen gezegd dat hij er geen zin in heeft. Ik ook niet, maar we moeten dit doen. Mama rijdt het erf van mijn vaders boerderij op. Ik zie de paarden al weer staan en de honden rennen blaffend om de auto heen terwijl mijn moeder voorzichtig naar het huis rijdt. Het is een prachtige plek. Jammer dat mijn vader hier woont denk ik nog. Zijn auto staat voor het huis geparkeerd dus hij zal wel thuis zijn. Dat is mooi.
“Zal ik eerst even het woord doen?” vraagt mijn moeder aan Mark.
Hij knikt. Ik zie aan hem dat hij heel gespannen is. Ik merk het ook aan mezelf. Een paar uur geleden had ik nog een hele lijst met dingen die ik tegen mijn vader wou zeggen maar nu is mijn hoofd blanco. Ik ben blij dat mama het woord doet, dan kunnen wij vanzelf wel bijvallen. We lopen naar de voordeur en mijn moeder belt aan. Het duurt niet lang voor de deur open gaat. Myrthe doet open, de nieuwe vriendin van mijn vader. Op een of andere manier was ik haar even vergeten. Ik vind haar een beetje appart. Ze is heel aardig, maar eigenlijk te aardig als je snapt wat ik bedoel.
“Hallo, wat een verassing! Kom gezellig binnen!” roept ze vrolijk.
Mijn moeder kijkt verbaasd.
“Wij komen niet voor de gezelligheid, maar dat snap je hopelijk toch wel?”
Nu is het Myrthe die verbaasd kijkt.
“Heeft Peter jou niet verteld wat er gisteren is voorgevallen?”
“Gisteren? Nee, ik ben pas vanochtend uit de nachtdienst gekomen, dus ik heb geen idee waar je het over hebt om eerlijk te zijn..”
Mijn moeder mompelt iets onverstaanbaars een loopt achter Myrthe aan naar binnen. Mark en ik volgen. Als we in de woonkamer komen zien we niemand.
“Peter is op zijn werkkamer, ik zal hem wel even halen.” zegt Myrthe weer vriendelijk.
We gaan maar ergens zitten. Ik voel me ongemakkelijk. En als ik naar Mark en mijn moeder kijk weet ik dat ik daar niet de enige in ben.

“Wat komen jullie hier doen?” Ik hoor de norse stem van mijn vader.
“Wat denk je dat wij komen doen, Peter?”, mijn moeder in de aanval.
Mijn vader slaakt een diepe zucht, alsof hij hier totaal geen zin in heeft. Hij gaat tegenover ons op een andere bank zitten en kijkt mijn moeder aan, op een arrogante manier. Mijn ongemakkelijke gevoel maakt snel plaats voor ergenis. Ik zie dat Mark precies hetzelfde voelt.
“Zeg het maar…” zegt hij nonchalant.
“Nee, zeg jij het maar! Wat bezielde jou gisteren? Onze zoon zo behandelen?”
Mijn moeder reageert fel. En terecht. Ik blijf me nog verbazen hoe ze zo ineens veranderd is. Eerst leek ze er helemaal tegen te zijn, toen accepteerde ze het, en nu verdedigd ze ons bij onze vader. Het gaat wel snel allemaal. Ik zou bijna denken dat de eerste reactie toen bij ons thuis gewoon maar spel was om mijn vader te plezieren.
“Je weet toch wel wat er is gebeurd? Mark vind het wel prima wat Thomas allemaal doet. Nee, nog erger, hij denkt nu ineens dat hij zelf ook homo is. Ik weet niet wat Thomas in zijn hoofd haalt allemaal, en dat geldt ook voor Mark, maar ik heb er genoeg van!”
Een pijnlijke stilte. Mijn mond valt nog net niet open van verbazing. Mark heeft gelijk, deze man tegenover ons, die ik op dit moment even niet als vader kan zien, is niet voor rede vatbaar. Mijn moeder kijkt hem verbaasd aan maar zegt niets.
“Ik haal niets in mijn hoofd, ik val op jongens, dat gaat niemand veranderen, en jij zeker niet!” roep ik.
“Daarnaast is het niet zo dat ik Mark iets heb aangepraat. Mark is net als ik. En dat is goed zo. Jij hebt dat gewoon te accepteren.”
“Zo is dat.” zegt Mark ineens.
“Pardon?” roept mijn vader boos.
“Jullie gaan mij niet vertellen wat ik wel of niet moet accepteren. Zijn jullie gek geworden?!”
“Er is hier maar één gek aan het worden, Peter, en dat ben jij. Een normale vader slaat zijn kind niet omdat hij vertelt dat hij homo is, en omdat hij het voor zijn broer opneemt.” zegt mijn moeder.
“Sinds wanneer denk jij hier zo over? We hebben het hier over gehad Linda!”
“Mijn mening is nooit anders geweest. Ik vond dat ik je moest vertellen wat er was gebeurd in het restaurant. Ik had niet verwacht dat je langs zou komen en mij de les zou lezen over wat ik moest vinden of hoe ik ermee om moest gaan. Ik had geen zin in discussie dus heb gewoon een poppenkast opgehouden. En dat had ik niet moeten doen. Diep van binnen interesseert het me niet wat onze jongens zijn. Als ze maar gelukkig zijn. En, sorry Thomas, ik had je gelijk moeten zeggen dat ik jou accepteer. Ik had mij niet door deze man moeten meeslepen.”
Ik kijk haar verbaasd aan. Niet om het feit dat ze het accepteert en dat mijn vader haar heeft proberen om te praten. Dat verbaasd me niets. Vooral het feit dat ze toegeeft dat hij dat heeft gedaan. Dat is voor het eerst.
“Het geeft niet…” zeg ik zacht.
“Het geeft wel Thomas, en Mark. Jullie zijn mijn jongens, daar komt niemand aan. En zeker jij niet!” roept ze ineens terwijl ze naar mijn vader wijst. Hij zegt niets en kijkt alleen maar met een rood hoofd naar de deuropening. Als ik me omdraai zie ik waarom. Myrthe staat in de deuropening.
“Wat vind jij hier van? Dit is toch belachelijk?” vraagt mijn vader aan haar.
“Ik weet niet of ik degene ben die….”
“Wees eens eerlijk.” zegt mijn moeder.
Myrthe wordt rood. Eigenlijk vind ik dit wel zielig want ze wil natuurlijk mijn vader niet afvallen, maar als ze het met ons eens is, heeft ze ruzie.
“Jij kunt de geaardheid van je zoons niet veranderen Peter.” zegt ze onzeker.
Ik hoopte al dat ze zoiets zou zeggen. Misschien kan zij wel tot mijn vader doordingen. Want ik heb het idee dat het ons drieën niet gaat lukken.
“Het is toch niet te geloven!” roept hij boos.
“Gek hè, om te geloven dat mensen een eigen mening hebben, Peter.”
Oké, dat is echt 1-0 voor mijn moeder. Mijn vader houd gelijk zijn mond en schudt alleen nog maar zijn hoofd. Ik denk aan gisteren, wat hij tegen Mark heeft gezegd en dat hij hem geslagen heeft.
“Ik vind dat jij je excuses aan Mark moet aanbieden.” zeg ik.
Hij kijkt me boos aan. Ik kijk strak terug. Ik meen dit.
“Geen denken aan….”
Ik word boos. Hoe kan hij dat zeggen? Ik had het wel verwacht natuurlijk. Die man is zo stug als een blok beton, maar dat hij er zo nonchalant mee omgaat had ik niet verwacht. Hij heeft Mark gewoon mishandeld. Eigenlijk zowel fysiek als geestelijk.
“Prima, als jij geen excuses aanbied, dan moeten we het anders oplossen.” zegt Mark.
Mooi, Mark heeft nog niet veel gezegd. Ik ben blij dat hij bijvalt want ik was even sprakeloos.
“Hoe bedoel je, Mark?” vraagt mijn moeder.
“Blijkbaar komen wij hier onderling niet uit. Papa begrijpt niet dat wat hij heeft gedaan gewoon niet kan. Ik ga dit niet accepteren. Ik ga aangifte doen.”
Die zag ik niet aankomen. En de rest ook niet als ik zo om me heen kijk. Maar Mark kijkt zelfverzekerd. Hij meent het. Hij staat op en loopt naar de deur. Hij draait zich nog even om voor hij naar buiten loopt.
“Ik heb hier niets meer te zeggen, ik wacht wel in de auto op jullie.”
“Blijf hier!” roept mijn vader maar het is al te laat. De deur valt met een harde klap in het slot.
“Zullen wij ook maar gaan? Mark is duidelijk, en ik ben het met hem eens.”
Mijn moeder zit nog steeds een beetje verstijfd van verbazing voor zich uit te kijken. Dit was natuurlijk niet de opzet van dit alles. Ze herstelt zich en zegt:
“Ik heb ook niets meer te zeggen.”
We staan op en lopen naar de deur. Zonder nog iets te zeggen of om te kijken lopen we naar buiten. Ik kan het niet laten om de deur extra hard dicht te slaan. Ik kijk mijn moeder balorig aan. Ze kan een kleine glimlach om mijn natuurlijk niet al te volwassen gedrag niet onderdrukken….

Gesloten