Liefde hfstd. 12

Plaats hier je eigen verhalen.
Gesloten
dkz09
Berichten: 143
Lid geworden op: ma 29 mar 2010, 17:56

Liefde hfstd. 12

Bericht door dkz09 » wo 24 jul 2013, 17:47

“Je hebt nog maar alleen vandaag.”, roept Koen, terwijl Tim aan komt fietsen.
“Ja en?”, vraagt Tim wat bozig terwijl hij doorfietst. Koen moet een sprintje maken om naast zijn vriend verder te trappen.
“Sorry, wist niet dat je kwaad werd.”
“Geef niet. Ik moet juist sorry zeggen.”
“Hoe bedoel je?”
“Ik had niet zo mogen uitvallen tegen je.”
“Dat maakt toch niet uit.”
“En daarbij, ik heb nog twee dagen, want ik heb morgen overdag ook nog. Maar je hebt gelijk, ik heb eigenlijk alleen vandaag nog en er zijn nog wel twee dingetjes, die jij en ik vergeten.”
“O ja, wat vergeten we dan?”
“Om te beginnen, ben ik nog niet out bij mijn ouders.”
“WAT!!! Heb je het je ouders nog steeds niet verteld?”, onderbreekt Koen hem.
“Nee, ik durf niet en daarbij heeft het geen haast meer. Want Jasper zit morgen, net als vandaag, de hele dag in het theater. Dus kan ik hem niet meer vragen en hoef ik het mijn ouders ook nog niet te vertellen. ”
“Waarom zou Jasper vandaag en morgen de hele dag in het theater zitten?”
“Hij speelt de hoofdrol in de schoolmusical, weet je nog?”
“O ja, dat is ook zo, ik dacht dat ik het gezegd had.”
“Wat? Ik volg je even niet meer, Koen. Misschien iets minder met Sofie omgaan.”, plaagt Tim zijn vriend.
“Sofie vertelde, dat Jasper drie weken geleden uit de musical gestapt.”
“WAT!!! En dat vertel je mij nu pas!”, schreeuwt Tim nog net niet naar Koen.
“Ja, sorry, ik was het vergeten.”
“Ach, wat maakt het uit, die kaarten kan ik toch niet terug brengen.”
Tim had voor kaarten voor hem en Koen gekocht voor de schoolmusical. Zo kon hij de hele avond naar Jasper kijken. Maar ja, nu deed Jasper niet meer mee.
“Misschien moet je wat minder aan Sofie denken.”, plaagt Tim zijn vriend.
“Hoor wie het zegt. Jij wint het nog van mij, meneer de dagdromer!”, plaagt Koen terug. “Maar Tim, je hebt dus nog een kans om hem te vragen en je ouders het te vertellen.”
“Koen, hou er even over op. Want we zijn al bijna bij school.”
“Oké, ik zal er wel over op houden.”
“Dank je, Koen.”
“Althans, tot na school.”, zegt Koen serieus.
Tim kon er wel een beetje om lachen. Zo was Koen nou eenmaal. Hij wist precies, wanneer hij wel iets kon zeggen en wanneer niet. Tim wist ook wel waar het na school over zou gaan. Daar ging het tenslotte al het hele schooljaar over. Koen bleef van mening dat Tim het gewoon zijn ouders moest vertellen. Sinds ze via Sofie hebben vernomen dat Jasper homo is, moest hij van zijn vriend gewoon op Jasper afstappen. Maar hij durfde niets en is bang dat de hele school hem zou pesten. Maar hij was ook bang voor de reacties van zijn ouders.

De hele dag doet hij zijn best om zijn aandacht te focussen op de lessen, om te verkomen, dat zijn ouders weer worden gebeld door school. Maar het lukt maar half om bij de lessen te blijven. Tijdens elke les dwalen zijn gedachten af naar Jasper, zijn ouders en wat Koen weer eens voor honderdste, beter gezegd voor de miljoenste, keer zou gaan zeggen. Na wat voor Tim een week duurde, ging eindelijk de laatste bel. Als Tim en Koen even later op hun fiets stappen, zien ze Jasper en zijn vrienden lopen. Sofie zwaait heel verliefd naar Koen en die zwaait net zo verliefd terug.
“Je mag van best naar haar toe gaan om een kus te halen.”
“Nee, ik zie haar vanavond, want ik ben uitgenodigd door haar ouders om te komen eten.”
“Zo, jullie laten er ook geen gras over heen groeien.”, lacht Tim naar zijn vriend terwijl ze beginnen te fietsen.
“Ach, is toch wel zo netjes.”
“Dat is waar. Maar waarom ga je niet gelijk met haar mee?”
“Omdat ze nog met haar mama boodschappen moet doen. En daarbij ben ik pas om half zes vanavond welkom.”
“Wat ga je dan tot die tijd doen?”
“Met jou mee naar huis en eens flink op je inpraten, zodat je vanavond het nog aan je ouders vertelt en morgen Jasper vraagt.”
“Dat kan ik mij niet herinneren.”
“Nou, dan is het maar goed, dat ik het heb onthouden. Hè?”
“Daar geef ik geen antwoord op.”

Als ze even later bij Tim op de kamer zijn, hoopt Tim, dat hij Koen snel en te slim af kan zijn door gelijk aan het huiswerk te beginnen. Maar helaas voor hem, Koen heeft zijn vriend door.
“Tim, vertel het je ouders nou gewoon. Dan ben je er vanaf.”
“Uhm, wat moeten we ook al weer doen voor geschiedenis?”
“Luister je wel?”
“Volgens mij moesten we van hoofdstuk zeven de opdrachten acht tot en met twaalf maken.”
Dan pakt Koen kwaad het geschiedenisboek van Tim af en gooit het op het bed van Tim.
“Nu ga je eens goed luisteren, Tim.”
“Waarom doe je dat nou? Dat boek moet nog mee tot de zomervakantie.”
“Tim, stil en luister eens naar mij. Want ik begin een beetje mijn geduld te verliezen.”
Tim kijkt nu echt geschrokken naar zijn vriend. Hij heeft door dat Koen het nu echt meent. Hij doet wat Koen hem vraagt en is stil en luistert netjes en beleefd naar Koens preek.

“Tim, ik snap je niet. Je bent begin dit schooljaar er achter gekomen, dat je homo bent. Het kwam door één persoon. Je kon vanaf dat moment alleen maar over hem hebben en aan hem denken. Ik ben de eerste aan wie je verteld hebt, dat je homo bent. Ik heb toen al gezegd, dat je het aan je ouders moest vertellen. Je zei toen van 'ja ja, dat komt wel een keer'. Maar inmiddels zijn we ongeveer vijf maanden verder en je ouders weten nog steeds van niks. Ik heb je vaak genoeg aangeboden om je te helpen. Ik heb zelfs aan Sofie gevraagd of Jasper homo is. Ik snap en begrijp best, dat het moeilijk is voor je. Maar ooit moet je die stap zetten. Je kan niet je hele leven blijven liegen tegen je ouders. Die hopen nu, dat je ooit thuis komt met een meisje, waar je stapelgek op bent en in de toekomst mee gaat samenwonen en misschien wel, dat je gaat trouwen met je vriendin en dat jullie dan kinderen krijgen, zodat ze opa en oma worden. Zou je willen, dat ze hun hele leven zich op iets gaan verheugen, dat toch niet gaat gebeuren? O, wacht even, meneer gaat wel ooit samenwonen, maar dan met zijn vriendje, die hij geheim houdt voor zijn ouders. Dus wat ga je doen? Ja, ga je liegen tegen je ouders of vertel je ze de waarheid? Daar hebben die mensen recht op. Ik zeg je één ding: ze zullen altijd van je blijven houden. Ik ken je ouders inmiddels wel. Zoals ik het in kan zien, zullen ze je echt wel accepteren. Geloof mij nou maar. En als je het niet voor mij doet, doe het dan voor Jasper. Dat is toch je grootste liefde?”

Tim kan geen woord uit brengen. Hij is zelfs nog meer geschrokken dan hij was, voordat Koen aan zijn preek begon. Want hij heeft gewoon gelijk. Maar toch weet Tim het niet helemaal zeker. Hij wil zijn ouders niet voorliegen. Maar hij durft het ook weer niet te zeggen. Toch misschien de angst dat zijn ouders hem uit huis gooien. Omdat ze hem niet accepteren. Maar als hij Koen moet geloven, zouden zijn ouders hem juist accepteren.
“Aarde aan Tim of sta ik tegen de muur praten?”
“Ik moet het even laten bezinken.”
“Begrijp mij niet verkeerd. Ik probeer je iets duidelijk te maken.”
“Dat weet ik ook wel.”
“Dus, wat ga je doen?”
“Ik weet het gewoon inmiddels helemaal niet meer.”
“Tim, je kan je niet altijd blijven verschuilen. Ooit moet je die stap zetten.”
“Dat weet ik ook wel.”
“Maar ik ben er vandoor, want anders ben ik te laat bij Sofie.”
“Dan zou ik maar eens gaan, anders maak een slechte eerste indruk bij je schoonouders.”
“Als jij belooft, dat je eens een besluit gaat nemen over hetgene, wat ik je net zei?”
“Zal ik doen. Ik kan je alleen niks beloven.”
Na deze woorden gaat Koen weg richting Sofie en haar ouders. Tim blijft alleen achter. Hij staat op en loopt naar zijn bed om zijn geschiedenisboek te pakken. Een paar tellen later zit hij aan zijn bureau met zijn geschiedenisboek open. Daar blijft het bij. De preek van Koen wordt opnieuw in zijn hoofd afgedraaid. Als hij de toespraak voor de tiende keer afdraait, roept zijn moeder dat er eten is. Het dringt een klein beetje door tot Tim. Hij staat op, loopt totaal in gedachten naar beneden en gaat aan tafel zitten, waar het eten al klaar staat.
“Jongen is er iets? Je zit zo in gedachten?” vraagt zijn vader bezorgd.
“Uhm, het eten is weer lekker, mam.”, antwoordt Tim.
“Nou, die is echt ergens anders met zijn gedachtem, schat.” zegt zijn vader, alsof Tim er niet bij is.
“Dat denk ik ook. Kon ik nou maar eens in zijn hoofd kijken, gewoon om te zien wat er in hem om gaat.”, zegt zijn moeder bezorgd.
“Hij is al maanden zeer veel in gedachten verzonken. Misschien moet we eens met Koen praten of met leerkrachten van school.”
“Met Koen praten heeft niet zoveel zin. Dat heb ik al eens geprobeerd. Maar ik kreeg er niks uit. De ouders van Koen hebben ook pogingen gedaan. Maar Koen laat niks los en zij krijgen bij Tim er net zoveel uit als wij.”, zegt zijn moeder tegen vader.

Als ze klaar zijn met eten, gaat Tim weer naar boven. Hij besluit zich om eerst te douchen. Door het stromende water komt hij weer enigszins weer terug op aarde. Als hij zo een kwartiertje later terug is op zijn kamer, besluit hij zich toch maar eens wat te verdiepen in het geschiedenisboek, dat op zijn bureau nog altijd open ligt. Maar zodra hij zich er over buigt, dwalen zijn gedachten weer af naar Jasper, zijn ouders en vooral naar de preek van Koen. Na bijna een uur is hij het zo zat, dat hij zijn tanden gaat poetsen en naar bed gaat. Zodra hij goed en wel in bed ligt, komen zijn ouders zijn kamer binnen.
“Tim, kunnen we even praten?”, vraagt zijn moeder.
‘Ze hebben het toch niet door. Of heeft Koen zijn mond open?’
“Uhm, ja hoor, dat kan.”, antwoordt Tim.
“We weten niet wat er met je is, maar je doet al dagen of beter gezegd maanden raar.”, begint zijn vader.
“En als wij vragen, of er iets is, dan zeg je alleen maar, dat je gewoon druk met school bent.”, vult zijn moeder aan. “Je weet donders goed, dat je met ons over alles kan praten.”
“Ja, dat weet ik.”, bevestigt Tim.
“Heeft het misschien met een meisje te maken, dat je leuk vindt?”, vraagt zijn moeder voorzichtig.
‘Nee, hè. Hier had Koen hem nog voor gewaarschuwd.’
“Nee, mam, het heeft niks met een meisje te maken. Ik vind het gewoon een zwaar jaar op school.”
“Of heeft het met een jongen te maken?”, vraagt zijn vader net zo voorzichtig als zijn moeder. Tim schrikt een klein beetje hier van. Heeft hij net 'meisje' op de verkeerde manier uitgesproken? Zijn ouders merken het niet.
“Nee, Ik ben niet verliefd. Zoals ik al net zei, het is gewoon een heel zwaar jaar, dit.”
“Oké, jongen. Ga maar lekker slapen, want voor je morgenavond terug bent van dat schoolfeest, is het ook al middernacht.”, zegt zijn moeder. Dan lopen zijn ouders zijn kamer uit en zeggen tegelijk: “Slaap lekker jongen.”
“Jullie ook welterusten.”

Als de deur dicht is, doet Tim het licht uit en valt na enkele minuten in een onrustige slaap.
‘Heey dit was een kans om het te zeggen.’
‘Laat me even met rust Koen.’
‘Oké, maar het was wel het moment om te zeggen.’
‘Ja, ja, ja, nu weet ik het wel.’
©Geoff(dkz09), 2015

*Wees wie je bent en wees daar trost op*

Gesloten