Een nieuw begin (Deel 4)

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
jeroen0107
Berichten: 64
Lid geworden op: za 23 nov 2013, 00:25
Vul het getal in: 123
Locatie: Deventer

Een nieuw begin (Deel 4)

Bericht door jeroen0107 » zo 15 dec 2013, 01:02

Het nieuwe deel is inmiddels online! Ik heb geprobeerd kritiek uit de vorige delen mee te nemen in dit nieuwe deel. Ik hoop dat jullie nog steeds zo enthousiast reageren! Maar laat ook vooral weten wat er beter kan, zo kan ik voor jullie een beter en mooier verhaal schrijven! Reacties kun je op dit forum kwijt: http://forum.oliversverhalen.nl/viewtop ... =24&t=1089

Een nieuw Begin Deel 4

Ik heb ik geen idee wat ik doen moet. Ik loop de lange straat uit. Ik voel in mijn zak. Gelukkig, ik heb mijn portemonnee meegenomen. Ik besluit de eerste beste bus te nemen. Geen idee waar die heenrijdt. Ik moet nadenken, of misschien juist niet. Wat is er nou gebeurd? Mark licht gewoon op een spottende manier mijn moeder in over mijn geaardheid. Was het terecht dat ik hem geslagen heb? Ja, dat vind ik wel.
Ik voel mijn telefoon trillen in mijn zak, ik kan wel raden wie het is. Mijn moeder natuurlijk. Waarschijnlijk vol afschuw over wat ik in mijn hoofd had gehaald. En dan had ik het nog niet eens over de klap die ik Mark heb verkocht. Ik pak mijn telefoon en kijk op het scherm. Het is Mark. Wat moet hij van me? Hij had echt al genoeg aangericht. Ik blijf naar het scherm staren en wacht bewust tot het gesprek naar mijn voicemail wordt doorgeschakeld.
“Je moet eruit jongen, de bus gaat niet verder” hoor ik ineens.
De buschauffeur kijkt me vriendelijk aan. Ik kijk een beetje verward op en verlaat de bus. Waar ben ik eigenlijk? Ik kijk om me heen. Ik herken de plaats. Rotterdam. Dan moet ik minstens een uur in die bus hebben gezeten.
Weer mijn telefoon. Ik besluit niet te kijken. Ik zat er nog over te denken om Anne te bellen maar op een of andere manier wou ik niet praten. Ik moest toch naar huis denk ik. Of naar mijn vader? Nee die had het verhaal natuurlijk allang gehoord. Daar hoefde ik helemaal niet meer aan te komen. Dat maakte me ook niet uit, ik zag hem toch nooit.

Ik besloot weer in de bus te stappen. Het was al laat. Toch maar naar huis dan. Wat moest ik anders? De rit duurde korter dan ik wilde. Voor ik het wist was ik al weer in mijn eigen straat. Ik had geen zin in de confrontatie. Ik liep het tuinpad op. Er brandde nog licht. Jammer. Ik deed zachtjes de voordeur open. Waarom eigenlijk? Alsof mijn moeder me niet zou horen. Die hoort nog een mier over het tuinpad lopen. Ik doe de woonkamerdeur open. Even sta ik aan de grond genageld van verbazing. Wat is hier aan de hand?

Op de bank zit mijn moeder, met rode ogen voor zich uit te staren. Nog steeds sta ik verstijfd van verbazing wie er naast haar zit. Mijn vader. Hij kijkt mijn kant op. Ik heb geen idee of hij boos is of niet. Hij kijkt heel neutraal en zegt dan:
“Het is goed dat je thuis bent, ik denk dat we even moeten praten”
Mijn moeder kijkt ook mijn kant op maar zegt niets.
“Waar is Mark?”
“Die is jou aan het zoeken, Thomas” zegt mijn vader.
Ik pak mijn telefoon uit mijn zak en kijk. Ik heb bijna 20 gemiste oproepen en een paar berichten. Een van die berichten is van Mark.

Dit had nooit zo mogen escaleren Thomas. Kom alsjeblieft naar huis of bel me. we moeten hier over praten. Mama is ook ongerust, en ik ook. dus bel ff!

We moeten praten…. Als hij dat nou een half jaar geleden had bedacht. Dan was de situatie nu wel anders geweest. Ik typ snel een berichtje terug terwijl ik op de bank ga zitten.

Ik ben thuis. 

Geen zin om nog meer tijd aan die jongen te verspillen. Ik kijk mijn vader vragend aan. Alsof ik wil zeggen: Waar wil je over praten? Maar dat weet ik natuurlijk dondersgoed.
“Ik ben geschrokken van wat er is gebeurd, Thomas.”
“Het was niet mijn schuld” schiet ik gelijk in de verdediging.
“Niet jou schuld?” begint mijn vader nu op een wat geïrriteerdere toon.
“Jij slaat Mark een bloedneus midden in een vol restaurant en loopt vervolgens weg. Laat je moeder daar zo achter. Hoe haal je dat in je hoofd?”
Hij blijft opvallend rustig maar zie dat hij echt kwaad is. Mijn moeder kijkt me alleen maar boos aan en zegt niets. Makkelijk, papa weer het vuile werk op laten knappen. Maar dat zijn we inmiddels wel gewend.
“Misschien moet je het ook eens van mijn kant bekijken, heb je papa verteld wat Mark heeft gezegd?” vraag ik terwijl ik mijn moeder aankijk.
Eens kijken of zij ook nog kan praten.
“Ja, maar dat is geen reden om hem te slaan, zo hebben we jou niet opgevoed!”
“Geen reden om hem te slaan?” Nu word ik boos.
“Die jongen treitert en chanteert mij al een half jaar. Hij is er nog goed vanaf gekomen!”
Mijn ouders kijken enigszins verbaasd naar elkaar. Mijn vader staat op en loopt naar de keuken. Even later komt hij terug met een pot thee en een paar koppen. Hij zet ze neer om de thee in te schenken. Oke, deze stilte duurt mij alweer lang genoeg, ik besluit de stilte te verbreken.
“Dat heeft hij jullie zeker niet verteld, hè mam?” zeg ik.
Mijn moeder zucht en schudt zachtjes haar hoofd. Mijn vader kijkt naar haar en wendt zich tot mij.
“Waarom ben je niet naar ons toegekomen?”
“En dan? Zeggen, Pap, Mam, ik ben homo en mijn broertje pest me ermee? Hij heeft vrolijk de hele school ingelicht en dreigt elke dag om het jullie te vertellen. Wat hij dus ook fijn even heeft gedaan vandaag. Ik wilde niet dat jullie het weten. En dat wil ik nog steeds niet. Mark heeft alles verpest, die lul!”
“Rustig Thomas, ik snap niet waarom wij dit niet mochten weten, wij hadden kunnen helpen. Wij hadden deze vete tussen jullie kunnen stoppen.” zegt mijn moeder uit het niets…
“Ik wil helemaal geen homo zijn, en ik ben niet gek, ik weet hoe jullie daar over denken.” roep ik nu enigszins wanhopig.
“Dat snap ik, en dat is zo, wij zijn daar tegen. Maar dat betekent niet dat je ons niet kunt vertrouwen. We kunnen hier over praten.”
Oké, dat kwam weer als een klap in mijn gezicht. ‚Wij zijn daar tegen.’ Het wel weten maar toch schrikken als het even tegen je word gezegd.
“Nee.” zeg ik kortaf.
Ik merk dat ik geen zin meer heb in dit gesprek. 
“Mag ik alsjeblieft naar boven, ik ben er even klaar mee.”
“Ga maar, we hebben het hier morgen wel over.”
Mijn vader staat op en zegt: “Ik ga ook maar eens.”
Hij geeft mijn moeder een aai over haar schouder, slaat een keer zachtjes op mijn rug terwijl hij langs me naar de deur loopt en weg is hij. Ik kijk mijn moeder aan.
“Tot morgen.” zeg ik kortaf en zonder haar antwoord af te wachten loop ik ook richting de hal. Ik stamp de trap op en loop in een rechte lijn naar mijn kamer. Ik laat me op mijn bed vallen en begin te malen. Wat een puinhoop allemaal weer. Dit worden dagen met vele discussies. Mijn ouders gaan het natuurlijk proberen uit mijn hoofd te praten. Gaat ze mooi niet lukken natuurlijk. Ik trap mijn schoenen en broek uit en ga lekker onder de dikke donsdekens liggen. Ik staar naar het plafond. Boem!

De voordeur slaat dicht. Dat zal Mark zijn. Ik bedenk me geen seconde en loop naar de deur. Zo, die is op slot. Ik hoef die jongen niet te zien, niet te spreken. Waarom ging hij me zoeken in de eerste plaats? Hij geeft niets om mij, pest me, vernederd me. Waarom gaat hij me dan in vredesnaam zoeken in het midden van de nacht? Zal ie wel doen om een wit voetje bij mijn moeder te halen. Bah, hypocriet rotjoch.

Gerammel aan mijn deur. Dat dacht ik al. Daar had ik dus geen zin in.
“Ga weg!” roep ik kwaad.
“Thomas, ik wil even met je praten, alsjeblieft?”
De stem van Mark. Wat wil hij? Het er nog even extra in komen wrijven? Alsjeblieft zeg.
“Mark, ga anderen lastig vallen, niet mij. En nu oprotten bij die deur of moet ik nog een keertje helpen?!”
Ik schrik van mezelf. Zo ben ik normaal nooit. Ik reageer al mijn frustratie af op Mark. En terecht natuurlijk.
“Ik ga al…” fluistert hij timide.
Gelijk krijg ik spijt. Wat als hij het goed probeert te maken? Ik sla een diepe zucht en val na een paar minuten al in slaap.

De volgende ochtend moet ik naar school. Ik heb maar een paar uur geslapen en wordt wakker met een stekende hoofdpijn. Bah! Ik heb nu al een baaldag. Ik sla mijn wekker uit en staar naar het plafond. Gisteravond flitst als een filmrol door mijn gedachten. Ik heb geen idee hoe ik mezelf moet opstellen tegenover mijn moeder, tegenover Mark.


Ik besluit gewoon even te doen alsof er niets aan de hand is. Daar heb ik normaal een bloedhekel aan maar vandaag heb ik gewoon geen zin in confrontatie. Ik sjok de trap af en loop de woonkamer in. Mark zit onderuitgezakt op de bank naar het ontbijtnieuws te kijken. Zodra hij mij binnen hoort komen kijk hij me aan met een kleine glimlach.
“Goedemorgen…” zegt hij op een vriendelijke toon.
“morgen” mompel ik.
Waarom geef ik hem antwoord? Hij klonk gemeend en oprecht vriendelijk. Ik ben niet het type dat goed is in negeren. Ik loop naar de keuken en zie mijn moeder niet.
“Waar is mama?”
“Die ging vanochtend vroeg weg volgens mij, toen wij nog op bed lagen.”
Vreemd. Ze was nooit zo vroeg weg. Meestal pas na 08:00u.
“Waar is ze naar toe dan?”
“Ik heb geen idee, Thomas.”
Ik zucht en begin mijn ontbijt klaar te maken. Ik pak nog een glas melk uit de koelkast en plof tegenover Mark op de bank neer. Nog steeds dat ontbijtnieuws. Saai zeg. Ik kijk naar de TV maar zie uit mijn ooghoek dat Mark me aankijkt. ‚Gewoon negeren’ hoor ik mezelf denken…
“Thomas, kunnen we even praten?”
“Wat valt er in hemelsnaam nog te bespreken dan?” zeg ik op een niet al te vriendelijke toon.
“Dat van gisteren…dat was stom van me, het spijt me.”
“Stom?! Stom?!” schreeuw ik terwijl ik opspring van de bank.
“Snap jij niet wat jij mij het afgelopen half jaar hebt aangedaan, Mark?” bulder ik.
“Ik… ik…eeh..”
“Nee Mark, jij snapt het niet, jij snapt niet wat ik voel. Dat ik op jongens val voelt hetzelfde als dat jij op meisjes valt. Maar jij zult dat nooit begrijpen!”
“Dat begrijp ik wel Thomas, ik begrijp het wel.”
“Bullshit!”
Ik merk dat ik mezelf niet meer onder controle heb en loop de kamer uit.
“Thomas, wacht nou alsjeblieft” roept Mark enigszins wanhopig vanaf de woonkamer.
Ik hoor het al bijna niet meer. Ik stamp de trap op loop naar de badkamer. Bam! Deur dicht en op slot. Ik heb het helemaal gehad. Klote dag, klote school en niet te vergeten: Klote Mark…

Ik stap onder de douche en laat het hete water heerlijk over mijn lichaam stromen. Echt mijn ontspanningsmomentje van de dag. Heerlijk! Even aan niets denken. Als ik klaar ben doe ik mijn kleren aan, pak mijn tas in en loop via de keuken naar buiten. Ik pak mijn fiets uit de schuur en loop de tuin uit met mijn fiets aan de hand.
“Thomas!”
De stem van Mark. Ik negeer hem, loop rustig verder en stap op mijn fiets. Zonder ook maar een keer om te kijken rijd ik naar school.

Onderweg bedenk ik dat het toch vreemd is dat mama al weg was zonder iets te zeggen, dat doet ze nooit. Eenmaal op school stuur ik mijn moeder een whatsappje.

Hoi mam, waar was je vanochtend? x Thom

Ik hang wat op het muurtje naast de hoofdingang als ik Anne aan zie komen samen met Miranda. Miranda is een goede vriendin van Anne. Ik kan het ook wel met haar vinden maar ik vertrouw haar niet zo. Ik heb het dan ook nooit met haar over persoonlijke dingen.
“Morgen Anne”
“Thomas, schat wat zie jij er uit!” roept ze met een gemaakte valse blik in haar ogen.
“Ja rotavond en nacht gehad.”
“Wat dan? Je had toch gisterenavond een etentje met Mark en je moeder? Was het niet leuk?”
Dat was natuurlijk een understatement maar de starende ogen van Miranda zorgden ervoor dat ik me nogal ongemakkelijk voelde.
“We hebben het er nog over Anne” zeg ik en loop voor hen uit het schoolgebouw in. De hele dag les, fijn.

We zitten bij Nederlands. Deze leraar mogen ze van mij ook direct met persion sturen. Wat is die man toch verschrikkelijk traag zeg. Ik staar naar buiten, ik heb besloten dat ik niet meer naar dit saaie gedoe ga luisteren, ik heb wel andere dingen aan mijn hoofd. Anne ziet het maar zegt niets. Volgens mij heeft ze wel door dat ik er niet over wil praten zolang Miranda ook in de buurt is.

In de pauze loop ik naar buiten, ik heb frisse lucht nodig. Ik kijk op mijn telefoon. Nog geen antwoord van mijn moeder. Ik begin met toch een beetje zorgen te maken en besluit haar te bellen. De telefoon gaat over, gelukkig hij staat niet uit.

“Hoi Thomas, wat is er?”
“Hey Mama, ik had je een berichtje gestuurd om te vragen waar je was vanochtend.”
“Ik was al naar werk, ik heb toch een briefje achter gelaten?”
“Ooh, nou ik heb niets zien liggen hoor.”
“Dan ben ik dat helemaal vergeten, sorry. Ik werd vanochtend door werk gebeld, noodsituatie, ik moest er direct heen. Het wordt laat vanavond dus haal maar wat bij de chinees oké?”
“Is goed mam, ik haal wel wat…”
“Neem je dan ook wat voor Mark mee, hij komt pas na zijn voetbaltraining thuis hè?
Ik zucht. Mark, daar had ik even niet aan gedacht. Daar heb ik dus geen zin in. Maar ik wil nu geen discussie met mijn moeder.
“…Ja hoor..” klinkt het enigszins geïrriteerd.
“Het wordt toch niet weer een slagveld als jullie samen thuiszijn hoop ik.” zegt ze.
“Ik ga naar mijn kamer, ik hoef hem niet te spreken…”
“Goed dan zie ik je vanavond.”

Ik druk mijn telefoon uit en kijk op. Ik kijk recht in de ogen van Anne.
“Wat is er nou allemaal aan de hand met je Thomas?”
Ik kijk haar aan loop een stukje verder het schoolplein op. Ik heb eigenlijk geen zin om het hele verhaal weer te vertellen maar ik besluit toch maar te beginnen.
“Nou gisteren was ik met Mark en en mijn moeder toch gaan eten om….”
Verder kom ik niet. Daar staat ze alweer, Miranda. Ik weet niet wat haar probleem is maar het lijkt wel of ze het liefste de hele dag achter de kont van Anne aanloopt. Ik zucht en zeg dat ik haar nog bel. Ik loop zonder verder nog iets te zeggen naar mijn fiets. Ik heb eigenlijk nog gym maar daar heb ik geen zin in. Ik ga naar huis, lekker in bad met een goede film op mijn iPad. Heerlijk, even nergens aan denken. Onderweg naar huis begint het keihard te regenen. Natuurlijk, dat heb ik weer! Eenmaal thuis ren ik naar boven. Waterdruppeltjes glijden langs mijn haren over mijn gezicht. Bah! Wat heb ik hier toch een hekel aan. Ik loop naar de waskamer en trek alles uit, zelfs mijn boxer is drijfnat. Ook maar in de was dan. Helemaal naakt sta ik naast de wasmand. Kijk even om me heen. Normaal loop ik nooit naakt door het huis maar goed, er is toch niemand dus ik besluit maar even snel zo naar de badkamer te lopen. Ik trek de deur van de waskamer achter me dicht en loop richting de badkamer. Als ik de badkamer deur open doe krijg ik de schrik van mijn leven. Twee grote, verbaasde ogen staren mij aan

Gesloten